Texelaars zagen stereoscopie Twee historische gedichten over het Bossie BRIGADIER PIET EN DE SEMÏ-PROF m Boeiende demonstratie voor 't Nut lllPwft DERDE BLAD TEXELSE COURANT VRIJDAG 8 NOVEMBER 1963 Vrijdagavond hebben de leden van het Nufsdepartement Texel en de leden van de fotoclub „De Kiekendief" genoten van een demonstratie over ste reoscopie. De avond werd verzorgd door de heer De Wijs en zijn zoon. De heer De Wijs, die deze leerrijke demonstratie verzorgde in opdracht van het Nederlands Instituut voor Culturele Voorlichting is voor de leden van het de partement Texel geen onbekende. Ook deze eerste keer in het seizoen was het gebcdene niet teleurstellend. Integendeel: Het was bijzonder verrassend op deze wijze kennis te nemen van stcreofonisch geluid en stereoscopische beelden. De heer De Wijs gaf op aanschouwe lijke wijze een uiteenzetting over het begrip stereo. Hij legde uit dat de ge luidsweergave van de beste radiotoes tellen en gramofoons doorgaans monou- raal is, waardoor toch nooit de werke lijkheid kan worden nagebootst. Reeds uit het feit, dat mensen en dieren twee oren hebben kan worden afgeleid dat dit dient om de richting van het ont vangen geluid te kunnen bepalen. Een bepaald geluid treft wanneer het uit een richting komt, eerst het ene oor en een oenblik later het andere. Uit dit zeer kleine tijdsverschil maakt men on bewust de richting van het geluid op. Als men een stereofonische geluidsop name wil maken, moet men gebruik maken van twee „oren" oftewel micro foons. Elke microfoon moet het eigen opgevangen geluid overbrengen op een band of een plaat. Beide opnamen moe ten nu tegelijk worden afgedraaid, ter wijl de luidsprekers van de weergave- apparatuur in verschillende hoeden van het vertrek staan Eerst dan horen we een echte stereo-opname. De heer De Wijs noemde de zg. stereo-radio's be drog. Daarmee wordt slechts stereo ge suggereerd, omdat de luidsprekers uit elkaar staan, zo meende hij. Stereo radio-ontvangst bestaat niet! Deze me ning frappeerde ons wel, aangezien we meenden dat juist in Nederland wordt gewerkt aan stereo-radiozenders, ter wijl de benodigde radiotoestellen reeds te koop zijn! Veel lawaai De kopjes koffie trilden op de tafel- tjeg in de grote zaal van hotel „De Lindebocm-Texel", waar de demonstra tie werd gehouden toen enkele stereo opnamen ten gehore werden gebracht. V/e hoorden dieseltreinen en stoomloco motieven voorbijdenderen, terwijl ook angstig echt klinkende dierengeluiden door de ruimte klonken. Natuurlijk werd de muziek niet vergeten. Niet al leen het populaire genre bleek zeer goed tot zijn recht te komen, maar ook muziek die de heer De Wijs ten onrechte als klassieke mu2iek aankondigde, deed het goed. Het instrumentarium dat vader en zoon De Wijs naar Texel had den overgebracht, mocht er dan ook Plastische beelden Nu was de beurt aan stereoscopische beelden. Om het contrast goed uit te laten komen, projecteerde de heer De Wijs een aantal „gewone" kleurendia's, die echter zeer goed te noemen waren. Een serie van ca. 30 plaatjes, voor het grootste deel in de vroege ochtend ge nomen, bracht ons in de koele sfeer van de nieuwe morgen, een indruk, die nog werd versterkt door de geluids- omlijsting die bestond uit Griegs „Mor- genstimmung". Van tevoren had de heer De Wijs jr. een uiteenzetting gegeven over de tech niek van de stereoprojectie. Ook hier kan men de biologie als voorbeeld ne men. Mensen en dieren hebben twee ogen nodig om de diepte te kunnen zien in de beelden. Met een oog is dit onmogelijk en ziet men slechts breedte en hoogte. Wanneer men een stereo opname wil maken, moet gebruik wor den gemaakt van een camera, die voor zien is van twee lenzen. Tegelijk wor den twee beelden opgenomen, die iets verschillen, omdat de hoek waaruit ze zijn genomen anders is. De op deze wijze opgenomen kleurdia moet nu worden geprojecteerd in een projector met twee lenzen, zodat ook twee beel den door elkaar op het scherm verschij nen Nu ziet men nog geen stereo, want het is nodig, dat het ene oog het ene beeld ziet en het andere oog het andere. Als geen speciale voorziening is getroffen, zien beide ogen beide beelden en ziet men dus dubbel. Een oplossing voor dit probleem kwam toen men het polarisatiefilter uitvond. Zo'n filter heeft de eigenschap het licht voor een deel tegen te houden. Er zijn n.l. twee soorten licht in de natuur. Wanneer men nu het ene dia met het ene soort licht projecteerd en het andere met de stralen van andere aard, heeft men een scheiding bewerkstelligd. Wanneer de toeschouwers een polarisatiebril opzet- dat het ene oog het ene beeld en het ten, waarvan de glazen zo zijn ingesteld andere oog het andere beeld kan zien, dan zijn alle moeilijkheden uit de weg geruimd en ziet men plastische beelden. Brillen op Het was dus nodig dat alle aanwezi gen werden voorzien van zo'n polari satiebril. Een ogenblik later kon men bij het zien van de eerste beelden diep onder de indruk komen van deze wer kelijkheidsgetrouwe weergave. De heer De Wijs toonde een reeks stereodia's van allerlei aard. Na de pauze zagen de toeschouwers zelfs een compleet stereo beeldverhaal. Na afloop vertolkte de heer Broeke- ma, voorzitter van het Nutsdepartement Texel de dankbare gevoelens van alle aanwezigen. Gezegd kan worden dat het Nut bijzonder gelukkig is gestart met deze avond, die zeer de aandacht heeft getrokken. VAN DE RIJKSLANDBOUW- VOORLICHTINGSDIENST DE SCHAPENPROEVEN (Vervolg) Nadat reeds in 1962 op het bedrijf van de heer W. H. Bakker een proef was genomen, waarbij ooien met 2 lam meren werden geweid op percelen met veel stikstof en zonder krachtvoer, werd hiermee in 1963 doorgegaan. In dit artikeltje beschrijven we de proef op het bedrijf van de heer Jn. Huisman, „Berkhoeve". Het proefperceel Beschikbaar was een perceel van plm. 1.30 ha. nieuw ingezaaid grasland. Dit perceel werd in twee stukken ver deeld van resp. 0.70 ha. en 0.60 ha. Het gedeelte van 0.70 ha. noemen we het praktijkperceel, omdat de dieren hier op de normale wijze werden gehouden. Het stuk van 0.60 ha. werd nog eens in drie gelijke delen van elk 0.20 ha. ver deeld. We zouden dus van een proef veld met 3 veldjes kunnen spreken, die we resp. veldje I, II en III noemen. De bemesting Het gehele perceel van 1.30 ha. kreeg in maart een bemesting van 500 kg. 12-12-12 per ha. Dit betekende dus een gift van 60 kg. stikstof, 60 kg. fosfaat en 60 kg. kali per ha. (zuivere meststof). Om de grasgroei op gang te krijgen werd al in begin april op een der vel den een aanvullende bemesting van 200 kg. kalkammon per ha. gegeven, zodat de totale stikstofbemesting hier toen 106 kg. zuivere stikstof per ha. was Ook dt andere velden kregen later deze gift. Op 25 april had één van de proefperceeltjes in totaal reeds 152 kg. zuivere stikstof per ha. ontvangen. Op het prakt ij kveld werd omstreeks 15 mei nog een lichte stikstofbemesting van plm. 35 kg zuivere stikstof per bunder gegeven. Eén van de proefperceeltjes kwam vóór het beeindigen van de proef tot een stikstofgift van 198 kg. per bunder en hierop hebben korte tijd de schapen met lammeren ook geweid. De beweiding Op het proefgedeelte hebben vanaf 18 april tot 13 juni 10 schapen met 20 lammeren geweid. Achteraf is gebleken, dat de bezetting te licht was. Er bleef n.l. gras over en we hebben daarom een andere groep schapen en pinken moeten inscharen om het teveel weg te werken. Aan het eind van de proef was nog een flinke voorraad gras aanwezig. Op het praktijkgedeelte (0.70 ha.) was de koppel niet constant. De heer Huis man regelde dit naar gelang van de hoeveelheid gras, die beschikbaar was. Zo liepen er van 18-24 april n.l. 20 schapen plus 40 lammeren, van 24 april tot 20 mei was dit 15 schapen en 30 lammeren en van 20 mei tot 7 juni 9 schapen met 18 lammeren. Bij het af sluiten van de proef was het land „kaal". We moeten nog vermelden, dat het als gevolg van het late voorjaar niet mogelijk was begin april met de proef te beginnen. Dit was juister geweest, omdat we nu met het feit zitten, dat beide groepen, dus zowel de praktijk- dieren als de proefdieren de eerste we ken op dezelfde manier werden gehou den. Bij het begin van de proef was de leeftijd van de lammeren nl. 2V* tot 3 weken. Verloop van de groei, enz. Op 24 april, dus 6 dagen na het begin van de proef, werden alle lammeren ge wogen. Het gemiddelde gewicht van de lammeren, die op het proefperceel lie pen was toen 12V2 kg., van de praktijk lammeren 12V-I kg. De proeflammeren waren dus een half pond per stuk zwaarder. Bij de tweede weging <10 mei) bleek, dat de op de normale wijze gehouden lammeren belangrijk harder waren ge groeid dan de proeflammeren. De ge wichtstoename per dag was nl. resp. 378 gr en 276 gr. We menen, dat dit te wijten is aan de overgang van de moederdieren van gras krachtvoer op uitsluitend gras. In de v.olgende 14-daagse periode werd dit aangepast, want in deze twee weken groeiden de proeflammeren 253 gr. per dag en de praktijklammeren 245 gr. Bij de derde weging op 7 juni bleek, dat de groei per dag van de proeflam meren duidelijker beter was geweest dan van hun „colléga's", die normaal werden gehouden. De gewichtstoename per dag was nl. resp. 321 gr. en 281 gr. We noteerden toen eindgewichten voor de proeflammeren van gemiddeld 24.7 kg. en voor de praktijkdier^n van 25.3 kg. Een verschil van 6 ons ten gunste van de „normale" lammeren Bijzonderheden tijdens de proef Ooien en lammeren op het proefge deelte waren volkomen tevreden. Toen de dieren er eenmaal aan gewend wa ren, keken ze nl. zelfs niet op als hun colléga's op het praktijkveld krachtvoer kregen. Enkele malen is er sprake ge weest op iets dunne „mest", maar dit is nooit zo geweest, dat de dieren er van leden. Verlies van schapen en lammeren is niet voorgekomen. Uiteraard waren ook de dieren op het praktijkveld tevreden. We kunnen echter niet zeggen, dat hier geen verlies is opgetreden. Er zijn twee lammeren gestorven. Het eerste als gevolg van eiwitvergiftiging, het tweede waar schijnlijk als gevolg van mastitis bij het moederdier. Volgens kenners was het „uiterlijk" van de lammeren op het praktijkveld iets beter dan van de proeflammeren. De wol had volgens hen een iets betere kleur en ligging De moederdieren op het proefveld hadden duidelijk meer „buik" dan die op het praktijkperceel. Van een gewichtsverschii ten gunste van de proefdieren was echter geen sprake. De marktwaarde van de lammeren Op 10 juni werden de lammeren aan gevoerd op de markt te Den Burg. De bedoeling was niet de lammeren te ver kopen, maar het oordeel van de praktijk over de lammeren te horen. Over de marktwaarde was geen eenstemmig heid. Er waren veehouders, die van oor deel waren, dat de prijs van de proef lammeren wel ƒ10,per stuk lager zou uitvallen dan van de lammeren, die op de normale wijze waren opgegroeid Anderen meenden, dat er nauwelijks van prijsverschil kon worden gespro ken. Een deskundige meende het ver schil op ƒ2,50 te moeten stellen Op 14 juni stond een gedeelte van de lammeren op de markt te Leiden en daarbij bleek, dat er ook na de reis practisch geen verschil was tussen de beide groepen. De lammeren zijn door- geweid in de Beemster en daarbij bleek, dat de proeflammeren de kleine ach terstand, die er in het gewicht was, spoedig hadden ingehaald. Hieruit blijkt, dat het dus technisch zeer goed mogelijk is om bij voldoende voorzie ning met weidegras ooien en lammeren zonder krachtvoer te houden. En nu de rentabiliteit De hoeveelheid krachtvoer, die de heer Huisman aan de praktijkgroep gaf was zeker niet overmatig. O.i was dit te danken aan het feit, dat ook dit per ceel een meer dan middelmatige stik stofgift kreeg en we .te maken hadden met nieuw grasland. Omgerekend op een zelfde aantal schapen en lammeren als op het proef veld werd aan de 10 schapen in Pe riode van 18 april tot 7 juni voor een bedrag van 72,75 aan krachtvoer ge geven. De 20 lammeren maakten voor een bedrag van ƒ70,95 aan krachtvoer op in die periode. Totaal dus ƒ143,70 aan krachtvoer. Wat de bemesting betreft kunnen we volstaan met het berekenen van de hoe veelheid stikstof in de mengmeststof en in de kalkammon. De fosfaat- en kali bemesting was immers gelijk. Er blijkt dan, dat op het praktijkveld voor een bedrag van J 58,50 aan stikstof werd gegeven. Op het proefveld was dit 73,80. De kosten aan stikstof -f- krachtvoer op het praktijkperceel waren derhalve 202,20. Op het proefperceel alleen stik stof voor een bedrag van ƒ73 80 Een voordelig verschil voor het proefge deelte van ƒ128.40. Omgerekend over 20 lammeren is dit een verschil van 6,42 per lam. Indien de proeflamme ren dus op 7 juni ƒ6,42 minder waard waren geweest zou de rentabiliteit ge lijk zijn geweest. Daar dit verschil er o.i. niet was, betekent dit een voordeel voor het systeem met veel stikstof en geen krachtvoer. Maar de extra-kosten? Mogelijk zal de aandachtige lezer de opmerking maken, dat bij het systeem, zoals dit in de proef werd toegepast toch extra-kosten moeten worden ge maakt voor het verdelen van de perce len in kleinere onderdelen. Waarschijnlijk zal dit op grotere be drijven niet direct nodig zijn. In de proef hadden we een bezetting van 50 schapen met 100 lammeren per ha. Bij een perceelsgrootte van IV2 ha. zou men dus over koppels van 75 schapen moe ten kunnen beschikken Wij menen echter, dat de rentabiliteit echter ook het plaatsen van heiningen mogelijk maakt. Zoals reeds gezegd was op het proefgedeelte bij het beëindigen van de proef nog een flinke voorraad gras aanwezig. De waarde van deze voorraad woog o.i. ruimschoots op te gen de kosten voor het plaatsen van heiningen. Wij durven dan ook de voorzichtige conclusie te trekken, dat in de wijze van schapen houden, zoals op deze proef gebeurd is, wel enig perspectief zit. Voor een gedegen oordeel zijn echter nog meer proeven nodig. C v. Gr. Van onze abonnee, de heer A. van Dienst, burgemeester te Mid- woud, ontvingen we twee gedichten, die het bekende bossie op de Hogeberg tot onder werp hebben. De heer Van Dienst schreef ons, dat de versjes afkomstig zijn uit een oud gedenk schrift van mevr. M. de Waal-Maat of mej J de Wijn. Onze abon nee zocht de twee stukjes op naar aan leiding van een bericht in ons blad over de plannen tot het in oude luister herstellen 1 0 °Pna,nc Ul< ons archief waarop een deel van 'I Bossie is van dit oude stukje zicn en de in lle' cnc vcrs g™oemde „tent". bos. HET BOSCHJE Heerlijk boschje op de hoogte Liev'linqsplek op Texels qrond, Lusthof, waar zoo meniq wandlaar In de schaduw rustplaats vond. Wijd vermaard door zijne schoonheid Door 't qezicht op land en zee, En het uitzicht op de schepen Liqqende op Texels ree. ledereen, die daar in 't lommer Van de boomen rustplaats vond, Zal het vrij qezicht wis roemen Dat men daar heeft in het rond. Dankbaar zet een elk zich neder Op de banken, die daar staan Om eens heerlijk te qenieten Na vermoeid te zijn van 't qaan. Men ziet daar de oude eiken En de beuk- en olmenkruin, Fier zich in de lucht verheften, Hooqer nog dan meniq duin. Heerlijk ruischt van tak en twijqen - 't Liefelijke boschkoraal. Fluit het sijsje, zingt de lijster, Ook de vink en nachteqaal. Waar, waar vindt men schooner boschje Met zoo schoon en ruim qezicht Dan op Texel, als men d'ooqen, Over zee en velden richt? Hoe is men er toe qekomen? Vraaq 'k mij zelve dikwijls af, Dat men 't oord, zoo schoon en prachtiq Eens de naam van Doolhof qaf? Niemand toch zal daar qaan dolen, Elk kiest wis het goede pad. Laat ons nu die naam maar schrappen 't Heeft die lanq genoeg gehad. 'f Zal qewis veel schooner klinken, Als de plek, zoo hoog qeroemd, Niet meer doolhof wordt qeheeten, Maar een LUSTHOF wordt qenoemd. K. Texel, 8 Oct. 1904. VERLEENDE BOUWVERGUNNINGEN Burgemeester en wethouders ver leenden aan de navolgende personen, ondernemingen en instellingen de daar bij omschreven bouwvergunningen: De heer A Vlaming te De Cocksdorp, voor de verbouw van een zomerhuisje aan de Vuurtórenweg; de heer C. J. Wetsteen, Eierland, voor de bouw van een woonhuis aan de Slufterweg; de heer J. J. Huisman te Den Burg, voor de bouw van een garage van de Boo- gerd; de heer W J. van Sijp, Eierland, voor de verbouw van een woning aan de Hoofdweg; de heer C. Keijser te Den Burg, voor de bouw van een bedrijfs- schuur nabij de Waalderweg; de heer G. Bakker te Den Burg, voor de uitbrei ding van een woning aan de Driehuizer- weg; de heer C. R. Alkema te De Koog, voor de verbouw van een woonhuis aan de Boodtlaan; de heer W. H. Rijkers, Eierland, voor de verbouw van een keu ken in zijn huis aan de Postweg; de heer P. de Graaf te Den Burg, voor de bouw van een erker in zijn huis aan de Weverstraat; de heer M. S. Witte, Eier land, voor de bouw van een toiletgele genheid; de heer H. Collou te Oude- schild, voor de uitbreiding van zijn wasserij aan de Schilderweg; mej. T. IN MEMORIAM Naast het Doolhof, welbekend. Stond sinds jaar en daq, de tent; Reeds bijna vijf en twintiq jaren, Mocht ik er uit mijn raam op staren En bood, tot nog voor korten tijd Des zomers veel qezelliqheid. Voor aandeelhouders, oud en jonq, Als 't voqelijn zoo juub'lend zong. Bij 't houden eener landdaq Als men er zooveel menschen zag. Of bijeenkomst Vrouwenkiesrecht". Kortom, in zomer en vacantietijd Was het een plekje vol bekoorlijkheid. Een rustiq zitje, het uitzicht schoon Op landerijen, dorp en vee, Of zelfs de Daqeraad in zee. En. desqewenst schonk men er thee. En thans, zoo ons de courant vermeldt, Is 't vonnis van de Tent qeveld. Noq vóór Novembers donk'ren nacht Is reeds het sloopinqswerk volbracht. En 't doet mij leed, dat binnen enk'le daq en, Men loopen zal met bijlen en met zagen. Dat bij het kwijnen der natuur, De Tent zal opqaan in het vuur. D. Keijser-Kooiman Brakenstein, 31 Oct. 1917. TIMMERMAN GETROFFEN DOOR PLANK: HERSENSCHUDDING Maandagmiddag liep de timmerman D. Haker te Oosterend onder de stei gers door van de in aanbouw zijnde woningen. Op dat moment raakte van een steenhijsinstallatie op de steiger een houten bord los, dat daarop naar beneden viel en de timmerman raakte, tengevolge waarvan hij een hersen schudding opliep. Blom te Oudeschild, voor de bouw van een garage aan de De Ruyterstraat; de heer W. Brücher te Den Burg, voor de verandering van een woning aan de Julianastraat; de heer K Kikkert te De Koog, voor de bouw van een werk plaats aan de Bad weg; de heer J. Knos- sen te Oost, yoor de verbouw van een woning aan de Oosterbuurtsweg; de heer B H. Boks te De Koog, voor de bouw van een garagebergplaats aan de Bosrandweg; de heer W. Slaman te Den Burg. voor de bouw van een garage aan de Beatrixlaan; de heer J. van Leeuwen te Oudeschild, voor de verandering van een gevel aan de De Ruyterstraat; Staatsbosbeheer te Haarlem, voor de bouw van een verkoopkiosk aan het Westerslag; Geref. Kerk te Den Burg, voor de uitbreiding van een schuur aan de Keesomlaan; de heer J. H, Klaassen Bos te De Koog, voor de bouw van een woonhuis aan de Plevierstraat; de heer H. Bosma te Den Burg, voor de bouw van een dubbel woonhuis met garage boxen aan de Beatrixlaan; de Woning bouwvereniging Texel voor de bouw van vier woningen aan de Beatrixlaan te Den Burg en twee woningen bij het Horntje; de heer C. Kagei le Den Burg, voor de uitbreiding van een garage/ bollenschuur aan de Wilhelminalaan; de 'heer G. Koorn te Den Burg, voor de verandering van een woning aan de Kogerstraat en de heer J. Maas, B 144, voor de verbouw van een boerderij- woning. 25. Er waren in die grote stad Bonckel- hoven nog al wat kranten. Grote kran ten en kleine, plaatselijke blaadjes. Ze hadden echter alle één ding gemeen en dat was de sportrubriek. Zo valt het niet te verwonderen dat er al gauw een hele massa sportjournalisten stond te dringen voor de gang van het hoofd bureau van politie. „Wij willen Kaas nagel spreken, voor de drommel!" rie pen ze ferm uit. „Laat ons gauw door, agent, of anders slaan we de boel in puin!" „Wie slaat de boel in puin?" vroeg toen een heer, die juist kwam aanlopen, en die een gedistingeerd en beschaafd uiterlijk paarde aan een besliste wijze van optreden. „Verdraaid! Arend de Zeeuw!" fluis terden de dringende sportjournalisten en ze kalmeerden op slag. Ze gristen allemaal hunne respectievelijke hoofd deksels van hun bol en bogen diep ter neer. „Dag mijnheer De Zeeuw", zeiden ze. „Hoe gaat het met mijnheer De Zeeuw?" Minzaam wuifde Arend de Zeeuw met zijn hand en hij sprak fijntjes: „Verheft u weder, mijne vrienden. Buigt u niet zo diep over mij, want ge zoudt er een acute ischias van kunnen krij gen, als ge tenminste weet wat dat is. Ge zijt immers bij lange na niet zo ont wikkeld als ik". „Ja, dat is waar", lispelden de andere journalisten. „Daarom bent u ook bij zo'n grote krant en daarom mag u ook altijd voor de radio sportproblemen be handelen". „Braaf zo, makkers. Gij geeft de ver houdingen in ons mooie vak prima weer," sprak Arend en hij nam daarbij netjes zijn pijp uit zijn mond. „En nu heb ik u een voorstel te doen om even tuele vernielingen aan dit fraaie bouw werk te voorkomen."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1963 | | pagina 5