m
r
%l
het statussymbool
BRIGADIER PIET EN DE SPORTCOMPUTER
Hl
9 form
,,'T AMATEURTJE BRACHT
AANGRIJPEND LEVENSSTUK
(vervolg van pagina 1)
lachen bij de meest tragische hoogte
punten.
De rol van moeke Vergouwen, de
oude boerin, werd gespeeld door me
vrouw W. I. Albers. Ze deed het goed,
maar was als type niet zo geschikt;
niet ,,oud" genoeg. Zeer geschikt voor
de rol van de haatdragende en felle
Tonia, was mevrouw Luiken. Haar spel
was bovendien goed. Ook de heer A.
Kager stelde niet teleur als Sjoerd, de
echtgenoot van Tonia. Mevrouw R. du
Porto-Kieft maakte een heel goede in
druk. Als Lynda bracht zij haar lang
niet makkelijke rol tot tevredenheid.
De heer I. Plaatsman zagen we als zoon
Felix. Hij acteerde redelijk vlot, maar
slaagde er niet in voldoende gevoel in
zijn stem te leggen. Bij zijn haatdra
gende broer en zuster stak hij nu on
voldoende af. Ook aan mimiek ontbrak
het. Grardus, de man van Lynda, werd
verbeeld door de heer M. Reij: goed.
Als Annemarie, de dochter van Lynda,
zagen we mej. G. Witte haar debuut
maken. Het was duidelijk dat zij nog
onvoldoende ervaring op de planken
heeft, maar in tal van scènes werd dui
delijk, dat zij een talentvol medewerk
ster van ,,'t Amateurtje" kan worden.
Zij bracht haar tekst wat te snel en op
een leestoon. Ook de heer H. Kooger
speelde voor het eerst mee. Als dokter
Bruinslot maakte hij een aardige in
druk. Mimiek en intonatie waren igoed,
maar om achter in de zaal verstaan
baar te zijn, is meer verheffing van
stem nodig. Zeer goed deed mej. H.
Bakker het als het dienstmeisje Bertha.
De regie voerde de heer J. Oudes, de
grimage verzorgde mevrouw Beumkes-
Radder en mevr. B. Keijser-Stammes
souffleerde.
«rantwecda^Uwld dl
CONSULTATIEBUREAU VOOR
ZUIGELINGEN
Woensdag 6 december a.s. worden de moe
ders van Oudeschild en Den Burg verwacht
Oudeschild van 13.00 - 13.45 uur; daarna Den
Borg tot 16.00 uur.
KERKERAADS VERKIEZINGEN
DEN HOORN De deelnemers aan
de kerkeraadsverkiezingen van de Her
vormde Gemeente Den Hoorn kunnen
hun stembriefjes, waarvoor een gewoon
vel papier kan worden gebruikt, vóór
10 december inleveren. Zondag 10 de
cember vangt de dienst niet om half
tien maar om tien uur aan. Het is een
doopdienst, waarin ds. .Froentjes zal
voorgaan.
RECREATIE- EN UITBREIDINGS
PLANNEN TEXEL
Op de vele „waaroms" van mijn
vorige ingezonden stuk, is het antwoord
in 90% van de gevallen: nee, het gaat
niet, want het uitbreidings- of recrea
tieplan heeft anders bepaald. Is dit een
onveranderlijke wet van Meden en
Perzen? Vast niet. Als de raad het ten
minste wil. Maar dan moeten de raads
leden m.i. meer contact hebben met
hun kiezers om een bepaalde kwestie
van alle 'kanten te kunnen bekijken.
Met de recente schuttingactie en het
verzoek van de fa. Agter om voor de
elektriciteitsaanleg te mogen inschrij
ven ging het als volgt. De brief, onder
tekend door 12 voorzitters en drie be
stuursleden van verenigingen, werd
maandag half twee op het raadhuis be
zorgd. Dinsdag was er raadsvergade
ring. De voorzitter zei daar dat het
weer ontruimen van de Groeneplaats
als bouwterrein ƒ198.000,zou kosten.
Rammelen met de sabelOp de vraag
van Westdorp of de schutting t.o. de
VIVO supermarkt wat achteruit kon,
omdat de situatie daar wel heel benau
wend was, zei de voorzitter dat daar
vast geen bezwaren tegen waren. Ver
der werd er gezwegen; het punt was
afgehandeld. Toen kwam de brief van
de fa. Agter aan de orde. De reactie
van de loco-burgemeester: gisteren is
besloten met de open begroting door te
gaan en één aannemer te benaderen.
Weer werd er gezwegen; geen vragen
dus omtrent deze brief aan de raad.
Waar werd besloten? Dat gebeurde een
dag eerder met de raadhuiscommissie,
die bestaat uit de fractievoorzitters van
de raad. Als daar een besluit valt, dan
zwijgt praktisch de hele raad en kun
je aannemen, dat op dat besluit niet
wordt teruggekomen. Wie is echter de
laatste jaren de gróte adviseur? Het
stedebouwkundig bureau Wieg er Bruin!
Wieger Bruin bespeelt als een goed
beiaardier het carrillon met vaste hand
en ontlokt aan alle klokken de door
hem gewenste tonen. Ik zou dat met
twee voorbeelden duidelijk kunnen
maken. De kleine kaarjes (raadsleden)
hebben hun licht ontvangen van de
grote kaarsen (de fractieleiders). Deze
op hun beurt hebben licht gekregen
tijdens de vergadering met het ge
meentebestuur. Was dat gemeentebe
stuur dan zo deskundig? Niet altijd.
Het gemeentebestuur was met haar
kaars naar een heel grote kaars ge
gaan, die niet zo vaak in het openbaar
is te zien en heeft daar haar licht op
gestoken. Is dit licht, dat heel Texel
lijkt te beschijnen, dan nooit verduis
terd? Hier blijkbaar nooit, want de ad
viezen worden altijd klakkeloos opge
volgd. In Alkmaar is het anders. Daar
zei het zelfde grote licht: Grachten
dempen! Nee, zei de raad en de grach
ten zijn er nog. Zijn die raadsleden
zelfstandiger? Ik weet het niet, maar in
ieder geval hadden ze méérdere raad
gevers. Een wijs veldheer met vele
raadgevers wint de slag.
Ik kan het mis hebben, maar met de
opbouw van grote plannen spreekt de
raad zich m i. te weinig uit. Als ik het
met de scheve toren van Pisa zou ver
gelijken, zou ik zeggen: Hij is gebouwd
op één hoeksteen (Wieger Bruin), daar
op rust de stenen onderbouw (het ge
meentebestuur) en daarop de spits
(fractievoorzitters), terwijl op de spits
het haantje staat: de raad. Het haan
tje staat daar vrij eenzaam. Het heeft
praktisch het contact met de grond (de
kiezers) verloren. Zou het niet in het
belang van Texel zijn dat dit contact
werd verbeterd. Zou U, raadsleden,
zich niet sterker en meer gerugge-
steund voelen als U van dié zijde ook
wat licht over vele dingen ontving.
Wij hebben op Texel helder denkende
werknemers, hoteliers, caravan- en
campingeigenaars en zij die iets derge
lijks willen opbouwen, landbouwers en
zakenmensen, ieder verenigd in zijn
organisatie. Er zijn dus besturen, die de
mening van hun leden kennen. Is het
nu niet mogelijk dat daaruit een top
gevormd wordt, die met de raadsleden
voor de raadsvergadering besprekingen
voert over de voornaamste agenda
punten? Alleen zo komen de raadsle
den aan de weet wat er in het boezem
van Texel leeft. ^Terzake van de ge
noemde uitbreidings- en recreatieplan
nen staat nog heel wat te gebeuren.
Laat men straks niet wéér kunnen
zeggen: jullie aktie is te laat. Niet over
het hoofd ziende het vele goed dat het
gemeentebestuur de laatste jaren voor
Texel heeft gedaan, ook op bovenge
noemde terreinen, maar ook wetend
dat het vreemdelingenverkeer in steeds
sneller tempo toeneemt en dat vele
Texelaars uit alle lagen hier graag een
graantje van meepikken, meen ik het
bovenstaande in het belang van Texel
te hebben geschreven.
Jan Agter sr.,
Den Burg
HOOG WATER
Hoog water ter rede van Oudeschild
5 dec. 10.53 en 23.23; 6 dec. 11.32 en
7 dec. 0.04 en 12.08; 8 dec. 0.42 en 12.41;
9 dec. 1.18 en 13.23.
Aan het strand ongeveer een uur eerder
hoog water.
-±±ö
COPYRIGHT STUDIO AVAN
118. „Ik versta er geen klap van", zei
smid je Verholen, toen hij een poosje
naar de langzaam voortzoemende ge
luidsband geluisterd had. De Bar-
roesjaanse lijfwacht had dus gelijk,
toen hij veronderstelde, dat de smid het
Barroesjaans niet machtig wa6. Zo op
het eerste gezicht leek de zaak voor de
luisterende Iwan dus tamelijk gerust
stellend, want brigadier Piet en de
kleine dr. Yokito verstonden al even
min Barroesjaans.
Maar zo gemakkelijk zou het toch
niet aflopen, want nu hoorde Iwan de
smid vragen: „Zeg brigges, wat zei jij
daar straks ook weer? Behalve jouw
onderhoud met de heer Omskomsk
stond er nóg iets op de band
„Precies", antwoordde brigadier Piet.
„Een veel belangrijker stuk, een stuk
in het Barroesjaans en daar staan we
waarschijnlijk net tevergeefs naar te
luisteren. Om9komsk vertelde me zelf,
dat het de geheime aanvalsplannen van
Barroesja waren...."
„Wét??" riep de smid vol ongeloof
uit. „De aanvalsplannen van Barroesja?
Man, dan moeten we weten wat daar
gezegd wordt! Ik bel dadelijk professor
Van Oudejonge op, die beroemde taal
geleerde! Die moet ons dan maar eens
vertalen wat erop die band staat!"
Eilaas, professor Van Oudejonge kon
onmogelijk komen om het bandje te
vertalen. „Maar het landsbelang en
misschien zelfs de wereldvrede hangen
er van af!" drong de smid aan.
„Spijt me, spijt me", stutterde pro
fessor Van Oudejonge. „Sta op het
punt om op reis te gaan. Op reis te
gaan, zoals ik al zei. Moet een interna
tionale bijeenkomst van 's werelds bes
te taalgeleerden bijwonen. Moet daar
spreken. Maar goed, maar goed, draai
die band maar even al voor de telefoon.
Zal wel wat aantekeningen maken.
Aantekeningen maken. Juist., ja.."
Enfin, de professor luisterde, noteer
de en vloog daarna met zo'n gillende
haast naar het station, dat we mogen
aannemen, dat hij vast iets héél 'be
langrijks heeft gehoord
MAMMOETWET
(vervolg van pagina 1)
nomische hogeschool belanden. Maar hij
kan ook vanuit het LAVO, via LTS,
MTS en HTS op de Technische Hoge
school komen. Dergelijke overgangspa
tronen zijn er vele. Elk diploma geeft
dan ook in beginsel het recht om tot
iedere vorm van aansluitend onderwijs
toegelaten te worden.
Brugjaar
Het brugjaar is een belangrijk
winstpunt dat de Mammoetwet te bie
den heeft. Bij het brugjaar worden
twee types onderscheiden, nl. één voor
MAVO, HAVO, Atheneum, lyceum en
gymnasium en een voor het lager be
roepsonderwijs en het Lavo. In alle
brugklassen van hetzelfde type worden
dezelfde vakken gedoceerd en aan elk
van die vakken wordt op de verschil
lende scholen evenveel lestijd besteed.
In dit stadium kan dus makkelijk van
de ene school naar de andere overge
stapt worden. Bij een goed functione
ren van het brugjaar zal het aantal
zittenblijvers belangrijk kunnen ver
minderen.
De mammoetwet biedt school en on
derwijs gelegenheid om de leerlingen in
hun specifieke moeilijkheden te helpen
en om het peil van de prestaties te ver
hogen. Zij maakt individuele aandacht
zelfs noodzakelijk. Volgens de wet is
o.a. de invoering van studielessen ver
eist; de kinderen moeten „leren stu
deren". Er zijn tal van andere maatre
gelen mogelijk, die wij in het bestek
van dit artikel niet kunnen noemen.
Beperking
Verder is het belangrijk dat de Mam
moetwet iedere leerling gelegenheid
biedt om zich bij zijn studie uiteinde-
lijk te beperken tot die vakken die voor
zijn latere studie of beroep van belan<
zijn.
In de loop der tijden is een steeds
diepere kloof ontstaan tussen onderwijs
en maatschappij; de mammoetwe!
brengt deze twee weer tot elkaar.
Voorts doorbreekt de wet de een-
zijdig-verstandelijke vorming en wordt
er nu ook aandacht besteed aan vakkeri
als handvaardigheid en muziek. En dan
spreken wij nog niet eens over het feil
dat de Mammoetwet aan de HBS z'n
tweeslachtig karakter ontneemt door
invoering van twee scholen: havo
atheneum en de bijzonderheden van
diverse nieuwe schooltypes. Nogmaals
daarvoor ontbreekt ons de plaats
ruimte. Voor nadere bijzonderheden
kan men zich zonodig tot de hoofden
der diverse scholen wenden. Deze heb
ben overigens onlangs voorlichtings-
avonden gehouden over de Mammoet
wet.
Het succes van de Mammoet wel
hangt mede af van de ouders. Wanneer
deze blijven denken dat de school di -
instantie is, die van uilen valken kan
en moet maken, dan mag men van d«
onderwijsvernieuwing weinig verwach- f
ten. Maar als de ouders onbevooroor
deeld de school benaderen om geza
menlijk de juiste richting van hun kind
te ontdekken, dan zal die samenwer
king vruchtbaar kunnen zijn. Dat in
dit verband grote mogelijkheden liggen
blijkt uit de ervaringen, die op scholen
zijn opgedaan, waar al met de nieuwe
wet wordt geëxperimenteerd. Daar
wordt de vergroting van het contact
ouders-school geconstateerd, hetgeen
zeer vruchtbaar blijkt te zijn.
Een kleurig fotoboek vol
woonideeën in klassieke en
moderne stiji. Een fijn bezit!
U hoeft alleen maar even
bij ons langs te lopen om het
op te halen. Doen
SPOORSTRAAT 30
TEL 02230-14541'
FEUILLETON
door
Gerrit Franssen
26. De bankemployé's hadden bepaalde
morele verplichtingen, zogezegd 'n ere
code, waaraan men zich diende te hou
den. En de kinderen moesten begrijpen,
dat er voor hem bepaalde grenzen be
stonden, die onder geen enkele voor
waarden overschreden mochten wor
den. En zo voort, en zo voort. Uit alles
bleek, dat de zienswijze van directeur
Slaterus en zijn kassier geheel parallel
liepen. Maar ja, u begrijpt, met op
groeiende kinderen ontstaan gelijktijdig
wel eens moeilijkheden. Vooral in deze
moderne tijd, waarin men uit alle
macht zit te tomen aan eeuwenoude
normen
Ja, meneer de direkteur kon het be
grijpen. Hij had zelf een zoon in de
leeftijd van Jaap Overvest en na een
telefonische, uiteraard anonieme tip,
was hij in zijn wagen gestapt en had
zijn zoon kort en bondig uit „De Boog"
weggehaald. Hetgeen een drama ten
gevolge had in huize Slateruö, omdat
zoonlief niet bepaald een zacht eitje
was, dat je naar believen kon klutsen.
Temeer, omdat tijdens de woordenwis
seling in huize Slaterus maakte men
nooit ruzie, daar ontstonden hoogstens
meningsverschillen Ewald Slaterus
had losgelaten, dat de zoon van papa's
kassier, in casu Jaap Overvest er als
kellner werkte. En mocht dat dan wel?
Doch over de bezoeken van zijn zoon
aan het in de hele stad bekende eta
blissement, zweeg directeur Slaterus
tijdens zijn gesprek met Overvest. Dat
was een interne, huiselijke aangelegen
heid, waarmee zijn ondergeschikten he
lemaal niets te maken hadden. Temeer,
omdat pa Slaterus er helemaal niet zo
zeker van was, dat Ewald zijn uitdruk
kelijk verbod om er ooit nog één voet
neer te zetten, niet zou overtreden. En
hij kon toch moeilijk iedere avond gaan
controleren, of zijn zoon er al of niet
vertoefde. Tenslotte was Ewald twin
tig.
Het tweede bedrijf van het drama
begon 's avonds half zes in huize Over
vest. Alleen de tweelingen waren thuis
en speelden rustig met een houten
spoortrein, die ze van hun grote broer
gekregen hadden. De rest was al of niet
in aantocht, maar in elk geval nog
afwezig.
„Waar is Jaap?" vroeg hij aan zijn
vrouw, die in de keuken druk bezig
was voorbereidingen te treffen voor
het avondmaal.
„Zal wel in de stad zijn, niet? Voor
tienen is hij toch niet thuis".
„Dan ga ik hem halen. Weet je, wat
hij doet? Daarom wilde hij nooit in
bijzonderheden treden. Daarom was hij
er zo geheimzinnig mee. Maar dat is nu
afgelopen. Definitief. Hoe krijgt hij het
in zijn hoofd!"
„Waar heb je het over, lieve?" vroeg
mevrouw Overvest, haar verhitte ge
zicht afwrijvend.
„Ik heb het over Jaap. Luister je dan
niet naar me?"
„Ja, natuurlijk luister ik. Maar ik
snap werkelijk niet, waarom je je zo
opwindt.
„Moet je dat nog vragen? Vind jij
het soms goed, wat hij uitvoert voor de
kost?"
„Lieverd, ik weet helemaal niet wat
hij doet. Hij heeft alleen verzekerd, dat
het eerlijk werk is. Dus, waarom maak
je je zorgen?"
„Hettie, probeer het eens een keer te
begrijpen", vervolgde de heer des hui
zes op indringende toon. „Ik ben van
daag op het matje geroepen bij de di
rekteur. Weet je, wat dit voor mij be
tekent? Dat is me nog nooit gebeurd
in al die vierentwintig jaren, dat ik op
de Bank werk".
Zijn vrouw staakte haar werk een
ogenblik en keek haar man verschrikt
aan. „Wat heb je dan gedaan? Heb je
je soms vergist? Is er een kastekort?"
Hij schudde ongeduldig zijn hoofd.
„Ik heb niets gedaan.... geen fouten
gemaakt, bedoel ik. Het gaat om Jaap.
Daar heb ik het toch over?"
Ze haalde haar schouders op. „Het is
me nog niet duidelijk. Wat heeft Jaap
ermee te maken? Hij werkt toch niet op
de bank? Of wel 6oms?"
„Nee, natuurlijk niet. Weet je, wat
voor werk hij doet? Hij is kellner". Met
een triomfantelijk gezicht keek hij zijn
vrouw aan, alsof hij daarmee zeggen
wilde: Wat zeg je me daarvan?
Mevrouw Overvest was helemaal niet
geïmponeerd. Ze zette een pan op het
gas en draaide de vlam wat hoger. „O,
kellner. Het lijkt me interessant werk.
Een kellner krijgt nogal wat fooien, he?
Maar ik begrijp niet, wat dit te maken
heeft met het feit, dat jij bij de direk
teur bent ontboden".
Overvest wond zich op. „Alles! Mens,
begrijp het dan toch een keer!"
Zijn gade bleef rustig. „Je hoeft niet
zo te schreeuwen. Dat getuigt niet van
beschaving. Je bent teveel opgewonden.
Ga zitten. Zal ik een kop thee voor je
inschenken?"
„Toe nou, Hettie, praat er niet over
heen. Het is.Jaap kellnert in „De
Boog". Dat is een nozemtent, waar al
leen maar losgeslagen jongens en meis
jes komen. Een berucht geval aan de
andere kant van de stad. En dat kan ik
niet toestaan. Mijn zoon, onze zoon,
drankjes rondbrengen aan langharige
beatnozems en dito sigarettenrokende
meisjes. Dat is natuurlijk afgelopen. Na
het eten ga ik erheen en haal hem er
uit".
„Je moet je niet zo overstuur maken,
Frits, denk om je hart", vervolgde zijp
vrouw onverstoorbaar. „En zo erg, als
jij het voorstelt, zal het wel niet zijn.
Ik heb nooit iets ongunstigs over „De
Boog" gehoord. De meisjes van onze
buren gaan er ook wel eens heen. Toe
vallig had mevrouw Binders het er
over, dat er 's avonds zo'n leuk bandje
speelt. Als het een beruchte zaak was,
zoals jij beweert, geloof ik niet, dat
buurvrouw Binders het goed zou vin
den, dat haar dochters daar kwamen".
Overvest was zeker van zichzelf.
„Wat de buren doen, is hun zaak. Ove
rigens, Binders is een doodgewone rei
ziger en ik ben kassier aan de Noord
west Bank. Dat schept verplichtingen.
Niet alleen voor onszelf, ook voor onze
kinderen. En één van hen heeft dat
klaarblijkelijk niet goed begrepen. Een
Overvest gaat niet kellneren in een no
zemkroeg. Daar wordt niet meer over
geredeneerd. Het is een uitgemaakte
zaak".
„Zoals je wilt, Frits. Doch ik zou er
maar niet heengaan, vanavond. Dat
staat zo gek. Jaap is geen kind meer,
maar een jongen van bijna negentien
jaar. Een man. Als hij, volgens jou,
geen rekening houdt met onze morele
verplichtingen, houdt dat nog niet in,
dat jij er geen rekening mee behoeft
te houden, dat hij onderhand een man
is, bijna volwassen".
„In ieder geval is het vandaag voor
het laatst", besloot Overvest, die er zelf
ook niet veel voor voelde om helemaal
naar de andere kant van de stad te
fietsen. Bovendien was zijn achterlicht
weer eens kapot en een bekeuring was
ook zonde van het geld.
De beide meisjes voelden onmiddel
lijk, dat de sfeer in huis gespannen
was. Tonia flapte er al gauw uit; „Wat
is er aan 't handje? Klopte de kas van
middag niet, pap?"
Overvest keek haar, boven zijn krant
uit, verontwaardigd aan. „Mijn kas
klopt altijd. Een goeie kassier maakt
geen fouten".
„Wat een geluk, dat u dan een goeie
kassier bent, he paps? Boft de bank
even met u!"
„Je hoeft er de gek niet mee te ste
ken!" viel Overvest uit.
Tonia schrok en bemerkte, dat het
menens was. Ze keek haar vader ver
schrikt aan. „Nou.... eh.... sorry
dan. Ik bedoelde er niets mee. Wat is
er dan, dat u zo kribbig bent?"
(Wordt vervolgd)