SLAOLIE
PICCALILLY
Zilveruitjes
79
Sinaasappelen 9
Alle perken te buiten
ROOKWORST 70
SPERZIEBONEN
APPELMOES Aq
SPECULAAS 79
BOTERSTAVEN
1.25
maakt u het leven goedkoper!
BOTERHAM-
feCORRELSl
TAAI-TAAI
Wat met welk onderwijs
LETTERS 75
De plicht om te Leren
Bij Albert Heijn deze week nog
500
GRAM
GROVE
HOST
- - - - e-
HAAGSE
GRAM
LITERBLIK
HELE
GRAM
DROOGKOKEND
PAK
I Zz KILO
GROTE FLES
.V'..:..,.:.
00 GRAM
ZAK
tOO STUKS
hollands
talelzuiK
piccalü"
SAPPIGE GELDERSE
PER STUK 250 CRAM W
Een potje
en een potje
LITERBLIK
van goudreinetten LITERBLIK
NIEUWE OOGST
GROTE SPAANSE
DE WEG OMHOOG
FIJN GEKRUID PAK 500 GRAM V
CHOCOLADE
MELK EN PUUR
100 GRAM LETTER
sk».
met uitsluitend
roomboter en
amandelen bereid
PER
STUK
Deze prijzen gelden
t/m zaterdag 26 november
FEUILLETON
23. Schoorvoetend volgde het jeugdige
paar juffrouw Vrenken naar achteren
Ze meenden op alles voorbereid te zijn
geweest. Hardnekkige ontkenningen, of
kwaadheid en misschien wel een poging
om hen om te kopen, maar zeker niet
deze volgzaamheid en dit directe toege
ven van het bedrog.
Het zingen klonk steeds dichterbij.
Midden in een vrolijke uithaal, betraden
ze de bakkerij. Voor een der werkbanken
stond een figuur als dat van juffrouw
Vrenken, met de rug naar hen toe. De
handen bewogen zich vlijtig door de vele
bakkersattributen. Van onder de bak
kersmuts waren wat zwarte krullen uit
geglipt. Even keken ze stil naar de ijve
rige zingende werker. Deze scheen te
voelen dat hij niet meer alleen was en hij
draaide zich schielijk om.
Marrigje uitte een gil en sloeg tegelijk
haar handen voor haar mond. Bob kreun
de. Juffrouw Vrenken besteedde op dat
ogenblik geen aandacht aan hen. Vol
meegevoel was haar blik op haar broer
gevestigd.
„Jij zong", zei ze met iets van wrange
humor. „Weet je wel, dat je óók in de
winkel stond!"
De man stond daar als een toonbeeld
van verslagenheid. De, met meel besto
ven handen hingen slap langs zijn
lichaam. De schouders zakten moedeloos
mee. Maar het hoofd bleef met het ge
zicht naar hen toegedraaid en het was
dat gezicht dat Bob en Marrigje die diepe
ontsteltenis bezorgde.
Van onder de muts kwam een recht
blank voorhoofd. De wenkbrauwen wa
ren regelmatig gevormd. Zo de ogen op
dat moment niet in wanhopige schrik, zo
verwilderd zouden kijken, dan zouden ze
opvallend mooi zijn geweest.
Hoewel die angstige ogen al de aan
dacht van de anderen naar zich toe
trachtten te halen, bleven de blikken van
de pas aangekomenen op de rest van het
gezicht hangen. De onderhelft van het
gelaat was één ruïne. De mond hing
rcheef en diepe gekerfde littekens hadden
door HANOL SPOOR.
de huid totaal verwoest. De kin was
vormloos. Rode vlammen en donkere
plekken in het vlees, maakten het ge
zicht tot een monsterachtig masker.
Grote tranen welden op in de ogen van
Marrigje. Bob had een wilde behoefte
om kernachtige woorden te zeggen. Zon
der uitleg begrepen ze al iets van de
reden, waarom juffrouw Vrenken tot
haar dubbele rol was gekomen. Zij had
den het haar en haar broer nog moei
lijker gemaakt. Als om vergeving vra
gend keken zij schuldbewust van de een
naar de ander.
De man verbrak het eerst de stilte.
Terwijl de mond op een eigenaardige
manier bewoog, klonk toch de stem be
schaafd en aangenaam in de oren.
„Hebben we de slag weer verloren,
Hilde?" vroeg hij aan zijn zuster.
„Ik geloof lieve jongen, dat het toch
niet tot het bittere einde was vol te
houden. Bedenk nu eens jouw zingen,
terwijl ik juist weer voor jou moest
doorgaan. Dat doet me ineens denken
dat er weer klanten kunnen komen. Ex
cuseer me, ik ga me even verkleden. In
tussen praten jullie maar wat, ik kom zo
terug. Misschien kunnen we zo tussen het
winkelwerk door, af en toe even over
leggen. Ik zou graag willen weten waar
we aan toe zijn".
Hilde Vrenken doelde kennelijk op de
vraag, of Bob en Marrigje hun geheim
zouden bewaren. Zij draaide zich om en
liet hen nog steeds met een verlegen ge
voel bij haar broer achter.
Deze waste zijn handen en deed zijn
bakkerssloof en muts af. Zijn gebaren
waren rustig en het scheen of hij deze on
verwachte overval in gedachten al meer
malen had beleefd.
Hij stelde zich voor als Theo Vrenken
en ze drukten elkaar de hand. Ze konden
aan de uitdrukking van zijn misvormde
gezicht niet zien, of hij om hun bedeesd
heid lachte of dat hij moeite had zijn
boosheid op de indringers te bedwingen.
Zijn stem bleef evenwel prettige klin
ken en de ogen hadden de wildkijkende
blik verloren. Dit leidde er juist toe, dat
Bob en Marrigje zich steeds rampzaliger
gingen voelen. In plaats van een boos
doenster te ontmaskeren, ging het er veel
meer op lijken, dat ze een paar moedige
en aardige mensen in grote verlegenheid
hadden gebracht en nog meer leed aan
deden, dan deze al te dragen hadden.
Ondanks de zo sprekende ogen en de
klankrijke stem, ging er toch telkens een
r illing van weerzin door hen heen, iedere
keer dat ze probeerden deze man aan te
kijken. Doch wat een wereld van leed
moesten deze mensen doorstaan hebben,
om tot een dergelijk gewaagde dubbelrol
over te gaan.
Zich nog steeds schuldig voelend, maar
toch ook benieuwd naar een verklaring
van dit alles, volgden ze Vrenken naar de
huiskamer. Ze hadden reeds plaats ge
nomen toen Hilde Vrenken zich bij hen
voegde.
„Ja", begon ze onmiddellijk over het
kardinale punt te spreken, „laten we
eerst maar ons verhaal vertellen en dan
kunnen jullie zelf oordelen, of we teveel
buiten de perken zijn gegaan en zo niet,
of we daar dan al of niet mee moeten
doorgaan. Met andere woorden, of jullie
misschien willen helpen dit geheim te
bewaren".
Zoals juffrouw Vrenken al verwachtte,
stoorde de winkelbel nog al eens hun
gesprek. Na een van die keren, bracht ze
tot hun verbazing wachtmeester Polten
mee naar binnen
Op de onuitgesproken vraag van de
anderen, zei Hilde Vrenken. „Opper
wachtmeester Polten trachtte mij te
waarschuwen voor Bob en Marrigje en
hij liet doorschemeren dat hij, door hun
gedrag, achter ons geheim was gekomen.
Nu, en daarom vond ik het beter om
mijnheer Pol ten ook bij de conferentie
te betrekken. Het is misschien wel een
geruststelling dat onze politie zo goed de
onrechtvaardigheden op het dorp ont
dekt, maar dat juist wij daardoor ons
geheim veel te vroeg moeten prijsgeven
vind ik toch wel droevig".
Ze zweeg enige tijd en geen van de
andere aanwezigen vond passende troost
woorden.
Dan zei Theo Vrenken meer tot zich
zelf dan tot de anderen. „Het beste is dat
we 'weer proberen om in een ander ge
deelte van het land een nieuwe brood
winning op te bouwen".
Niet altijd zien wij het onderwijs als
een goed. Soms aanvaarden wij het
evenmin als dienstplicht als een nood
zakelijk kwaad. Soms ook aanvaarden
wij het helemaal niet.
Toch is het vergaren van kennis nood
zakelijk, zowel voor onze als we het
zo mogen noemen privé-bestwil als
voor die van ons gezamenlijk. Samen
plukken wij nu eenmaal de vruchten van
wat wij allen presteren.
Dat laatste in inderdaad een wat com
munistisch aandoende leuze, die echter
de praktijk van onze democratie veel
meer verwezenlijkt is dan achter het
IJzeren Gordijn.
Noodzaak
In onze eerste schets van het onderwijs
hebben wij al gezien dat kennis een van
de belangrijkste voorwaarden voor suc
ces is. Maar die kennis is niet alleen van
belang voor de persoon in kwestie, doch
evenzeer voor de maatschappij als geheel
Als we terugkeren naar de communis
me zien we dat daar als het ware kennis-
fabrieken zijn gebouwd, die, met het
voorbijzien van de persoonlijkheid, de
staat een zo groot mogelijk aantal knappe
koppen moeten leveren. Hersens zijn nu
eenmaal onmisbaar bij de geplande ont
wikkeling van een land.
Met trots hoort men dan ook in de
Sow jet-Unie verkondigen dat daar zoveel
duizend meer technici en ingenieurs van
de universiteiten komen dan waar ook
ter wereld.
Dwang
Met zorg slaat men in het Westen die
ontwikkeling gade. De resultaten daar
van heeft men hier gezien toen, zonder
voorafgaande waarschuwing, de eerste
Spoetnik door de ruimte wentelde. De
opzienbarende successen van de Russi
sche ruimtevaart zijn voor een niet ge
POSTZEGELNIEUWS
Maandag 28 november houden we onze
laatste ruilbeurs in 1960, daar i.v.m. de
vele festiviteiten in december practisch
geen avond beschikbaar is. De eerstvol
gende ruilavond is zodoende op 9 januari
1961 vastgesteld. Nieuwe uitgaven van de
Ned. Antillen, Suriname of Nieuw-
Guinea zijn nog niet verschenen, zodat
hierover verder niets valt te vermelden.
Tenslotte verzoeken wij de leden, voor
zover zij dit nog niet hebben gedaan,
hun contributie a.s. maandag te voldoen.
Indien U zelf niet aanwezig kunt zijn,
geeft U het dan even aan een ander mee.
Dat voorkomt onze penningmeester veel
extra werk. Bij voorbaat hartelijk dank
DIENSTREGELING T.E.S.O.
Op werkdagen:
Van Texel: 5.20 7.40 10.30 13.00
15.30 18.00
VanDenHelder: 6.30 9.15 11.40 14.20
16.40 19.35
Op zon- en alg. erk. chr. feestdagen:
Van Texel: 7.40 11.00 16.00 18.25
VanDenHelder: 9.15 12.10 17.15 19.35
AGENDA VAN DE STICHTING
CULTUREEL WERK TEXEL
Woensdag 23 november
Den Burg, Oranjeboom, Grote Contact
avond Texelse Coöperaties, spr. J. Lont.
Donderdag 24 november
Den Burg, Dorpshuis, fotoclub.
Den Burg, Doopsgez. kerk, 8.15 uur
Gemeenteavond.
Vrijdag 25 november
Den Burg, Texel, 2.30 u„ dhr. Van Keulen
spreekt over „Nieuwbouw"
8 uur dhr. Van Keulen spreekt over
„Goed bouwen, goed wonen".
De Koog, „De Toekomst", De Duinkan-
ters voeren op „Erik en Irene"
Den Hoorn, „De Waldhoorn", D.E.K.
Muziek- en toneeluitvoering.
Zd.-Eierland, kapel N.H. Kerk, Toneel
uitvoering „De Oliekous"
Zaterdag 26 november
Oudeschild-Den Burg, Intocht van Sint
Nicolaas.
Den Hoorn, „De Waldhoorn", D.E.K.
Muziek- en toneeluitvoering.
De Koog, „De Toekomst", De Duinkan-
ters voeren op „Erik en Irene"
Oudeschild, Donpshuis 't Skiltje, Ama
teursavond t.b.v. het dorpshuis.
Den Burg, Jeugdherberg „Panorama"
Weekendcursus C.J.O.T.
Marrigje zag Polten schrikken en voor
het eerst voelde zij neiging om te glim
lachen. Polten begon tal van bijzonder
heden op te noemen, waardoor hij ge
noodzaakt was geweest, de dingen nauw
keuriger gade te slaan en daarbij had hij
ontdekt dat de heer Vrenken zo., eh.."
„Zeg maar gerust mismaakt is", vulde
deze zelf aan.
Polten had zijn uiterste best gedaan
zijn afgrijzen te verbergen. Tenslotte had
hij de grootste schok al een avond eerder
doorstaan, toen hij in een fractie van een
seconde in het buitenlicht het gezicht van
Theo Vrenken had gezien.
Ze begrepen wel dat hier geen beleefd
heidszinnen op hun plaats waren. Het
gezicht was verschrikkelijk verminkt en
niemand wist dit beter, dan het slacht
offer zelf. Na een stilte, waarin het mede
leven niet werd uitgesproken, maar wel
aangevoeld, vertelde Hilde Vrenken de
oorzaak van de gruwelijke littekens.
Toen haar broer nog zeer klein was,
had zijn kleding bij een brandend petro
leumkacheltje vlam gevat en de redding
was bijna te laat gekomen. Verschillende
doktoren hadden hun beste krachten ge
geven en hem zodoende in leven kunnen
houden. De wonden waren zeer langzaam
geheeld. De littekens waren zo diep, dat
zelfs nu nog een goede verzorging nodig
was. (Wordt vervolgd)
ring deel te danken aan de straf geleide,
massale onderwijsinrichtingen.
Ook aan deze kant van de ideologische
barrière probeert men gebruik te maken
van alle talenten, die het land voort
brengt. Met dit verschil, dat men hier
niet de dwang gebruikt die in de Sow jet-
Unie vanzelfsprekend is. Wel kennen wij
een eerste leerplicht, die bij de wet is
geregeld. In ons land moet ieder kind
tussen een leeftijd van ongeveer 6Vt en
14Vt een school bezoeken. En zelfs dat
vinden wij al zo nu en dan teveel. Overi
gens, op het ogenblik neemt men ernstig
in overweging die leerplicht te verlen
gen.
Steun
Wat men in het communisme met
dwang wil bereiken probeert men hier
met allerlei steun in de vorm van facili
teiten en subsidies. Van het lager onder
wijs komen alle kosten voor rekening van
de overheid in de vorm van rijk en ge
meente, waarbij het rijk het grootste deel
op de financiële schouders neemt. Alle
andere vormen van onderwijs het bij
zondere natuurlijk daargelaten wor
den eveneens geheel door officiële be
stuursorganen bekostigd, met dien ver
stande dat de verhouding tussen de aan
delen van rijk en gemeente anders ligt.
Via een uitgebreide subsidieregeling,
die voor iedere leerling met de juiste
capaciteiten geldig is, worden de scholen
bovendien toegankelijk gemaakt voor
hen die zelf niet over de nodige geldelijke
middelen beschikken.
Kosten
Dat hiermee grote en steeds groter
wordende bedragen gemoeid zijn wekt
geen verwondering. Ter illustratie de
volgende bedragen: nog in 1950, dus tien
jaren geleden, beliepen de totale over
heidsuitgaven voor het onderwijs 500
miljoen gulden. In 1957 was het al ruim
verdubbeld tot meer dan een miljard.
Alleen voor land- en tuinbouwonder-
wijs werd in 1954 10.787.000,gulden
uitgekeerd. Voor nijverheidsonderwijs
113.296.000,en voor gewoon en voort
gezet gewoon lager onderwijs samen
ƒ344.749.000,—.
Dit zijn bedragen van bruto-overheids-
uitgaven, dus van rijk en gemeente
samen. Het zijn enorme getallen, maar
de rente kennis is zo belangrijk
dat de waarde niet te schatten is.
(Wordt vervolgd)
NIEUWS VAN DE VEEVOEDERKERN
De eerste ronde, waarbij voorraden en
veestapel worden opgenomen is op de
ruim veertig bedrijven, die aan de vee
voederkern meedoen practisch beëindigd.
Op de voederbalans, die betrokkenen
hebben ontvangen zijn tevens een aantal
rantsoenen opgenomen voor melkkoeien
met diverse melkgiften en voor jongvee.
Deze rantsoenen moet men meer als een
richtlijn dan als een werkelijk voorge
schreven rantsoen beschouwen. Pas bij
het volgende bezoek, waarmee intussen
is begonnen, kunnen de puntjes op de i
worden gezet.
Aan de hand van de opgemaakte
voederbalans kan wel worden gezegd,
dat de voorraad ruwvoeder op de Texelse
bedrijven dit jaar over het algemeen zeer
royaal is. Toch zijn er nog enkele bedrij
ven, waar de boer zal moeten kiezen tus
sen het opruimen van vee of het aan
kopen van ruwvoeder. Voor het laatste
zal er dit jaar uiteraard wel gelegenheid
zijn, maar de eigenlijke beslissing is pas
te nemen als alle omstandigheden van
het bedrijf bekend zijn. Als er een paar
dieren op stal staan, die toch de laan uit
moeten, kan met dit bij een tekort aan
ruwvoeder mogelijk beter direct doen.
Het resultaat van het onderzoek van
het hooi op deze bedrijven blijft tegen
vallen. Al eerder gaven wij U een verge
lijking tussen geperst hooi van Texel en
van de vaste wal en daaruit bleek wel,
dat deze ongunstig uitvalt voor onze
bedrijven. Vren zeker zou een overzicht
op dit moment een nog ongunstiger
beeld geven. Op een groot aantal bedrij
ven is per kilogram geen 40 gram voe
dernorm ruw eiwit aanwezig, terwijl het
gemiddelde van het consulentschap
Schagen op plm. 60 gram ligt. Wij hebben
al meermalen gezegd, dat de oorzaak
moet worden gezocht in een te lage stik
stofbemesting en het te laat maaien van
het voor hooi bestemde gras. Wellicht
hebben wij over het hoofd gezien, dat
ook het feit, dat op Texel veel hooi wordt
gewonnen van percelen, die eerst door de
schapen zijn voorgeweid de kwaliteit
ongunstig kan beïnvloeden. Het laat zich
denken, dat de schapen bij voorkeur het
lekkerste, dat tegelijk ook het beste kan
zijn, wegvreten.
Zoals wij hiervoor reeds opmerkten
zijn de heren Bosma en Witte thans bezig
aan de tweede rondgang. Hierbij wordt
nagegaan wat de dieren op het moment
krijgen en wat ze bijv. in de vorm van
de melkgift presteren. Met enkele bere
keningen is dan na te gaan of het rant
soen in orde is. Het aantal volkomen
onjuiste rantsoenen is tot op dit moment
nog betrekkelijk klein. Toch zijn er al
aanwijzingen, dat in het algemeen het
verschil tussen het rantsoen van koeien
met bijv. 25 kg. melk en die met 10 kg.
melk per dag te klein is. Voor die hogere
productie wordt te weinig gerekend.
Reeds nu kwamen we gevallen tegen,
waarbij op eenzelfde bedrijf het verschil
het rantsoen tussen dieren met de
hier voor genoemde melkgiften maar 1 -
kg. krachtvoer was. Om het maar eens
plat te zeggen: Dat rooit er niet op.
Het geeft ons echter tevens de zeker
heid, dat het werk van de Veevoederkern
niet nutteloos is en de belangstelling van
de Texelse veehouders verdient.
C. v. Gr.