GROTE PHILIPS SHOW TECHNISCH BUREAU JAN AGTER op 9, 10 en 11 oktober a.s. in „Casino" te Den Burg. Herrie op de Hoge lleluwe BRIGADIER PIET EN DE SEMI-PROF DEN BURG. TELEFOON 2114 een groene massa, die waardevol is voor deze buitengewoon structuurge- voelige grond. Ook met Westerwolds graaigras is onder de omstandigheden, zoals ze dit jaar zijn meer te bereiken dan met herfstknollen. Zoals al meerdere keren is gebleken is een zaaitijd van 10 augus tus voor Alexandrijnse klaver in het algemeen te laat. Een goed resultaat krijgt men dan alleen in een gunstige nazomer en herfst. Toch is „de massa", die dit gewas geeft, zeker niet te ver waarlozen. Naast de genoemde groenbemestings- gewassen ligt op het betreffende per ceel ook een zgn. „nulstrook", waarop geen enkel gewas is gezaaid. De bedoe ling is na te gaan welke invloed de verschillende gewassen en ook het ont breken van een gewas heeft op de groei van het volgende gewas. Het proefperceel ligt aan de Hoofd weg en we raden speciaal de Eierlandse landbouwers aan eens een kijkje te nemen op dit proefveld. C. v. Gr. ENQUETE POOTGOEDTEELT Uit de gegevens, die we kregen, dank zij de medewerking van een flink aan tal pootgoedtelers is o.m. het volgende gebleken. a. De meeste pootgoedtelers zijn voor nemens met de teelt door te gaan, ook al meent men in bepaalde ge vallen, dat de verbouw van .poot- goéd niet rendabeler is dan die van andere gewassen. b. Het bewaren van het eigen pootgoed gebeurt voor een flink gedeelte in kiembakken, aangevuld met TL- verlichting voor het tegengaan van een vroegtijdige kieming. c. Een zeer groot gedeelte van de aard appeloogst wordt tijdelijk opgeslagen in luchtgekoelde bewaarplaatsen. De kuilbewaring is sterk op de achter grond gedrongen. d Het ontsmetten van het eieen ooot- JEUGDHERINNERINGEN AAN DE LOTINGEN OP TEXEL In het september-nummer van ,,'t Koggeschip", orgaan van het Am sterdamse secretarie-personeel, toont onze vroegere plaatsgenoot, de heer P. Wuis, oud-administra teur ter gemeente-secretarie van de hoofdstad, het verschil aan tussen een loting op een dorp en die in de grote stad. Het zou ons te ver voeren het stuk in zijn geheel op te nemen, doch, waar de loting voor de militie, naar bekend, reeds lang tot het verleden behoort, ach ten we het niet onaardig deze oude belevenis, voor zoveel dan Texel betreft, eens te memoreren. „Het was die ochtend tussen 11 en 12 we schrijven augustus 1903 op vallend stil in de klas. Men kon er, om zo te zeggen, een speld horen vallen Wat was het geval? Wel, in het aan grenzende lokaal draaide weer eens het rad van avontuur. Het strooide als van ouds z'n prijzen en nieten uit over een groep van circa 50 jongelui, van wie een zeker deel geroepen was binnen niet te lange tijd de wapenrok te dragen. Van ons schoolwerk kwam in dat uur maar weinig terecht. Meer boeide ons het forse stemgeluid van de voorzitter, officieel Militiecommissaris geheten, wiens taak het o.m. was bedoelde kna pen stuk voor stuk te identificeren, hen na accoord-bevinding tot de loting toe te laten en het door hen getrokken nummer bekend te maken. Veel moeite hadden we er niet mee de voorstelling op de voet te volgen; 't leek wel, of de goeie man, ons luistervinken, ter wille wilde zijn. Bedoeld gebeuren deze loting in zakformaat vond plaats in de z.g. Franse school aan Den Burg op Texel. Nu dus al 60 jaar geleden. Dit eiland, door insiders wel eens „het gouden boltje" genoemd, dat thans jaarlijks duizenden toeristen trekt, boekte toen, ook in het hoogseizoen, nauwelijks een enkele gast. Het vormde een geheel op goed wordt lang niet algemeen toe gepast. e. In enkele gevallen wordt de teelt afgeremd door gebrek aan goede se lecteurs. Hoewel we tevreden zijn over het aantal vragenlijsten, dat we terug heb ben gekregen, zijn we nog niet voldaan. Dat zijn we pas als ook de laatste te lers hun gegevens inzenden. Tenslotte nog dit. In de loop van november zal een vergadering worden belegd, waarvoor alle aardappeltelers worden uitgenodigd. Op deze vergade ring moet beslits niet alleen door men sen van de landbouwvoorlichtingsdienst worden gesproken, maar moeten ook de tongen van de verbouwers zelf los komen. C. v. Gr. SCHAAKCLUB „EN PASSANT" Uitslagen 3de ronde, woensdag 2 okt.: C. Joustra-A. Terpstra 01 C. Schulte-F. R. Drevel VtV* L. J. Vlugt-J. Hoogerheid 10 A. Hovenkamp-O. Feitsma 01 J. P. Daam-J Dijt 10 De stand is danig veranderd door en kele verrassende uitslagen. Terpstra en Schulte leiden, gevolgd door Joustra, Vlugt en Drevel. Joustra, Hoogerheide en Hovenkamp vergokten het lelijk en Schulte overzag een eeuwig schaak, het geen hem een V2 punt kostte. INGEKOMEN PERSONEN Jan V. van Bekkum, van Amsterdam, a.b. Kon. Wilhelmina a.d. Grasweg, naar Oosterend, Koetebuurt 9; Catha- rina J. Bleeker, van Leeuwarden, Wes tersingel 28 naar Den Burg, Warmoes straat 38; Johannes G. de Winter (met gezin) van Den Helder, Bomeolaan 1 naar Den Burg, Kogerstraat 19; Jacob Wijna (en dochter) van Winkel, Bos straat 9 naar Den Burg, Molenstraat 62; Anne Koopstra, van Ooststelling werf, Wemeweg 35 naar De Koog, Dorpsstraat 10; Jannie Faber (ev. Wit vliet) van Utrecht, Mr. Tripkade 34, naar Oudeschild, Heemskerckstraat 3; Willem J. C. Zijm, van Ede, Verl. Maanderweg 129 naar Oudeschild, Ba- rentszstraat 9; Jan H. de Boer, van Schagen, Oude Slotstraat 19 naar Den Burg, Hollewal 7. Henri A. Elias, van Leeuwarden, Vr. de Vriesstraat 18 naar Den Burg, Ju- lianastraat 9; Maria J. T. Bakker, van Alkmaar, Nieuwpoortslaan 38 naar Oudeschild, De Ruyterstraat 99; Jaco bus P. Rijkaart, van Woerden, Voor straat 30 I naar Den Burg, Warmoes straat 36. VISSERIJ-NIEUWS In de nabijheid van De Cocksdorp werden in juli aldus het jongste nummer van Visserij Nieuws zeer veel jonge garnalen waargenomen; de jarige garnalen komen daar in andere jaren ten minste een maand vroeger voor. De bijvangsten met de garnalen- kuil in de Waddenzee waren in deze maand van geen betekenis. Langs de Texelse kust en langs de Afsluitdijk werden door diverse perso nen alikruiken geraapt. In het rayon Noord namen 175 sche pen deel aan de tong visserij. Gevist werd bij Westhole, Tea Kettle, Diepe Gat, Stenen van Texel, de St. 3, Ter- schellinger Rug, Rothe Cliff en Witte Bank. 21 Het snerpende alarmgefluit had ge lukkig al gauw succes, want toevallig deed daar Gerardus Grutjes zijn ronde. Toen hij het gierende gefluit van briga dier Piet hoorde, zette hij onmiddel lijk alle kop- en staartkleppen van zijn politiemotor open om met brullende knalpot op het gefluit af te stuiven. „Wat is er aan de hand?" vroeg Ge rardus Grutjes, toen hij brigadier Piet gevonden had. „Daar! Daar gaat-ie!" hijgde Piet op gewonden. „Een Italiaanse ijsman heeft hem in het mocca-ijs geduwd! Toen is-ie ermee vandoor gehold!" „Waar is-ie mee vandoor gehold?" vroeg Gerardus Grutjes verbaasd. „Met Karei Kleuntjes natuurlijk!" riep Piet nerveus uit. „Die is ontvoerd! Ze zijn die kant op! Vooruit, Grutjes! Er achter aan!" Gelukkig was de motoragent Grutjes een groot voetballiefhebber, zodat hij in gerech.tvoard.igde toorn ontstak, toen hij van Karei Kleuntjes' ontvoering hoorde. „Spring op de duo. Piet!" riep hij ferm. „Dan gaan we er achter aan!" Intussen was de dikke Diavolo met zijn ijskarretjes .reeds in de Ganzen- straat aangekomen, waar toevalliger wijze juist de grote verhuiswagen stond van de firma Sjouwerman en Vrachtjes. De klep van die wagen was neerge laten en bij die klep stond de schurk achtige Angelico opgewonden te zwaaien en aanwijzingen te geven. (Wordt vervolgd) VAN DE RIJKSLANDBOUW- VOORLICHTINGSDIENST DEMONSTRATIE AARDAPPELONTSMETTING VERLIEP GOED Het staat wel vast, dat de demon stratie met de machine voor het ont smetten van aardappelpootgoed zeer goed is verlopen. Een flink gedeelte- van de Texelse aardappeltelers is vrij dag 27 september een kijkje komen ne men in de Coop. Aardappelbewaar plaats. Algemeen was men van oordeel, dat dit een goede stap is in de richting van het meer populair maken van de poot- goedontsmetting. Ondanks alle adviezen van de voorlichtingsdienst gelukte het n.l niet het ontsmettten van pootgoed tot een algemeen aanvaarde maatregel te maken. We hebben al eerder de opmerking gemaakt, dat hieraan zeker ook het feit van het ontbreken van een goede me thode debet was. Dit bezwaar werd steeds groter, omdat in een tijd van personeelsgebrek onaantrekkelijke werkmethoden geen kans krijgen. Van de gelegenheid om de gedemon streerde machine gratis te gebruiken zal dan ook een goed gebruik worden gemaakt. Op het moment werkt de machine op een flink bedrijf in polder Eierland. Daarna gaat de machine en kele dagen naar polder Eendracht. Het is wel gewenst, dat naast de namen, die wij reeds genoteerd hebben, ook andere liefhebbers zich zo spoedig mo gelijk melden. Wellicht kan dan worden voorkomen, dat de machine van het ene naar het andere eind van het eiland moet worden vervoerd. We kunnen dan zoveel mogelijk gebied voor gebied af werken Geef U daarom zo spoedig mo gelijk op bij de landbouwvoorlichters. C. v. Gr. GROENBEMESTINGSPROEFVELD Op het bedrijf van de heer A. Dros Bzn., „De Volharding" is door de land bouwvoorlichtingsdienst een groenbe- mestingsproefveld aangelegd. Het is op 10 augustus gezaaid op een perceel, waar dit jaar aardappelen voor poot- goede werden verbouwd. Als groenbemestingsgewassen hebben we gekozen: Stoppelknollen, Alexan drijnse klaver, Siletta (bladramenas) en Westerwolds raaigras. Tot nu toe werd als groenbemestings- gewas in hoofdzaak gebruik gemaakt van stoppelknollen. We zouden niet graag beweren, dat deze keus verkeerd was. Als aan enkele voorwaarden werd voldaan kon met dit gewas een goed resultaat worden verkregen. Die voor waarden waren o.m Tijdig zaaien, een ruime stiksotfbemesting en een niet al te natte en koude herfst. Vooral met de voorwaarde van het tijdig zaaien kwamen we meermalen in de knel. In 1962 en 1963 is dit door de late oogsten wel zeer bijzonder het geval geweest. Op het proefveld bij de heer Dros is zeer duidelijk te zien. dat bij een iets te late zaaidatum en minder gunstige weersomstandigheden herfstknollen het beslist moeten afleggen tegen andere gewassen. Vooral het verschil tussen herfst knollen en Siletta is opvallend groot. Van het laatstgenoemde gewas krijgen we ondanks het zeer ongunstige weer door Henk van Heeswijk 36. Karei haalde zijn schouders op. „U denkt maar, wat u zelf wilt. Als u me toch niet gelooft, kan ik verder net zo goed mijn mond houden. Ik wil u nog één ding zeggen: als u me nog langer vasthoudt, wil ik een advokaat hebben". „Voor een advokaat hebt u nog tijd genoeg. Voorlopig blijft u hier. Ik wil u niet beschuldigen, want daartoe heb ik niet het recht. Maar er zijn me te veel raadsels, die eerst opgelost moeten worden. Voorlopig houd ik u vieren twintig uur in arrest, verdacht van diefstal of medeplichtigheid van twee schilderijen en een beeldje uit het Rijksmuseum Kröller-Müller. Ik heb twee betrouwbare getuigen, die u perti nent herkend hebben als bezoeker van het museum en uw gedragingen daar en later buiten verdacht vonden. Ik heb een briefje, van u afkomstig, waarop drie cijfers staan, en waarvoor u geen aannemelijk verklaring hebt kunnen geven. Drie voorwerpen zijn ontvreemd en U schrijft op een kladje drie reeksen getallen. U beschikt over een behoor lijk kapitaaltje, maar uw verdiensten bij uw laatste werkgever waren niet navenant. Allemaal feiten, die mij te denken geven, meneer. Het spijt me voor u, maar voorlopig houd ik u vast". En daarmee kon Karei Welsenaar het die morgen doen. HOOFDSTUK 13 De dupe van een ontgroening Middags tussen vier en vijf uur was de diefstal blijkbaar gepleegd in het museum op de Hoge Veluwe; één der ochtendbladen had van dit nieuws de primeur, zodat een groot deel van het Nederlandse volk in de vroege morgen uren van de volgende dag op de hoogte werd gesteld van de „Brutale roof uit het Rijksmuseum Kröller-Müller", zo als de kop vermeldde. De mensen lazen het bericht, schudden hun hoofd over zoveel misdadigheid in de wereld en gingen verder over tot hun dagelijkse bezigheden. Alleen op het politiebureau was men slecht te spreken over deze berichtge ving „Wie heeft de pers getipt?" was een vraag, waarop niemand een ant woord kon geven De ouders van Wel senaar konden het niet zijn, want die wisten nog steeds niet, waarom men hun zoon 's nachts had opgehaald en wat men had gezocht in de woning, nadat men met de jongeman was weg gereden. Bleven over de portier, de suppoosten, de autobewaker en de an dere employées van het Nationale Park. Men had de diefstal geheim willen hou den om geen opschudding te verwek ken, maar ergens was schijnbaar een lek geweest. Hoewel, in het krante- bericht stond niet, dat men al een arres tatie had verricht. Dus daarvan waren de heren in Amsterdam blijkbaar niet op de hoogte. Dit nam evenwel niet weg, dat die vroege morgen de verslaggevers en speciale correspondenten in hun wa gens uitzwermden naar de Hoge Veluwe en met iedereen een praatje gingen maken om meer te weten te komen over de diefstal. En zo vermeldden de avondbladen reeds de arrestatie van een zekere W uit Ede, die 's nachts van zijn bed was gelicht en er ernstig van werd verdacht betrokken te zijn geweest bij de diefstal. Maar niemand van de jour nalisten kon er achter komen, welk bureau nu eigenlijk het onderzoek in handen had. Ede ontkende beslist en de politie in Otterlo wist nog minder dan de krantemensen. Nee, in Otterlo behandelden ze zulke gevallen niet. In Apeldoorn was men erg geheimzinnig en stuurde men de journalisten van het kastje naar de muur, zonder dat ze één cent wijzer werden en voor de rest gok te men maar, want geen politieman, laag noch hoog. had ook maar één in lichting voor de heren. Niemand wist iets en niemand scheen er wat mee te maken te hebben. Zodat de correspon dent van een Haags blad van mening was, dat hij zijn licht maar eens ging opsteken bij het ministerie van Justitie in Den Haag. Stien van Essen deed die morgen als iedere dag haar werk en als de ver slaggevers haar een bestelling gaven en bijzonderheden vroegen over de dief stal, antwoordde ze slechts: „Waarom gaat u niet naar het museum? Daar zullen ze er meer van weten dan wij". Zodat de persmensen in de Koperen Kop ook al niet veel wijzer werden. In de loop van de morgen kwam men Stien van Essen halen. Twee mannen in burger. „U bent hier dienster, nietwaar? En u kent de heer Welsenaar? Dat klopt dus? Wilt u even met ons mee- gaai> voor het geven van enkele inlich tingen? Nee, we zullen het niet te lang zichzelf staande gemeenschap, welke weinig of geen contact met „de vaste wal" onderhield. Alleen de lammeren- markten en de kermis brachten wat leven in de brouwerij. Ook de lotings dag gold als een attractief evenement in het leven van elke dag. Dies was er ook op die bewuste mor gen, vooral rond het schoolgebouw, heel wat volk op de been. Van her en der Texel telt, naar bekend 7 dorpen was men gekomen om de jongens ter plaatse op te vangen. Zou het lot hen gunstig zijn of niet? Het antwoord liet niet op zich wachten, want reeds stap ten degenen, wier zaak was afgehan deld, naar buiten, der gewoonte getrouw getooid met het nummer op de zon dagse pet. Ieder van hen werd met gejuich begroet. Hoewel dit samentref fen uiteraard ook met andere reacties gepaard ging, overheerste daabij over het algemeen toch wel de vrolijke noot. Zo viel aan de houder van het hoogste lot zelfs iets van een ovatie ten deel, terwijl de man, die de goe-gemeente met nummer 1 tegemoet trad, wellicht ook bij wijze van opbeuring, met weinig minder enthousiasme in de kring werd opgenomen. Kortom, het was een drukte van belang en een gezellige boel. Na deze nogal luidruchtige ontvangst verspreidden de jongens zich met hun aanhang groepsgewijs over het dorp, waar de thuisblijvers het werk c.q. het middagmaal even onderbraken om zich het laatste nieuws aan de hand van be doeld insigne eigen te maken. Dat kijk spel duurde nog enige tijd voort, doch allengs verflauwde de belangstelling en glipten deze en gene weg om het wel en wee in eigen omgeving nader te verwerken. En ofschoon de openbare drankelegenheden op hoog bevel haar deuren gesloten hielden, wees het ver dere verloop van de dag uit, dat vriend Bacchus bij die nadere overpeinzingen niet enkel de rol van toeschouwej had vervuld. Dank zij evenwel het gezag, dat nog altijd van de oude grijze veld wachter uitging, behoefde het cachot des nachts geen dienst te doen. maken, maar het is beslist belangrijk". Een half uurtje later zat Stien van Essen in een vertrek, onwetend van het feit, dat Karei op slechts enkele meters afstand noodgedwongen domicilie had gekozen in een klein, stevig afgesloten vertrek. Alwaar hij grimmig op en neer ijsbeerde over de kale, houten vloer. „U bent dus juffrouw Stien van Essen, en u werkt op de Hoge Veluwe in het restaurant De Koperen Kop, nietwaar?" „Zeker, meneer". „Daar hebt u een zekere Karei Wel senaar leren kennen?" Ze verschoot van kleur. „Is er wat met hem gebeurd?" De man keek haar kwasi-verbaasd aan. „Wat zou er met hem gebeurd kunnen zijn?" „Nou.... hij heeft toch geen auto ongeluk gehad?" „Is hij zo'n woeste rijder?" Ze schudde beslist haar hoofd. „O nee, integendeel. Hij rijdt altijd heel rustig". „Zo, zo. Kent u hem al lang?" Ze dacht na. „Ongeveer drie maan den, denk ik". „Wat eh.doet die jongeman voor de kost?" Hij is vertegenwoordiger voor een schriftenfabriek. „Tenminste.... dat was-ie. Nu is hij zonder werk". „Zo? Zonder werk? En dat in deze tijd? Hoe komt dat?" Stien keek de ondervrager enige tijd aan en kwam gelijk tot de conclusie, dat hij druk bezig was haar uit te horen. Op afgemeten toon antwoordde ze: „Wat betekent dit alles? Wat is er met Karei aan de hand? Waar is hij?" „Tut, tut, juffrouw van Essen, de vragen stellen wij en u geeft alleen antwoord". „O ja?" Stien werd agressief. „Wie bent u en met welk recht stelt u mij al die vragen? Vraagt u het hem zelf, als u het zo graag wilt weten. Karei is een nette jongen". „Daar zullen we het nu niet over hebben. Dat is een kwestie van appre ciatie. Wanneer hebt u de heer Welse naar voor het laatst gezien?" „Gistermiddag. In ons restaurant". „Daar kwam hij dus wel vaker?" „O ja, heel dikwijls". „Bent u.eh, met hem verloofd?" „O nee, geen sprake van. We zijn. goede vrienden. Meer niet". „Zo, zo, goede vrienden. Dus u hebt natuurlijk gistermiddag wel een vriendschappelijk gesprek met hem ge voerd?" Stien werd rood. „Uw manier van vragen stellen staat me helemaal niet aan, weet u dat? En wat gaat het u eigenlijk aan?" De man spreidde zijn handen uit. „Tja, daar zal toch wel een bijzondere reden voor zijn. Of bent u een .vreem delinge in Jeruzalem? Helemaal niets gehoord van het grote nieuws op de Hoge Veluwe7 Of loopt u rond met de koffie en de thee met watjes in uw oren?" „(Het grote nieuws? Bedoelt u de diefstal in het museum?" „Hè, hè, we zijn er. Ja, daar gaat het om". (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1963 | | pagina 4