V Pater Witte staat voor Onze „Waddenruiters gaven succesvolle demonstraties nieuwe oogst WACHTEN Storm op til Dan neemt de mens zijn maatregelen, maar de vogels buiten de dijk broedend, ontbreekt de mogelijkheid tot evacuatie Met de kolonies van „De Schorren" liep het ditmaal gelukkig best af 7^ Pepito's eerste grote avontuur her: duurt altijd lang! „DRIE VROUWEN" Storm, regen, hoogtij water. Abnor male verschijnselen als het volgens de kalender hartje zomer is. Storm op til. Dan zijn de strandexploi- tanten Daalder en Maas gewaarschuwde mannen: tijdig trachten zij hun attribu ten, strandstoelen, loopplanken, wind schermen en wat dies meer zij, in veilig- aantal op De Schorren het levenslicht zagen. Hij schatte het aantal paren, dat daar nu gebroed heeft op 10 - 12.000, wat misschien wel een record is, de heer Boot wist er in elk geval niet van, dat er zóveel nesten werden gebouwd. „In hoofdzaak is dit resultaat toe te heid te brengen. Storm op til, dan zeg- schrijven aan^de rust, welke de vogels gen de toeristenvaarders Boom en Hen- j aar ®01ïieJenj" n comP^iment derhal- kes „Nee, mensen, vandóag bluve we I Ye aan het fdret /an o?ze Pkchtsge- maar liever binne, nee, niét vanwege de I Dijker en Moe skuut, dié het gien lóst, maar we benne I Bovendlen. werden er dit jaar geen bang, dót er na de tocht allienig maar meeuweneieren geraapt toen de grote - - - - i sterns het terrein kwamen dóódzieke mense an wal stappe (of drége moete worre)". Hun pleziervaartuigjes blijven dan in de veilige haven. Storm op til. Dan drukken de kapi teins List, Vlas, Krijnen, Schagen en Dog ger, de pet even dieper op de schedel en wellicht leggen ze uit voorzorg ook nog het stormriempje rond de brede kin, maar de TESO-boot moet varen, al was het alleen maar uit prestige, want al zou Texel een dagje zonder verbinding we zen, och boter en zout, ranja en bad pakken heeft dit secure eiland steeds in voorraad (evenals groente, die wij zeer spaarzamelijk tot ons plegen te nemen). Wij, eilandbewoners, weten de storm van repliek te dienen. Anders lagen de kaarten helaas voor de kampeerders, die veelal volkomen verrast werden - wij hebben er uitvoe rig over geschreven; anders was het voor de landbouwgewassen, die een willige prooi werden en waarover U el ders in dit blad van de hand van de heer C. van Groningen een stormschaderap port aantrof. En terwijl de storm voortraasde heb ben wij ook aan onze buiten-de-dijk broedende vogels gedacht. Wij herinne ren ons immers nog de rampen, die b.v. De Schorren troffen door een onver wacht hoogtij water. Wel, opzichter Boot kon ons de verheugende mededeling doen, dat het ontaarde weer ditmaal weinig kwaad op De Schorren heeft aangericht. „De broedtijd is voorbij. Slechts enkele nesten van de kleine sterns (visdiefjes) zijn verloren gegaan. Dit waren vogels, die opmerkelijk laat op de eieren zaten. Zeer vermoedelijk waren hun nesten al eerder verstoord geworden en wel op lager gelegen ter reinen, zodat zij elders opnieuw hun ge luk gingen beproeven. 31 Juli stond het gehele gebied, dat 1167 ha groot is, door het hoge wa ter finaal blank. De excursies moesten daardoor worden afgelast. De heer Boot vertelde ons, dat de jon ge sterns dit jaar in een bijzonder groot verkennen. De kapmeeuweieren werden pas geraapt toen de grote sterns reeds broedden en zich toen niet meer van de kook lieten brengen. De heer Boot sprak terecht van een prachtig succes. Hij deelde ons mee, dat het aantal kapmeeuwen achteruit loopt: in 1948 werden nog 47.000 eieren geraapt, nu „slechts" 10.000. De visdiefjes, die rankgebouwde vleu geldragers, waren er ook weer rijk ver tegenwoordigd. Hun aantal is moeilijk te schatten, doordat zij in tegenstelling tot hun grotere vrienden niet in kolo nies broeden, maar over het gehele ter rein hun nesten bouwen. Tenslotte vernamen wij nog, dat ook de klutenstand op De Schorren weer noemenswaard is, evenals die der strand- pleviertjes. Geachte heer Redacteur, Het is een mooie, frisse morgen nog net in juli. Na een licht ontbijt van kaas en bananen (een goede combinatie, met wat sausies erna) brengt me een brief van Texel op het idee een paar regels te schrijven voor ons Texelaartje, al is het nog ver van Nieuwjaar. Toen ik vanmorgen mijn wekkertje hoorde ratelen, voelde ik me echt fijn. Nog helemaal in één stuk, dacht ik zo. j Zonder opplakken, zonder oplappen van ribben of schenen, zoals nu al voor de 20.000-en-zoveelste-keer, rekende ik uit, terwijl ik dacht aan de kans die me ont- i glipt was. Usa-Tanganyika ligt nu een maal te ver af van Timor-Indonesia! Gelukkig eigenlijk maar, want er is geen overvloed van nieuwe glazen om gebro ken ruiten te vervangen. En Usa lijkt me een knus plaatsje, meer geschikt voor 'n kalme „belijders"-dood dan een storm achtige ,,martelaars"-entree in de Gou den Poort! Die kans is er natuurlijk, maar me dunkt heel klein momenteel. Hoe reilen en zeilen we dan onder tussen nog op de zee des levens? Helaas heb ik mijn plannen voor de Masais voorlopig moeten opgeven. Mijn school plannen strookten niet met een 5 jaren plan van de Regering, waarin alle ge oorloofde uitbreiding der negers-educa tie precies beschreven is. Ik blijf hopen op een betere toekomst - ben nog geen 80 op stuk van zaken, en behoef er nog niet op pantoffels heen te gaan als er straks een nieuw 5-jaren-plan wordt ge maakt en de weg open komt. Na enige tijd bij Arusha te hebben ge werkt, dat tussen de ruime Masai-vlakte en de hoge Meru-berg ligt, werd me 20 km verder een vier hectaren lapje grond aangewezen in het land der 30.000-of- meer Meru's (bijgenaamd „de koeien- Dinsdagavond weerklonk hoefgetrap pel door de smalle straten van Texels hoofddorp. Wij liepen naar het raam, zo als men veertig jaar geleden naar het raam liep vanwege motorgeronk: als „Ome Bram", Thijs Reuvers of een an dere „door de razende wereld" gegrepen eilandgenoot met een, in ónze ogen thans voorwereldlijk vehikel, dat men auto mobiel noemde, een plezierritje door de zoele zomeravond maakte. „Ja, ja" zei den onze ouders of grootouders dan. Zij hebben toen- uiteraard niet geloofd, dat de techniek zulk een grote sprong zou gaan maken, dat het paard op het twee de plan zou raken. Maar dit tweede plan geldt dan alleen voor het aantal: het paard als zodanig is nog steeds een fi guur, die ons hart weet te stelen en ons weet te boeien als man en paard, ver enigd tot één ijzeren wil, hun kunnen tonen. Heel lang geleden werd op Texel door overkantse ruiters een demonstratie ge geven. Het succes {en de belangstelling van de zijde van het publiek) waren enorm. De gevolgen bleven niet uit: een aantal Texelse jonge boeren stak de kop pen bij elkaar en besloot tot de oprich ting van een paardensportvereniging, 'n ruiterclub. Deze club bestaat nog steeds. Dit is verheugend, vooral in een tijd, waarin de boeren in hun eigen auto's naar de markt rijden; vooral in een tijd, waarin de grond geploegd, het graan wordt gezaaid en de oogst wordt bin nengehaald zonder dat er veelal ook maar één paardenvoet aan te pas komt. Nee, jammergenoeg is het paard zijn betekenis aan het verliezen. Dit neemt echter niet weg, dat het paard, ook op ons eiland, nog vele vrienden heeft en dat er altijd nog een behoorlijk aantal paarden worden gehouden, al zijn het uiteraard niet allemaal paarden, die op perwachtmeester Gulmans hart in vuur 58. Zoals we gelezen hebben, gedroeg Bloobeest zich niet erg dapper! Maar iemand die altijd reuze-moedig is, mag wel eens een keertje verstek laten gaan. We zullen eens gaan zien hoe de kapi tein en Pepito het maken. Om eerlijk te zijn: niet al te best! Pepito werd door 'n boosdoener hard aan zijn oren getrokken en kapitein Druppel brulde van veront waardiging over het schandelijke gedrag van Jef en zijn mannen. Maar brullen helpt weinig als je alleen je tenen nog kan bewegen en de enige die zou kunnen helpen, rustig in een ton van een gebra den eend zat te smikkelen! „Nu verlies ik de wedstrijd", steunde kapitein Druppel, met door touwen be klemde borst. „Jullie wéten, dat ik niet tegen mijn verlies kan!" „Eigen schuld, ouwe druppelkapitein!" lachte Jef schamper, „een Druppel moet zich niet verbeelden het van een Aluin te kunnen winnen. Zie maar eens hoe keu rig mijn mannen de vernietigingsplan nen ten uitvoer brengen. Hoe ze met vlijmscherpe grasscharen en kersvers geslepen messen je zeiltextiel tot inkt lappen verwerken! Wees overigens dank baar goede vriend! Het zou voor de machtige Jef Aluin een klein kunstje zijn om een klein gaatje in de „Brul"- bodem te laten boren! Maar boeven zijn soms ook sportief. Soms! heer Druppel! Ajuu!" Hatelijk lachend beende hij weg, de kapitein wanhopig achterlatend. De tuigage werd duchtig onder handen genomen. Onder luid geschreeuw en ge lach knipten en sneden de boeven lustig in de mooie zeilen, die weldra als lorren van de ra's naar beneden hingen. dieven". Nog gister hoorde ik van 40 koeien 's nachts weggenomen van een buurman en fluks de bergen ingedreven). Op dit keurig gelegen stukje land aan de hoofdweg van Moshi naar Arusha, was jaren her een school-kapel gebouwd, die nooit in gebruik was geweest en zelfs niet afgewerkt, door totaal gemis aan belangstelling. Van zulke nieuwtjes als gestolen dingen teruggeven, moesten ze blijkbaar niets hebben. Een klein riviertje loopt er langs met enorme bomen ernaast, die ik natuurlijk laat staan. Verder is het land overgroeid met duizenden grote en kleine doren bomen, die er alle uit moeten om voor wat beters plaats te maken. In deze vruchtbare en bewaterde grond, 4000 voet boven de zee, kan van alles groeien. Mijn eerste werk was deuren inzetten. Tegelijk vroegen en kregen een lekkend dak, kapotte muren en een geruïneerde vloer mijn attentie. Mijn 8 jongens, uit Kenya gekomen om me te helpen, bouw den nog een keukentje tegen de zijmuur en een ander noodzakelijk bij-bouwseltje wat verder Africa in, en ik was voor lopig geïnstalleerd, in een klaslokaal met zelfs ramen in plaats van luiken. Met 3 maanden hard werken hebben de jon gens er bijna alle dorens uitgekregen en tussen de bedrijven nog een werkplaats gebouwd. Nu laat ik het land liggen tot de November-regen en kan me meer gaan concentreren op de edele handwer ken. Er zijn in een straal van 30 km. nogal enkele koffie- en sisal-plantages en daarvan komen zondags een paar hon derd werklui (allemaal van andere volksstammen) in Usa ter kerke. Daarbij voegen zich ook enkele Europeanen: Engelsen, Duitsers, Polen en zelfs een of andere Hollander. Van de lokale „koeien-dieven" heb ik er nog maar weinig onder mijn invloed, maar dat zal wel komen. Ik zit hier op stuk van zaken nog maar drie maanden. Deze regels zijn dan ook maar bedoeld als een soort interim-rapportje uitge lokt door de vriendelijke vraag of ik nog leefde. Met Nieuwjaar hoop ik nog in leven te wezen, als 't God belieft, en dan over wat meer vorderingen te kunnen schrij ven, als het de Redactie behaagt! Voorlopig allemaal gegroet. Pater M. J. Witte en vlam zouden kunnen zetten! Hoeveel paarden Texel telt kunnen wij U niet precies vertellen, maar wel weten wij, dat het aantal leden van „de Wad- denruiters" veel en veel groter zou kun nen zijn. Dinsdagavond telden wij acht actieve ruiters. Zij hebben o.l.v. de heer Gulmans mooi werk verricht. Wij zagen dressuur proeven, die een toegewijde studie moeten hebben ver eist, wij zagen (hoge) sprongen maken over allerlei soorten hindernissen. Het was weer een mooie avond, een propa- ganda-avond ook voor de edele paarden sport. Jammer, dat het weer zeer te wensen overliet, maar dé liefhebbers hebben zich door de winterse tempera tuur niet laten afschrikken Vrijdagavond j.l. hebben deze ruiters te Oosterend een zeer geslaagde demon stratie mogen geven. Er was flinke be langstelling van de zijde der Oosteren- óers, Oosters en toeristen. Het program ma vermeldde o.a. duo-springen door twee halfbloed Arabieren, met in het zadel Trudie Kikkert en Nel Agter. Met een fantastische vaart werden de diverse hindernissen genomen. „Oosterend" heeft dit optreden van „De Waddenruiters" zeer gewaardeerd en hoopt dan ook, dat de ruiters daar t.z.t. nogmaals een de monstratie willen geven. VIS DAN MEE Zondagmiddag werd door een t* tal hengelaars deelgenomen aan (fc de VW „Texel" georganiseerde v strijd aan de dijk tussen Oosteret Oudeschild. Een 12-tal hengelaar proefde zijn geluk aan de z.g. IJsi de overigen gooiden hun lijntjes gemaal van Dijkmanshuizen in i lige Waddenzee. Met veel animo is van 2,30 tot 4 uur officiéél gevis vangsten waren echter niet groot, insider niet zal verbazen, want h zoen is voor deze sport reeds vei derd. De eerste prijs was voor eei van de familie Koegelberg en dJekha: 1 n Bu: (in een rij voor het loket) Haalt daarom uw plaatsbewijzen voor boot en trein in voorverkoop bij de V.V.V. Jn. Brouwer van Oosterend, die negen visjes hadden verschalkt. He rendeel der deelnemers bestond gasten. Er waren ook heel wat k. KNVB-JEUGDSPORTKAMP Z! Voor de zesde keer nam een groe onze adspiranten aan een jeugt kamp van de KNVB deel. Na Nu: Arnhem, Doetinchem en Heelsuu ditmaal Zeist aan de beurt. Het w jammer dat er dit keer slechts 1 gens van de partij waren. Kort vo vertrek kregen we nog een drietal richten. Ondanks het missen van de aans in Den Helder, verliep de heenrei vlot, en arriveerde het gezelschaj half twee in het kamp waar mei aan de opening beginnen zou. Het i gedeelte van de reis, de wandelir j het station Driebergen-Zeist naa kamp was nog het moeilijkste, ei uur sjouwen met zware bagage, \s|f! de twee fietsen trouwens uitstt diensten bewezen. Bovendien w; kamp, in de bossen op het terrei] de stichting Woudschoten schittere legen, zeer moeilijk te vinden, daai tisch niemand iets van het bestaa het kamp af wist De maandag werd verder doorgel met het in orde brengen van de en het verkennen van de omg 's Avonds trad het jeugdcabaret v vereniging Hercules op, maar een rend succes was dit nu bepaald Voor het voetbaltoernooi werden één groep ingedeeld met Waterj meer C 2, Zwaluwen C 2 en ED( Dit bleken nu bepaald geen sterk genstanders te zijn en er werd d; resp. gewonnen met 40, 60 en De wedstrijden werden gespeeld op dag, woensdag en donderdag. Vrijt finale, een halve competitie met C 1 en Oudewater C 1. Dit bleken paald geen zachte eitjes te zijn ei ontbreken van de elfde man wen dan ook noodlottig, 's Morgens wei 20 van Oudewater verloren en dags na zeer spannende strijd, door alle jongens met volle ovt gespeeld werd met 44 tegen EDO gespeeld. EDO zweefde voortdure de rand van de nederlaag en kon door een geheide buitenspelgoal maken. Doordat de wedstrijd EDO- water in een gelijkspel (22) geë j" was, werd Oudewater dus kampic Natuurlijk werd er niet alleen g bald. Zeist werd verschillende ken zocht en woensdagmiddag een pra wandeling naar de pyramide van terlitz gemaakt, waarbij de speeltui auto-baan zeer in de smaak viel. Iedere avond werd er voor de ontspanning gezorgd, waarbij de fi! nog het beste deed. Ook de afsc avond met een vlotte band en zeer jeugdige artisten, een kunst! een imitator en een conferencier en 12 jaar, verliep vlot. Frans Pi vertegenwoordigde Texel en speel de accordeon van een van de lede de band Ondanks het zeer ongunstige was de stemming prima en de hebben dan ook een gemakkelijke gehad, wat de vorige keren niet gezegd kon worden. Dit blijkt oo ^er uit de „eervolle vermelding" wa Bi we het diploma van het bestuur v "0e KNVB krijgen toegezonden. n> uw v het Mom richt n- g wfdw X) zi eidei <j is n de n rven' >eval ,Het andg me Oud lopei em b DIENSTREGELING T.E.S.O. Geldig tot 20 augustus 1956 Werkdagen: Van Texel: 5.20; 7.40; 9.10; 10.25; 13.00; 15.30; 16.25; 18.05, Van Den Helder: 6.30; 9.20; 10.30;. 13.20; 14.20; 16.45; 18.25; II pek Op zon- en alg. erk. chr. feestda Van Texel: 7.40; 10.25; 14.00; 18.25; 20.30. Van Den Helder: 9.20; 11.30; 15.00; 19.30; 21.30. FEUILLETON door W. KERREMANS De aandacht van Marien was getrok ken. Dat was zijn plan: leren en niet in 't vak van zijn vader. Wat zouden zijn ouders daarover zeggen? „Zo'n snotaap", ging de vader brom mend voort, „waarom kan die niet in 't vak van Jan Sluiters kommen? Een goeie timmerman het toch zeker altijd z'n brood hier". De moeder leunde met de elleboog op tafel en hield in de uitgespreide vingers een koffiekom van onder vast, waarin ze langzaam blies. „Een goeie schoolmeester ook", zei ze een beetje weifelend. „Een goeie timmerman is beter as een kale schoolmeester". „As ik 't maar niet hoef te doen", wierp Geert er tussen, „ik geen leren, dank ie wel, ie hele leven met je srotter in de boeke". „Een schoolmeester heb goed z'n brood", opperde de moeder, „en as die jongen daar nou z'n sjeniegheid in heb, dan moet ie dat doen. Mot ie nou naar de stad?" „Nee, hij gaat ielijke dag met de fiets naar 't school waar ze voor meester le ren. Ik vind dat ie afwijkt van de plaats waarop de Heere 'm heb gesteld". „Da kan je nie zeggen vader", verde digde de moeder weer, „de Heere kan met 't voorhebben dat ie meester mot worre en geen timmerman. As 't die jongen z'n roeping is dan moe ie er ge hoor aan geven". Aan moeder zou hij steun hebben, be greep Marien, maar vader zou hij niet gemakkelijk aan zijn kant krijgen. „Heb Jan Sluiters aan dommenie 't gevraagd?", informeerde moeder. „Dat heb ie", lichtte vader in. „En wat zeet ie?" Marien keek zijn vader gespannen aan. „Die zeit dat de Geest blaast waar heen hij wil". „Asjeblieft" hernam moeder triomfe rend, ,,'t is de jongen z'n roeping en de Geest heb geblazen". „Leen is Jan z'n enige zoon", ver weerde vader nog zwakjes, „en hij had 'm graag in z'n zaak gehad". „Leen Sluiters wordt een meneer met boord en een wandelstok", lachte Geert. „Laat mijn maar boer blijven, weet je". Het maal was geëindigd en de man nen gingen naar buiten, roken en rusten op de bank voor het huis. „Ik ga nog effe op 't dorp aan, moe der", zei Marien. „Naar 't dorp?" vroeg de moeder ver baasd, „nou op 'n doordeweekse dag? Wat mot je daar?" Marien aarzelde, zocht een uitvlucht. „Ik mot wat gaan halen.... tabak en zo. Ik ben zo terug". Hij ging naar de zolder om een buis aan te doen, niet z'n zondagse, zoals hij graag gewild had, om bij de meester op bezoek te gaan, maar dat zou te veel de aandacht trekken en vragen doen stellen. Hij kon niet anders dan buiten langs de bank gaan, waar vader en Geert al zwijgend neerzaten. „Waar gaan jij heen?" vroeg de vader toen hij voorbijkwam. „Nog effe op 't dorp aan". „Wat mot je daar?" „Tabak halen en zo. Ik ben zo terug". Vader maakte zich geen zorg. Marien was geen loper achter de meiden en op een doordeweekse dag zou hij niet met de jongens blijven rondhangen. Blij dat er geen verdere vragen ge steld werden liep Marien vlug de weg naar 't dorp op en repeteerde nog eens de dingen, die hij tot de meester zou zeg gen. De afstand van Mariens woning tot het dorp was niet groot en na 20 minu ten lopen stond hij voor het huis waar meester Schippers zijn intrek had. Hij liep het huisje om naar de achterzijde, waar hij wilde vragen of de meester thuis was, maar toen hij de hoek om sloeg zag hij hem achterover in een zeil doeken stoel liggen lezen, met een klein tafeltje naast zich, waarop een lege kop en een doos met tabak. Schippers hoorde iemand naderen en keek over zijn boek heen. „Nee maar, Marien", riep hij vrolijk, „wat een verrassing jou hier te zien. Dat is wat bijzonders!" „Dag meester", antwoordde Marien wat stug. „Ik denk zo, dat je me wat te vertel len hebt". „Ja net zo meester, dat heb ik". „Prachtig, daar houd ik van. Pak daar" - en hij wees naar de kamer, die op de tuin uitkwam - „een stoel, kies 'n goeie uit en kom dan hier bij me zitten". Marien nam de eerste stoel die hij zag en droeg die naar de plaats waar de on derwijzer zat. Hij ging zitten, zette zijn pet af en draaide die rond in zijn han den. „Nou Marien, leg je pet daar maar op 't gras en steek van wal. Waarmee kan ik je helpen?" „Meester", zei Marien kleintjes, „ik wil gaan leren". Schippers keek naar de rookwolk, die hij had uitgeblazen en toen Marien zweeg zei hij: „Zo, zo Marien, dat is een groot bè- sluit. En voor wat wil je leren? Ook voor onderwijzer, zoals Leen Sluiters?" „Neen meester, niet voor meester". „Voor wat dan wel?" „Ja, weet je.... dat weet ik nie zo persies". „Dat is een lastige situatie, een lastige toestand, als je wilt gaan leren en je weet niet voor wat". „Ik had gedocht, dat uwes me wel zou kunnen helpen", vervolgde Marien wat teleurgesteld. „Neen Marien, zo knap ben ik niet, dat ik jou zou kunnen zeggen wat je moet gaan leren, als je 't zelf niet eens weet. Zeg me er eens wat meer van. Hoe ben je zo op het idee gekomen?" „Ik wil geen boer meer blijven". Aha", riep Schippers en ging rechtop zitten. „Zit 'm de 'n keep daar. Nu komt er licht in mijn brein, en ga ik je be grijpen. Je hebt geen zin in het boeren vak en nu zoek je naar een nieuwe levensrichting en een andere werkkring". Marien knikte en zei: „Zo is 't meester". on irdinj der i gr k vol „Nu kunnen we zaken doen. Ver eerst eens, waarom ben je zo in ee kerig geworden van 't vak, waai bent opgegroeid, of heb je al langi voornemen?" Door die laatste woorden Schippers het Marien aanmerkelü g. makkelijker om een antwoord te t want nu behoefde hij slechts te ant pHin( den: „Ja meester". „Mooi zo. Nu beginnen we er men. Je bent dus nu pas zo ver, iets wilt worden, maar je weet niet „Zo is 't meester. Ik zou wel wa ten, dat ik mirakel graag zou 1 maar dat kan nie. Nooit nie". „Alles kan je bereiken, als sterke wil hebt. Wat is dat dan?" „Ik zou zo machtig graag met pi te doen hebben en op een paard r „Dat is inderdaad een heel ding, wat je daar zegt, want om te nen paardrijden moet je veel gek ben. Toch is het niet onmogelijk, ik weet in dat soort van dingen weg. Je zult eerst eens wat moetei ken wat meer direct binnen je ligt en dat is een vraagstuk waart je zo maar geen oplossing kan geul begrijpt wel, dat ik niet in een5[ nieuw beroep voor je kan noemen,1 voor je kunt gaan leren. Voor onr zer voel je dus niets?" „Neen meester, Zoals je zegt". p fcn i 'eg ii •egge 'dn o< (Wordt verrWerbe' de inshu 1 Wc en, d lig v hoe eraa: igelij Hen rucht g V ideri; ld bi leilijl ing I ijgen I» ipell ings' vveg< gem; naa: n vai t am :n. Wij chter imp in te ojecti bin: :g ve pla< ndier de bn ordt ies 8 pens n de it Nc en. E »eren

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1956 | | pagina 4