Groen ^wartsjexels in het harL,
ROS BLIJFT WETHOUDER!
ollege gaat het
\pnieuw proberen
srgadering
acht geen
nieuws
o,'
Nieuwe badmeester
Ponyruitertje kreeg
hersenschudding
Hardnekkig
Brommer contra auto
VERSE
MOSSELEN
FEBRUARI 1973
86e JAARGANG No. 8747
B.V. v.h. Langevcld De Rooü
11 - Den Burg, Tesel - Tel. 2741
de Graaf, Keesomlaan 43, Den
0 |D2220) 2741, 's avonds (02220) 2403
Verschijnt dinsdags en vrijdags
Bank: Nederl. Middenstandsbont; Coop. Raif-
felscnbank; A mr o-bank. Postgiro 652. Abonn.
prijs ƒ5,50 p. kw. -f- 50 cL incasso; los 25 ct.
Advert 23 ct per mm. excl. 4°/o BTW
Jen raadsvergadering kan niet onbevredigender aflopen dan gis-
is gebeurd. De vroede vaderen discussieerden onder wel-
t ongekend grote publieke belangstelling van half acht tot mid-
lacht en het resultaat was niet meer dan de aankondiging dat
college het toch nog eens zou proberen, zij het op andere voet
tot dusver. Wethouder Dros begreep van de moeilijkheden die
i het college veroorzaakte nog even weinig als tot dusver en hij
11 ;erde in te gaan op het verzoek van de zijde van de Pakt-fraktie
iijn zetel beschikbaar te stellen. Ook de drie wethouders samen
;erden op te stappen. De Pakt-fraktie wenste de kwestie niet
'iek uit te spelen en wilde geen motie van wantrouwen indienen,
lat de andere raadsleden daar kennelijk ook niets voor voelden
f alles zoals het was.
06
was de burgemeester die om
voor twaalf konkludeerde dat
was van een zodanig verwarde
dat de raad geen uitspraak kon
lij verzocht de raad het college
j te geven om op een andere ba-
iieuw te beginnen, waarbij hij er
wijfel over liet bestaan dat deze
basis dan in belangrijke mate
le voorzitter zou moeten worden
,d. Hij vond het de moeite waard
Jeuwe werkwijze te proberen en
e dat wethouder Dros deze kans
tongrijpen om alsnog tot betere
lidhouding te komen. Uit hetgeen
Estreden wethouder naar voren
((bracht konkludeerde Mr. Spren-
fchter dat Dros nog steeds niets
e problematiek had begrepen en
lemde dit een slecht begin voor
[erken op een nieuwe basis. De
F. Blanken toonde zich zeer ver-
lardigd over deze „halfbakken op-
Hij zei geschokt te zijn in zijn
iwen in het nut van overleg en
it te weten hoe het nu verder
gaan en was teleurgesteld in
en besluitvaardigheid van de
Publiek
dan 120 belangstellenden
p «en de vergadering bij. In de
Tial was lang niet voldoende
I zodat meer dan de helft van de
^Jrders in de aangrenzende hal
'^Men mee te luisteren. Het was wel
*en want de primitieve geluidsin-
e die daartoe was aangelegd
onbevredigend. Een ernstiger
'irsuling voor het publiek was dat
Jinder dan een uur en drie kwar-
lll(fan ^eze ..bijzondere openbare
■JJergadering" achter gesloten deu-
J*rd gehouden. Dat was nodig om-
Bten naar voren werden gebracht
ij namen van personen 'werden
d. Na afloop van deze besloten
bleek overigens niet dat de za-
l^üb/iek voor de gesloten deuren van
)j/£dszaal Een uur en drie kwartier
en geduld oefenen alvorens weer
n meeluisteren. Velen brachten dat
en vertrokken. Aanvankelijk was
l|l»er dan 120 man belangstelling. Toen
al te vol werd, werd de toegangs-
pn het raadhuis gesloten zodat een
1 van ongeveer vijftien personen
jchterzake huiswaarts keerde.
ken veel duidelijker waren geworden
dan daarvoor.
Korte inhoud
De burgemeester opende de bespre
kingen met het geven van een korte in
houd van het voorafgaande zoals dat
bij verhalen in afleveringen gebruike
lijk is. Hij liet de békende moeilijkhe
den nog eens de revue passeren en
kwam tot de konklusie dat er twee ma
nieren waren om uit de impasse te ge
raken: een andere werkwijze van het
college of een andere samenstelling van
het college. In ieder geval was Mr.
Sprenger niet bereid om op de oude
voet voort te gaan. Dat was lang genoeg
geprobeerd. Er zouden tenminste maat
regelen nodig zijn voor wat betreft
portefeuilleverdeling, verstrekking van
informatie etc. De bekende feiten wer
den nog eens genoemd: de kwesties
rond de verkoop van industrieterrein
aan de heer Dros en de aankoop van
een loods met woning aan de Keijser-
straat van de heer Dros waarbij Dros
verband legde tussen de ene en de an
dere transaktie en de industriegrond
verwierf terwijl hij 'wist dat hij hier
voor niet tijdig een bouwplan ingediend
zou kunnen hebben. Hij weigerde aan
vankelijk de als gevolg van het te laat
komen van het bouwplan verschuldigde
rente te betalen. De zaak leek opgelost
toen de heer Dros uiteindelijk wel be
reid was rente te betalen en toegaf dat
hij als wethouder op de hoogte had
moeten zijn van zijn plichten in deze.
Maar naderhand bleek de kous niet af
te zijn. Een nieuw basis voor samen
werking werd niet gevonden en de
portefeuille van het grondbedrijf bleef
in handen van de voorzitter. Een andere
gebeurtenis die de verhoudingen had
vertroebeld was het door wethouder
Dros in beroep gaan bij Gedeputeerde
Staten tegen het door de gemeenteraad
vastgestelde bestemmingsplan De Krim.
De voorzitter vertelde daarmee niets
Verweer
Vervolgens kreeg de wethouder gele
genheid zijn zegje te doen. „Ik kan niet
ontkennen dat ik kritisch ingesteld ben,
maar ik vind dat ik dat behoor te zijn
want ik ben als wethouder medebe
stuurder van een miljoenenbedrijf de
gemeente dat werkt met geld van de
gemeenschap. Wie mijn kritische instel
ling aanziet voor wantrouwen heeft ge
brek aan mensenkennis".
Wat de gebrekkige collegialiteit be
treft waarover Mr. Sprenger in de vori
ge vergadering had gesproken zei de
heer Dros dat juist de voorzitter oncol
legiaal had gehandeld door op 30 okto
ber met vage mededelingen te komen
over het konflikt, waardoor Dros' goede
naam werd aangetast zonder dat hij zich
Wethouder J. C. Dros bij het voorlezen
van zijn weerwoord. ,,Wie mijn kritische
instelling aanziet voor wantrouwen heeft
gebrek aan mensenkennis".
verweren kon. Hij noemde deze wijze
van openbaar maken onfatsoenlijk.
Dros zei het ook niet collegiaal te vin
den dat de voorzitter de brief waarin
hij liet blijken dat hij misschien niet
tijdig aan zijn plicht tot indienen van
een bouwaanvraag kon voldoen, had
„genegeerd en doorgezonden". Wat het
plezier in het werk betreft zei de heer
Dros: „Wie van zijn werk houdt en
dat doe ik heeft er plezier in, laat
zich dat plezier niet ontnemen en gaat
ook niet als een schoolkind zitten jan
ken: meester ze zitten me te plagen". De
wethouder vond verder dat juist de
voorzitter het college in het slop drijft
als hij vage beschuldigingen uit met
veel omhaal van 'woorden en toch niet
man en paard noemt. Hij zei in ieder
geval zelf nooit beweerd te hebben dat
hij zich beschouwt als „een man die de
bezem door het raadhuis haalt en daar
bij bergen van ongerechtigheid bloot
legt".
Geen druk
Spreker ontkende dat hij onder druk
had gehandeld toen hij op 30 november
erkende dat hij in de rentekwestie fout
was geweest. „Voor mij was de kous
toen af maar voor u niet. U moest zo
nodig doorbreien want na de publicatie
van het behandelde in de raadsverga
dering zei de pers: is dat alles? Van het
konflikt dat zich ernstig liet aanzien
bleef niets over".
In de raadsvergadering van 30 janu
ari had de burgemeester gespreken over
een bestuurlijke crisis, een berg overbo
dig 'werk, bestuurlijk in het slop zitten
en beneden de capaciteit werken. De
heer Dros noemde dat ernstige zaken
die niet gestaafd kunnen worden met
vaagheden maar op duidelijke feiten
gebaseerd moeten zijn. „De raad en ik
hebben er recht op die feiten te weten
en u kunt er zich niet mee afmaken
door te zeggen: Dros weet ze wel. U be
hoort ze in het openbaar te zeggen even
als u mij in het openbaar hebt aange
vallen. Dan kan ik mij verweren en kan
de raad over mij oordelen. Daarom ver
zoek ik u nogmaals dringend: noemt u
de feiten opdat er volledige klaarheid
komen kan".
Weinig feiten
Wethouder J. Daalder wou zich niet
onttrekken aan het stellen van voor
waarden waaronder een college moet
funktioneren. Wat de duidelijke feiten
betreft zou de raad teleurgesteld wor
den; er zijn nl. niet zoveel tastbare fei
ten. Het gaat om een goede teamgeest
en om 't als eenheid naar buiten optre
den met zaken die nog volop in discussie
zijn. Men hoeft het niet altijd eens te
zijn maar men moet trachten te luiste
ren om' tot een juiste en verantwoorde
standpuntbepaling te komen. En de
minderheid zal zich tenslotte bij de
merderheid moeten kunnen neerleggen.
De heer Daalder zei dat over dat soort
zaken onenigheid bestaat. „We zijn
moeilijk aanspreekbaar en lijken op
verschillende golflengten te praten".
Wethouder C. Joustra erkende dat hij
de eerste vage mededeling van de bur
gemeester inzake de moeilijkheden had
moet enaanvullen; de geruchten had
den dan niet ontstaan. Hij vond het
onbegrijpelijk dat wethouder Dros door
de raad gedwongen moest worden om
„de wet te houden" .Het gaat om de
gedragsregels. Dros doet zich teveel ken-
nen als opposant. Dat mag, maar de
manier waarop is bepalend. Het in be
roep gaan bij G.S. tegen het Krim-plan
•was fout, „het stemming kweken bij de
mensen inzake het plan buitengebied
evenzeer. De instelling van Dros is de
onze niet". Toch leek de heer Joustra
niet bijzonder zwaar aan de kwestie te
tillen. Hij zei dat het niet zijn wens is
geweest dat deze discussie in de raad
kwam. Wat hem betrof mocht de raad
het verslag hebben van een vijf kwar
tier durend vertrouwelijk gesprek over
de 'kwestie en mede op basis daarvan
oordelen. Hij vond het overdreven te
spreken van een bestuurlijke crisis.
Geen been om op te staan
De heer L. J. Weijdt konstateende dat
vergeefs was gevraagd om feiten. Wat
tot dusver te berde was gebracht vond
hij onvoldoende om over een wethou
der, „een mens", te oordelen. Het wat
praten op verschillende golflengten be
treft meende hij dat hier het scherper
afstellen van de ontvanger ook wel eens
zou kunnen helpen. Zelf had de heer
Weijdt al zo vaak met de heer Dros ver
gaderd, dat hij meende dit advies te
kunen geven.
De heer Blanken dacht er minder
makkelijk over. Ingaand op het betoog
van Dros sprak hij van een aanmati
gende en volksmennerachtige betoog
trant. De beschuldiging dat door de eer
ste mededeling van de voorzitter de
goede naam van Dros was aangetast
weerlegde hij door erop te wijzen dat
de voorzitter juist uit fatsoensoverwe
gingen in vage termen bleef.
Er werd nog geruime tijd doorge
praat, totdat de voorzitter om half ne
gen besloot de vergadering achter be
sloten deuren voort te zetten om mede
delingen te kunnen doen met betrek
king tot feiten waarbij personen waren
betrekken. Daarna ging de voorzitter in
op het betoog van de heer Dros.
Hij wees erop dat niemand wantrou
wen verwart met kritische instelling.
De goede naam van Dros heeft men
niet willen schaden. De wijze waarop de
mededelingen inzake de crisis werden
gedaan was juist bedoeld om de aantas
ting van de goede naam te voorkomen.
De brief waarin Dros twijfel liet blijken
over het tijdig kunnen indienen van zijn
bouwplan is niet genegeerd, maar door
gezonden in de verwachting dat Dros
ontheffing zou vragen als zou blijken
dat hij niet aan zijn verplichting kon
voldoen. Met het doen van de aanvan
kelijke mededeling van het konflikt is
het niet gelukt misverstand en verwar
ring te voorkomen, maar de heer Spren
ger accepteerde niet dat dit alleen een
kwestie van de voorzitter was. Met na
druk zei mr. Sprenger dat niet de za
kelijke verschillen van mening aan de
orde waren waar het ging om samen
werking en vertrouwen. Hij zou dit nog
meerdere malen moeten herhalen, want
zelfs niet alle raadsleden begrepen het.
Wat aan feitelijkheden was genoemd
moest worden beschouwd als symptomen
van de ongewenste toestand. B en w
hebben in minstens vier vergaderingen
hun best gedaan om tot verbetering van
de toestand te komen. Er is geen sprake
van dat Dros iets misdadigs, fraude b.v.
verweten zou kunnen worden. De heer
Sprenger zei bereid te zijn tot verdere
samenwerking als het vertrouwen duur
zaam is hersteld.
Verder discussieren bracht geen
nieuws aan het licht en kon de houding
van de betrokken wethouder niet ver
anderen. De heer Weijdt riep op een
eind te maken aan de besprekingen en
wees op de mogelijkheid dat de raad
het vertrouwen in een wethouder op
zegt, gebruik makend van artikel 87a
van de gemeentewet. Meerdere raads
leden wilden echter toch nadere infor
matie vanachter de b en w-tafel. Dat
lukte niet. De voorzitter herhaalde wat
hij al eerder had gezegd en de heer
Joustra voegde er nog aan toe dat hij
vond dat wethouder Dros wantrouwen
koestert jegens de hele ambtelijke we
reld. Door de argwanende houding van
Dros, had het college te maken met een
lawine van papier. De mentaliteit die
hier een rel speelde was geen basis
meer voor een gesprek. Hij vond dat de
raad moest oordelen. Wethouder Daal
der had er weinig aan toe te voegen
maar meende dat toch getracht moest
worden weer tot samenwerking te ko
men. Op verzoek van de heer Westdorp
werd de vergadering daarop tien mi
nuten geschorst om gelegenheid te ge
ven tot fractieberaad.
Daarna stelde de heer Westdorp de
heer Dros de vraag of hij bereid was
zijn zetel beschikbaar te stellen. Dros
weigerde en konstateerde dat men van
hem af wilde omdat hij zich zakelijk en
technisch bemoeide met de zaken die
aan zijn zorg waren toevertrouwd.
„Maar hij verdwijnt niet van het to
neel".
Het publiek applaudiseerde, maar mr.
Sprenger wees er op dat het publiek
zich van het geven van afkeurings- of
bijvalsbetuigingen diende te onthou
den. De heer Westdorp vroeg daarop of
de drie Wethouders samen bereid wa
ren te bedanken. Daalder: Als de meer
derheid van de raad in mij zijn vertrou
wen opzegt, wil ik gaan. Een soortge
lijke reactie kwam van de heer Joustra.
Ook hiermee kwam men dus geen stap
verder. De heer Westdorp zei dat dege
nen die ervoor gezorgd hadden dat het
het huidige college achter de tafelf
kwam (dus niet de Pakt- en KVP-raads-
leden) nu ook maar moesten zorgen dat
het weer in orde kwam. Het Pakt wilde
de zaak in ieder geval niet politiek uit
buiten en zou dus niet met een motie
komen. De voorzitter deed daarop het
in de aanhef van dit artikel genoemde
voorstel, wat erop neerkwam dat zal
worden getracht door wijziging van
werkwijze opnieuw tot samenwerking
te komen. Hoewel niemand daarin leek
te geloven, ging de raad akkoord. Des
gevraagd liet mr. Sprenger weten de
pogingen niet eindeloos te willen voort
zetten Hij wilde tenslotte dat als er ooit
weer een discussie zoals deze in de raad
zou plaatshebben, ook de voorzitter
daarbij als onderwerp betrokken zou
moeten zijn. Tenslotte maakt ook hij
deel uit van het college. De heer Spren
ger constateerde dat niemand erg tevre
den was maar had toch wel hoop dat
de besprekingen enig nut hadden gehad.
In de praktijk zou dat spoedig blijken.
Oud-Texelaar Gert Pansier is per 1
april a.s. benoemd tot chef badmeester
van het zwembad „Molenkoog" te Den
Burg. De heer Pansier (23) is thans
werkzaam als tweede badmeester van
het zwembad te Boskoop. Het is niet de
bedoeling dat de heer Pansier naast zijn
funktie nog andere zweminstruktietaken
zal vervullen.
Het zwembad Molenkoog gaat dit jaar
op 28 april open, twee weken later dan
gewoonlijk. In het afgelopen seizoen is
nl. gebleken dat het bezoek in verbond
met de lage temperatuur nog minimaal
is terwijl de stookkosten daarentegen
zeer groot zijn. Voorts is gebleken
dat de animo na de sluitingsdatum van
de afgelopen twee seizoen nog heel be
hoorlijk is. Daarom blijft het bad een
week langer open, dus tot 29 september.
DE WAAL Zondagmiddag om vier
uur werd op de Sommeltjesweg het
7-jarige zoontje van de familie B uit
De Waal van zijn pony geworpen, toen
het dier plotseling steigerde. De jongen
kwam op zijn hoofd terecht. Dokter
Barnard konstateerde een hersenschud
ding.
Het onlangs ook in deze krant gepu
bliceerde verzoek van de politie aan de
automobilisten om ervoor te zorgen dat
zij hun rij- en kentekenbewijs bij zich
hebben, heeft weinig geholpen. Bij een
in de nacht van vrijdag op zaterdag ge
houden controle konden de meeste auto
mobilisten genoemde papieren niet to
nen. De politie liet ons weten nu streng
te gaan optreden.
DEN HOORN Zondagmiddag om
streeks half drie botste de bromfietser
A. uit Den Hoorn op het Klif tegen de
auto van zijn plaatsgenoot K. A., kenne
lijk in gedachten verzonken, reed rich
ting strand en schrok van de tegemoet
komende auto en reed er tegenaan. De
bromfietser klaagde over veel pijn maar
bleek bij onderzoek geen ernstig letsel
te hebben opgelopen. Brommer en auto
werden licht beschadigd.
havenrestaurant
texel