r
Plantlnga
Frlesch Rood
Dr. Meinsma sprat
voor scholieren
Nog rustig aan het front van
de ruilverkaveling
BRIGADIER PIET EN DE SPORTCOMPUTER
m «mam
Meer paarden
op Texel
FILMNIEUWS
y
LANDBOUW en VEETEELT
SPORTPROQRA*
f,
VERVOLG VAN PAG. 1
rubriek voor '"luk"'
I' >«n GvsmlngtMi
De laatste weken, hebben een aantal
Texelse eigenaren van grond al eens
wat ongerust geïnformeerd of ze nog
wel eens iets te horen zouden krijgen
op het door hen ingediende bezwaar
schrift tegen de Lijst van Geldelijke
Regelingen van de Ruilverkaveling
„Texel".
Het is immers al ruim zes weken na
de datum, waarop deze bezwaarschrif
ten uiterlijk konden worden ingediend.
Het lijkt ons daarom goed om deze
„verontrusten" en ook de anderen
even een blik in de keuken te geven.
Bezwaarschriften
We hebben al eerder laten doorsche
meren, dat het aantal reclames groot
is. Het ligt niet zo heel ver van de
driehonderd af. Daar het van belang is,
dat alle personen, die betrokken zijn
bij het behandelen van de bezwaar
schriften een goed inzicht krijgen in de
bezwaren, wordt aan ieder van hen een
afschrift van elk bezwaarschrift ter
hand gesteld.
De vermeerdering van de bezwaar
schriften is op dit moment gereed ge
komen. Verder heeft een rubricering
van de bezwaren plaats gehad, d.w.z.
dat een indeling is gemaakt aan de
hand van de punten, waartegen het be
zwaarschrift zich richt. Daarbij blijkt
nog weer eens duidelijk, dat er nog al
wat variatie is. Het komt ons voor,
dat na een eerste behandeling door de
Plaatselijke Commissie en de deskun
digen een 25 - 30% van de bezwaren
heel gemakkelijk kan worden opgelost.
Binnenkort van start
Over enkele dagen zal de behande
ling een aanvang nemen. De Commissie
zal dan iedere week één of twee dagen
met dit werk bezig zijn. Betrokkenen
moeten er rekening mee houden, dat
het nog wel een aantal weken zal du
ren voordat met de bezwaarden wordt
gesproken. Iedere reclamant kan er
eohter van overtuigd zijn, dat zijn be
zwaarschrift behandeld wordt en dat
hij in praktisch alle gevallen opgeroe
pen zal worden om dit toe te lichten
en met de Plaatselijke Commissie van
gedachten te wisselen.
MAG KUILGRAS NIET STINKEN?
Toen ik een paar dagen geleden zo
maar ongevraagd een bezoek bracht
aan één vkn onze Texelse bedrijven
„begroette" de boerin mij met de me
dedeling, dat zij en haar man net had
den zitten praten over ons artikeltje
over het inkuilen. ,,En zo als het dik
wijls gaat", zei deze boerin, „waren we
het voor het grootste deel weer met U
eens, maar voor een klein deel toch
ook niet". Deze boerin was nl, van
oordeel, dat mijn bezwaren tegen „stin
kend" kuilgras vooral voort kwamen
uit het feit, dat een veehouder, die de
geur van dit kuilgras overal met zich
meedroeg op deze wijze zijn boer-zijn
duidelijk demonstreerde. „Je hoeft je
voor het feit, dat je boer bent en
daardoor bepaalde „luchtjes" bij je
draagt, niet te schamen". „En boerin
nen, die het niet kunnen verdragen, dat
hun mannen de geur van kuilgras mee
naar binnen nemen, zijn het niet waard
om met een veehouder getrouwd te
zijn".
Onze reactie
In de eerste plaats wil ik nog weer
eens mijn waardering uitspreken voor
het feit, dat er ook boerinnen zijn, die
onze rubriek lezen.
Vervolgens dit. Ik geloof, dat deze
boerin mij niet helemaal heeft begre
pen. Mijn bezwaar tegen stinkend kuil
gras komt niet in de eerste plaats
voort uit de stank zelf, al wil ik dit
beslist niet helemaal verwaarlozen.
Mijn hoofdbezwaar tegen de onaange
name geur is echter het feit, dat hier
mee het bewijs geleverd is, dat het in
kuilen niet geslaagd is.
Er zijn waardevolle voedingsstoffen
verloren gegaan en er zijn stoffen ont
staan, die op de gezondheid van de
dieren een funeste invloed kunnen
hebben. Vorming van ammoniak en bo-
terzuur betekent afbraak van waarde
vol eiwit. Boterzuur verhoogt de kan
sen op het optreden van slepende melk-
ziekte
Maar zoals gezegd wil ik toch ook de
onaangename geur op zichzelf niet
wegivegen. Er zijn op Texel nog wel
boerinnen, die hun man er in zekere
zin van weerhouden om kuilgras te
maken, omdat ze de pé hebben aan de
onaangename geur, die naar hun me
ning onlosmakelijk vast zit aan kuil
gras. En tot op zekere hoogte moet ik
hen gelijk geven. Maar ïk zou ze graag
afhelpen van het idee, dat kuilgras
moet stinken. Dat is pertinent onjuist.
Er zijn bepaalde geuren, die we als
boer en boerin voor lief zullen moeten
nemen. Het is niet te voorkomen, dat
een veehouder op een bepaald moment
de geur van stalmest in de kamer
brengt. Dat zit aan het boei en boerin
zijn vast. Voor kuilgras geldt dit zeer
beslist niet en omdat ik van oordeel
ben, dat het inkuilen van gras op vrij
wel ieder veehouderbedrijf behoort te
worden toegepast, zullen we blijven
hameren op het gebruik van een goede
methode bij het inkuilen.
HOGE PRODUKT1ES EN
RENTABILITEIT
„Jullie hebben het altijd maar over
hoge produkties van het melkvee, maar
ik vraag me af of de veehouders, die
in het verslag van de Rundveefokver-
eniging bovenaan staan, het financiëel
beter maken dan andere veehouders.
Het is me wel eens opgevallen, dat die
veehouders met beste koeien als het op
het doen van grote uitgaven aankomt,
niet verder kunnen springen dan hun
.collega's met koeien, die veel minder
melk geven. En ik heb ook gezien, dat
in het bedrijfseconomisch overzicht,
dat de Vereniging voor Bedrijfsvoor
lichting vorig jaar aan de leden toe
zond de veehouder met de laagste pro-
duktie aan het rundvee een behoorlijke
winst had".
Bovenstaand commentaar op onze
artikelen kregen we een paar dagen
geleden te horen. Het kan niet anders
of zo'n commentaar vraagt om een
nieuw artikel. Ik wil proberen er iets
over te zeggen.
Niet om één onderdeel
Bij het maken van vergelijkingen
is het gevaarlijk om dat op één onder
deel te doen. Men heeft dit mij ook
verweten toen ik onlangs het artikel
schreef over het 's nachts opstallen van
de melkkoeien in de zomermaanden en
de produktie van het melkvee op die
bedrijven. Dat verwijt is met helemaal
ongegrond. Ik heb daarom in bedoeld
artikeltje ook duidelijk gezegd, dat het
niet meer dan een globale vergelijking
was. Tegenover de bewering, dat het
's nachts opstallen melk kost, heb ik
toen willen stellen, dat daarvan niets
bleek uit de produktie op die bedrij
ven. Ik wacht me er echter wel voor
om te beweren, dat het feit, dat de
produktie op deze bedrijven boven het
gemiddelde ligt, bewijst, dat het 's
nachts opstallen produktie-verhogend
werkt. Om dat aan te tonen zouden
serieuze proeven nodig zijn.
Als mijn hiervoor genoemde ge
sprekspartner echter uit het feit, dat
een veehouder met een weinig procluk-
tieve veestapel met een goed bedrijfs
resultaat uit de bus komt, meent te
mogen concluderen, dat de produktie
er niet z<> veel toe doet, dan is dit op
z'n zachtst gezegd lichtvaardig. Er
moet om dat te kunnen concluderen,
ook nog naar andere punten worden
gekeken. Het is dan in ieder geval
zaak om meerdere gevallen te nemen.
Dan kan het beeld wel eens heel an
ders worden.
Als we uit het bedoelde overzicht de
drie bedrijven met de laagste produk
tie van het melkvee nemen en daar
tegenover de drie bedrijven met de
beste produktie, dan zien we al heel
wat anders.
De gemiddelde produktie van de drie
bedrijven met de laagste produktie is
4066 kg. per melkkoe en van de beste
bedrijven 5312 kg.
Kijken we nu naar de zuivere win9t
per ha. van deze twee drietallen, dan
blijkt er in het eerste geval een ver
lies van 95,per ha. te zijn en in het'
tweede geval een winst van 367,
per ha. Een verschil derhalve van
ƒ462,per ha. Op een bedrijf van 20
ha. betekent dit ruim ƒ9000,ten
gunste van de bedrijven met goede
produktie.
Maar dat éne bedrijf
We stellen ons niet voor, dat de man,
die met de kritiek kwam, helemaal be
vredigd is door het voorgaande. Hij zal
vrij zeker zeggen: „Maar het feit blijft
toch maar staan, dat het door mij be
doelde bedrijf goed uit de bus kwam".
Ook daar willen we nog wel iets van
zeggen.
En dan geldt in de eerste plaats, dat
we moeten nagaan of de melkveehou
derij op zo'n bedrijf de enige bron voor
het inkomen is. Als er naast de rund
veehouderij ook nog andere bedrijfs
takken zijn, dan is het heel moeilijk
om te zeggen of winst of verlies te
danken of te wijten zijn aan de melk
veehouderij of aan een ander onder
deel. Met deze omstandigheden hadden
we op dit bedrijf te maken Er ging
hier nog meer om.
Maar het kost ons helemaal geen
moeite om deze kritische veehouder
een stuk tegemoet te komen. Bij de
melkveehouderij is de hoogte van de
produktie maar één kant van de zaak.
Als tegenover een vrij lage produktie
ook lage voerkosten staan, dan kan het
resultaat op een gemiddeld niveau ko
men. Verschillen van ƒ200,tot
ƒ300,voerkosten per koe komen we
ieder jaar tegen. En deze bedragen ko
men overeen met produktieverschillen
van 600 - 800 kg. melk per koe. De
veehouder met een produktie van
5.200 kg. melk per koe, komt bij voer
kosten, die ƒ600,per koe bedragen
niets verder dan z'n collega met koeien
die 4.500 kg. melk geven, maar waar
de voerkosten niet hoger zijn dan
ƒ350,per koe.
Wat dc praktijk leert
Intussen willen we dit artikeltje niet
beëindigen zonder er nog eens nadruk
kelijk op te wijzen, dat door het onder
zoek op praktijkbednjven is gebleken,
dat hoge produkties op allerlei terrein
in het algemeen gunstig zijn. Bedrijven
met een produktieve veestapel, een
groot aantal lammeren per schaap,
hoge graanopbrengsten, veel tonnen
suikerbieten of aardappelen komen in
het algemeen gesproken gunstiger uit
dan bedrijven, waar de produktie te
wensen overlaten. Dat is ook wel te
verklaren. Een groot deel van de kos
ten op een bedrijf wordt niet beïnvloed
door hoge of lage opbrengsten. De
pacht van grond en gebouwen, een
groot deel van de algemene kosten,
loonwerk en werktuigenkosten en nog
diverse andere kosten zijn praktisch
even hoog op bedrijven met lage en
hoge opbrengsten. En daarom blijven
we van mening, dat m het algemeen
hoge opbrengsten en in dit verband
ook een goede produktie van het rund
vee een belangrijke voorwaarde is
voor een goed bedrijfsresultaat.
Uit de pubükaties van het CBS om
trent de landbouwtellingen van mei
1967 en 1968 vallen de verande.mgen
af te leiden in de aantallen paarden
en schapen op de Texelse bedrijven.
Paarden
Het totale aantal paarden nam toe
van 217 tot 238. Opvallend is dat ook
het aantal landbouwpaarden van 3
jaar en ouder toenam,v. nl. van 116 tot
139. In tegenstelling tot Texel nam op
Wieringen het aantal landbouwpaarden
af van 68 tot 60, in Wieringermeer van
93 tot 72.
Schapen
In mei 1967 bedroeg op Texel het
aantal bedrijven met schapen 292, in
mei 1968 290. Het aantal lammeren
steeg van 27.672 tot 28.701; het aantal
overige schapen daalde van 23.857 tot
23.621.
Geholpen door een acrobaat stelt de
Britse luitenant Fleming pogingen in
het werk om de kanonnen van het zee
roversnest Diego Suarez op Madagas
car onschadelijk te maken. Dat is het
gegeven, waarnaar de piratenfilm „Het
Rode Kaperschip" (zaterdagavond en
zondagmiddag in het City-theater)
werd gemaakt. In de zeeroversmaat-
schappij van Diego Suarez speelt de
mooie Jessica een belangrijke rol. Fle
ming knoopt relaties met haar aan, tot
woede van verloofde Avery. Meer ver
leidelijke vrouwen bepalen de loop van
het verhaal, zoals de prinses Patma, die
door Fleming van een wisse dood
wordt gered als haar met rijkdommen
beladen schip aangevallen wordt. Fle
ming weet de kaart te bemachtigen,
waarop de geschutsstellingen van de
zeerovershaven staan aangegeven. Lis
tig gebruik makend van de hartstoch
ten, die onder de vrouwen leven, doen
de Britten een aanval op de haven. De
kanonnen gaan de lucht in. Fleming
kan tenslotte Jessica in zijn armen
sluiten. (In kleuren 14 jaar).
„De bandieten van Milaan" die zon
dag- en maandagavond draait, is een
semi-gedokumenteerde reconstructie
van een grote reeks gewelddaden, di,e
hun hoogtepunt vonden in september
1967, toen in het nauw gedreven bank
rovers in paniek hun wapens leeg
schoten op voorbijgangers in cle straten
van Milaan, waarbij drie doden en 22
gewonden te betreuren waren. Goksyn-
dicaten, prostitutie en afpe'rsingsbenden
hadden de laatste jarep hun activitei
ten over een groot aantal Italiaanse
steden verspreid. Scenarioschrijver
Lizzani gaf er de voorkeur aan drie
gebeurtenissen (afpersing, moord en
roof) naast elkaar vast te leggen in
plaats van de dramatische ontwikke
lingen te filmen in een doorlopend ver
haal met steeds dezelfde spelers Het
gaat dus om een drietal fill
zichzelf, waarvan de verfilmii
bankoverval het spectacul;
vormt. (In kleuren 18 jaai
ZONDAG 26 JANUARI 1969
Afdeling Noordholland
Tex. Boys^Purmerland, 14.
Hugo Boys-Oosterend, 11.0
(boot
Texel 2-Succes 3, 10.15 ui
De Koog-Tex. Boys 2, 12.1
Cocksdorp-JVC 2, 12.15 ui
MEDEDELINGEN
S.V. Texel
Zondag maar één wed.stri
Texel 2-Succes 3. Een sterk
stander, waartegen wel het b
geven meet worden. De uïtv
werd verloren, zodat er nu
genomen behoort te worden,
pen spoedig weer met alle elf
kunnen beginnen.
Texelse Boys
Wanneer Pluvius een beetji
met water is, dan speelt zoi
het eerste om half drie th
Purmerland. Ze zetten dan ni
allies op alles om de punten
houden.
Terreindienst: Th. v. Heei
en H. Hin.
De wedstrijd De Koog 1-Te:
wordt gespeeld om 11 uur; op
dus om het schaatsen te bekijj
papier zijn de Boys natuurlij
loos, doch je weet maar nooit
Succes in ieder geval.
S.V. De Koog
In verband met de schaatski
schappen a.s. zaterdagmiddag,
wij zaterdagmorgen aan de kli
werken. Dus degenen, die hie:
hebben, worden om plm. 9.00-5
op het veld verwacht. Laat ons
de steek, want er is genoeg te
Zoete bessenjenever
K. Plantinga Zoon. Bolsward. Anno 1870.
Niet „gezellig"
Dat roken zo „gezellig" is, betwijfel
de Dr. Meinsma. „Het is een gewoonte,
die je moet opgeven, net zo goed als
men niet meer pruimt of snuift. De
houding van elke Nederlandse man en
vrouw is belangrijk. Als jullie doorro
ken, komen we nooit van die kanker
af!" aldus de spreker.
De leerlingen, duidelijk onder de in
druk van het betoog, maakten van de
gelegenheid gebruik om vragen te stel
len. Waarom, zo vroeg een jongeman
zich af, zijn pijp en sigaar minder
schadelijk? Uit het antwoord bleek dat
de manier van roken het gevaar be
paalt. Bij pijp- en sigaarroken inha
leert men doorgaans niet. Doet men
dat wel, dan zijn pijp en sigaar even
gevaarlijk. Het schadelijke bestanddeel
is de teer in de tabak. Hierin zijn
meer dan 20 stoffen gevonden, die bij
proeven op dieren kankerverwekkend
bleken te zijn. Ingaande op een andere
vraag toonde Dr. Meinsma zich scep
tisch tegenover het sigarettenfilter.
Weliswaar houdt het filter een deel
van de teer tegen, maar dit „tekort"
wordt aangevuld door slechtere tabak
te nemen, waardoor men uiteindelijk
cd
01
COPYRIGHT STUDIO AVAN
Hèèw jee ók hóórt dót Arie de
Ridder fón 't Kóógerveld sundag zesde
worre is bee de stróndlóóp fón Eg-
mond?
Ja, en De Vries het seit: as ie
déérfóór gien dubbele Von Sion krigt,
gaan ik protestere fóór de radio.
199. Nu moeten we toch nog even ver
tellen hoe het Linke Lowietje en Ben
nie de Klapper verder was vergaan.
Tot grote verbazing van de deftige
portier waren de twee dubieuze heren
uitgenodigd om „zwiete" 163 te be
zoeken. Met een zelfverzekerde glim
lach traden ze daar binnen en wét
zagen ze?
„Poffer-de-sterre-en-balke! Wat zie
jij d'r steenstoer uit, Bill! Net een
echte officier! Wat voor rang heb je
nou? Korperaal? En wat heb je alle
maal voor mooie gekleurde strikkies op
je borst?"
Met een kille, verachtelijke blik keek
Bill de binnenkomers aan. Even was
het dreigend stil.
„Waag het niet nog éénmaal jij en
jou tegen me te zeggen", zei hij toen en
zijn stem klonk koud als ijs en hard
als staal „Verder ben ik geen korpo
raal, maar kolonel. En die strikjes zijn
eerlijk verdiende oorlogsonderscheidin
gen. Eerlijk verdiend door de vorige
eigenaar dan. Een en ander betekent
natuurlijk, dat jullie van nu af aan on
der mijn bevelen staan. Hier in deze
doos zitten twee uniformen. Trek ze
aan".
„Verroest...., die uniforme
daar heb ik zelf voor gezorgd
mopperde Linke Lowietje.
„Motte wij als dank daarvoor nou
zelf ook onder dienst?"
,yDoe wat ik je zeg", zei Kille Bill
koud.
„Ma.... maar kenne we dan mis
schien eerst wat te ete krijge?" klaagde
Bennie de Klapper. „We hebbe de hele
avond nog niks gehad".
„Een snee kuch en een mok koffie
kan er wel af", meesmuilde Kille Bill.
„In het leger krijgen ze dat ook. Dat is
dus voor jullie goed genoeg".
En intussen liep brigadier Piet rond
in het Gravendrechtse Bos. Hij peinsde
zijn hersens, doch vond de oplossing
niet. „Wat doet Kille Bill? Waar
hangt-ie uit? Wat voert-ie in zijini
schild?"
Ja ja...., weinig kon de slimme
brigges vermoeden, dat Kille Bill in
derdaad zéér kwalijke dingen in zijn
schild voerde. Dat hij .zich in een offi
cierenuniform had gestoken en dat hij
van plan was onder te duiken in de
troepenmacht, die nu in en om Rijk-
huyzen lag voor de grote taptoe.
even veel schadelijke bestandde!
nenlkrijgt. Sigarettenpijpjes en
zouden wellicht goed kunnei
maar het hangt af van de taba
„veilige sigaret" is nog steeds n
dekt, hoewel de fabrikanten
stig naar zoeken.
Stoppen heeft
Andere vraag: Heeft het voor
die een jaar of zes sterk heeft
nog wel zin om ermee te stoppel
woord: Ja, de regeneratie van
taste weefsels is aangetoond,
den met roken heeft altijd zin;
loop van tijd zijn de longen
schoon.
Dr. Meinsma geloofde niet zo
het niet kunnen ophouden met
,;De zucht naar nicotine verdw
drie of vier dagen. Het is een
van wilskracht om het magisd
baar van het grijpen van een sig
gezelschap achterwege te laten"
Een van de jonge luisteraars
oplossing gevonden: „Laten 2
vieze smaak aan sigaretten geve
Meinsma: Welke fabrikant kif1
zover?
Vraag van een van de onder
Heeft het nadelige gevolgen v<
aanwezige niet-rokers als in
trek door anderen hevig wordt g
Dr. Meinsma sloot dat niet uit.
ik zit oog het liefst bij sigarettei
want die houden de meeste vie or
in hun eigen lichaam, terwijl de
ren- en pijprokers alles uitb -
De spreker noemde het een za
goed fatsoen om niet te roken
meeste anderen in het vertrek
geen prijs op stellen. „De me
lijkt soms weinig rechten te
We moeten streven naar de em n
tie van de niet-rokers. Iemand
stoppen, heeft daartoe het ree v
dient niet te worden geplaagd
nog vaak gebeurt".
Shag even gevaarli
Vraag: Weet U een andere
om het gezellig te maken als
wordt gerookt? „Waarom zou
roken niet gezellig zijn?" zo rei
de spreker. Zijn de niet-rokers
jullie zulke ongezellige mensen?
vast niet vervelender dan degel
zo nodig „stoer" moeten roken,
Nog diverse vragen volgden,
aanleiding daarvan verklaarde
Meinsma, dat het roken van sha
gevaarlijk is als van kant-en-kl
garetten en dat men nog niet
welke merken het meest gev
zijn.
Mej. A. G. Luijsterburg, die
langstellend was komen lui
raadde de jongelui aan in plaa
een sigaret een stukje kauwgom
anders in de mond te doen Di
E. G. Bouwman rondde de bijeei
of met een klemmende oproep oi
aanleiding van het voorgaande
ken te stoppen. Al eerder waren
vraag wie hadden besloten defin
kappen met de rookgewoonte, ve
gers omhoog gegaan.
a