Pimba de negerjongen „DRIE VROUWEN" (Vervolg van pagina 1) den zou ik U zeker kunnen noemen. Ik zou overigens nog wel op iets an ders willen wijzen. De inmiddels be roemd geworden circulaire van de Mi nister van Binnenlandse Zaken is er oorzaak van dat het gemeentebestuur halsstarrige pogingen doet om Gedepu teerde Staten te bewegen goedkeuring te hechten aan enige door de Raad zeer ur gent geachte objecten, - de Witteweg, de Groeneplaats en parkeerplaatsen. Deze objecten zullen tijdig voor het seizoen moeten worden gerealiseerd. In feite gaat het om een bedrag van minder dan 100.000,—. Daartegenover zij medegedeeld dat kortelings de bouw van een nieuwe tele fooncentrale op Texel werd gegund voor een bedrag van, naar ik meen, plm. een half miljoen. Vanzelfsprekend achten wij de Cen trale voor Texel van het grootste belang. Ik zou U echter de vraag willen voorleg gen, wat acht U in een korte voor ons liggende periode van groter belang? De realisatie van genoemde gemeentelijke objecten, die voor de broodwinning van meerdere Texelaars van belang zijn of het andere object. Of, wanneer ik buiten de direct gemeentelijke sfeer probeer te blijven wat zou U prefereren, de bestem ming van 500.000,voor een minder vergaande beknotting van het ruilverka- velingswerk, dan wel voor de telefoon centrale. Ik persoonlijk zou het antwoord wel weten. Maar kennelijk is de vraag zelfs niet gesteld, anders zou men toch mogen aannemen dat het gemeentebe stuur er in werd gekend. De discussie over de meergenoemde circulaire is overigens wel zeer interes sant. Het behoeft geen verwondering te baren, dat juist de grote gemeenten als Rotterdam en Amsterdam in het open baar scherp gereageerd hebben op de circulaire van de Minister van Binnen landse Zaken. Het heilig huisje der au tonomie is nu aangetast. Begrijpelijk dat grote gemeenten met in feite meer auto nomie dan de anderen in het geweer komen. Wanneer echter een Wethouder van de gemeente Amsterdam - indien ik het al thans goed bezie - binnen ons huidige bestel een andere autonomie bepleit dan voor de kleinere gemeenten dan mag hier wel wat tegen gezegd worden. Dan zou wel eens kunnen worden op gemaakt, dat vele bestuurders van kleine gemeenten met ontzag opzien naar de grote bedragen die voor zaken moeten worden uitgegeven, waaraan zij voor hun inwoners nooit toekomen, dan zou ook wel eens kunnen worden opgemaakt, dat in die grote gemeenten wel voorzienin gen worden getroffen, die zij de kleine bestuurders, zo objectief mogelijk beoor deeld, minder urgent achten dan voor zieningen in hun gemeenten van het eerste belang. Wanneer het in alle kamers van een huis door een mankement aan de water leiding lekt, sluit men de hoofdkraan af. En alle getheoretiseer terzijde moet dan worden erkend, dat voor de huidige situ atie het huis het hele land is en dat dan ook alleen de Regering de kraan kan be dienen. En dan zullen groot en klein ge lijkelijk een veer moeten laten. Nu door de financiële situatie de ge meentelijke autonomie weer in het mid delpunt van de discussie blijkt komen te staan, krijgt men de neiging daarop zelf ook in te gaan. Ik geloof dat het weinig zin heeft, ik krijg althans de indruk, dat op vele en belangrijke posten men gaarne bereid is om met een charmant gebaar lippen dienst te bewijzen aan een nu eenmaal versleten en uitgemergeld begrip, zoals men die gemeentelijke autonomie dan ziet, maar dat van een au serieux nemen van dit eens zo belangrijke goed niet meer kan worden gesproken. Overigens geloof ik dat men zich hier over ook in de gemeentelijke sfeer wel eens weer mocht beraden, want dat men daar wel eens te zeer aan het verleden vasthoudt, en in dit opzicht de ontwik kelingen niet volgt en bijhoudt mag ook wel worden erkend. Leden van de Raad met deze sombere woorden wil ik niet sluiten. Ik wil ons zelf qelukkiq prijzen met het aantal za ken in 1956 bereikt, ik wil de hoop uit spreken dat het de qemeente ook in 1957 goed maq qaan en dat het U en mij nadat wellicht zal blijken dat de donke- ïe wolken niet zo donker waren, weer voort kunnen qaan aan de opbouw van onze qemeente; dat het ook voor U en de Uwen weer een goed jaar maq zijn. Ik heb gezegd. Deze nieuwjaarsrede is hèt punt van de agenda geworden, want deze ver toonde verder geen wereldschokkende onderwerpen, terwijl ook de rondvraag, die wel eens interessant kan zijn, dit maal weinig om het lijf had. De heer G. Snoeij, benoemd tot hoofd van de o.l. Vondelschool te Beverwijk, werd eervol ontslag verleend als h.d.s. te De Waal. De heer L. G. Weldering, die reeds als leraar aan de ulo is verbonden, werd thans in vaste dienst benoemd. De voor dracht ter vervulling van de vakature van een vertegenwoordiger van de ge meente in de Raad van Bestuur van de N.V. Luchtvaartterrein Texel werd als volgt samengesteld: 1. de heer C. H Roeper (14 stemmen) en 2. de heer A. Dros, 1 stem. Dat de raad akkoord zou gaan met het voorstel om „De Vergulde Kikkert" - nou, verguld, verguld - voor de spotprijs van 8.000,aan te kopen van de heer J. C. Rab, was te voorzien. De raad toon de zich met dit aanstaande bezit erg verguld. Ook mevr. Vrijdag-Keijser vond het prettig, dat men dit gebouw uit de tanden van de tijd zal trachten te ruk ken. Zij vreesde echter, dat er achter die J 8.000,nog wel een paar nulletjes zou den komen eer dit pand grondig gere staureerd is, maar zó erg zal het toch ook weer niet kunnen zijn. Voor een halve ton speelt men dit onzes inziens wel klaar. Over de veiligheid in het verkeer wil len wij het nooit meer hebben. Maar er zit nog een ander facet aan: het lawaai. Neem nou de brommers eens. Hoe meer leven die produceren, hoe liever het de berijder is. Hier moet nu maar eens een eind aan komen, vond onze Vroedschap, die zich als één man achter het voorstel van B. en W. stelde om de 27ste politie verordening in die zin te wijzigen, dat brommers voortaan met een geluiddem pende knalpot dienen te zijn uitgerust. Akkoord ging men ook met het voor stel tot uitbreiding van de o.l. school te Oudeschild met een leslokaal, terwijl ook de besturen van de r.-k. school, de nuts- kleuterschool en de Hoornder kleuter school hun wensen in vervulling zagen gaan. Een nieuwtje was verder de aankondi ging van een fikse verbouwing van huize „Irene", waarvoor zeker een ton zal moeten worden uitgetrokken. De voor zitter had uiteraard als liefste wens de stichting van een gloednieuw, modern gebouw gezien, maar dit zal voorlopig wel een wensdroom moeten blijven. Tijdens de Rondvraag wilden meerde re leden wel eens weten, hoe lang het zeer bouwvallige pand in de Waalder- straat de voorbijganger nog moet bedrei gen. „Bij een volgende storm ligt het om", zo werd gewaarschuwd. De heer J. Daalder wenste toezending van een afschrift der notulen. De heer S. van der Vis vroeg wanneer De Koog nu eens zijn definitieve verlich ting krijgt. Toch voor het seizoen? De voorzitter zou hierover een gesprek op nemen met de directeur van de T.E.M., maar verklaarde tevens, dat hij op het schema van uitvoering geen invloed wenste uit te oefenen, want de T.E.M. doet wat zij kan. Mevr. Koning-Bruin bracht de toe stand van de Achterweg te Oudeschild ter sprake, de heer Jn. Vlaming de stort plaats van de gemeentelijke reinigings dienst, die met een Vesuvius werd ver geleken. Een particulier kan van dit ter rein welhaast geen gebruik meer maken. De heer W. Wassenaar zei nieuwsgie rig te zijn naar de wijze waarop men het woningtekort van Texel berekend heeft. Het zou lachwekkend zijn als men niet moest vrezen, dat deze berekening voor Texel funest kan wezen omdat men in Den Haag aan die cijfers grote waarde schijnt te hechten. De heer K. Beumkes wees op de toe stand van het rijwielpad in de buurt van het Molwerk, waar dit pad door de werkzaamheden aan de dijk onbruikbaar geworden is-. Het fietspad lag op de dijk, maar zal daar niet opnieuw mogen wor den aangelegd. Men zou het tracee nu wellicht .langs de dijk kunnen doortrek ken. Hierna volgde sluiting. WEGVANGEN VAN HARINGBROED BAART ZORGEN Alle zeebiologen van Noordwest-Euro pa maken zich druk over het teruglopen van de haringstand en zoeken naarstig wegen om overbevissing te voorkomen, maar de visserij op zeer jonge haring wordt rustig voortgezet. Aldus meldt „Het Vrije Volk". Zij vervolgt: Ook de Nederlandse vis sers zijn thans bezig om een steentje in de visserij op jonge haring bij te dragen Er worden de laatste tijd flinke hoeveel heden van het jonge haringbroed onder naam sardien in de havens van IJmuiden, Scheveningen en Breskens aangevoerd. Naar wij van de zijde van het Centraal Instituut voor Visserij onderzoek verne men, zijn de hoeveelheden die door de Nederlandse kottervloot worden aange voerd niet alarmerend. In vergelijking met de enorme hoeveelheden jonge ha ring die de Duitsers en Denen voor hun visverwerkende industrieën plegen te vangen zijn de vangsten van de Neder landers vrijwel onbetekenend. Maar zelfs al zouden de vangsten alar merend zijn, dan is er nog niets aan te veranderen. Want het is niet verboden om deze jonge haring aan te voeren. De biologen vermoeden, dat de haringstand door het vissen op het jonge broed wordt geschaad. Zekerheid hieromtrent bezit men nog niet. De onderzoekingen, die thans in onder linge samenwerking door de zeebiologen van alle Noordwest-Europese kustlan den worden uitgevoerd zullen moeten bewijzen of dit inderdaad het geval is. 10. Pimba staat voor een beek. Hij kan er door waden, maar dat duurt te lang. Vliegensvlug klimt hij in een boom, die ver over het water reikt. Een liaan! Ja, daar heeft hij hem. Hij pakt de stevige stengel krampachtig beet, zet met zijn voeten af en maakt een reuze zwaai naar de overkant. „Bari, Bari" roept hij, en FEUILLETON door W. KERREMANS 50. „Neen. Mijn man liep altijd rond met het plan om een goede hengst aan te schaffen, maar het is er nooit van geko men. Ook al omdat de prijs voor zo'n dier erg hoog is. Wat denkt u dat een eerste klasse hengst zou kosten?" „Voor een flinke Oldenburger zult U zeker moeten rekenen op een bedrag dat boven de 5000,ligt!". Mevrouw Horsting knikte langzaam en zei zacht: „Daarmede moeten we dan wachten tot hier wat orde is geschapen en de financiën zo'n uitgave veroorloven. Zoudt U het aandurven met het tegen woordige materiaal?" „Ik heb de paarden nog niet gezien". „Ik zal u straks even rondleiden, maar eerst wil ik u een uiteenzetting geven van de toestand zoals die hier op het ogenblik is. Hebt u er al iets van gezien?" „Heel vluchtig en weinig, mevrouw Horsting". „Dat is misschien toch genoeg om U enige indruk te geven?" „Ochalleen een haastige rond blik...." „Wat hebt u daarbij opgemerkt? Zegt U het mij eens ronduit en zonder terug houding?" Venkel aarzelde. Wat moest hij haar zeggen? Zij liet hem niet lang zoeken naar een antwoord. „Ik zie het al. Het kan niet anders, iemand als u die een bedrijf als het mij- pe kan beoordelen, heeft aan die enkele daar komt het aapje al. Samen verstoppen ze zich tussen de struiken. Pimba heeft gezien, dat een eindje verder herten aan het drinken waren. Die leiden misschien de aandacht van de leeuw af. Waarom zouden de herten de leeuwin niet opgemerkt hebben? Ze hebben een minuten genoeg om te zien, dat het vre selijk is. Het kan zo niet doorgaan. Vink is een man, die. „Hij noemde zich directeur, is dat zijn titel?" „Directeur?" riep zij verontwaardigd. „Is die kerel gek? Misschien streeft hij daarnaar, hoopt er »op, maar hij is nog niet bekwaam om stalknecht te zijn. Die drinkeboer. Hij is de boze geest hier en bederft wat er nog goed is in de twee andere knechts". Uitvoerig vertelde zij hem nu wat Venkel al wist: dat de fokkerij reeds tij dens het leven van haar man niet flink beheerd was en dat het nu van kwaad tot erger was geworden, dat de winst terugliep en dat bij een voortzettting op de wijze van thans het einde niet lang kon uitblijven. Er moest, zeide zij, een meester komen, die met vaste en strenge hand de teugels kon opnemen, dan kon de zaak gered worden en tot nieuwe bloei geraken en zij eindigde: „Mijnheer Venkel, ik heb aan mijn ou de vriend Kortebas om raad gevraagd en hij is expres naar hier gekomen om mij die te geven. Ik zal U niet herhalen wat hij van U heeft gezegd, u zoudt er verle gen onder worden, maar ik heb begre pen, dat U de man zijt, die ik zo drin gend nodig heb en nu ik nog maar zo kort met u heb gepraat, kan ik zeggen, dat ik vertrouwen in u heb. Ik bied U deze betrekking niet aan, maar ik vraag het U met grote aandrang, mijnheer Venkel, kom hier en help mij. Laat ons samen de zware taak gaan opnemen, die U hier zou wachten, kom en wees mij erg goed reukorgaan, weet Pimba van zijn vader. Ha, hij weet 't al. De wind staat in de verkeerde richting. Zij kun nen de leeuwin niet ruiken, maar de leeuwin de herten wél. Nu zal het dier zeker deze kant opkomen. Kijk de her ten spitsen hun oren al. Straks zal de leeuwin wel te voorschijn komen. S.V. Texel Uitslagen van zondag: Inhaaldag: DTS-VZV 1—0; JVC-Texel 00; Grashoppers-RKAFC 22; Succes- WGW 1—1. Texel 2-Hollandia T. 2 1—3. Texel 2 was met haar incompleet elf tal niet tegen H. opgewassen. De bezoe kers waren niet alleen sneller, maar ook was hun plaatsen, vrij lopen en doorzet ten beter. Zo stond Texel met de rust al tegen een 30 achterstand aan te kij ken. In de 2e helft deden zich enkele goe de kansen voor, maar het lukte niet. Één maal wist Henk zich goed vrij te spelen, waaruit hij een fraai tegenpunt scoorde. Bij Texel verdedigde Tonny z'n doel uitstekend en voorkwam een dikke ne derlaag. Jan in de verdediging deed eveneens prima werk. Texel b won van Tex. Boys a, waar ze op bezoek waren, met 60. Flink ge daan, jongens. Texel c maakte met HRC g korte met ten. Met 90 werd hier gewonnen. Het is een lust om deze jonge ploeg te zien spelen. Zoals al meer gebeurd was, liet ook nu weer Robby Beumkes verstek gaan. We kunnen hem beter niet meer opstellen. Texel 1 kwam tegen JVC niet verder dan een puntenverdeling 00, ondanks een veldmeerderheid van Texel. Verde diging en halflinie speelden puik, maar in de voorhoede was het weer mis. Hen- ny raakte vrij spoedig op halve kracht en liet zich, jammergenoeg, niet vervan gen. Het terrein was uiterst zwaar. Cees miste een vrije kans, evenals Martien. Jammer, jongens, deze punten hadden we beide moeten meenemen. Aid. Handbal. Een Bondsoefenmeester heeft voor de jeugd en voor de senioren een training gegeven. De jeugd in het gymlokaal, de senioren op het terrein. Ze hebben van de oefenstof kunnen profiteren en het is een zeer nuttige dag geweest. Hopen we nu maar, dat door regelma tig en doelmatig trainen we tot de beste verrichtingen komen. A.s. zondag: Texel-Schagen; Texel a- Schagen a; Texel b-De Koog a; Texel c- Schagen c. Handbal Texel uitwedstrijd. Texelse Boys-nieuws Tex. Boys 1-Cocksdorp 1 20. Dit is een zeer aantrekkelijke en span nende wedstrijd geworden. Cocksdorp heeft getracht zijn huid zo duur mogelijk te verkopen. Zij is daar zeker in geslaagd en dat de score niet hoger is geworden is te danken aan de prima spelende SVC- keeper Stolk, die verschillende malen op sublieme wijze redde. Zelfs een toege kende penalty vond in zijn ogen geen genade, want als een panter dook hij op de bal, die overigens slecht genomen was. De eerste speelhelft verliep in grote spanning, want beide doelen waren ver schillende malen in gevaar. Over het al gemeen waren de Boys iets in de meer derheid, doch de SVC-verdediging draai de op volle toeren. Zodoende ging de rust met dubbelblanke stand in. Tijdens de 2de helft begonnen de Boys een offensief in te zetten door goed op gezette aanvallen via de buitenspelers te lanceren, maar nog hield de S.-verdedi- ging stand. Na ruim een kwartier werd een corner goed door l.-buiten Kuip voor het doel geplaatst. De hoog opspringende keeper kon echter niet bij de bal en r.- buiten M. Boogaard schoot buiten ieders bereik in: Kort hierop werd een voorzet van rechts keurig ingekopt, doch r.back Dootjes wist een doelpunt te voorkomen door met zijn vuist de bal weg te stom pen, waarop de bovenomschreven penal ty volgde. Tien minuten voor het einde wisten de Boys de overwinning veilig te stellen door een doelpunt van midvoor J. van Heerwaarden, die ook nu een voorzet van Kuip wist te benutten en de S.-keeper kansloos versloeg. Cocksdorp trachtte vergeefs de eer nog te redden. Boys 2 moest in een prettige en spor tieve wedstrijd in ZAP 2 zijn meerdere erkennen: 62. De adsp. a kwamen na een lange rust periode ook weer eens in het veld nl. tegen Texel b. Met 60 verloren onze jongens. Denk erom, jongens, de volgen de week volhouden tot het einde en niet de moed laten zakken. De welpen speelden tegen Texel. In een pittige wedstrijd wonnen onze jon gens met 21. Zondag a.s.: KSV 1-Tex. Boys 1; Tex. Boys 2-Geel Zwart 2. Zaterdagmiddag Oosterend a-Tex. Boys a. S.V.C.-nieuws Het eerste ging naar Tex. Boys en heeft het er niet zo slecht afgebracht als de vorige keer. S. wist de snelle aan vallen van de Boys te onderscheppen en het bleek al gauw dat de ploegen elkaar niet veel toe zouden geven. De achter hoede was prima op dreef met aan het hoofd de goed spelende keeper, die ver scheidene aanvallen onschadelijk maak te. S. wist de stand tot de rust 00 te houden. Na de thee kwamen de Boys goed op zetten, maar wisten dit eerst niet met doelpunten te bekronen. Na twintig minuten spelen wist de Boys aan een 10 voorsprong te komen door het ver keerd begrijpen van een corner, waar door de Boys-rechtsbuiten maar voor het inschieten had. S. ging verwoed door, maar verder dan een paar goede aanval len kwamen ze niet. 10 minuten voor het einde verhoogden de Boys de stand tot 2—0. S. mag terugzien op een goed gespeel de wedstrijd. Het tweede deed het ook goed en wist met 51 van ZDH 2 te winnen. Goed zo. De adsp. deden het eveneens goed en wonnen met 51 van Oosterend. Programma a.s. zondag: SVW 1-SVC 1. Vertrek met boot 11,30 uur. SVC 2-De Koog 2, aanvang 2,30 uur. De adsp. gaan naar ZDH a op bezoek, aanvang 4 uur. Vertrek 3,15 uur van Barends. S.V.O.-nieuws We trokken met een hele serie inval lers naar St. Victor. Albert liet ons nu weer eens wachten zonder afbericht. Dat hoort er tegenwoordig zo bij. Het veld is behoorlijk zwaar en spekglad. We hebben dan ook minstens een kwartier nodig om ons hier op aan te passen, maar als de voorhoede doorkrijgt, dat men met uit kijken meer bereikt dan met rennen, begint het bij ons te draaien. De l.-bin- nen speelt zich steeds keurig vrij en weet de score te openen: 10, wat hij even later herhaalt. Als een back de bal achterover kopt is de midvoor er meteen vandoor en met een hard schot is het 30. Nu hebben ze de smaak te pakken: de l.-binnen maakt nog 2 doelpunten en de l.-buiten nog 1. We gaan rusten met een 60 voorsprong. Na de rust wordt er bij ons wat kal mer gespeeld en we krijgen de wind te gen. Toch is het de l.-buiten die no. 7 hard in de touwen jaagt en even later doet hij no. 8 in de touwen belanden. Wij beginnen het nu wel te geloven en hier door kan St. Victor de eer redden: 81. Toch geeft deze stand de verhouding in het veld niet geheel weer, want zoveel was St. V. niet minder. Volgende week gaat het eerste naar Grashoppers. A.s. zaterdag spelen adsp. b thuis tegen Tex. Boys a, aanvang 4 uur. P.S. Albert zijn afwezigheid had goede redenen. Hij zorgde voor uitbreiding der vereniging. Gefeliciteerd namens de sport. DAMCLUB TEXEL Uitslagen van 1 februari 1957: Jeugd: J. Moerbeek- W. Laan 20 J. v.d Bout-T. Verheije 02 M Stam-K. Schoorl 11 H. Verstegen-P. v.d. Wulp 20 J. A. v.d. Slikke- I. Moerbeek 20 P. Bruin-K. Schoorl 20 A.: Jac. v. Heerwaarden-S. Ros 02 W. A. v. Zeijlen-J. Vinke 20 J. Hooijberg-C. v. Heerwaarden 11 C. Meedendorp-Joh. D .Bakker 20 C. Meedendorp-C. Dijker 02 B.: A. v.d. Slikke-G. Dros 11 C. P. Burger-J. J. de Beurs 11 Jo Schoo-S. v. Heerwaarden 02 C.: C. Vinke-J. J. Lafeber 20 R. Rijm-Jac. Bink 20 Jn. Koorn-J. Hillen 11 C. Meedendorp doet het nog steeds goed en de kans, dat hij volgend jaar het vierde of mogelijk zelfs het derde bord zal bezetten is niet uitgesloten. In een stand van 8 om 8 leek C. van Heerwaarden duidelijk op winst te staan. Bij de afwikkeling bleek wit nog juist voldoende verdediging te hebben tegen de aanval van zwart's lange vleugel. Jo Schoo werd overtuigend verslagen, waardoor S. van Heerwaarden nu wel zeer stevig aan de kop staat. In C haalde R. Zijm een partij en daar door twee punten op D. v.d. Werf, die nu nog een voorsprong heeft van 1 punt, met een partij meer gespeeld. tot steun, voorkom de ondergang van deze fokkerij, die nog zo goed kan wor den bij een behoorlijke leiding. Ik mag wel zeggen, red mij en mijn kinderen van een dreigende en steeds meer nader komende ondergang". Venkel had gedurende het onderhoud slechts een paar maal een korte vraag gesteld en een opmerking gemaakt, maar zijn sympathie voor mevrouw Horsting was van het eerste moment dat hij haar zag, toegenomen en hij aarzelde niet meer. Nu verlangde hij er naar om da delijk te beginnen en haar te helpen, haar los te maken van het gore individu, dat haar naar een afgrond voerde; de zaak weer op poten te zetten en het werk aan te vatten, dat hem lokte. „Mevrouw Horsting", zei hij op een voudige, bescheiden toon, „ik neem uw voorstel aan. Ik kom en zal mijn best doen hier. Hij stopte. Hij werd zich bewust dat het pijnlijk zou zijn voor haar te moeten horen wat hij eerst wilde zeggen hier wat orde te brengen, maar hij be hoefde niet naar een andere uitdrukking te zoeken, want mevrouw stond verheugd en met een stralend gezicht op, kwam naar hem toe en reikte hem beide han den: „Wat ben ik U dankbaar, mijnheer Venkel. Ik gevoel me nu reeds als gered. Het is.het is zo. „Lief van U" had zij op de tong, maar dat zou toch wat vreemd klinken tegen deze, haar volkomen vreemde man. „Het is zo goed van u. Ik weet het dat mijn fokkerij nu in goede handen komt en weer zal opgevoerd worden". Ze zweeg en stond even in beraad. Toen ging zij haast onhoorbaar verder, met haar gelaat afgewend: „En nu neemt u het aan, zonder een vraag naar de conditiesKortebas heeft niet te veel van u gezegd. Neen, dat zeker niet. U neemt deze moeilijke, lastige betrekking aan, waarin zeer veel van U verlangd en verwacht wordt, waarin u onmatig hard te werken zult hebben, zonder te vragen wat uw loon, uw salaris zal zijn". Zij keek hem bijna vertederd en be wonderend aan en zei toen bedremmeld: „Ik kan u geen hoog salaris bieden. Te weinig voor wat ik van u vraag, maar het kan niet". Er was iets angstigs in haar stem ge komen. „Het zal genoeg zijn, mevrouw Hor sting", antwoordde Venkel stil. Mevrouw Horsting moest even slikken en haar ontroering verbergen. „Het zal genoeg zijn" had hij gezegd, zonder iets te weten. Wat lag er niet in die enkele woorden, vertrouwen in haar, bereidheid om haar te helpen, geen begeerte, maar integendeel klaar tot opoffering, tot een sober en moeilijk leven. In volle een voud en natuurlijkheid sprak hij, alsof dat alles niets buitengewoons was. Een man als hij, die een goede naam had, die gemakkelijk een veel betere betrekking zou kunnen vinden. Kon zij hem op die voorwaarden wel aannemen? Moest zij Venkel niet duidelijk laten begrijpen, wat er verwacht werd van hem en hoe hij van een klein salaris zou moeten rondkomen? Neen, dat ging toch niet. Ze moest hem meer inlichtingen geven en haperend vervolgde zij: „U zult elders moeten wonen". „Ja, ik zal elders moeten wonen". „Vink", zei ze haastig, „woont in een café, maar daar moet u niet gaan". „O neen, zeker niet". „Ik zal een goed adres voor U opzoe ken!" „Dat zou heel vriendelijk van u zijn". „De pensionsprijs zal niet hoog zijn". „Neen, dat denk ik ook niet". Nog altijd een verschuiving van de omineuze woorden, het pijnlijke getal. „Voorlopig kan ik u 250,per maand aanbieden.met misschien.een aandeel in de winst.maar ik ben bang. „Ik ben tevreden, mevrouw. Over het winstaandeel kunnen we beter spreken, als we een jaar verder zijn". „Een ogenblik", zei ze en wendde zich snel af en ging de kamer uit. Zij was heengegaan omdat de ontroe ring haar te machtig was geworden. Het gesprek had haar reeds aangegrepen. Te moeten vertellen aan een man, die zij voor het eerst zag, hoe ongunstig haar toestand was, hem haast te moeten sme ken haar te hulp te komen en nu die korte hartelijke antwoorden van hem, welke haar deden begrijpen, dat hij niets anders begeerde dan haar te hulp te komen, dit alles deed haar weerstand haast bezwijken en buiten de kamer moest zij tot zichzelf komen. (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1957 | | pagina 4