•ts,
fVw/ wilt
u 'n huis kopen
of verkopen
of een taxatie?
p.ëelman
ANDBOUW en VEETEELT
Kweekbestrijding met
chemische middelen
m
ELEGTROHUIS
Koeien of schapen?
Voorzorgen voor verstuiving
in 1973
DE COCKSDORP, KIKKERTSTRAAT No. 47
WOONHUIS
met groot pakhuis
DE COCKSDORP, VUURTORENWEG No. 710
WOONHUIS
3 st. zomerbungalows voor 6 pers.
1 st. zomerbungalow voor 4 pers.
Schuur
WOONHUIS
OOSTEREND, PEPERSTRAAT No. 28
WOONHUIS
WOONHUIS
WOONHUIS
Een stuk BOUWTERREIN
WOONHUIS
WOONHUIS
PENSION „DE KLIMOP"
WOONHUIS
BUNGALOW,
DIVERSE BUNGALOWS
NOG ENIGE GARAGES
WINKELPAND
ibriek voor I omiw
Derder blad Texelse Courant vrijdag 22 september 1972
mdanks de vragen, die ook bij ons
n over het gebruik van chemische
frjjdingsmiddelen zien we op dit mo
lt nog geen mogelijkheid om ze tcr-
e te stellen. Je krijgt de indruk, dat
landbouw er eenvoudig niet buiten
at geldt ook voor de bestrijding van
;ek. Hoewel de mogelijkheden voor
mechanische bestryding, dank zij de
;toren en nieuwe grondbewerkings-
ituigcn veel uitgebreider zijn dan
iet verleden gelukt het niet om zon-
chemische bestrijdingsmiddelen dit
ige onkruid de baas te worden.
aarbij moeten we niet vergeten, dat
intensief bewerken van de grond
,'aren heeft. De uitspraak, dat men
r grondbewerkingen de struktuur
uit de grond, maar niet in de
id kan werken bevat een waarheid,
in het verleden wel eens werd ver-
n. Vooral als die bewerkingen op
te natte grond worden uitgevoerd
men veel bederven,
et staat wel vast, dat wanneer
ek door grondbewerkingen „om
i" moet worden gebracht een zeer
nsieve bewerking nodig is. Daarbij
ten we niet vergeten, dat door het
•oogsten van de graangewassen de
,e tijd voor een grondbewerking
korter is dan in het verleden.
Met chemische middelen
de afgelopen weken is op een aan-
bedrijven de chemische bestrijding
kweek uitgevoerd met het middel
ipon. We hebben hiermee de laat-
aren gunstige ervaringen opgedaan,
op goed groeiende kweek, die een
evan 10 cm heeft, 20-25 kg Dala-
per ha wordt gespoten, is er een
goede kans, dat de kweek het af-
Vooral voor percelen, die kort na
lestrijding weer met een grasachtig
as moeten worden ingezaaid is dit
heel goed middel. Het is nil. mogelijk
l tot 3 weken na het uitvoeren van
lespuiting de grond weer klaar te
en voor inzaai van grasachtige ge-
jen.
jor een bestrijding met Dalapon
It het nu echter te laat. Voor een
resultaat is het nl. nodig, dat de
k nog flink aan de groei is.
Iil men na eind september kweek
üsch bestrijden, dan is dit alleen
•lijk met het middel TCA. Het lijkt
nodig om nog eens te wijzen op
risico, dat aan het gebruik van dit
lel is verbonden.
it is nl. zo, dat alle grasachtige
assen zeer gevoelig zijn voor TCA.
ïle Texels boeren hebben dit in het
lopen seizoen ondervonden. Vooral
le bestrijding met TCA pas in de
ler wordt uitgevoerd is er een flin-
ans aanwezig, dat een graangewas,
n maart van het volgende seizoen
lt gezaaid flinke schade van de
ondervindt. Deze zomer is echter
;ken, dat zelfs een in oktober toe-
ste bestrijding met TCA onder be-
le omstandigheden nog flinke scha-
een volgend graangewas kan ge-
Bij die bepaalde omstandigheden
en we vooral denken aan de hoe-
leid neerslag. Bij een droge winter
we die in 1971-1972 hebben gehad
kans op schade heel groot. Het is
od, dat bieten veel minder gevoelig
voor TCA, terwijl ook aardappelen
zo gevoelig niet zijn als granen,
gevallen, waarin een perceel, dat
met kweek bezet is in 1973 moet
len gebruikt voor de verbouw van
sn zal het aanbeveling verdienen
en ohemische bestrijding met TCA
>°edig mogelijk uit te voeren. Ook
de kans op een even droge winter
le afgelopen winter betrekkelijk
is het toch onverantwoord om te
gokken op een winter met veel
zijn van mening, dat een vroege
ïjding ook voordelen heeft. We heb-
de indruk, dat de gevoeligheid
kweek voor TCA tin de -vroege
1 aanmerkelijk groter is dan eind
nber of december.
lijkt ons verantwoord om bij een
yding eind september of begin ok-
de hoeveelheid TCA per ha niet
voor hen die kwaliteit en
stijl stellen boven de prijs
B O dealer
voor Texel
hoger te nemen dan 50 kg per ha. In
november-december gebruikt men in 't
algemeen 75 kg per ha. Vooral als de
hoeveelheid van 50 kg intensief door de
grond wordt gewerkt bijv. door na de
bespuiting te frezen is er alle kans, dat
een zeer goed resultaat wordt verkre
gen.
Regelmatig ikomen we voor de vraag
te staan of men in bepaalde gevallen
van melkkoeien kan overgaan op scha
pen. Het betreft gevallen van oudere
boeren, die de zorgen van de melkvee-1
houderij beu zijn, of die er tegen op
zien om over te gaan tot belangrijke uit
gaven voor het moderniseren van de
rundveestalling. We hebben er alle be
grip voor, dat men er bij het ouder wor
den behoefte aan heeft om het wat .rus
tiger aan te doen en vooral de sterke
gebondenheid van het melkveebedrijf
kwijt te raken.
Verder is het ook niet aantrekkelijk
om in gevallen, waarin -geen opvolger
aanwezig is en men zelf al op gevorder
de leeftijd komt nog over te gaan tot
belangrijke investeringen in de vorm
van stallenbouw.
Nu merken we telkens weer, dat het
aansnijden van dit onderwerp een zeer
kwetsbare zaak is. Vooral wanneer je
zoals met ondergetekende het geval is,
beoordeeld wordt als een „vijand" van
de schapen, moet je erg oppassen.
Aantal schapen en
rundvee per bunder
Hoewel de bruto-opbrengst per bun
der zeker niet de enige maatstaf is om
de rentabiliteit van een bedrijfstak na
te gaan zegt zo'n „cijfer" toch wel iets.
Om tot die bruto-opbrengst per bunder
te komen is het noddg om te weten hoe
veel rundvee en schapen per bunder
kunnen worden gehouden.
Op grond van gegevens over de voe
derbehoefte van de dieren en toetsing
van die gegevens aan praktijkervarin
gen menen we het volgende te kunnen
stellen.
Het is naar we menen niet overdre
ven om bij een .goede bemesting van het
grasland uit te gaan van een veebezet
ting van 2 stuks grootvee per bunder.
Er zijn heel wat bedrijven op ons eiland
met een belangrijk hogere veebezetting.
Die twee 9tuks grootvee per bunder
komen dan wat het rundvee betreft
overeen met 1.4 melkkoe plus 0.6 pink,
plus 0.6 kalf. Het is echt geen toer om
met ieen goede bemesting bij deze vee
bezetting over voldoende gras voor be
weiding en ruwvoer te beschikken.
Wat de schapen betreft kunnen we
dan uitgaan van een bezetting met 14
oudere schapen en 4 enterlingen per
bunder. We moeten er daarbij goed aan
denken, dat de veebezetting van 15
maart tot 15 juni in ieder geval belang
rijk zwaarder is, omdat dan naast scha
pen en enterlingen nog 21 tot 23 lam
meren aanwezig zijn.
We kunnen zo langzamerhand wat de
produktde van het melkvee betreft uit
gaan van 5.000 kg melk per koe. Verder
is er de vee-afzet. Bij de jongveebezet
ting, zoals die hiervoor genoemd is, is
het zeker niet overdreven om die vee-
afzet te stellen op ƒ500,per koe.
Bij de rundveehouderij is de geldop-
brengst per bunder dan als volgt'
1.4 melkkoe ad 5.000 kg melk is
7.000 kg ad 42 ct per kg
Afzet vee 1.4 x ƒ500,
ƒ2.940,—
700,—
Totaal afzet van rundvee ƒ3.640,
Het bedrag van ƒ3.640,is zeker niet
overdreven. Er zijn ons heel wat bedrij
ven bekend, waar aan produkten van
de melkveehouderij meer dan ƒ4.000,
per bunder wordt afgezet.
Wat de schapen betreft (willen we uit
gaan van een produlktde aan grootge
brachte lammeren van 22 stuks van 14
schapen. We gingen er immers van uit
dat per bunder 14 oudere schapen wer
den gehouden. Rekening houdende met
gelde schapen, „verleggers" en lam
meren, die na de geboorte sterven me
nen we tooh, dat het lammerenaantal
aan de optimistische kant is.
Alls we van de 22 lammeren er 4 be
stemmen voor de aanfok zijn dus per
bunder 18 lammeren voor de verkoop
beschikbaar. Rekening houdende met
sterfterisico kunnen er verder 3 oude
schapen worden verkocht. Verder is er
de wol van 18 schapen.
We komen voor de schapenhouderij
dan per bunder tot de volgende geld-
oplbrengst:
18 lammeren ad ƒ130,ƒ2.430,
3 oude schapen ad ƒ120,360,
18 vachten ad ƒ9,162,
Totale opbrengst per bunder ƒ2.862,
Bij de rundveehouderij was dit
3,640,—
Verschil ten gunste van de koeien
778,—
Uitgaande van een bedrijf van 20 ha
betekent dit een verschil in bruto-op
brengst van ƒ15.560,
Maar bruto-opbrengst
zegt niet alles
In gedachten horen we de tegenwer
pingen al. Eén er van is zeker deze:
„De kosten per ha liggen voor het melk
vee veel hoger". Als eerste zal men dan
noemen de stalling. We zijn van me
ning, dat dit ook de belangrijkste post
is. Als we de kosten voor stalling op
ƒ200,per koe per jaar stellen, dan
wordt dit per bunder ƒ280,Het voor
delige verschil tussen koeien en schapen
daalt daarmee met ƒ5.600,Het ver
schil blijft dan nog ƒ10.000,
Laat men niet vergeten, dat bij een 20
ha-bedrijf, waarop in dit geval 360 scha-
Lv^pen worden gehouden ook wel enige
■"■huisvesting nodig is.
Een vraag, die voor ons in feite geen
vraag is, is deze. Hoe zal het met de
leefbaarheid van de boer 9taan op een
bedrijf van 20 ha, waar 28 stuks melk
koeien plus 12 pinken en 12 kalveren in
een doelmatige stal worden gehouden
ten opzichte van een boer, die de ver
zorging van 360 schapen met in maart
tot juni daarbij nog ruim 400 lammeren
voor zijn rekening moet nemen?
Zoals we reeds opmerkten is dit voor
ons, geen vraag. Maar zouden het op
prijs stellen het oordeel van praktische
boeren hierover te horen.
Een tegenwerping, die er zeker ook
zal komen is, dat men in bepaalde ge
vallen belangrijke hogere prijzen voor
lammeren en schapen maakt. Het zullen
in het algemeen stamboekfokkers zijn,
die deze tegenwerpingen hebben.
We zouden het erg waarderen als
„normale" schapenhouders ons gege
vens konden tonen, dat de opbrengst
per bunder op hun bedrijf aan afzet
van lammeren, oude schapen en wol ho
ger ligt dan de door ons aangenomen
bruto-opbrengst van plm. 2.900,per
bunder.
We hebben de indruk, dat het aantal
bedrijven, waar inderdaad 18 schapen
per bunder worden gehouden heel erg
klein is.
Laten we als slot nog mogen opmer
ken, dat (hiet voorgaande niet ontspruit
aan een „vijandige" instelling van de
redakteur van deze rubriek ten opzich
te van de schapen. Ik kan zeggen, dat ik
van Texel houd en dat ik me waar
schijnlijk helemaal niet gelukkig zou
voelen als het aantal schapen op ons ei
land drastisch zou verminderen. Zonder
de „Texeslse" schapen zou Texel geen
Texel meer zijn.
Diverse Texelse bietentelers zullen
nog minder aangename herinneringen
hebben aan de storm, die op 25 en 26
mei 1972 ons eiland teisterde. Zoals we
al eerder opmerkten was vooral op 26
mei ons hele eiland in een stofwolk
gehuld.
De gevolgen van deze storm zullen
een aantal Texelse bietentelers bij de
oogst van het bietengewas 1972 nog dui
delijk ondervinden. Dat geldt zowel
voor de telers, die na de verstuiving nog
weer opnieuw bieten hebben gezaaid
als ook voor hen, die het verstoven ge
was de kans hebben gegeven om op
nieuw uit te groeien. In diverse geval
len zal de verstuiving zeker een op
brengstvermindering van 10 ton en
meer tot gevolg hebben.
Het lijkt ons van belang de vraag te
stellen hoe het gevaar van verstuiving
kan worden beperkt of mogelijk geheel
kan worden voorkomen. Ook al behoe
ven we er niet op te rekenen, dat we
ieder jaar een storm zullen meemaken
als op 25 en 26 meii 1972 het geval was
is het de plicht van een ondernemer om
de nodige voorzorgen te nemen.
Bieten in doodgespoten rogge
Op een tweetal Texele bedrijven zijn
in 1971 en 1972 bieten gezaaid op per
celen, waar in de voorafgaande herfst
rogge werd gezaaid. Deze rogge moet bij
voorkeur worden gezaaid in de periode
van 20 - 25 september.
Bij deze vroege zaaidatum kan de
rogge eind februari - begin maart uit
gegroeid zijn tot een lengte van 10 - 15
cm. Als het gewas in deze tijd wordt
doodgespoten met Gramoxone en zonder
verdere bewerkingen in de 2e helft van
maart of begin april bieten op zo'n per
ceel worden gezaaid is blijkens de erva
ringen van de twee afgelopen jaren het
risico van verstuiving praktisch uitge
bannen.
De bescherming, die de doodgespoten
rogge biedt tegen verstuiving is volgens
onze ervaring groter dan bij de bedek
king met een hoeveelheid van plm. 20
m3 dnjfmest per ha. Uiteraard kan als
voldoende drijf mest voorhanden is een
hoeveelheid worden verspoten, die
eveneens een volledige bescherming te
gen verstuiving biedt. We hebben de
indruk, dat in dit geval een hoeveelheid
drijfmest van minimaal 30 m3 per bun
der nodig is.
Punten van belang
bij inzaai van rogge
We noemen enkele punten, waaraan
moet worden gedacht als men kiest voor
rogge als bescherming tegen het stuiven.
a. Vóór de inzaai van de rogge moet een
grondbewerking plaats hebben, die
een voldoende vlakke ligging geeft.
Men moet er nl. om denken, dat aan
de ligging van de grond niets meer
kan worden veranderd voordat de
bieten worden gezaaid. In gevallen,
waarin het voorgaande gewas aard
appelen is zal veelal kunnen worden
volstaan met een bewerking met de
cultivator, gevolgd door een keer eg
gen. Volgen de bieten op een graan
gewas, dan zal het nodig zijn te ploe
gen. Maar ook in dit geval zal ge
streefd moeten worden naar een zo
vlak mogelijke ligging.
b. De hoeveelheid zaaizaad moet groter
zijn dan bij de normale teelt van
winterrogge. Bij tijdige zaai kan wor
den volstaan met 175 kg zaaizaad
per ha. Wordt het oktober dan is een
hoeveelheid van 200 kg zaaizaad per
bunder gewenst.
c. Vooral op schrale gronden is het ge
wenst een lichte stikstofbemesting te
geven. We denken aan een hoeveel
heid van 30 - 40 kg zuivere stikstof
per bunder.
d. Het doodspuiten van de rogge moet
voor 100°/o gebeuren. In de meeste
gevallen wordt met een hoeveelheid
van 4 liter Gramoxone per bunder
een voldoende resultaat verkregen.
e. Het zaaien van de bieten moet gebeu-
reen met een daarvoor aangepaste
precisiezaaimachine. Deze machine is
voorzien van speciale zaaikouters.
Een dergelijke machine is op Texel
aanwezig.
Wendt u dan tot een vertrouwd adres.
Geen kosten vooruit.
Wy hebben nog van alles aan te bieden
ondergrond, erf en tuin, groot ong. 11a.
Voor diverse doeleinden te veranderen.
Na overleg te aanvaarden.
met 3 st. slaapkamers
De bungalows met complete inventaris.
groot 12 x 20 meter.
Ondergrond en erf ongeveer 100 a en 80 ca.
EIERLAND, POSTWEG No. E 53
met ondergrond en erf,
groot 13 a en 95 ca.
met ondergrond en erf, 2 a en 11 ca.
Na overleg te aanvaarden.
OOST No. 79:
ondergrond en tuin.
DEN HOORN, HERENSTRAAT No. 52
met ondergrond en erf, 86 ca.
DEN HOORN, HERENSTRAAT
groot 2 a 37 ca.
PONTWEG H 32a
met CV en ongev. 14 a grond. Na overleg te
aanvaarden.
DE KOOG, BRINK No. 13
met garage en CV. Na overleg te aanvaarden.
DE KOOG, DORPSSTRAAT No. 42
na overleg te aanvaardenu
DE KOOG, KAMERSTRAAT:
met ondergrond, erf en tuin.
DE KOOG, SCHUMAKERSWEG No. 2
ondergrond, erf en tuin.
Groot ongeveer 8 a en 90 ca.
DE KOOG, CALIFORNIEWEG
DEN BURG, J. P. THIJSSELAAN
DEN BURG, WEVERSTRAAT No. 36
Zeer goed onderhouden
Winkel ong. 90 m.2 en een goed onderhouden
woonhuis, na overleg te aanvaarden.
^^SEËDIGD^TAXATEW
EPELAAN 29 TEL. 02228 318 DE KOOG
Kantoor: Weverstraat no. 94, telefoon (02220) 3555