moeilijke keuze OM GELD VERLEGEN? Wat is en waarom de standaardkoe SMIDJE VERHOLEN EN DE RARE ALCHIMIST riek voor i I iNDBOUW en VEETEELT i u wintertarwe gaat zaaien Een Texels vervolgverhaal ga met uw tijd mee - ga naardenmb Tweede blad Texelse Courant, vrijdag 16 oktober 1970 akkerbouwer maakte de opmer- dat in ons artikeltje over het van wintertarwe één belang- Hiogelijkheid niet genoemd was. ees ons op de mogelijkheid van •eedwerpig zaaien van wintertar- ïrdaad wint de methode, waarbij aien van granen en speciaal het van wintergraan breedwerpig rt de laatste jaren terrein. Voor eedwerpig zaaien wordt gebruik kt van de kunstmeststrooier, deze methode van zaaien wordt nd minder met werktuigen bere- an bij het zaaien met de zaaima- omdat de kunstmeststrooier, die iet zaaien wordt gebruikt een flin- ibreedte heeft. Het inwerken van ad gebeurt meestal met de culti- staat wel vast, dat bij de op deze jezaaide tarwe minder vogelscha- treedt dan bij tarwe, die met de achine is gezaaid. Het kost de vo- aanmerkelijk meer moeite om tad te vinden. wel bij de opkomst van het gewas iruk bestaat, dat de verdeling van i minder goed is dan bij gebruik zaaimachine is de ervaring, dat ter heel erg meevalt, zijn dan ook van mening, dat het werpig zaaien een plaats verdient het zaaien met de zaaimachine en oogpunt van het voorkomen van schade wellicht de voorkeur ver staat wel vast, dat door een diepe bewerking op een gelaagde grond wortels van de planten de mo- heid wordt gegeven om dieper de in te gaan. Het is een feit, dat iudig te constateren is. kunt echter de vraag stellen hoe omt, dat na de diepe bewerking 'ortels bereid zijn om dieper te veel gehoorde opmerking is, dat allen, waarbij onder de bouw- van bijv. 30 cm licht humusarm voorkomt de wortels het zand niet omdat in dat zand niets te ha an dere opmerking is, dat de ;ang in levensmilieu tussen de voor en het zand zo groot is, dat 'ortels deze hindernis eenjvoudig ;unnen nemen, zijn allebei opmerkingen, waar zit. En persoonlijk hebben we onstatering van het feit, dat de :ls halt hielden bij de zandlaag ook eerste plaats gedacht aan de hier genoemde oorzaken. Sterke tegendruk onderzoek, dat door „Wagenin- is verricht is gebleken, dat de mo- dieid van het indringen van de |ds vooral bepaald wordt door de ïdruk, die de grondlaag geeft. Dit rcoek heeft aan het licht gebracht ie plantenwortels in het algemeen geen druk kunnen overwinnen, die gro ter is dan 30 kg per vierkante centime ter. Om de druk van de grondlagen te maakt, die om het eenvoudig te zeggen meten heeft men een penetrometer ge uit een metalen staaf met klok bestaat. Drukt men de staaf in de grond, dan kan op de klok de tegendruk worden afgelezen. Met dit aparaat hebben we kort gele den de tegendruk op een aantal perce len gemeten. Het betrof zowel percelen, die een aantal jaren of kort geleden een diepgrondbewerking hadden gehad en ook percelen, die altijd op normale diepte zijn bewerkt. Daarbij bleek het volgende. Op de percelen, die vorig jaar een diepgrondbewerking hebben gehad is de tegendruk in de laag, die bewerkt is nergens groter dan 15 kg per vierkante centimeter. Ook op de percelen, die al een flink aantal jaren geleden een diep grondbewerking hebben gehad blijft de tegendruk duidelijk beneden 30 kg per vierkante centimeter. Drukt men de penetrometer in de grond op een perceel, dat geen diepe be werking heeft gehad, dan blijkt de te gendruk in de bouwvoor duidelijk be neden 30 kg per vierkante centimeter te liggen. Zodra men echter de zandlaag onder de bouwvoor raakt loopt de te gendruk op tot boven 75 kg Uitsluitend los maken? Op grond van het voorgaande zou men de vraag kunnen stellen of men met het eenvoudig „los maken" van de grond dan ook hetzelfde zou bereiken als met eeij diepploeg, een mengwoeler of een mengrotor. Men denkt daarbij aan het resultaat, dat men krijgt bij het eenvoudig woelen van de grond. Ook dit jaar hebben we ervaringen door gekregen, die er op wezen, dat een woelbewerking, die één of twee jaar ge leden was uitgevoerd de grond minder droogtgevoelig heeft gemaakt. We ne men aan, dat dit inderdaad het geval is. We zijn echter van bening, dat op de ze wijze in ieder geval geen blijvende verbetering tot stand is gekomen. De gelaagdheid van de grond is met deze woelbewerking nl. niet verdwenen. Bouwvoor en zandlaag liggen ook na de woelbewerking nog duidelijk als lagen op elkaar. Dit zal zeker tot gevolg heb ben, dat de zandlaag na enkele jaren weer even vast is, d.w.z. een even grote tegendruk heeft als vóór de bewerking. Het in elkaar zakken van de grond wordt naar we menen voorkomen als bouwvoor, onderliggende zandlaag en een eventueel daaronder nog voorko mende klei- en zavellaag goed door el kaar worden gemengd. Daarom zijn we van oordeel, dat de diepgrondbewerking, die op het mo ment wordt uitgevoerd door de meng rotor van de Ned. Heidemij goede waar borgen geeft, dat tegendrukken als nu voorkomen in de onbewerkte gronden in polder Eierland na de bewerking niet meer zullen optreden. Waarbij we nog eens willen onder strepen, dat vrijwel overal in polder Eierland ook in een droge zomerperio de op plm. 100 cm diepte grondwater aanwezig is. Geven we dus aan de plan tenwortels de gelegenheid om tot een diepte van 100 cm te gaan, dan is de kans op verdroging uiterst klein. Sinds enige tijd vinden de leden van de Fokvereniging op de uitslag van de proefmelkingen een nieuw gegeven ver meldt, nl. de opbrengst van de standaard koe. Uit mededelingen van veehouders blijkt ons, dat lang niet iedereen het waarom en het hoe van deze vermelding door heeft. Wat Is nu eigenlijk ,,de stan daard koe"? We willen proberen om er in een paar artikeltjes iets over te vertellen waarbij we er van verzekerd zijn, dat het geen eenvoudige zaak is om deze zaak goed uit de doeken te doen. Het is mogelijk, dat ook na het aandachtig lezen van onze uiteenzetting er nog vragen zullen zijn. Mogelijk zou het aanbeveling verdienen om die overgebleven vragen nog eens in één of meer praatgroepen te bespreken. We zijn van mening, dat het hoofd doel van het invoeren van de stan daardkoe is het scheppen van een goede vergelijkingsbasis bij de beoordeling van de produ'ktie van het rundvee. Stel u voor, dat op een bepaald mo ment de gemiddelde dagproduktie van de melkkoeien op bedrijf A en bedrijf B resp. 15 en 20 kg per koe is. Met al leen deze gegevens kunt u onmogelijk zeggen, dat bedrijf B een meer produc tievere melkveestapel heeft dan be drijf A. Want gesteld, dat op bedrijf A uit sluitend vaarzen worden gemolken en er op bedrijf B uitsluitend oudere koeien, dan kan het verschil in pro- duktie heel goed het gevolg zijn van het verschil in leeftijd van de veesta pel op deze beide bedrijven. Het kan ook zijn, dat de koeien op het bedrijf A gemiddeld al een heel eind van de kalfdatum af zijn, terwijl op bedrijf B de koeien nog in het be gin van de lactatieperiode zijn. Het is dan volkomen logisch, dat de dagpro- duk op dat bepaalde moment op het bedrijf van B hoger is dan op bedrijf A. Of nog een derde mogelijkheid. Stel u voor, dat de koeien op bedrijf A in een slechte weide lopen of het in de stalperiode met 9lecht ruwvoer moeten doen, terwijl de koeien op bedrijf B een goede weide of prima ruwvoer ter be schikking hebben. Ook in dit geval be hoeft de lagere produktie op bedrijf A niet te wijzen op een minder goede produ'ktieviteit van de veestapel. Niet voor niets lees je de laatste tijd herhaaldelijk ,dat de produktie van het melkvee voor 70 - 80% bepaald wordt door uitwendige omstandigheden, als een goede voeding en een goede ver zorging en slechts voor 20 - 30% door erfelijke factoren. De standaardkoe Al heel wat jaren geleden is in de Friese veestapel een onderzoek ver richt naar de produ'ktie van het melk vee op diverse leeftijden en diverse tijdstippen van de lactatieperiode. Dit onderzoek heeft een massa cijfers opge leverd over de gemiddelde produktie van het Friese rundvee op een bepaalde leeftijd en verschillende tijdstippen van de melklijst. Bij dit onderzoek is tevens gevonden, dat voor de Friese rundveestapel op dat moment gold, dat de hoogste pro duktie van de dieren werd bereikt bij de dieren, die op achtjarige leeftijd afkalfden en in de 2de maand van de lactatieperiode verkeerden. Uiteraard is dit een gemiddelde. Er zullen in de onderzochte veestapels ook dieren ge weest zijn, waar de hoogste produktie in het zevende of negende jaar werd gevonden, of op één of drie maanden na het afkalven op achtjarige leeftijd. Maar voor de duizenden dieren, die on derzocht werden kwam als gemiddelde de hoogste produktie als de dieren op 8-jarige leeftijd afkalfden en in de 2de maand na het afkalven. Aan een koe van deze leeftijd gaf men de naam standaardkoe. Zo heeft men verder een gemiddelde berekend voor elke leeftijd van 2 tot 9 jaar en verder voor iedere 20-daagse periode na het afkalven. Daarbij vond men, dat vaarzen, die op 2-jarige leef tijd afkalfden in de periode van 80 - 100 dagen na het afkalven een produk tie hadden van 49% van de dieren, die op 8-jarige leeftijd hadden afgekalfd en in de 2de maand na het afkalven waren. Men stelde nu, dat zo'n vaars van 2 jaar op 80 - 100 dagen na het afkalven 0,49 standaardkoe was, omdat deze die ren zoals gezegd op dat tijdstip een produktie hadden, die gelijk was aan 49% van de koeien, die 8 jaar oud waren en in de 2de maand van de lac tatieperiode verkeerden. Koeien van 5 jaar gaven in de pe riode van 41 - 60 dagen na het afkal ven een produktie, die gelijk was aan 82% van die van koeien van 8 jaar in de 2de maand van de lactatieperiode (de standaardkoe). Koeien van 6 jaar, die in de periode van 161 - 180 dagen na het afkalven waren gaven een gemiddede produktie van 65% van die van koeien van 8 jaar in de 2de maand van de lactatieperiode. Daarom gaf men aan zo'n dier de waar de van 0,65 standaardkoe. We willen hiermee voor dit weer eindigen. In een volgend artikel zullen we uiteenzetten hoe op een bepaald moment voor een zeker bedrijf de pro duktie van de standaardkoe wordt be rekend. SCHIETOEFENINGEN Op 22 met uitwijkdatum 23 oktober wordt op de voor- en achtermiddag ge schoten door H.M. Van Galen vanaf steiger 23 te Den Helder in de sector 045° - 075° rechtwijzend met een straal van 9 mijl vanuit het hoge geleidelicht Nieuwe Haven. Veiligheidsschip aanwe zig. r-fT Het strand was verlaten. Kijk, bij terk begroeide duin had hij staan 'achten op Hendrik. Hij ging er Er was niets ongewoons te zien; 'ind had de sporen van de vecht- uitgewist. Klaas wilde juist in de ing van de vuurtoren gaan, toen aandacht getrokken werd door een sverp, dat door een nunne laag zand kt was. Hij schopte ertegen en te to enbinnenmonds. De punt van dolkmes was door zijn schoen ge- gen en had zijn voet geraakt. Hij te het wapen op, veegde het natte eraf en stak het in zijn zak. >en hij zijn auto bereikt had, was oorvveekt van regen. Uit de dash- 1-kast haalde hij een fles en zette ials ervan aan zijn mond. „Medi- voor dat rillerig gevoel en die bar- de hoofdpijn", mompelde hij, ter hij slok na slok door zijn keel goot. iterke drank maakte inderdaad, dat _ieh beter begon te voelen, maar sti- Iserde ook zijn wraakgevoelens. 1hoe was hij in die duinpan gekomen. Hij had met Hendrik •chten in het duister. Hij kon zich einde van de vechtpartij niet her ren. Dan moet Hendrik mij hebben geslagen, peinsde hij. En waarom t hij me toen naar die duinpan ge- ht? Zou hij gedacht hebben dat ik 1 was. Maar dan was er toch nog redenAch ja, ik begrijp het ioedelijk is hij gestoord. Enfin, met iïave Hendrik zou hij even een har- woordje gaan wisselen. A propos, kerel was wel radicaal veranderd, ^er kon je op hem trappen en dan hij nog dank u en nu had hij aardig zich afgebeten. Maar uiteindelijk hij toch toegeven, laas startte de motor van zijn auto eed naar het zomerhuisje. Eerst liep er omheen. De gordijnen waren 'tj maar de deur stond op een kier. Klaas haalde het mes uit zijn zak, trok het lemet eruit en hield het voor zich. Toen duwde hij de deur met een ruk open. De kamer was leeg. De gordijnen voor het bed waren half open. Voor zichtig sloop hij erheen en sprong bo ven op het bed. Zijn mes prinkte door de dekens, maar er was niemand. Be hoedzaam keek hij nog onder het bed, en zelfs onder de tafel. Daarna borg hij het mes op. De vogel was nu gevlo gen, maar Hendrik was heus nog niet van hem af! Hij keek nog eens rond. Hier kon hij niets meer doen. Juist toen hij een siga ret wilde opsteken, viel het hem op, dat in de half met peukjes gevulde asbak een blaadje lag. Annie van Hemert, Daelwijcklaan 123, Utrecht" las hij. Zorgvuldig borg hij het papiertje in zijn portefeuille. Kon van belang zijn. Toen Klaas weer buiten stond kwam het meisje uit het andere zomerhuisje naar hem toe. „De meneer, die hier logeerde is van morgen vroeg weggegaan", zei ze. „Hij heeft gezegd, dat hij onmiddellijk naar de zaak, waar hij werkt, mo*et komen". „Zo, heeft hij dat gezegd. Jammer, dat hij niet in zijn eerste leugen ge barsten is. „Wat zegt u?" „O niets, ik zei iets tegen mezelf". Zonder verder nog op het meisje te letten ging Klaas naar zijn auto en reed weg. Annie oogde hem na. Rare vent. Wat waren zijn kleren nat en verfromfraaid. Zijn gezicht had wrede trekken, misda dig. Zo had ze zich altijd een misdadi ger voorgesteld. Zou dat nu een vriend zijn van die eHendrik de Graaf? Dat was toch zo'n aardige jon gen. Rare vrienden hield hij er op na. Of zou ze zich in hem vergist hebben? Zij hadden tenslotte niet veel contact met elkander gehad te weinig om conclusies te trekken. Maar het kon ook andersom zijn. Die bezoeker kon heel anders zijn als zijn uiterlijk en zijn manier van spreken deden vermoeden. Bovendien was het helemaal niet zeker dat die twee vrien den waren; tenslotte was die vriend- alleen maar een gedachte van haar zelf. HOOFDSTUK V Klaas Domen draaide zijn auto het parkeerterrein op van een Koogse cam ping, en zette hem tussen twee aan Duitsers toebehorende wagens. Hij sloot de portierij zorgvuldig, en voelde in het voorbijgaan bij enige andere auto's of daarvan de portieren evengoed geslo ten waren als de zijne. Tussen de aan- eengerijde tenten door slenterde hij een duin over. Halverwege de pan daarach ter stond de zijne. Hij trok de ritsslui ting open en sloot die weer achter zich. Hij nam een fles whisky en goot een flinke hoeveelheid in een glas, legde er een sandwich bij, die hij van de vorige dag had overgehouden en ging toen in e'en gemakkelijke houding op zijn slaap zak zitten om na te denken. De whisky brandde in zijn darmen en even dom melde hij in. Even daarna werd hij met een schok weer wakker. „Naar Rotter dam terug", peinsde hij. Hier was niets meer te doen. „En René, ja met René kon je nooit praten over een misluk king, die wilde altijd, dat alles lukte dat hij wilde, dat gebeuren moest. Aan René lukte vrijwel altijd alles, maar die deed de gemakkelijkste en minst ris kante baantjes. Hij speelde de baas, liet anderen de kastanjes uit het vuur helen, en demonstreert zijn enorme kracht als er eens iets mis ging. Maar het dikste deel van de buit hield hij altijd voor zichzelf. Als je daarover bij hem aanklopte sprak hij altijd van or ganisatie en bedrijfsleiding. Slechts eenmaal was Klaas op zijn stuk blijven staan, niet langer dan een kwartier, toen had een vuistslag hem geveld, en alles was gebleven zoals het was. Hij veronderstelde dat Hendrik te ruggegaan was naar Rotterdam. Daar zou hij hem maar weer gaan opzoeken. Zoete broodjes bakken. Hendrik had hem weliswaar bijna vermoord, maar tenslotte was hij ook buiten zijn boekje gegaan. Dat hij Hendrik met een mes te lijf was gegaan, was niet volgens de opdracht van René. Die had Hendrik nodig. Van hem kon je zeker zijn dat hij je niet zou verlinken, zelfs al kreeg hij slechts een gering deel van de winst. Voordat-ie de laatste maal gezeten had, had hij altijd de gevaarlijkste baantjes gedaan. Dat zou nu wel weer het geval zijn. Na een „gesprek" met René zou Hendrik al zijn goede plannen wel weer laten varen. René's vuisten waren meer overredend dan de boeienste zedepre»- kën van de reclasseringsambtenaren. Stom dat hij was gaan vechten op het strand. Wat zou René wel hebben ge zegd als hij Hendrik voorgoed had op geruimd? „Alles is toch nog goed afgelopen", constateerde Klaas. In Rotterdam zou hij de zaak met Hendrik in der minne regelen, zodat René's plannen konden doorgaan. Wat dat voor plannen waren wist Klaas nog niet, maar hij wist wel dat er weer geld in het bijna ledige laadje zou komen. René ging nooit over een nacht ijs, en als hij iets deed was hij er vooraf zeker van dat de buit niert klem zou zijn. Zondagavond, of in de nacht van zondag op maandag zou de nieuwe slag geslagen worden. Zondag middag zou René instructies geven en dat deed hij nooit lang vooraf. (wordt vervolgd) 82. „Ik kan vanmorgen niet werken, Stef", zei smidje Verholen, die weer net deed of hij Zacharias Zemelmans was. „Ik moet naar de stad". „Wat nou?" riep Stef verbaasd. „Je bent nog geen halve dag bij me in dienst en moet je nou al verlof heb ben?" „Tja.zei de smid. „Ik heb mijn rentekaart vergeten, zie je. En mijn zie kenfondsbonnetjes, mijn formulieren voor de ongevallenwet, mijn verhuis kaart, mijn vestigingsvergunning, mijn pokkenbriefje, mijn geboortebewijs en mijn „Hou op", smeékte Stef. „Als ik amb tenaar was, zou ik me gelukkig voelen met al die malle paperassen, maar nu brrr.ik griezel als ik eraan denk. Ga maar gauw naar de stad Als je wilt kun je mijn auto gebruiken". „Graag", antwoordde de smid. Ik ben nog al een goeie automobilist, al zeg ik het zelf. Maar ik wist niet, dat jij een wagen had". „Het is een oud beessie", zei Stef. „Dat neemt echter niet weg, dat-ie nog héél best loopt. Héél best." Stef haalde van achter het huis een bijzonder antieke wagen te voorschijn en duwde die naar het pleintje voor de smidse. Toen begon hij op krachtdadige wijze met een slinger rond te roeren in de blikken ingewanden van het karret je. En wat iedereen misschien voor on mogelijk had gehouden, de motor sloeg waarlijk aan. Even later stond het oude karretje al te trillen en te proesten van wild verlangen om aan het rijden te gaan. Smidje Verholen stapte in, en zieeven later reed hij al hotsebot- send over de weg van Aarpelo naar de grote stad (Wordt vervolgd) nederlandsche middenstandsbank de bank waar óók u zich thuis voeltl Ook als het om een per soonlijke lening gaat, kunt u onbevangen binnen stappen bij de NMB. Daar wordt het als de gewoonste zaak van de wereld gezien u te helpen. Om maar een bedrag te noemen: 5000,- kunt u aflossen in 24 x f 238,09. Veel formulieren komen er niet aan te pas. Op elk NMB-kantoor is vlotheid en plezierige behandeling het wachtwoord.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1970 | | pagina 5