V
Ir
WACHTEN
Pimba
de
negerjongen
duurt altijd lang
Gij
s de Peur
NJ
TWEEMAAL „ONDER VALSE VLAG"
Morgenavond worden alle Zuid-Eier-
landers in de Kapel aldaar verwacht om
het blijspel „Onder Valse Vlag" bij te
wonen. Voor deze avonden - thans ten
bate van de Kapel - bestaat altoos flinke
belangstelling en de tonelisten hopen, dat
donderdagavond wederom een groot
aantal toeschouwers present is.
Omdat de rollen er nu toch muurvast
inzitten is besloten om zaterdagavond
met souffleur en attributen naar het hoge
noorden te trekken om in Texels noorde
lijkste vergaderzaaltje op te treden en
wel in het Wijkgebouw, dat ook van tijd
tot tijd graag met een financiëel resul
taat wordt verrast. Een dubbele blijd
schap, dus, want wij mogen er op reke
nen, dat de lach weer van voor tot ach
ter door de zaal zal golven.
AUTO-EN BROMFIETSFONDS
VAN HET WITTE KRUIS
Ter gelegenheid van het 50-jarig be
staan van de afd. Texel van het Witte
Kruis, werd door de Bond van Platte
landsvrouwen bij monde van haar voor
zitsters, mevr. Laan, de belofte uitge
sproken t.z.t. voor een vierde wiel te zul
len zorgdragen voor onze nieuwe auto.
Aan deze toezegging is op 14 maart op
grandioze wijze gevolg gegeven door het
ten tonele brengen van een revue, ge
titeld „Het Vierde Wiel". Het batig saldo
van deze zeer geslaagde avond, ten be
drage van 658,08, inclusief loterij en de
door de heer en mevrouw Zwan georga
niseerde open schaalcollecte werd aan
het Witte Kruis afgedragen.
Namens het Bestuur van het Witte
Kruis nogmaals onze bijzonder hartelijke
dank aan alle dames en de Visser, diri
gent dameskoor, die hun medewerking
hebben verleend aan 'net tot stand ko
men van deze revue. Een bijzonder woord
van lof en dank aan mevr. Laan, die de
wel zeer moeilijke taak op zich genomen
had deze revue samen te stellen uit de
gang van zaken bij ons Witte Kruis van
af de oprichting tot heden, en hierin in
alle opzichten schitterend is geslaagd.
Op het ogenblik is in het autofonds 'n
bedrag gestort van 3.458,38. Wie helpt
de nu nog ontbrekende 500,voor
deze auto boven water te halen. Een
mevrouw, die onbekend wenst te blijven,
gaf hier een sprekend voorbeeld. Zij was
verhinderd de uitvoering der Platte
landsvrouwen bij te wonen en stelde in
de plaats daarvan een bedrag beschik
baar van 50.Hulde aan deze bij het
bestuur onbekende mevrouw, onze har
telijke dank?
Voor de nieuwe bromfiets ten behoeve
van onze wijkverpleegster te Oosterend
kwam het eerste bedrag van 2,50 van
de heer J. S. te Oosterend binnen. Onder
de gewone giften kunnen wij een bedrag
noemen van 50,ontvangen van de
heer P. v.d. V. te Oosterend. Eveneens
onze hartelijke dank.
Leden te Oosterend en omgeving, denk
nog eens aan die nieuwe bromfiets van
Uw zuster: auto en bromfiets kunnen wij
uit de gewone middelen niet financieren,
voor deze buitengewone uitgaven hebben
wij Uw steun nodig.
Het Bestuur zou het bijzonder op prijs
stellen als de daarvoor uitgegeven
400,nu eens door onze leden in Oos
terend en omgeving op tafel werden ge
legd, met een beetje goede wil is dat toch
wel te bereiken.
HERV. GEMEENTE OOSTEREND
Vanavond om 8 uur Samenkomst in
de school van Oost.
TEXELSE MARKT
Aangevoerd maandag 18 maart 1957
4 koeien 700800; 2 pinken 400500; 6
schapen 80125; 40 biggen 4055; 10
schrammen 5565; 50 nuchtere kalveren
40—70.
S.V.O.-nieuws
Door terreinafkeuring ging de wed
strijd zondag niet door. Zonder wijziging
rusten we a.s. zondag weer. We weten
welhaast niet meer wat voetballen is.
Adsp. b. spelen uit tegen Texel b, 4 u.
FILMNIEUWS:
„JAMBOREE"
Jarvis, directeur van de Bevroren
Voedsel Maatschappij, en zijn bedrijfs
leider, Don Wilson, hebben besloten
Ernest Tubb en zijn Texas Troubadors
te engageren voor hun radio-programma.
Als Joe Mason, de impressario voor
Freddie Fischer en zijn Schnickelfritz
Band, dit verneemt, begeeft hij zich on
middellijk naar de Fairview Farm, waar
de Troubadors werken. De boerderij
wordt gedreven door Ruth Cartwright,
Kaar vier zusters en haar tante. Bij zijn
aankomst bemerkt Joe, dat de Trouba
dors inmiddels naar de stad zijn ver
trokken. Hij bericht de jongens van de
Schnickelfritz Band, dat zij naar de Fair
view .Farm moeten komen en dat zij moe
ten leren in de stijl van de Troubadors.
Joe en de jongens bemerken, dat het
boerenleven niet zo gemakkelijk is als zij
hebben gemeend. Er volgen vele vrolijke
en muzikale complicaties als de ene
band de stijl van de andere copiëert om
te trachten het contract voor het radio
programma te bemachtigen en het gevolg
is, dat beide bands worden afgewezen en
dat Ruth en haar Music Maids dit con
tract krijgen aangeboden.
„DE DRIE RINALDO'S"
Ingrid Andree is ongetwijfeld de
sterkste speelster in deze film, die in de
artiestenwereld speelt. Samen met twee
mannelijke collega's brengt ziy een tra
pezenummer dat een wereldnaam krijgt.
De ene collega, haar man, is een keurige,
r.iets kwaads vermoedende echtgenoot.
De andere is een boemelaar, die zijn best
doet de echtgenote te verleiden en zich
daartoe is haar kamer weet te dringen,
waarna hij de deur afsluit.
Het jonge vrouwtje wenst haar man
trouw te blijven en ziet geen andere op
lossing dan de ongewenste Don Juan
dood le schieten. Voor de rechters wenst
zij zich niet vrij te pleiten; haar moeder
moet als dramatische getuige de rechters
tot een milde straf voor haar overhalen.
Dit is zeker niet het sterkste deel van
de film, die hier en daar wat erg traag
is maar dank zij het goede spel van In
grid Andree een bezoek zeker waard is.
Nederlands nieuws
O.a. Romantiek herleeft in Museum
Fodor te Amsterdam; Cees Laseurs Dal-
matische doggen, druk hondenleven in
huis van Vader Doorsnee; Kindercircus
„Elleboog" voor het eerst in grote piste;
Carnaval 1957.
Wereldnieuws
O.a.: Doopfeest in Monaco; Vice-presi
dent Nixon bezoekt Marokko; NATO-
manoeuvres in de Middellandse Zee; De
goudkust wordt een onafhankelijke staat;
Bournemouth-Manchester in de kwart
finale.
OMVANG KIPPENSTAPEL
Tot onze verwondering lezen wij in
een pluimveeblad, dat wij beweerd heb
ben, dat er 11 miljoen kippen afgeslacht
zouden moeten worden. Men berichtte
ons, dat in meerdere nieuwsbladen een
soortgelijk bericht zou hebben gestaan.
Een en ander is nooit door ons be
weerd. Op vele bijeenkomsten hebben wij
steeds kort samengevat het volgende ge
zegd:
„vlug en streng selecteren van de jon
ge en de oude hennen" bij daling van de
leg opruimen. Neem tijdig een redelijk
aantal kuikens en wel een aantal over
eenkomend met 1955. Dus wel iets min
der kuikens dan in 1956.
En nog altijd is dit onze persoonlijke me
ning. Wij zouden een dringend beroep op
alle pluimveehouders willen doen om dit
advies ernstig te overwegen.
M. J. Dings, voorzitter N.P.F.
TEXELS GEMEENTERAAD BIJEEN
(Vervolg van pagina 1)
schermen. Dit geldt ook voor de bouw-
strook in de Parkstraat. T.a.v. de beplan
ting ben ik het evenmin met de heer
Hin eens. Dit is na moeizame besprekin
gen geboren in overleg met de ruilverka
velinginstanties. Als die beplanting aan
één stuk was, zou ik er ook tegen zijn,
maar ze bestaat uit het recht trekken
van enkele hoeken en dient voorts tot
beschutting der sportterreinen. Als wij
het plan niet aannemen zou dit een ern
stige vertraging tot gevolg hebben en na
delig zijn voor Texel.
Wethouder De Waard meende, dat
verlening van ontheffing het gevaar in
hield van het meten met twee maten.
En verder wees hij erop, dat de ver-
keersdeskundigen de plaats van het
autobusstation enig juist hebben geacht.
Als wij de bedrijfsgrootte van 150 m2
zouden laten schieten en ons alleen aan
een maximum van 60 pet. van de opper
vlakte zou verbinden, zou de belendende
eigenaar in de toekomst gedupeerd kun
nen blijken te zijn en volgens prof. Bruin
is 150 m2 in de practijk voldoende. Wie
grotere gebouwen nodig heeft zal buiten
Den Burg moeten bouwen. Wat het bos
plan betreft, ik zie hier een recreatie
voor de bejaarden, wier aantal allengs
groeit en voor de moeders met kinderen.
Hier en daar hebben wij banken ge
plaatst, maar wegens de veelal ongun
stige weersgesteldheid maakt men er
maar weinig gebruik van. Grote bedrij
ven veroorzaken klachten van de om
wonenden en daarom horen die op een
industrieterrein thuis.
Voorz.: „De schadevergoedingsrege
ling kan door de raad zelf bepaald wor
den. Het schenkt mij voldoening, dat de
heer Roeper het bosplan goedkeurt, want
dit is een geluid van onverdachte land-
bouwzijde. Aanvankelijk gold het plan
35 ha. Hier is dus duidelijk een compro
mis gevonden, aan de zuidzijde komt een
terrein voor diverse gemeentelijke doel
einden, die hun plaats zullen opeisen. En
zo zijn er nu reeds meerdere ontwikke
lingen die we nu al met enige angst aan
zien.".
De heer Vlaming: „Boerderijen kun
nen met subsidie elders gebouwd worden
en de eigenaars hebben er bovendien alle
belang bij om aan of op hun land te
zitten". De heer Roeper: „Voor de bouw
bedrijven ligt het dan nog gunstiger,
want die krijgen de schade voor de volle
honderd pet. uitgekeerd."
l K7*
15. Hoe kom ik hier levend vanaf? denkt
Pimba. Die krokodillen maken geen
haast. Die wachten rustig tot ik van de
honger naar beneden tuimel. Kunnen ze
lang wachten! Maar wat dan? Als hij
maar pijl en boog had! Aha, hij weet het!
Hij zal proberen er een te maken. Als de
krokodillen de tijd hebben, hij heeft het
óók. Pimba kijkt eens rond in de boom.
Dat is een mooi buigzaam bamboetakje.
En uit die tak is wel een pijl te maken.
Hij heeft geen mes om de pijl te scher
pen. Toch maar proberen. Het kost wat
moeite, maar het lukt. Er slingeren ste
vige lianen door de bomen,-maar het is
niet eenvoudig, daar een stuk af te halen.
Met zijn tanden knaagt hij net zolang tot
hij een stuk heeft, dat juist groot genoeg
is om zijn boog mee te bespannen. Dan is
de boog gauw gemaakt. Nu opletten,
zegt Pimba bij zichzelf. Zo'n pijl gaat
nooit door een krokodillenhuid heen. Er
is maar één plaats, waar ik zo'n monster
goed kan raken. Behoedzaam richt Pim
ba en met een meesterlijk schot treft hij
een van de krokodillen in het oog. De
anderen schrikken zó, dat zij hals over
kop de vlucht nemen. En snel als de
wind duikt Pimba weer in de rivier.
De heer Daalder: „B. en W. beroepen
zich op een officeuze toezegging, maar
nu wij met de practische bezwaren ge
confronteerd worden, ligt het toch wel
even moeilijker. De aannemers moeten
mogelijkheden vinden op de plaats waar
zij zich gevestigd hebben. De zaken in de
Parkstraat wordt bovendien de mogelijk
heid tot uitbreiding ontnomen. Wat het
bosplan aangaat, ik ben niet tegen re
creatie, maar ik zou de strook toch graag
wat beperkter zien, ik voel de urgentie
nl. niet zo erg."
Voorz.: „Het te bebossen gedeelte zal
misschien bescheidener moeten zijn dan
wij U thans voorstellen, wat ik overigens
wel jammer zou vinden. Overwegende
bezwaren zouden t.z.t. eventueel in een
wijzigingsplan aan de orde kunnen ko
men en als wij het plan nu afwijzen zou
de ellende niet te overzien zijn".
De heer Merkx bepleit een groter be
bouwingsoppervlakte, hij zou best tot
72-80 pet. durven gaan.
Wethouder De Waard: „Maar dan
schep je de mogelijkheid, dat er tegen
elkander aan gebouwd wordt".
De heer Wassenaar betoogde, dat een
schaderegeling niet alle werkelijke schade
vermag weg te nemen, maar uiteraard
dienen er bepaalde richtlijnen te worden
gevolgd. Voor de bestaande bedrijven
vreesde hij een pijnlijke situatie. Hij
stelde voor over te gaan tot aanbrengen
van een tweede achtergevelrooilijn. „Als
wij geval voor geval dusdanig regelen,
dat de betrokkenen er genoegen meene
men, blijven wij voor de toekomst voor
een schaderegeling gevrijwaard". Inzake
het bosplan: als wij geen ruilverkaveling
hadden zou ik het plan te groots en te
ingrijpend achten, maar door de r.v. kan
men de grond weer terugkrijgen. Als wij
deze grond nu geen bestemming gaven,
zouden wij t.z.t. weer in moeilijkheden
geraken. Ook met het ook op het toe
nemend toeristenverkeer te Den Burg is
zo'n bosplan welkom, over het algemeen
vinden wij rondom de dorpen wel een
tekort aan bos." Wethouder Hin: Mijn
bezwaar gaat tegen het kostbare van het
bosplan. Wij begonnen destijds met twee
plantsoenarbeiders en nu hebben wij al
9 man en momenteel is op ieder dorp
wel wat meer plantsoenwerk noodzake
lijk. Ik verwacht, dat dit financiëel bo
ven onze draagkracht zal gaan." Voorz.:
„Het kostenbezwaar is ongegrond, want
dit hangt geheel en al van het te voeren
tempo af. Het door wethouder Hin voor
gestelde terrein voor autobusstation zou
volgens de voorz. geen genade vinden in
de ogen van Ged. Staten".
Wethouder Hin: „Het nageslacht zal
ons de voorgestelde plaats verwijten. Bij
de aankomst kijkt men tegen de achter
kant van de woningen op".
Hierna ging men over tot de stemmin
gen, waarvan wij de uitslag in de aanhef
meldden.
Zonder de behandeling van het uit
breidingsplan zou de zitting stellig zeer
kort hebben geduurd, want wij passeer
den het ene hamerstuk na het andere.
De voorzitter deelde na opening mee, dat
de raadsleden de notulen voortaan thuis
bezorgd krijgen. Gedep. Staten hadden
verhoging van de presentiegelden voor
de raadsleden tot 13,goedgekeurd
per etmaal, óók als deze door een
pauze wordt onderbroken".
Benoemingen: „De heer W. Gilijamse,
Epe, werd benoemd tot hoofd van de in
aanbouw zijnde b.l.o.-school; de heer W.
Albers, Bennebroek, tot hoofd der o.l.
school te De Waal; mej. A. M. Bruin tot
onderwijzeres te Oudeschild; mej. J. C.
Snijder, Leiden, tot maatschappelijk
werkster in vaste dienst bij de Sociale
Dienst en de heer J. Kikkert Jzn. tot
assistent van de vétérinair-hygiënische
dienst in vaste dienst.
Het bestuur van de Stichting Texels
Museum werd als volgt gekozen: de he
ren J. C. Rab, M. L. Kempenaar, C. de
Koning, P. B. Riteco, J. Veldstra, E.
Noordijk en M. Mantje.
De grond transacties geschiedden volgens
de voorstellen.
Ook ging men - zonder mevr. Vrijdag
en de heer Keijser - akkoord met ver
hoging van het maximale crediet tot
125.000,in rekening-courant t.b.v. de
Stichting Sociaal Toerisme Texel. De
heer Keijser vroeg zich af of de gemeen
te hiermede wel de goede kant op ging.
We zijn met een crediet van 20.000,
gestart en dit zou nu reeds ruim zesmaal
zo hoog komen te liggen. Als ik zie wat
in de particuliere sector wordt bereikt,
aldus de heer Keijser, meen ik, dat wij
qua gemeente het nooit zo ver zullen
brengen. Voorz.: Dit is duidelijk een ge
volg van het eenmaal genomen beslui
tot de stichting en ik geloof niet, dat wi
daar spijt van behoeven te hebben, maa
dat de stichting zich op ,de goede we
beweegt. Over enige jaren zal zij vol
doen aan de doelstelling die de raad heef
gesanctioneerd. Van de aanvang af
overigens bekend geweest, dat, indien wi
een dergelijke stichting wilden invoeren
de accomodatie tot een bepaalde omvai\
zou moeten groeien en die was tot dus
verre te gering toen de stichting he
werk entameerde.
Wethouder De Waard: „Door uitbrei
ding kan dit object rendabel gemaak
worden". De heer Wassenaar: „Eers
voorstemmen en nu het nodige credie
onthouden lijkt mij inconsequent".
Mevr. Vrijdag en de heer Keijser ver
klaren zich tenslotte tegen verlening var
genoemd crediet.
De overige agendapunten leverdei
geen belangwekkende debatten op, zoda
spoedig tot de rondvraag kon wordei
overgegaan.
De heer S. van der Vis kwam met eei
wensje inzake de parkeerplaats van d
autobussen te De Koog en voorts ver
zocht hij namens de bewoners van d
dwarsstraat aan de Houtvester Boodt
laan aldaar om een trottoir aan te bren
gen. Wethouder De Waard verklaarde
dat dit reeds op de begroting staat. D
beslissing is dus aan Gedep. Staten.
De heer P. Smit verklaarde, dat be
langhebbende bewoners van de Wilhel
minalaan een lantaarn aan het Achter
om bekostigen. Desgevraagd zei de voor
zitter, dat er geen bezwaar tegen bestaal
dat de gemeente de kosten voortaan voo
haar rekening neemt.
De heer Daalder vroeg hoe het kwam
dat de TEM niet regelmatig het stroom
geld komt innen. Het bleek, dat papier
gebrek de inning stagneert.
De heer Merkx sprak met diepe ver
ontwaardiging over het gerees vai
bromfietsmaniakken door Den Bur^
vooral de Weverstraat wordt gaarne
hun circuit opgenomen. Hij veronder
stelde, dat de politie hier wel paal
perk aan zou kunnen stellen.
De heer K. Beumkes (Arb.) bracht eei
verzoekje over uit.... De Cocksdorp
waar men het nieuwe pad langs De Hoo]
door korte paaltjes tegen brutaal motor
verkeer heeft beschermd, maar het ge
volg is, dat die paaltjes in het duister
gevaarlijk obstakel vormen voor wande
laars en fietsers. Daarom wordt aan
brengen van borden voorgesteld.
Om half zes volgde sluiting.
(in een rij voor het loket)
Haalt daarom uw plaatsbewijzei
voor boot en trein in voorverkoo
bij de V.V.V.
WOE
DRUMBAND REPETEERDE
Woensdagavond hebben velen hun ja
aangeschoten bij het waarnemen va
pittige trommelslag, maar het bleek er
moeilijk de trommels in het vizier t
krijgen. Tenslotte werd uitgevonden, da
op het plein van de r.k.-school de gloed
nieuwe drumband van kapelaan Star
repeteerde. Het ging al heel aardig e
we zijn benieuwd naar hun eerste offi
ciële, klank- en kleurrijke show.
PUBLIKATIE VAN DE
CULTURELE RAAD
Donderdag 21 maart
Den Burg, „Texel", de heer J. A. M. C
van Dongen spreekt voor het Nut ove
z'n verblijf op Spitsbergen en z'n speur
tocht naar de zeppelin „Italia".
Den Burg, Aula J. P. Thijsseschoo
Bromfietskursus Ver. v. Veilig Verkeer
Vrijdag 22 maart
Den Burg, „Texel", mevr. Smit-Goeman
binnenhuisadviseuse spreekt voor Platte
landsvrouwen.
Den Burg, „Oranjeboom", Rederijkers
kamer UDI voert op „Het kan verkeren
Oudeschild, „Eigen Gebouw", Ir. H. Vo
spreekt voor P. v.d. A. afd. Oudeschilc
De Waal, Redmer IJskaschool, ouder
avond.
Zaterdag 23 maart
Den Burg, „Oranjeboom", Viering 25-ji
bestaan bestuurdersbond N.V.V.
Oosterend, „Wapen van Amsterdam'
P. A. Sipman spreekt over scheepsbouw
i.v.m. vissersvaartuigen.
FEUILLETON
door J. G. J. Bax
4. Hij was zijn dorp trouw gebleven,
stamde uit een schippersfamilie en had
zijn ouders helaas vroeg verloren. Zijn
broer en zusters voeren op rijnschepen
en woonden daarop of hier en daar ver
spreid in het land, ja zelfs tot in Duits
land toe.
Op een van de vele werven, die aan
de rivier lagen, had zijn zoon Arend la
ter een betrekking gevonden. Die was in
de scheepsbouw gebleven en woonde nu
in de stad, waar hij bij een van de grote
machinefabrieken bankwerker was. Ja,
zijn zoon, daar was hij trots op, dat was
een kerel, die zijn vak verstond en een
die wist wat hij wou. Was Arend er niet
geweest toen dat verschrikkelijke ge
beurde: zijn ontslag en kort daarna het
sterven van zijn vrouw, dan was hij er
vast nooit overheen gekomen. Reeds lang
liepen er geruchten, dat de maatschappij
bezuinigen wilde, omdat de vrachten
door zware concurrentie zo waren ver
minderd. Maar dat in zijn dorp ook
slachtoffers zouden vallen, had toch nie
mand verwacht.
Op zekere dag was hij op het kantoor
bij de agent geroepen die hem namens
de rederij moest mededelen, dat men hem
wegens bezuiniging en inkrimping van
personeel moest ontslaan. Hij zou voor
lopig nog in losse dienst kunnen blijven,
maar al spoedig bleek, dat een jonge
kracht zijn plaats ingenomen had en dat
die belofte van los werk maar een doek
je voor het bloeden was geweest. Dagen
lang had hij er mee rondgelopen, zonder
het thuis te durven zeggen. Geen werk
meer. Vandaag of morgen zouden d^
boten komen en gaan, zonder dat hij er
nog iets mee te maken zou hebben. Dan
kon hij als de oudere dorpsgenoten toe
zien, hoe alles werd geladen en gelost,
zónder hem. Had hij zijn hele leven niet
altijd alles in het werk gesteld, het op
onthoud zo klein mogelijk te houden? En
wat was hij er niet trots op, als de boot
toch weer op tijd vertrok, ook al was er
veel goed te laden en te lossen. Dit alles
zou nu voor altijd voorbij zijn.
Bij de rederij bestond geen pensioens
regeling, zodat hij geheel van zijn zoon
afhankelijk werd. Zijn vrouw, die al ja
ren aan een nierziekte leed, had zich het
ontslag erg aangetrokken en was korte
tijd daarna gestorven.
Toen zijn zoon een vaste betrekking in
de stad kon krijgen, had deze niet lang
geaarzeld en waren zij naar de stad ver
huisd. Arend was gelijk getrouwd en hij
was met hem meegegaan.
Zij woonden in een drukke arbeiders
wijk, waar hij echter niet kon wennen.
Meestal trok hij naar de havens, eerst
alleen, later met zijn kleinzoontje Bert.
Hij had daar toen vriendschap gesloten
met Leen, die destijds in een havenbuurt
zijn zaak had. Deze vriendschap bleef ook
nog bestaan, toen Leen zijn zaak had
overgedaan en naar het dorp was getrok
ken. Hij ging hem daar vaak opzoeken,
blij dat hij er eens een paar uurtjes tus
senuit kon trekken. Het beviel hem op
het rustige dorp zo goed, dat hij er vaker
heentrok en zo kennis aan Hoos kreeg.
Het was nu al weer enige jaren geleden,
dat Hoos besloot zijn vis in het dorp, dat
zich gestadig had uitgebreid, te laten
venten. Tot die tijd had Hoos zijn paling
en andere vis meestal aan de handelaren
in de stad geleverd, of verkocht aan de
liefhebbers, die hem er zelf voor kwa
men opzoeken. Toen zijn oudste zoon
Willem echter van school gekomen was,
en hem bij zijn visserij was gaan helpen,
werd de vangst vanzelf groter en kon hij
best wat meer afzet gebruiken. Leen
wist toevallig een woonschuitje te koop,
wat juist goed uitkwam en zo was hij
dan voor Hoos de vis gaan venten.
Het geld voor zijn schuit en zijn bak
fiets hadden Arend en Hoos hem voor
geschoten. Leen had er ook nog het zijne
aan gedaan. Die had, handig als hij was,
een practische bak op zijn fiets gefabri
ceerd, waarin hij de paling kon ver
voeren.
Het vertrek uit de stad had eerst nog
heel wat voeten in de aarde gehad, want
zijn kinderen hadden er maar niet zo
ineens in toegestemd, dat hij weer op zijn
eigen en dan nog wel in een woonschuit
zou gaan.
Vooral zijn schoondochter, overigens
een best mens, kon het maar niet be
grijpen, dat hij met alle geweld op zo'n
schuit wilde gaan wonen. Wat moest
daar nu van terecht komen, als hij ziek
werd en waarom wilde hij beslist weer
op zijn eigen? Had hij het soms hij hen
niet altijd goed gehad en was dit nu zijn
dank?
Hij had het haar niet kwalijk kunnen
nemen, dat zij er kwaad om was geweest,
want hoe kon zij begrijpen, dat hij zich
in die grote stad met haar drukte, haar
huizenmassa's en eindeloze straten een
gevangene had gevoeld. Hij, die zijn ge
hele leven in het rustige dorp had ge
woond en met hechte banden aan de ri
vier gebonden was. Hoe konden anderen
begrijpen, dat hij de huizen ontvluchten
moest en de havens opzocht, waar hij
weer eens het oude en vertrouwde beeld
van een uitgestrekt landschap voor zich
zag, een beeld, dat hij altijd weer met
gretige blik in zich opnam, gewend als
hij was geweest aan het wijde, onbe
grensde uitzicht vanuit zijn huisje aan
de dijk.
Van zijn zoon had hij minder tegen
werping ondervonden. Die had wel be
grepen, dat hij in de stad niet aarden
kon en hoewel hij zijn vrouw in het be
gin in haar bezwaren had gesteund, was
hij toch de eerste geweest, die had toe
gegeven met de woorden: „Als je maar
nooit vergeet, dat wij je niet hebben
weggestuurd".
Tot op heden had hij geen spijt, dat
hij zijn zin had doorgedreven. Alleen
miste hij kleine Bert wel erg, die hem
altijd op zijn wandelingen vergezelde en
die het met Opa best kon vinden. Hij had
daarom als regel gesteld op zijn minst
eenmaal per week naar de stad te gaan
en nu het weer een beetje ging zomeren,
kwamen zij hem ook wel weer gauw op
zoeken. Dit waren feestdagen voor Gijs.
Met zijn handel was het tamelijk naar
wens gegaan. Hij had langzamerhand
Uitgc
Boek
Den
Wi
inzaj
wins
Stoo
ziet
Ui
lezei
de x
de o
ken:
aan
verk
52.
Gebi
C. R
St
zijde
wins
ever
oorz
veel
onge
eers
vert
1952
niet
tot e
kan
de S
moe;
D»
J 11
In f<
verl.
auto
en I
gem
Ei
gesc
Hi
goec
van
72
het
hoof
van
brac
op e
toch
Hi
met
ondc
bezc
een
D;
Di
en g
M
H
23 i
13.4
en
6,05
mrt.
A
der
Zo
Mc
Su
zijn vaste klanten gekregen en verdien
de nu een behoorlijke boterham.
Hoge eisen stelde hij niet. Een goed
gezondheid en mooi weer waren voo
hem de hoofdzaak, zodat hij zelfs nog
centje op zij kon leggen. Zijn schuld ha
hij intussen ook kunnen afleggen. Net
hij had eigenlijk alle reden om tevrede
te zijn, vooral op een dag als vandaaj
een lekker zonnetje en de zomer voc
de deur.
„Ja", besloot hij zijn overpeinzingei
„het leven is toch nog zo slecht niet".
Leen, die opnieuw had ingelegd,
natuurlijk niet wist, welke beroersele
in Gijs' ziel tot deze optimistische 1<
vensbeschouwing aanleiding hadden g<
geven en bovendien al zijn aandacht b
zijn visserij had, stemde toch met hei
in. „Net wat je zegt en als ze nou nq
een beetje beter beten, had ik, wat m
betreft verder niets meer te wensen, da
straks nog een koppie koffie".
Gijs, wiens bedoeling het niet was ge
weest, dat Leen zijn ontboezeming zo
horen, ging er niet verder op in. H
voelde zich op het moment niet gestem
om over deze dingen van gedachten t
wisselen met iemand, wiens wensen al
leen maar uitgingen naar zulke materi;
listische dingen als „beter bijten" en „ee
bakkie koffie". Hoewel een bakkie kof
fie, daar had hij ook nog wel trek in.
(Wordt vervolgd)
D
Z. 2
2,50
D
D
O
D
O
2,50
2,50
V
van
naa
afw
deh
vro
ner
var
De
var
lijk
var
leic
de
de
i
zar
gev
doe
vel
linj
Da,
als
rer
T
Ko
do<
tiv
lui
lar
tijc
de
gei
eei
vei
lec
ka