®J
K?"Dqmp°
H
Ha® Be* Ce
VEROORDELEN
Wie een AMRO-Spaarbrief
(serie 1967) koopt, spaart
tegen een aantrekkelijke rente.
AMRO BANK
Dé
suikerbiet
met de
topopbrengst
Rassenkeuze
suikerbieten
is niet moeilijk
ivVEI
rubriek voor
LANDBOUW en VEETEELT c
leverbaar in
precisie C, D
en M-zaden
met een
hoge
eenkiemigheid
N.V. HOLLANDSE SUIKERBIETEN SELECTIE MIJ AMSTERDAM
IVEEOE BLAD
TEXELSE COURANT
VRIJDAG 27 JANUARI 1967
I Oiwlfr rinlHKIu*
h!
De tijd, dat de keuze van het ras
uikerbieten vrijwel volledig werd
ivergelaten aan de fabriek is op ons
■iland nu wel voorbij. In de meeste
evallen wordt de keus welbewust door
ie akkerbouwers gedaan. We zijn van
nening, dat dit wel van invloed is ge
veest voor het rassensortiment van de
luikerbieten op ons eiland. We herin
ieren ons nog heel goed de tijd, dat een
■eer groot deel van de oppervlakte sui-
lerbieten op Texel Kuhn P was. Een
■as, dat door de fabrieken zeer ge
waardeerd werd wegens het goede
luikergehalte en de verdere goede
ligenschappen voor verwerking.
De laatste jaren was het hoofdras
ip ons eiland Klein Wanzleben Poly-
aeta. De keus van dit ras is zeker niet
jerkeerd, vooral in de gevallen, waar
in niet gestreefd werd naar zeer vroeg
aaien. Bij een normale tot iets vroege
laaitijd was de neiging tot schietervor-
ning gering.
Er zijn echter aanwijzingen, dat een
iantal bietenverbouwers naar een nog
vroegere zaaitijd zal gaan streven.
Daar is wel aanleiding voor. In 1966
werden de suikerbieten door een twee-
lal akkerbouwers zeer vroeg gezaaid.
Heel wat collega's hebben hierover hun
hoofd geschud, vooral toen het met de
weersomstandigheden erg tegenliep.
Van deze percelen zou naar hun me
ning wel niet veel terecht komen en
als er al voldoende planten overbleven,
zou zouden dit voor een veel te groot
>edeelte „schieters" worden. Maar nog
iet een nog het ander is gebeurd. Op
jeide bedrijven is van deze vroeg ge
zaaide percelen een zeer goede op-
orengst verkregen en het .percentage
schieters was van geen betekenis.
Nog een voordeel
Naast de kans op een goede op
brengst bij vroeg zaaien zijn aan het
vroeg zaaien nog meer voordelen ver
bonden. We denken in de eerste plaats
aan de werking van het onkruidbestrij
dingsmiddel Pyramin. Het is nu vol
doende bekend, dat dit middel voor een
ogede werking voldoende water nodig
heeft. De kans, dat de grond een keer
flink nat wordt na het zaaien van de
bieten en het spuiten van de Pyramin
is groter naarmate er vroeger gezaaid
wordt.
Een tweede voordeel kan een betere
spreiding van het werk zijn. Vooral op
gemengde bedrijven kan het samenval
len van de verplegingswerkzaamheden
in de bieten en het winnen van vroeg
bieten worden gezaaid, hoe groter de
hooi een knelpunt zijn. Hoe vroeger de
kans, dat het werk in de bieten voor
een goed deel aan kant is vóór het hooi
klaar is.
Bewuste rassenkeuze
Vroeg zaaien kan men echter alleen
als een ras wordt gekozen, dat met 'net
oog op schietervorming vroeg zaaien
verdraagt. We stellen ons voor, dat
vrijwel iedere akkerbouwer in de laat
ste weken wel een publikatie heeft ont
vangen, waarin uitgebreid over de
eigenschappen van de diverse rassen
wordt geschreven. Laat dit bericht niet
direct bij het oude papier terecht ko
men.
Als U vroeg wilt zaaien, dan is één
van de belangrijkste zaken, waarnaar
U moet kijken de neiging tot schieten.
Pas daarna kunt U ook gaan letten op
andere eigenschappen. Zit U daarna
dan nog met vragen, dan kunt U uiter
aard ook bij ons terecht. Maar heel veel
vragen worden al opgelost als U het
rassenbericht goed bestudeert. Ook dit
■behoort bij het ondernemer zijn.
ALGEMENE VERGADERING
BEDRIJFSVERENIGING
Aan de leden van de Vereniging voor
Bedrijfsvoorlichting is tegelijk met de
convocatie voor de vergadering van 3
februari a.s. een stencilschrijven ver
zonden met een aantal bedrijfsecono
mische gegevens.
Van de groep bedrijven, die reeds een
jaar of tien in de administratie zijn,
wordt in de eerste plaats aan de hand
van zgn. „kengetallen" een inzicht ge
geven in de resultaten van het boekjaar
1 mei 1965 tot 1 mei 1966. Zeer belang
rijke gegevens, waarmee andere vee
houders en boeren op gemengde bedrij
ven kunnen toetsen hoe het met deze
zaken op hun bedrijf is gelegen. We
noemen een paar van deze gegevens.
Er is het aantal melkkoeien per ha.
grasland en voedergewassen en even
eens de veebezetting omgerekend op
grootvee. U vindt er de stikstofbemes
ting per ha. grasland, de melkproduktie
per koe en de voerkosten per koe. U
kunt er in lezen wat de pacht per ha.
op deze bedrijven is, hoe hoog de kos
ten aan loon, loonwerk en werktuigen
per bunder zijn, wat de zuivere winst
per ha. is en hoe hoog het arbeidsin
komen (vergoeding voor arbeid plus
winst) van de betreffende boer in het
genoemde jaar is geweest.
Naast het overzicht van het jaar
1965/'66 is er dit keer een overzicht bij
gevoegd, dat een inzicht geeft omtrent
het verloop van een aantal zaken op de
betreffende bedrijven in de laatste 10
jaar. Dit in verband met het feit, dat
het bedrijfseconomisch onderzoek op
deze bedrijven wordt afgesloten. We
durven dit een buitengewoon interes
sant overzicht te noemen. U vindt er
zeer sprekende cijfers in. Zo is op deze
groep van bedrijven de stikstofbemes
ting per ha. grasland in de loop van
deze jaren gestegen van 81 kg. tot 202
kg. zuivere stikstof per ha. grasland.
Mede onder invloed daarvan steeg de
veebezetting van 1,42 stuks grootvee
per ha. tot 1,71 stuks. Deze stijging-
komt geheel voor rekening van de
melkkoeien, want hier vinden we een
stijging van 0,69 melkkoe per bunder
tot 0,98 stuks.
De pachtprijzen vertonen eveneens
een flinke stijging, nl. van ƒ120,per
ha. (met inbegrip van gebouwen) tot
ƒ241,per ha. De kosten per ha. ste-
'gen van 1.758,per ha. tot 2.604,
per ha. Hiernaast staat een stijging van
de opbrengsten van 1.903,per bun
der tot ƒ2.840,per bunder.
Dit zijn maar enkele cijfers, die U in
dit zeer belangrijke overzicht vindt.
We twijfelen er niet aan of ze zullen
op de vergadering aanleiding geven tot
vragen en (opmerkingen. Daarvoor is
het echter wel nodig, dat U deze over
zichten van te voren een keer door
neemt. We hopen, dat velen dit doen.
DE HEER J. NIEUWENHUIS KIEST
ANDERE WERKKRING
De heer J. Nieuwenhuis, die sinds
juni 1956 bij de Landbouwvoorlich-
tingsdienst op Texel werkzaam is ge
weest, gaat over naar een andere werk
kring. Hij blijft echter op het eiland.
Op 1 april of 15 april treedt hij in
dienst bij de Coöp. Boerenleenbank op
Texel. Het zag er naar uit, dat de heer
Nieuwenhuis toch binnen vrij korte
tijd overgeplaatst zou worden naar
Schagen, waar hij een taak zou toege
wezen krijgen op het kantoor van de
Rijkslandbouwconsulent. Hij gaf er de
voorkeur aan op het eiland te blijven.
Het vertrek van de heer Nieuwen
huis betekent, dat binnen één jaar tijd
het personeel van de landbouwvoor-
lichtingsdienst op Texel met twee man
wordt ingekrompen. Vorig jaar vertrok
reeds de heer P. A. Bakker Jzn.
Hoewel de heer Nieuwenhuis niet
rechtstreeks betrokken was bij de tech
nische voorlichting op de landbouw
bedrijven, is zijn werk op ons eiland
van veel betekenis geweest. Speciaal
voor de bedrijven, die een bedrijfseco
nomische boekhouding lieten bijhouden
was de heer Nieuwenhuis een goede
bekende. Als we constateren, dat het
bedrijfseconomisch inzicht van de
Texelse boeren en voorlichters in de
laatste jaren duidelijk groter is gewor
den, dan is dit vooral ook te danken
aan 't werk van de heer Nieuwenhuis.
KOTEX-SUCCESSEN OP
LANDELIJKE TENTOONSTELLING
Op de vorige week gehouden Lande
lijke tentoonstelling van konijnen,
hoenders en sier duiven te Lisse werden
door leden van de K.S.V. „Kotex" op
merkelijke successen geboekt.
De heer S. Tjepkema, 't Horntje, be
haalde met zijn dieren maar liefst 3
maal het predikaat ZZG. Zijn Belgische
haas, jonge ram, behaalde de le prijs,
terwijl zijn Belgische haas, jonge voed
ster, de 2e prijs verwierf, beide met het
predikaat ZZG. Ook zijn jonge Witte
Rex, ram, behaalde dit begeerde predi
kaat. Voorts werd aan zijn twee witte
Vlaamse reuzen ieder het predikaat ZG
toegekend.
De heer F. J. Halsema, Gerritsland,
had twee Nieuw-Zeelanders en een
Californian ingezonden, die allen het
predikaat ZG verwierven.
POEDER - CREME - OLIE - ZEEP
Sji
HERLEVING VAN DE JAREN
VIJFTIG
Enige tijd geleden is in Amsterdam
de Stichting Jeugdsentiment „De Jaren
Vijftig" in het leven geroepen.
Een stichting die met G. K. van
het Reve (de schrijver van Werther
Nieland) als Beschermheer bedoelt
de herinnering aan de belangrijke pe
riode 1950-60 levend te houden en vast
te leggen. Hiertoe worden nostalgieke
gespreksavondjes belegd; moppen, vers
jes en spelletjes uit die tijd verzameld
en opgeschreven; Oude Rockers en an
dere destijds populaire muziek beluis
terd (de Grote Popheid van weleer,
Eddy Christiam, is al bezig aan een
■grandioze come-back!); plakboeken met
filmsterren en Groten in de Sport bij
eengebracht, alsmede de vele marga
rine-, beschuit- en andere albums met
opgespaarde plaatjes; favoriete jeugd
boeken, strips (Eric de Noorman, Kick
Wilstra) en tijdschriftjes opgezocht en
herlezen; en er wordt nog veel meer
gedaan.
Als ophanden zijnde grote gebeurte
nissen in het kader van de Stichting
kunnen hier genoemd worden: een ten
toonstelling van de waardevolle dingen
uit De Vijftiger Jaren, waarvoor we
een oud schoolgebouw in Amsterdam
■hopen te vinden en de uitgave van een
Gedenkboek met moppen, foto's en wat
dies meer zij.
Teneinde het gestelde doel, de Her
leving van De Jaren Vijftig, zoveel mo.
■gelijk te kunnen benaderen, verzoek ik
hierbij ieder die in dit tijdvak is opge
groeid (de begin-twintigers van nu) en
er dierbare herinneringen aan bewaart,
eens in zijn of haar geheugen en op
zolder te zoeken en van belangrijke
vondsten melding te maken bij de
Stichting (p/a Wim Noordhoek, Wes-
termarkt 16, kamer 74, Amsterdam) of
bij Ondergetekende.
Wat niet weg is, is gezien! Kóóom
maar!
Theun de Winter,
Kogerstraat 19, Den Burg
DOOR TO DORSSEN-VAN LOON
16. Tijdens het eten vertelde ze Max,
dat ze die middag noodzakelijk weg
moest. Hij knikte verstrooid, met zijn
gedachten bij een ontwerp, dat hij die
morgen getekend had. „Ik maak wel
•thee klaar", zei hij.
Onmiddellijk na het eten stapte ze op
haar fiets en reed het dorp uit. Nadat
Max naar de werkplaats was gegaan,
had ze een dokter gebeld in een na-
burig dorp. Deze kon haar om half drie
ontvangen.
Bevend van emotie vertelde ze hem
I haar klachten. Hij onderzocht haar en
I het antwoord van de rustige arts be
vestigde haar vermoeden.
's Avonds, na het broodeten, zei ze
plotseling met toonloze stem tot Max:
„Ik ben in verwachting.twee maan
den. Begin februari volgend jaar kan
ik rekenen op een baby".
HOOFDSTUK 10
Begin augustus kwam er onverwacht
een einde aan de martelende onzeker
heid omtrent het lot van wachtmeester
Sornee. Enerzijds bracht het bericht
vreugde bij Mientje, omdat ze nu wist,
dat hij in leven was. Anderzijds hield
het bericht gelijktijdig in, dat ze hem
waarschijnlijk niet vóór het einde van
de oorlog terug zou zien. Het Roode
Kruis was via een grote omweg te we
ten gekomen, dat een aantal Neder
landse militairen, soldaten, onderoffi
cieren en officieren, in Engeland te
recht was gekomen. Op welke wijze dit
had plaats gevonden, kwam ze niet te
weten, om de eenvoudige reden, dat het
Roode Kruis dit zelf evenmin wist. Men
had een lijst met namen, rang en adres,
sen ontvangen, en daarop prijkte de
naam Frans Sornee, afkomstig uit Hoo-
gendijk, wachtmeester le klasse, onge
deerd en gezond. Met het verzoek echt
genoten en andere familieleden hiervan
bericht te geven. Een functionaris van
het Roode Kruis had de boodschap per
soonlijk overgebracht in Hoogendijk.
Mientje Sornee schreide hete tranen
van blijdschap, al werd die vreugde ge
temperd door het feit, dat tussen Enge
land en Nederland op dit ogenblik
meer lag dan een zee van water. En ook
omadt het onmogelijk wsa blijvende
contacten te leggen. Nederland was be
zet gebied en de bezetter was in de
oorlog met Engeland. Waarin opgeslo
ten lag, dat alle daar aanwezige Neder
landse militairen moesten strijden tegen
de bezetter.
Van alle kanten ontving Mientje
Sornee gelukwensen. Het meeleven van
de Hoogendijkse bevolking was zo
groot, dat het leed om de scheiding er
door verzacht werd. Nog diezelfde dag
was haar woning omgetoverd in een
bloemenpaleisje, terwijl de telefoon
niet stilstond. Ook in Meerslo heerste
vreugde, toen de oude mevrouw Sor
nee de boodschap ontving, dat haar
zoon nog in leven was. Terwijl 's mid
dags Mientje's ouders overwipten om
met hun dochter te delen in de blijd
schap, die deze tijding had gebracht.
De volgende dag keerde de nuchtere
werkelijkheid weer. Weliswaar herin
nerde de~wele vazen met bloemen en
het tafeltje, waarop de kaartjes, tele
grammen en brieven lagen aan het heu
gelijke bericht, dat ze eindelijk had
ontvangen, maar haar onpasselijkheid
drukte haar onverbiddelijk op de rea
liteit terug: ik ben zwanger.
Die avond, nadat ze enkele uren te
voren de verpletterende zekerheid had
gekregen van de arts, hadden Mientje
en Max een lang gesprek. Aanvankelijk
kon hij het niet geloven. „Hoe kan dat
nu?" was zijn eerste reactie op haar
mededeling. „Je hebt me zelf altijd ver
teld, dat het voor jou onmogelijk was
een baby te krijgen?"
Ze had haar hoofd geschud. „Dat is
met helemaal juist. Toen Frans ien ik
een paar jaar getrouwd waren, besloten
we, dat ik me zou laten ondrezoeken.
Daarvoor ben ik veertien dagen in
Utrecht geweest, in het Academisch
ziekenhuis. Het onderzoek maakte uit,
dat er een kans bestond, dat ik kinde
ren zou krijgen, alhoewel die kans be
trekkelijk gering was. Vandaar, dat we
geen van beiden op het idee zijn ge
komen om te veronderstellen, dat het
ook aan Frans kon liggen. Toen we een
jaar of vier getrouwd waren, raakte ik
ermee verzoend, dat ons huwelijk altijd
kinderloos zou blijven. Frans had het
in het begin wel over een zoon, een
opvolger, maar je weet hoe spoedig ons
huwelijk een sleur werd Blijkbaar kon
het Frans niet veel meer schelen. Hij
sprak er enminste nooit meer over, en
ik evenmin. We namen tenslotte zon
der meer aan, dat ik onvruchtbaar was.
En toen wijZe zuchtte.
„Hadden we daar maar rekening mee
gehouden", zei hij timide.
Mientje schudde haar hoofd. „Het
heeft nu allemaal geen zin meer, Max.
Mijn man zit in Engeland en ik ver
wacht een baby. Volgend jaar wijzen
dezelfde mensen, die me gisteren ge
lukwensten en me bloemen zonden, me
met de vinger na".
„Onzin", antwoordde hij krachtig,
„wanneer is het zover?"
„De dokter dacht: begin februari".
„Nouwanneer was Frans voor
het laatst thuis?"
De vrouw dacht na. „Dat weet ik niet
eens precies meer. Het lijkt wel, of het
al jaren en jaren geleden is. Wacht
eenszondag! Zondag vóór Pink
steren was hij enkele uren hier. Eigen
lijk stiekum. Nu weet ik het weer! Ze
hadden beperkte bewegingsvrijheid.
Dat betekende, dat ze niet buiten hun
garnizoensplaats mochten komen. Van
De AMRO-Spaarbrief (serie 1967) heeft
een waarde van 100.- en loopt vanaf 4
januari 1967. Wanneer de Spaarbrief op
22 juli 1971 wordt afgelost, ontvangt u
voor die 100 gulden 135.- terug. Dat
betekent - op basis van rente op rente -
een rendement van 6,8%. Bij aankoop van
een AMRO-Spaarbrief 1967 dient natuur
lijk de vanaf 4 januari 1967 lopende rente
te worden bijbetaald (per week 13 cent).
De uitgifte van deze Spaarbrieven vindt
plaats tot nader order. Inlichtingen - ook
over eventuele fiscale voordelen - kunt u
krijgen bij al onze kantoren.
AMSTERDAM-ROTTERDAM BANK
een kennis leende hij burgerkleren,
omdat het met de verscherpte sta-
stionscontrole onmogelijk was om in
uniform te reizen zonder vergunning.
Om één uur was hij hier. Met een ge
huurde auto. Ik weet het nu weer, om
dat ik stom verwonderd was, temeer
ook, omdat hij zo'n vreemd pak aanhad.
Tegen vijven is hij weer weggereden".
Hij keek haar opmerkzaam aan. „En
hebben jullie toen
„Aliicht", antwoordde ze. „Wat denk
je? Hij was drie weken niee thuis ge
weest".
„Nou, ga dan zelf maar rekenen: be
gin meibegin februari. J maakt je
zorgen om niets".
Mientje schudde zeer beslist het
hoofd. „Je overtuigt me toch niet. Je
weet het nu zeker: het lag aan hem,
niet aan mij. M'n jurken beginnen al
te krap te worden. Hoe kon het ook an
ders, na wat wij uitgespookt hebben
„Allemaal goed en wel, Mientje",
hield hij koppig aan, „maar dat weet
buiten jij en ik verder niemand. Het is
volkomen logisch en maak jij je alsje
blieft geen zorgen over volgend jaar. De
mensen zullen er zelfs niet over naden
ken. Heeft iemand Frans nog gezien op
die bewuste zondag?"
De vrouw dacht opnieuw na. „Ja,
moeder en vader. Ze kwamen even
aanwippen. Omstreeks half drie. We
schrokken ons half dood, omdat we
ternauwernood gekleed waren. In m'n
kimono deed ik open en zei, dat Frans
een paar uurtjee thuis was. Vader be
gon meteen te lachen, die heeft toch
alles dadelijk door. Ik weet nog, dat ik
een reuze kleur kreeg".
„Alweer een reden minder om je zor
gen te maken".
„Toen ,Frans wegreed, zaten de buren
buiten, voor het huis. Die hebben hem
ook gezien.
„Kijk eens aan. En zelf weet hij ook,
wanneer hij voor het laatst bij jou is
geweest. Geen enkele erden om daar
bedrukt over te zijn. Eigenlijk moest je
dolblij zijn. Na zoveel jaren getrouwd
te zijn".
Ze keek hem woedend aan. „Hoe kun
je zoiets zeggen? Jullie mannen nemen
zoiets schijnbaar nogal gemakkelijk op.
Dagelijks verwijt ik mezelf, wat ik ge
daan heb. Dat jij er zo luchtig over
kunt praten, is mij een raadsel. Dat ik
indertijd zo idioot ben geweest om.
om.Ze knikte.
!(Wordt vervolgd)