MIDDELZWARE
SHAG
Oude liefde
andelt overheid strijdig met
eigen prijsstopbeleid?
IRIGADIER PIET EN DE SPORTCOMPUTER
DE SHAG VOOR FIJNPROEVERS
sitie Horeca-man steeds minder aantrekkelijk
ai
K. Plantinga &Zoon. Polsward Anno 1870
Bouwvergunningen
in de afgelopen maand
PITTIG, MAAR TOCH LEKKER ZACHT
i
99
eede blad
TEXELSE COURANT
DINSDAG 4 MAART 19G9
Willi!
i-4.
'ibt'
I/IS
ie
em
{I wtw.M
SpdMId «H d. r,MU,&/£
dat hij „getrouwd" is. Een belangrijk
ui anitf ^HBÏEJÊÊbSê II deel van zijn „inkomen" bestaat vaak
alleen uit de rente van het kapitaal dat
hij in de zaak heeft zitten. Dan wordt
nog het loon, dat ze samen verdienen
voor één geteld door de Inkomstenbe
lasting. Ze krijgen wel een aftrek van
maximaal 2000,maar niet de 2x 5%
kosten van verwervingsaftrek. Zij zul
len voor hun werken, dus zuiver arbei
den zelden meer dan 2x het basis mi
nium loon overhouden. En dan bedoel
ik het netto minimumloon en het netto
overhouden. Want zij krijgen voor hun
2 kinderen géén ƒ914,kindertoelage
er bij, géén 6% vakantietoeslag, géén
baas die nog 20% sociale lasten er op
toe legt, wel mogen zij zich privé, dus
veel duurder verzekeren voor zieken
fonds en die hele rataplanEn tóch
betalen zij door hun „spaarzaamheid"
en „echtpaar" zijn, zo 50% aan de in
komstenbelasting. Moeten ze daar nog
voor gaan overproduceren Neem dan
liever 1% prijsverhoging om hun pri-
vékostenstijging op te vangen. Móar
ho, de helft gaat naar de I.B. dus dat
moet 2% worden Dus 100% extra
ogenschijnlijke winstverhoging
\e Horeca-prijsstop tot maximaal 4°/«>
„logies plus vol pension" is er
moeten we nu denken van de
inbelasting"dienst die de „tegen-
rde" voor „vrije kost plus inwo-
5" per 1-1- 69 verhoogt met 10,9%?
'dit is geen „inhalen" van achter-
id zoals de PTT beweerde, want de
logingen vanaf 1-1-,66 bedragen
mee reeds 42%
fie heeft er nu gelijk, de belasting-
nst, of de economische dienst? In dit
zéér zeker de belastingdienst
ut het betreft hier een „gemiddelde"
r kost en inwoning dat lóóg is. En
ral in de eenvoudige laag geprijsde
ecabedrijven gaat het niet alléén om
W-stijging, loon en sociale lasten-
J ging, levensmiddelen en kostenstij-
1! Dat zou met 4% misehien nog bij
bestreden kunnen worden bij wat
•erproductie" Maar waar gaat het
wel om, ten eerste omdat juist bij
eenvoudige horecabedrijven het pu
le steeds hogere eisen stelt aan de
ichting en de voedingJuist dat
et betaald worden. Maar óók het
véleven van die horeca-ondernemer
rdt duurder en hij mag toch óók wat
nsverhoging om van „werktijdenver-
ïdering" maar niet te spreken
juist wel Hoe in hemels
zou deze kleine horecaman al die
gende kosten kunnen opvangen door
;rproductie? Bijna altijd is dit een
ddenstandsechtpaar van werkende
en vrouw. En evenals al dit soort
ddenstanders wordt hij zwaar ge-
aft, omdat hij „spaarzaam" is en om-
En wat „inflatie inpompen" betreft,
néén daar hoeft die minister zeker bij
deze „zogenaamd hogere" inkomens,
niet bang voor te zijn, want anders
hadden zij hun zaak heus niet lasten
vrij gewerkt. Neen omgekeerd; hij
pompt de inflatie er uit, dubbel op zelfs
want ten eerste dwingt hij tot 100%
extra prijsverhoging en ten tweede bij
hun gaat 't geld in de (pensioen)spaar-
kous en dat kan nu echt niet van de
andere kant van de pomp gezegd wor
den.
Juist deze middenstanders zullen niet
Vieux
Plantiac
TETAK KRIJGT
TWEEDE TRAININGSAVOND
De Texelse Tafeltennisklub Tetak
heeft er een tweede trainingsavond bij.
Sinds 1 maart is het gymlokaal van de
Jac. P. Thijsseschool elke dinsdag- en
vrijdagavond beschikbaar voor de le
den. De junioren en senioren krijgen op
beide avonden de gelegenheid om te ta
feltennissen. De eerste helft van deze
avonden is voor de jeugdleden: dinsdag
18.30 - 20.30 uur en vrijdag 18.30 -
20.00 uur. De senioren kunnen dinsdag
vanaf 20.30 uur en vrijdag vanaf 20.00
uur trainen tot 22.30 uur.
Door deze uitbreiding van trainings-
mogelijkhe'den kan Tetak zijn leden
aantal weer uitbreiden. Zowel jongeren
als ouderen kunnen nu komen spelen
■yvanneer het voor 'hen het beste uit
komt. Men kan zich opgeven bij de
secretaresse mej. L. Nauta.
inpompen, ze moeten wel sparen want
ze krijgen géén pensioen, laat staan 'n
waardevast. Want de „burcht" van de
pandbrief staat op het drijfzand van
de inflatie en „klaar bè je" allerminst,
als de deflatie weer mocht winnen.
Hier is minder uitpompen, niet al
léén herstel van onrecht, maar óók af
remmen van inflatie, zeker indien het
in de vorm van bijvoorbeeld verdub
belde verzekeringsaftrek geschiedt,
waardoor u alléén maar uitsmeert over
nu en later, want óók uw „waardevas
te" pensioen nog wel eens zou kunnen
redden later, want dót is maar net zo
waardevast, als de belastingbetalets
blijven, inplaats van alléén maar AOW-
ers en bijstandwet„rechthebbers" en
mensen die niet meer willen „overwer
ken" of „topproduceren", omdat het
toch maar voor de belasting is
R, Kanistra
P.S. Een zéér gevaarlijk nevenver
schijnsel van de hoge loon- en inkom
stenbelasting en sociale lasten, is het
verlangen naar „overproductie" in de
„zwarte" sector zoals: zwarte werkjes
opknappen, hoge onkostenvergoedin
gen, lasten-vrij loon (vragen, werken
terwijl men in de verzekering loopt,
kortom inkomsten c.q. inkomens ver
zwijgen. En juist dit geld werkt zéér
sterk de inflatie in de hand, want er
wordt vaak mee gesmeten met de idee,
het is toch maar belastinggeld.
En de eerlijken, die dit aanzien, wor
den er langzaam maar zeker óók door
besmet.
)7. De volgende ochtend héél vroeg
Sverde een zware vrachtauto door het
rp om halt te houden op het pleintje
;or de smidse. Driemaal gaf de chauf-
ur een duw op zijn claxon wat zoveel
ïtekende als „Kunt U gauw buiten
)men om me aan benzine te helpen?"
Dus repte de smid zich in zijn werk-
unje naar buiten en vulde de tank.
Bedankt, makkèr", zei de chauffeur
3en blij eindellijk weer eens een
riendelijk mens voor de blinkers te
ebben
„Niet zo somber, chauffeur", zei de
md. „Wat is er aan de hand? De zon
hijnt, de vogels zingen, en wie zou er
is onvriendelijk kunnen zijn?"
„Ga dan maar eens in het Graven-
drechtse Bos kijken", zei de chauffeur.
„In de zomer rij ik altijd door het Gra-
vendrechtse Bos. Dat was altijd mooi
en lekker rustig bovendien. Maar van
daag de dag.bah! Duizenden solda
ten lopen er rond. Ze hebben tenten ge
bouwd, veldkeukens aangelegd, ze slaan
op trommels en tetteren op hoorns! En
bovendien bemoeien ze zich ook nog
met je!"
„Nou nou, is dat nou niet een tikje
overdreven?" glimlachte de smid.
„Helemóól niet!" sputterde de chauf
feur tegen. „Vanmorgen bijvoorbeeld,
liep er een kolonel door het bos. Het
was een hoge kolonel, want hij had drie
Het gemeentebestuur verleende aan
de navolgende personen en onderne
mingen de daarbij omschreven bouw
vergunningen
De heer A. Heerschap te Oosterend,
voor de verandering van een huis aan
de Schoolstraat; de Stichting Vakantie
verblijven te Amsterdam, voor de uit
breiding van het restaurant De Turkse
Tent aan de Bosrandweg; de heer L.
van Kooten te Oosterend, voor de bouw
van een zomerwoning achter zijn wo
ning Oesterstraat 4; de heer C. Zeegers,
Eierland, voor de bouw van een berg
plaats aan de Hoofdweg; de heer G.
Cilo te Amsterdam, voor de verbouw
van een woonhuis aan de Pontweg bij
De Koog; de heer G. A. Oskam te
Den Burg, voor de bouw van een zo
merwoning achter Schilderend 44; de
heer Th. v.d. Laan te De Cocksdorp C
116, voor de bouw van een zomerwo
ning achter „Zeeburg" in de Eendracht-
polder; de heer A. Leijen, 't Horntje,
voor de uitbreiding van zijn woonhuis;
de N.V. Koopcentrum (N. M. Schoo) te
De Koog, voor de bouw van een luifel
aan het winkelpand aan de Dorpsstraat;
de heer J. v.d. Meer te Den Burg, voor
het bouwen van kantoorruimte aan de
Beatrixlaan; de heer J. Boon, 't Noor
den, voor de verandering van een land-
bouwschuur aan de Derde Dwarsweg;
de heer S. van Splunter te De Koog,
voor de bouw van een garage aan de
Dorpsstraat; de heer F. Zegers te Oos
terend, voor de vernieuwing van een
schuur aan de Achtertune; de heer J.
van Heerwaarden, K 25, voor de veran
dering van een woonhuis aan het Mien-
terglop; de heer G. W. Oskam te De
Koog, voor de uitbreiding van een
zomerwoning aan de Pijpersdijk; de
sportvereniging ZDH te Den Hoorn,
voor de uitbreiding van een kleedlo
kaal aan de Witteweg; de heer J. Zijm
te Oudeschild, Noordkaap, voor de
bouw van een dakkapel; de Recreatie-
stichting Texel, voor de bouw van een
toiletgebouw op de camping „Koger-
stranÜ"; De heer P. Maas te De Koog,
voor de bouw van een toiletgebouw bij
't Mauwerke; de heer Th. B. M. Let-
schert te Velsen, voor de bouw van een
garage aan de Hoofdweg in Eierland; de
Nillmij. Vakantieverblijven N.V. te
Amsterdam, voor de bouw van een
kamphuisje op de Sluftervallei; de heer
S. de Jager te Den Hoorn voor de bouw
van een droogschuur aan de Kuilder-
weg, 't Horntje; de heer G. Gieles, 't
Horntje, voor de verandering van een
gevel aan de Noorderhaaks; de heer J.
J. Joosten te Den Burg, voor de bouw
van een garage aan de Thijsselaan; de
heer Th. Witte te Oosterend, voor de
uitbreiding van een landbouwschuur;
de heer J. Hogendorp te Amsterdam
voor de verandering van een pension
aan de Kogerweg; de heer M. Bakker
te Den Burg, voor de verandering van
een huis en de bouw van een garage
aan de Molenstraat; de heer D. Janssen
sen te Oudeschild, voor de verandering
van het woonhuis De Ruyterstraat 103;
de heer J. F. van Tongelen te De
Cocksdorp, voor de verandering van 'n
woonhuis aan de Kikkertstraat; de
Verenigde Texelse Beurtdiensten te
Den Burg, voor de bouw van een gara
ge annex opslagruimte; de heer G. de
Wit te Den Hoorn, voor de verandering
van het woonhuis Wilhelminalaan 92,
de .heer J. Binnema, Eierland, voor de
bouw van een woonhuis aan de Bern-
hardlaan te Den Burg; de heer Fr.
Buijsman te Den Burg, voor de bouw
van een garage aan de Hollewal.
MIDDELZWARE SHAG
- I' N.V XCHUHO
sterren en een balk. Ik ben zelf ook on
der dienst geweest, weet je. Bij de veld
artillerie. Een best wapen, toen ze nog
peerden hadden om de kanonnen te
trekken".
„En wat deed die kolonel?" wilde de
smid weten.
„Hij wou weten wat ik op de wagen
had", vervolgde de chauffeur. Toen
schakelde hij de motor in om weg te
rijden. „Hij keek me venijnig an door
de zwarte glazen van zijn donkere bril
en vroeg of ik soms een sport.
Eilaas, door het brullende lawaai van
de motor was de rest niet meer ver
staanbaar.
FEUILLETON
door
TOM LODEWIJK
Misschien was hij wel samen met
ie Annabelle. Had ze niet gehoord, dat
ie een villa daar in de buurt had? Ze
oelde een gloeiende jaloezie bij zich
pkomen, ze was in staat de hele boel
r bij neer te smijten, de hele familie
'elagrange te laten zitten en op slag en
toot naar Cannes te reizen. Dan alle
rincipes maar overboord Kees was
an haar en ze zou zorgen en dat hij
an haar blééf.
Maar tegellij k wist ze, dat ze dit
Ues toch niet zou doen. Ze kon de klei-
e Angelique niet aan haar lot over
aten. Ze zou niet als een jaloerse echt-
enote naar Cannes snellen om Kees
an haar schortebanden te binden, ver-
ndersteld al dat dit zou lukken.
Angelique kwam er gelukkig vrij snel
ovenop en meneer Delagrange vond
'at Liselotte er nodig eens uit moest,
tij was wel aardig, vond Lot, al had hij
an ook weinig tijd voor zijn gezin. En
o kon Lot dan 's avonds meteen na
'et eten de benen nemen en even gaan
lenieten van het avondlijke Parijs. Als
^anzelf gingen haar schreden naar het
iuartier Latin, waar ze in het bekende
elderkroegje Antoine en enkele ande-
vaste klanten al vond. Ze werd met
tojuich begroet en moest vertellen
vaar ze al die tijd gezeten had. Het
Medeleven was algemeen.
Al gauw zat ze met Antoine en
eanne aan een tafeltje.
»Ja, Kees is naar Cannes1,' zei An
toine een beetje spottend. „Heeft hij je
nog zijn adre£ gegeven?"
„Ja, poste restante, hij wist zeker nog
niet waar hij zou logeren".
„Nee", zei Jeanne lachend, „natuur
lijk wist hij dat niet".
Lot werd door die lach onaangenaam
getroffen. Die twee wisten meer dan zij.
Ze waagde een schot op goed geluk.
„Hij zal wel bij Annabelle zitten",
zei ze kwasi onverschillig.
„Waar dacht je anders?" vroeg An
toine, opgelucht dat Liselotte het zo
makkelijk opnam. „Het kost niks. Hij
zou wel gek zijn als ie 't niet deed".
Dat was het dus.
Jeanne achter haar zwarte bril be
spiedde haar scherp. Dat Hollandse
kind hield zich goed, maar het zat haar
niet glad. Ach, wat waagde dit schaap
zich ook in de nesten. Hoe kon je ver
wachten dat een man als Kees alsmaar
zoet zou zitten wachten op een kinder
juffie, dat viermaal in de week een
vrije avond had.
Ze had misschien nog een kans gehad
als ze Kees voortdurend in de gaten
had kunnen houden, hoewel met An
nabelle daar kon zij toch niet tegen
op. Kees zag zijn kansen. Annabelle
kon hem een eind vooruit helpen. De
rest nam, of gaf, je dan wel op de
koop toe.
Lot ging al gauw weer weg. Ze was
erg moe, zei ze, van al die ziekenver
pleging.
Mahmoed, bij de deur, belde een taxi
voor haar.
„Adieu, mademoiselle", zei hij vrien
delijk.
Het klonk als een afscheid voor goed.
Toen Kees vier weken later uit Can
nes terugkeerde, gebronsd en zegevie
rend, zocht hij vergeefs naar Lot. En
bij de familie Delagrange deelde men
hem mede dat la mademoiselle Hollan-
daise weer naar haar land was terug
gekeerd. Haar moeder was ziek.
Maar moeder Noortje was zo gezond
als een vis.
Ziek was alleen het hart van haar
dochter.
HOOFDSTUK X
Kraantjelek
Lot Vermeer tornde moeizaam tegen1
de storm op. Vrijwel verlaten lag vóór
haar de zeeboulevard.
Een strak om haar blonde haren ge
wonden doek beschermde haar tegen 't
zeezand. Grauwe wolkenflarden joegen
spookachtig langs een egaalgrijze lucht.
In haar oren was het geruis van de
felle branding, die met grote witte
schuimkoppen het verlaten strand
beukte.
Lot hield het meest van de zee bij
stormweer, 's Zomers kwam ze er niet
graag. Dan was het zand bevolkt met
een krioelende mensenhoop, dap lag
overal rommel en afval, dan stoorde het
geluid van transistor-radiootjes en
autoclaxons.
Nu zag het strand er zo schoon uit,
alleen wat wrakhout markeerde de
vloedlijn. Ze hield van het donderend
geweld van de brekers, ze vond het
heerlijk om op te tornen tegen de hai-
de wind. Je werd er door gestaald en
de muizenissen joegen uit je hoofd weg.
Wat dat betreft viel er heel wat weg
te blazen
Met een dankbare glimlach herdacht
ze de thuiskomst. Daar was alleen de
ongetemperde blijdschap geweest, dat
ze er weer was Niemand had iets ge
vraagd, zelfs vader niet, die de
goeierd vast het meest over haar in
zorg had gezeten. En ze dacht aan wat
ze eens een dominee in een preek had
horen zeggen: „Het is beter in den
vreemde te snakken naar het vaderhuis,
dan in het vaderhuis te snakken naar
den vreemde". Ja, dat had ze nu erva
ren. Ze hadden haar laten gaan. En
daarginds pas had ze het echte verlan
gen gekend naar huis, als een pijn ge
voeld de smartelijke behoefte van éven
een vertrouwelijk praatje met haar
moeder, naar de bars-hartelijke be-
bezorgdheid van vader.
Ze had niet meer terug naar dokter
Van Herpen gewild, niet met hangende
pootjes terug! Maar moeder Noortje, vol
krijgslisten, had toch kans gezien de chi
rurg te laten weten dat Lot weer terug
was, en toen wist Lot ook dat ze met
een erepoort zou worden ontvangen.
Want haar opvolgster was een goed
kind, zei de dokter, bijna te goed voor
dit leven, maar geen kruimel eigen ini
tiatief. Een automaat. En wat je er zelf
niet instopte kwam er ook nooit uit. Zo
was het leven als automatisch weer
terug op het oude spoor, maar het was
een nieuwe Lot, die de gang door dit
leven maakte.
En nu liep ze deze namiddag langs
de stille boulevard en af en toe sprak
ze hardop met zichzelf. Niemand hoor
de haar, de wind overstemde alles.
Wat haar het meest hinderde was dat
ze, ondanks alles, nog steeds hield van
Kees de Waard. Ze verweet zichzelf dat
ze hem daar te veel had losgelaten, Ze
nam het hem niet kwalijk, hij was nu
eenmaal zo. Ze zou met hem altijd meer
moeten geven dan nemen. Je kon hem
alleen maar houden door hem niet vast
te houden. Je kon alleen maar een ha
ven zijn, waarin hij na ale omzwervin
gen veilig terugkeerde.
Nou ja Lot, zei ze tot zichzelf. Dat
klinkt nou wel heel poëtisch, maar is
dót nou zo'n geluk? En toch geluk
zou er alléén maar zijn met Kees. Wat
dat dan ook voor soort geluk was.
Toch wist ze dat ze het niet had ge
kund Dat ze niet met Kees had kun
nen meetrekken, de hele wereld aan
haar laars lappen, samenleven met hem,
zo vrij als een vogel in de lucht. Ze
voelde dat ze toch haar leven niet kon
vullen alléén maar met een man lief te
hebben. Daarvoor was haar levenskijk
te positief. Voor haar was het huwelijk
méér dan een geprolongeerde vrijpartij.
Zij had gedacht aan een gezin. Wist je
nooit te voren, er waren mensen, die
snakten naar kindeen en ze nooit kre
gen Maar dat je als mens dit vermogen
in je had, deze gave, om zélf weer men
sen op de benen te zetten, ze te leren
lopen, te leren leven, dat vond zij het
geweldigste op aarde. Zelfs de meest
geniale schilder of beeldhouwer kon
niets tot leven wekken, niets bezielen,
het bleef verf of steen of hout. Dood.
Het verliefde meisje Lot streed haar
strijd met de reeds volwassen wordende
vrouw. Had ze spijt, dat ze naar Parijs
was gegaan Nee.
(Wordt vervolgd)