«RAIFFEISENBANK
r
„Eens komt
het geluk'''
BRIGADIER PIET EN DE SPORTCOMPUTEÏ
rubriek voor
LANDBOUW en VEË
Feuilleton:
tcaar men
véél meer
doet
dan sparen
spaarbank en alle bankzaken
ff
f
15 AUGUSTUS:
HOOGSTE TIJD VOOR
Zaaien van
groenbemestingsgcwassen
Als uiterste datum voor het zaaien
van stoppelknollen worden wel ge
noemd 10 augustus en 15 augustus Vast
staat, dat 10 augustus beter is dan 15
augustus. Er wordt echter wel gezegd,
dat wanneer het niet kan, zoals het
moet, dat het dan moet, zoals het kan.
Dat geldt m.i. ook in dit geval. Dit be
tekent, dat als door omstandigheden
het zaaien van groenbemestingsgewas-
«en nog niet mogelijk was van uitstel
geen afstel moet komen.
Ook voor de overige gewassen, die
voor groenbemesting worden gebruikt,
geldt op dit moment: Hoe eerder, hoe
beter!
We stellen ons voor, dat er door de
nog steeds aanhoudende droogte ge
vallen zijn, waarin het zaaien niet mo
gelijk is, omdat de grond eenvoudig te
hard is om te bewerken. Als dit wel
mogelijk is, dan menen we, dat de
droge grond op zichzelf geen reden
mag zijn om het zaaien van een groen-
bemestingsgewas achterwege te laten.
Zit het zaad eenmaal in de grond, dan
is een betrekkelijk kleine hoeveelheid
regen voldoende om het zaad te doen
kiemen.
Op dit moment zijn er nog mogelijk
heden voor stoppelknollen, Siletta, Ita
liaans raaigras en Westerwolds raai-
gras. Stel het niet uit
Inzaaien van grasland
Ook hier zal in bepaalde gevallen
wel gelden, dat de grond te droog en
te hard is om de grond zaailklaar te
maken. We zijn er echter van over
tuigd, dat er heel wat percelen gras
land met een slechte grasmat zijn, die
nog heel goed te bewerken zijn. En het
moet zo langzamerhand voor iedere
veehouder vast staan, dat de kosten,
die verbonden zijn aan het zwart ma
ken en opnieuw inzaaien van een per
ceel grasland, dat onder de maat is
dubbel en dwars goed worden gemaakt
door een hogere opbrengst van hoog
waardig gras.
Denk er nog eens serieus over en
benut de komende dagen nog om slecht
gras om te zetten in goed grasland.
Stoppelbewerkingen
Van een stoppelbewerking, die tot
doel heeft wortelonkruiden te bestrij
den kunt U alleen iets verwachten in
een droge tijd Als U het daarom nodig
vindt om de grond zwart te houden ter
bestrijding van wortelonkruiden, dan
moet U nu Uw slag slaan.
Het bewerken van de grond in een
natte periode betekent niet veel meer
dan verplaatsing van de wortels van
het onkruid zonder dat deze dood gaan.
Blijven de omstandigheden van dit mo
ment echter nog even voortduren, dan
kunt U met een intensieve stoppelbe
werking heel wat bereiken. Kunt U
daar zelf geen tijd voor vinden, dan is
het volkomen verantwoord daar een
loonwerker voor in te schakelen. Hij
beschikt bovendien in veel gevallen
over betere werktuigen dan op het
eigen bedrijf aanwezig zijn.
WILDE HAVER
Het seizoen om het onkruid wilde
haver op de meest effectieve wijze te
bestrijden, nl. de bestrijding op het
veld, is verstreken. Toch zijn wc van
mening, dat het ook op dit moment nog
nodig is om aandacht aan dit onkruid
te geven. Mede door de aandrang van
een handelaar in stro lijkt het me no
dig op een gevaar te wijzen, dat zeer
werkelijk aanwezig is.
Eén van de manieren, waarop het
zaad van wilde haver nl. kan worden
verspreid, is via het stro. Een goed
deel van de zaden van dit onkruid
komt al op de grond terecht voordat
het graan, waarin het aanwezig was,
wordt geoogst. In het verleden is ech
ter al meermalen gebleken, dat dit lang
niet met al het zaad van wilde haver
het geval is. Een gedeelte komt bij het
door Henk van Hceswijk
23 De jongen schudde ontkennend het
hoofd. ,,Nee", antwoordde hij met een
bro'k in de keel, „dat geeft allemaal
toch niets. Wij worden het nooit eens
samen Vader is te conservatief en ik,
nou ja, ik ben misschien een beetje
eigenwijs, maar ik geloof, dat ik daar
in niet voor niemendal een zoon van
m'n vader ben. Dag oudje, ik zal je
gauw eens wat sturen, hoor".
Vlug verdween hij en moeder luis
terde nog naar z'n wegstervende stap
pen. Dan viel ze voorover, met haar
hoofd op de armen en snikte het uit
om haar jongen. Zo vond de vader
haar, toen hij een poosje later weer
thuis kwam. Hij haalde de schouders
op en verdween naar achteren, de
tuin in, maar z'n hart was toch bij z'n
jongste zoon, die hij zoëven het station
in had zien gaan.
De laatste boot naar Texel bracht
Geert terug, gedesillusioneerd en met
het gevoel, alsof hij zijn schepen achter
zich had verbrand. Toen hij voet aan
wal zette, dacht hij bij zichzelf: „Zal
ik ooit nog eens weer terugkeren van
dit sombere eiland?" En hij waande
zich een gevangene, die levenslang ver
bannen was van zijn land en zijn
woonplaats.
Na zijn kaartje aan de bootknecht
afgegeven te hebben, liep hij tussen de
weinige andere passagiers de smalle
havenkade af en sloeg alleen het
oogsten tussen de andere graankorrels.
We mogen aannemen, dat in graan, dat
als zaaizaad wordt gebruikt in het al
gemeen geen wilde haver voorkomt.
We menen daarom, dat de verspreiding
via het zaaizaad van weinig of geen
betekenis is.
Anders ligt het met het stro van een
graangewas, waarin wilde haver voor
komt. De kans, dat het zaad van wilde
haver in het stro blijft hangen is vrij
groot, omdat het inwendige van dit
zaad daar als het ware op gebouwd is.
Iedereen, die stro gebruikt weet overi
gens, dat er ieder jaar nog heel wat
graankorrels uit het stro te voorschijn
komen.
Willen we de verspreiding van dit
hardnekkige onkruid tegengaan, dan
zal er zeker ook aandacht moeten wor
den gegeven aan de verspreiding via
het stro.
Dit betekent, dat in ieder geval op
bedrijven met bouwland, dat nog vrij
is van wilde haver geen stro mag wor
den aangevoerd, waarin dit onkruid
zaad kan voorkomen. Voor bedrijven,
die „eeuwig" als grasland worden ge
bruikt is het bezwaar minder groot,
hoewel we menen, dat het van tevoren
nooit is te zeggen hoe lang dit „eeu
wig" zal duren.
Het is daarom van het grootste 'be
lang, dat iedere boer, die stro aan
koopt de garantie vraagt, dat het stro
afkomstig is van bedrijven zonder wil
de haver. Daarvoor is uiteraard ook
de medewerking van de handelaren in
stro nodig. Zo moeten daarbij niet al
leen het oog hebben op de Texelse be
drijven. Het stro, dat naar de vaste
wal gaat en dit is verreweg het
grootste deel zal voor een deel zeker
ook terecht komen op bedrijven, waar
ook bouwland aanwezig is.
Het spreekt voor zichzelf, dat het
onze taak is er voor te zorgen, dat de
wilde haver op Texel wordt terugge
drongen en dat in ieder geval versprei
ding op nog meer bedrijven wordt
voorkomen. Laten de Texelse land
bouwers en handelaren in stro daar in
de eerste plaats voor zorgen.
IN DE VINGERTOPPEN
Een paar weken geleden was ik met
een excursie van boeren van de vaste
wal op één van onze Texelse schapen-
fokbedrijven. Uiteraard werd daarbij
ook het fokmateriaal bekeken. Het is
voor mij als „leek" op dit gebied altijd
weer een wonder hoe een goede fokker
bepaalde „zwakke" en „sterke" punten
bij bepaalde dieren weet aan te wijzen.
Misschien zou het mij lukken om uit
een grote koppel tien van de betere en
tien van de minste dieren aan te wij
zen, maar veel verder kom ik niet.
Toen ik tegen een zoon van de be
trokken boer mijn verwondering uit
sprak over de kunst om heel kleine
verschillen tussen de diverse dieren
aan te wijzen, wees hij op zijn vinger
toppen. „Dat zit daar", merkte hij op.
„Iemand kan heel veel leren, maar „het
fijne" moet er zijn. Dat heb je, of je
hebt het niet".
Deze waarheid ondervind ik steeds
meer in m'n werk. Want het geldt niet
alleen voor de schapenfokker, maar
ook voor de melkveehouderij, de teelt
van graan, van pootgoed of suikerbie
ten Al moet er direct bij worden ge
zegd, dat het in de vingertoppen heb
ben bij de omgang met levend mate
riaal waarschijnlijk nog meer nodig is
dan bij de teelt van gewassen. Niet
voor niets zei de man, die het boek
Spreuken schreef, al dat „de rechtvaar
dige het leven van zijn beesten kent".
Toch voorlichting?
Tijdens een andere excursie maakte
ik de opmerking, dat de bedrijfsresul
taten in de eerste plaats afhangen van
de man, die het bedrijf leidt. Ik zei
het zo. „Goede grond is erg belangrijk;
goede bedrijfsgebouwen zijn veel
waard; melkkoeien van goede afstam
ming zijn waardevol, maar het aller
belangrijkst is de boer". En ik heb
daar ook nog aan toegevoegd: „Een
straatje in, dat naar de zeedijk voerde.
Hij had nog geen zin om naar het ru
moerige café terug te gaan. Hij wilde
eerst nog een poosje rustig aan de zee
kant zitten.
„Geert!"
Geschrokken bleef hij staan en met
een plof viel de koffer op de grote
keien van de straat
Uit het donker kwam een gedaante
te voorschijn: een vrouw liep haastig
op hem toe en vatte hem bij de arm.
„Nel", zei hij zacht, ontroerd; daarna
vervolgde hijmerkbaar opgelucht: „je
liet me schrikken".
„Geert", antwoordde ze zacht, „jon
gen, je bent dus toch teruggekomen".
„Ja", sprak hij en hij deed een po
ging om z'n emotie te bedwingen, „dat
is vlugger als je zeker verwacht hebt,
hè?"
„Neen", zei de vrouw, „ik wist, dat
je vandaag weer komen zou; ik voelde
het vanavond en.en ik zag je ko
men van de boot af en toen deze
straat in, niet naar mij toe. Geert, toe
zeg me, waarom ging je niet naar
huis?"
„Och", antwoordde hij, enigszins
nors, „ik wilde eerst nog een uurtje
alleen zijn. Ik wilde wachten tot slui
tingstijd om daarna naar jou te gaan.
Ik ben niet in een stemming om nog
een paar uur in een volle zaal te ver
goede boer zonder voorlichter brengt
er heel wat van terecht, maar iemand,
die het niet in de vingers heeft, maakt
zelfs met de dagelijkse hulp van een
voorlichter niet veel klaar".
Op deze opmerking kwam een reac
tie van een al wat oudere boer, die met
de zwarte pet en het zwarte jasje nu
direct niet de indruk gaf een „nieuw
lichter" te zijn „Maar ik vind voorlich
ting toch wel erg belangrijk en ik zou
het er met graag zonder doen", wfs
zijn opmerking.
Ik wil wel toegeven, dat ik toch blij
was met die waarderende woorden aan
het adres van de landbouwvoorlichting
in het algemeen. Want werken met het
idee, dat je bezig zijn toch geen of wei
nig waarde heeft is buitengewoon
zwaar.
S.V. DE KOOG
Toto-nieuws. Onze medewerkers
hebben helaas nog geen tijd om de
toto-formulieren op te halen. Zij, die
mee willen spelen, kunnen de formu
lieren donderdagsavonds van 7-10
uur inleveren in De Koog bij de heer
A. Mask en in Den Burg bij de heer
C. Bonne. Ook zij, die nog niet zijn
geregistreerd kunnen even langskomen
om een kaartje in te vullen. Over enige
weken hebben we weer tijd om het als
vanouds te regelen.
CONSULTATIEBUREAU VOOR
ZUIGELINGEN
Woensdag 16 augustus a.s. worden de moe
ders van Oudeschild en Den Burg verwacht
Oudeschild van 13.00 - 13.45 uur; daarna Den
Burg tot 16.00 uur.
GEVONDEN EN VERLOREN
VOORWERPEN
periode 12 juli tot 25 juli 1967
Gevonden te Den Burg: portemonnee rr(
adres» Nassaupl. 31, Tilburg; dames- of
derpolshorloge met metalen rekband;
portemonnee, gebroken wit, inh. sleutelhang
en wat klein geld; wandel wagenhoes, blau
grijs geruite stof; gouden ring met zw^
steen; jongenszonnebril; meisjeshcmdje ta
kantje; bruine portemonnee met naam J.
Klok; zonnebril met gouden rand en opn^
glazen; werpmolen, plastic portemonnee uj
ƒ20,en bonnen; blauw nylon herenjack o
capuchon en ritssluiting; goed onderhoud;
zwart en bruine hond, gladharig; grijs-wii
damesportemonnee inh. ƒ16,30, ritsluiting;
st. pasfoto's in pap. zakjee; zwarte darm
schoen met platte hak, linker, maat 6; bi
met wit nikkelen montuur; zilveren bed-
armbandje met 1 bedeltje; 1 paar witte dama
schoenen (sandelets); witte fietspomp Gazeft
fototoestel Agfa met naam Kleine of Klwa
bruine kinderportemonnee inh. ƒ1,25; meisja
jas aan beide zijden te gebruiken, kl. gre?
en andere zijde blauw met capuchon en ris
sluiting; zonnebril met zwart ovaal montum
periode 4 augustus tot 10 augustus 1967
Verloren te Den Burg: lichtbruine here
portemonnee inh. ƒ5,50 en identiteitsbewij
donkerrode etui inh. 5 a 6 sleutels; oratj
parasol met witte franjes op betonnen v«
groene velours jongenstrui merk Riwo;
fjetsslcuteltje, 2 wieldoppen en sierrini
VW; bruine weekendtas inh. o.a. ctensw^ni
fruit; VVV-vlag uit De Koog; zwarte dan»
handtas inh o.a rode toiletbeurs, klein i
beursje en groen zakagenda; bruine dameiii
inh. o.a geld ƒ7,toilettas, zakdoek
portemonnee; gouden halsketting met di&
cameetje (vrouwenkopje), wit poesje weggtb
pen; kinderjack met nylon capuchon, blan
koopkaartje nog aan lusje; bruine knippom
monnee inh. ƒ13,20, bromfietssproeier r
vleugelmoer; damesbril met vierkant bn°
montuur; herenleesbril met dubb focus t
donker montuur in doos met poetslapie;
werphengels met molen merk Splitcanc
merk molen Mitchell.
HOOG WATER
Hoog water ter rede van Oudeschild:
15 aug. 2.51 en 15.30; 16 aug. 4.22 en 1701
17 aug. 5.54 en 18.28; 18 aug. 7.14 en 19.3!
19 aug. 8.15 en 20.31.
Aan het strand ongeveer een uur eerd:
hoog water
GESLAAGD
Te Amsterdam deed mej. Arina Sai
te Den Burg met gunstig gevolg ext
men voor „Textiehvarenkennis e
textielonderzoek" (textielbrevet).
SCHIETOEFENINGEN
Op donderdag 17 augustus a.s. z-
worden geschoten te Breezanddijk va
10.00 - 18.00 uur, met de 81 mm. mo;
tier. Sektor 180-230°. Diepte 10 kc
hoogte 3 km.
IN ROIUUN
na
De Raiffeisenbank
doet alle bankzaken,
ook reisdeviezen
Gemakkelijk voor u
COPYRIGHT STUDIO AVAN
groot en
en zetten
de
97. W. Kotsof en W. I.
brachten de kist naar een
kostbaar ingericht vertrek
haar daar tegen een muur.
„Kom mee, Wladimir", lachte
volkscommissaris toen. „We gaan er
eentje pakken Dat heb ik je beloofd
en daar houd ik mij dus aan".
„Goed zo", dacht brigadier Piet, die
het langzamerhand een beetje benauwd
begon te krijgen in de kist. „Gaan jul
lie er maar eentje pakken. Dan kan
ik er tenminste uit.
En nauwelijks hadden de twee Bar-
toeven. Ik.ik had behoefte om
alleen te zijn".
„Kom toch mee naar huis, Geert",
drong ze aan. „I<k heb de zaak gesloten,
dus zullen we niet gestoord worden.
Ik houd vanavond de deur dicht, dus
kunnen we met z'n tweeën blijven. Toe
Geert, ga niet in die kou naar de dijk
toe, je zult je een ziekte op de hals
halen".
Haar stem klonk zo hartstochtelijk,
dat de jongen haar verwonderd aan
zag. Het gelaat van de vrouw had ang
stige trekken en smekend keek zij te
gen de bijna een hoofd grotere man op.
Zo had hij haar nog nooit gezien. Hij
voelde, hoe haar hand krampachtig
zijn arm omklemde.
Toen brak er iets in zijn bmnenste.
Een vreemd gevoel overheerste hem
plotseling en hij zag de vrouw voor
hem op dat moment heel anders dan
voordien. Een geweldadige warmte
beving zijn gemoed en koesterde hem.
Z'n sombere stemming verdween als
bij toverslag. Nooit had hij deze ge
moedsstemming ervaren. Wat kon dat
zijn? Was dit nu liefde? Hield hij van
haar? En zij van hem?
Bruusk pakte hij haar 'bij de schou
ders, zo onverwachts, dat Nel er van
schrok en met eigenaardige uitdruk
king in zijn ogen zag hij haai- aan Zij
weerstond die blik; een blijde glans
overtoog haar gelaat en ze wachtte.
„Nel", fluisterde hij schor en hij
slikte een paar malen om dat akelige
brok in zijn keel weg te krijgen. „Nel,
is het waar, houd je van me?"
Ze knikte langzaam, verteerd door
dit grote geluk, dat dan toch eindelijk
gekomen was. „Ja, jongen", zei ze met
roesjanen hun hielen gelicht of
brigges was de kist al uit.
„Zo...., waar kan ik me nu het
beste verbergen...." mompelde hij.
„Ja...., daar achter dat zware gor
dijn. Maar hélakijk daar 'es! Daar
staat me waaratje zo'n moderne band
recorder! Ik zet hem aan, jongens! Als
Wladimir en zijn baas dan straks te
rugkomen, dan komt alles wat ze zeg
gen op de band! Dat kon dan nog wel
eens een lachertje worden!"
En met een geoefende handgreep
stelde de brigadier het apparaat in
ontroerde stem, „al van de eerste dag
af, dat ik je zag.
Wild omarmde hij haar en drukte de
vrouw aan zijn borst. Zijn lippen zoch
ten de 'hare, maar langzaam, vastbera
den bevrijdde ze zich uit z'n knellende
omarming. „Niet hier, Geert", fluister
de ze, „laat ons naar huis gaan. Kom
mee".
Zwijgend liepen beiden de hoök om,
het straatje in, dat naar het huis voer
de Er was niemand meer in het ruwe
najaarsweer op de weg; iedereen was
thuis bij de warme kachel, getuige de
talloze lichtschijnsels tussen de kieren
der gesloten gordijnen of vanuit de
kleine ster- of hartvormige lichtpun
ten, die door de toegesloten luiken der
kleine huisjes straalden.
Gejaagd haalde Nel de sleutel uit
haar mantelzak en opende, bevende
van opwinding de achterdeur, en in het
donkere achterhuis vonden twee men
sen elkaar in een lange, stille kus.
Toen ze later getweeën in de warme
keuken zaten, vertelde Geert z'n we
dervaren van de dag. Hij sprak over
z'n vader en moeder, het faillissement
van de fabriek, waar hij vroeger had
gewerkt, de ruzie met z'n vader en
hoe hij tenslotte maar weer in de trein
was gestapt en terug was gegaan naar
de boot, met sombere gedachten, niet
bevroedende welk geluk hem wachtte
bij z'n terugkomst op Texel.
„Waarom heb ik toch niet eerder ge
weten", zei hij telkens, haar blij en te
vreden aanziende, „dat jij zo van me
hield? Waarom begreep ik dat toch
niet eerder?"
„Lieve jongen", antwoordde ze zacht,
„ik geloof, dat het nodig voor je was
om mij eerst beter te leren kennen.
werking. Onhoorbaar begonnen
spoelen te draaien en het fijngevoelig1
apparaat zou nu alles opnemen
Toen glipte de brigges weg ach te
zijn dikke gordijn
Intussen waren in de aangrenzend
kamer de flessen geopend en de g
gevuld. „Proostki!" zei Wasilew.
„Proostki", zei Wladimir, de kleine
sluwe geheime agent. De glanzen tui
keiden tegen elkaar en de Barroes
jaanse drank vloeide rijkelijk naa
binnen. En het is een opwinden
brouwseltje, die foddka!
Toen je hier pas kwam, had je een h«
verkeerde voorstelling van me en he
was daarom beter, dat je zelf je eiga
gevoelens, maar nog beter, mijn ge
voelens voor jou niet kende. Je heb
een vuurproef moeten doorstaan
moest kiezen tussen je vak zonder ra
of het werk hier in het café mét mi;
Je hebt je vak los moeten laten en, 't
misschien hard voor je, wellicht zul
daarin nooit meer werk vinden. Mas
je hebt mij nu, Geert en weegt di
zwaar genoeg er tegen op? Ben ik he
waard, dat je alles los laat voor mij'
„Natuurlijk, lieve schat", antwoord
de hij teder. „Alles heb ik er voo
over Ik ben veel te gelukkig doo
jouw liefde en ik wil voor niets te
wereld dat geluk meer missen. Is
dat genoeg?"
„Lieve, lieve jongen.
„En dan nog te denken, dat je al di
tijd al zo van me gehouden hebt", vei
weet Geert zichzelf; „terwijl ik ro
daar nooit van bewust was".
„Van de eerste dag af, dat ik je zag
Geert
„Jouw kleine, lieve Nel.
„Jouw kleine, lieve Nel", herhaald
ze prevelend, terwijl ze zijn han
zocht en innig in zijn ogen keek,
dat nog eens, Geert, mijn Geert.
„Jouw kleine, lieve Nel", zei hij nog
rnaals, en hij trok haar op z'n kniees
z'n arm om haar heenslaand en zo za
ten ze stil tegen elkaar Genietend
van dat onpeilbare diepe geluk, dat i
plotseling in hun leven gekonrë
(Wordt vervolgd)