I Het flatmysterie Een zeer leerzaam verslag LANDBOUW en VEETEELT Z Grepen uit de inleiding van ing. C. Zijdewind (2) Zelfgemaakte tandem M Burgerlijke stand Schaakclub „En Passant" Jeugdschaken feuilleton door Tom Lodewijk Tweede blad Texelse Courant, vrijdag 14 december 1973 rubriek voor- rr»i«iiiiv Tot mijn vreugde kreeg ik ook dit jaar het jaarverslag van de Rundvee- fok vereniging Texel weer toegezonden. Met grote belangstelling heb ik er ken nis van genomen. Daar is ook alle reden voor. Uit dit verslag blijkt opnieuw.dat de Texelse veehouders bij het streven naar produktieverhoging in de voorste gele deren lopen. Als we bedenken, dat lan delijk gezien Noordholland aan de top staat met de melkproduktie per koe, dan wil het wat zeggen als een vereni ging in Noordholland ruim boven het gemiddelde zat. In het boekjaar 1971-'72 haalde de Texelse vereniging het rangnummer 15 van de 37 verenigingen, die er toen wa ren. In het boekjaar 1972-'73 neemt Texel van de 32 verenigingen de 6e plaats in. Een prestatie om groots op te zijn. In cijfers uitgedrukt De gemiddelde prod uk tie van de 3464 Texelse dieren, waarvan een melklijst werd afgesloten was 5414 kg. Dit bete kent ten opzichte van het voorgaande jaar toen de gemiddelde produktie 5212 was, een stijging met ruim 200 kg melk per gecontroleerd dier. De laatste jaren wordt de produktie- capaciteit meestal uitgedrukt in de som van het gemiddelde aantal grammen vet en eiwit per dag. In het laatste jaar is deze som 1332 grammen. In vergelijking met 1971-'72 is dit een stijging van 56 grammen. Deze produktieverhoging is bereikt bij een stijgend aantal dieren. Vorig jaar was de gemiddelde bezetting per bedrijf 25.9 stuks melkkoeien. Dit is in 1972-'73 gestegen tot 27.7 stuks melkvee per bedrijf. De wet van de afnemende meerop brengsten blijkt in dit geval niet op te gaan. Produkties van jongere en oudere dieren De invloed van de leeftijd op de pro duktie van de dieren blijkt zeer duide lijk uit een overzicht, dat in het jaar verslag is opgenomen. Voor het boekjaar, waarop dit verslag betrekking heeft is dit als volgt (ge noemde leeftijd is die bij hetafikalven): t.e.m. 2.6 4595 kg melk met 4.23°/o vet 2.7 - 3.6 5185 kg melk met 4.19°/o vet 3.7 - 4.6 5566 kg melk met 4.14°/o vet 4.7 - 5.6 5866 kg melk met 4.13% vet 5.7 en ouder 6006 kg melk met 4.07% vet Uit dit overzicht blijkt wel zeer dui delijk, dat het voortijdig moeten afzet ten van melkvee als gevolg van optre dende mankementen een zeer nadelige zaak is. Een ander punt, dat naar voren springt is het hogere vetgehalte van de melk bij de jongere dieren. Het lijkt ons voor de hand te liggen, dat hier de invloed van het hoogwaardig stieren materiaal van de Texelse KI-vereniging de belangrijkste rol speelt. Meer en beter Het is al heel wat keren gezegd; Bij hettoenemen van het aantal melkkoeien per bedrijf zal de produktie per dier gaan afnemen. Het waren niet alleen „kritische" veehouders, die deze mening naar voren brachten. Ook de landbouw- voorlichters waren van oordeel, dat bij het stijgen van het aantal stuks melk vee per bedrijf de produktie niet zou kunnen worden gehandhaafd. Het ver slag van de Rundveefokvereniging Texel logenstraft deze mening volko men. i In het jaarverslag is het aantal bedrij ven in vier rubrieken onderverdeeld. De eerste groep bevat bedrijven tot 15 melkkoeien, in de tweede groep vinden we de bedrijven met 16 tot en met 21 dieren, in de derde groep bedrijven met 22 tot en met 31 stuks melkvee en de bedrijven met meer dan 32 melkkoeien zijn in groep vier ondergebracht. Bij iedere groep is vermeld welke be drijven boven de gemiddelde produktie van de Texelse vereniging liggen. Die gemiddelde produktie was zoals hier voor is vermeld 5414 kg melk met 4.15% ve en 1332 vet plus eiwitgrammen per dag. Een berekening leert nu het volgen de: tot 15 melkkoeien ligt 34% van de bedrijven boven het gemiddelde. Van 16 tot en met 21 melkkoeien ligt 40% van de bedrijven boven het gemiddelde. Voor de bedrijven met 22 tot en met 31 koeien ligt de produktie op 48% van de bedrijven boven het gemiddelde Voor bedrijven met 32 en meer koeien ligt zelfs 61% van de bedrijven boven de gemiddelde produktie. Er is inderdaad alle reden om hier te spreken van meer en beter. In de inleiding van de heer Zijdewind werd ook aandacht besteed aan de teelt van pootgoed. Inleider was van mening dat mede door het feit, dat de opper vlakte voor pootgoed geteelde aardap pelen de laatste jaren sterk is afgeno men, de vooruitzichten voor deze teelt zijn niet ongunstig Aan de andere kant wees de heer Zijdewind op het feit, dat deze teelt een zeer kostbare teelt is. Uit gegevens, die werden verstrekt bleek, dat bij een op brengst van 25 ton per hectare de kost prijs dicht in de buürt van 30 cent per kg ligt. In gevallen, dat men niet hoger komt dan 22 ton per bunder is de kost prijs ruim 33 cent. Het is dus zeker nodig om alle aan dacht te geven aan een hoge opbrengst. Op welke manier een hoge opbrengst De heer Zijdewind onderstreepte de ze avond nog weer eens duidelijk, dat voor het verkrijgen van een hoge op brengst de behandeling van het uit gangsmateriaal van buitengewoon be lang is. Uit proeven, die meerdere jaren zijn genomen blijkt, dat de bewaring in kiembakken nog altijd van groot belang is. In vergelijking met andere bewaar methoden ligt de opbrengst van in kiembakken voorbehandeld pootgoed bij het rooien voor E-pootgoed wel zo'n 5 ton per bunder hoger. Dit verschil wordt bij hetrooien op de A-datum te ruggebracht tot 1 2 ton. Deze verschillen komen ook naar vo ren m gevallen, waarin het poten ge beurt met de vol-automatisdhe pootma- öhine. Uit reakties van de zaal bleek, dat di verse pootgoedtelers toch de voorkeur gaven aan minder arbeidsintensieve be waarmethoden van het pootgoed en van mening waren te moeten kiezen voor de teelt van A-pootgoed. De heer Zijdewind wees ook op het belang van grof pootgoed. Diverse te lers gaan over tot gebruik van poot goed, waarvan per hectare 4.500 kg no dig is. Ook werd nog eens gewezen op het belang van het ontsmetten van het poot goed met kwikmiddelen Voor de poot- goedteelt kunnen deze middelen nog niet worden gemist. Naast de rhizocto- nia worden ook andere schadelijke ziek ten bestreden. De teelt van suikerbieten Als eerste wees de heer Zijdewind op het belang van een goede start bij de verbouw van suikerbieten. Dat betekent in de eerste plaats vlak land bij het zaaien. De opbouw van de grond moet gelijkmatig zijn. Van groot belang is de goede zaai- diepte. Als de zaaidatum vroeg valt wordt in veel gevallen te diep gezaaid. Voor het bereiken van een goede zaai- diepte is 't van belang, dat de zaaikou- ter tussen 2 wielen is opgehangen. Voor het kouter een steunwiel, achter het kouter een drukwiel. Als voorbeeld van zo'n systeem noemde de heer Zij dewind de Stanhay zaaimacbine. Ook de kwestie van het gewenste aan tal planten kwam nog weer aan de orde. Inleider was van mening, dat het nog altijd nodig is om te streven naar 70 000 planten per ha. Vooral met het oog op het suikergehalte is het van be lang een dichte stand te hebben. Naar het oordeel van de heer Zijde wind wordt in zeer veel gevallen te veel stikstof gegeven. Een direkt gevolg daarvan is een te laag suikergehalte. Op kunstweiden, gescheurd grasland en na een groenbemesting zal de stikstof bemesting in de buurt van 100 kg zui vere stikstof per bunder moeten liggen, na andere gewassen in de buurt van 140 kg N per bunder. Zeer sprekend waren de gegevens, die inleider gaf over de invloed van het sui kergehalte op de geldelijke opbrengst per hectare. Als we uitgaan van een opbrengst van 50 ton per bunder met een gehalte van 16%, dan moet de opbrengst bij een hoger of lager gehalte als volgt zijn om tot eenzelfde geldopbrengst per bun der te komen: 56 ton met een suikergehalte van 15% 61 ton met een suikergehalte van 14% 45.8 ton met een suikergehalte van 17% Niet te vaak bieten Hoewel de heer Zijdewind overtuigd is van het belang van de suikerbieten- Op de autoloze zondag rijden de heer W S Keijzer en zijn vrouw H. Keijzer-Vlas op 'n zelfgemaakte tandem over Texel. De heer Keijzer heeft de tandem vervaardigd uit de in zeer slechte staat verkerende en daarom afgedankte fiets van zijn schoonmoeder en een oud rijwiel van zijn vader. Zo op het eerste gezicht lijkt dat vrij eenvoudig maar het heeft wel wat hoofdbrekens gekost voor dat alle technische problemen waren opge lost. Het eindresultaat is niet te onderschei den van een gloednieuw fabrieksprodukl maar heeft minder dan f200,gekost ter wijl men voor een nieuwe tandem toch altijd wel f700,betaalt. Er is wel zo'n 140 uur vrije tijd in gaan zitten. teelt voor de rentabiliteit van het be drijf waarschuwde hij toch voor een te nauwe teelt. Dit met het oog op het ge vaar van het toenemen van het bieten- systenaaltje of wel de bietenmoeheid. Uitgaande van licht met aaltjes be smette grond zijn we aangewezen op een teelt van eenmaal in de vijf jaar. De toename van de aaltjesbesmetting in 'het jaar van de teelt wordt dan in de 4 vol gende jaren weer teruggebraaht tot het uitgangspunt. Bij een teelt van eenmaal in de vier jaren zou na 16 jaren een oogstdepressie van 10 - 20% gaan optreden. Zouden we overgaan naar een teelt van een maal in de drie jaar, dan treedt al na 6 jaar lichte schade op en na 8 jaar is van flinke schade sprake. Dikwijls wordt nog vergeten, dat niet alleen de bieten aansprakelijk zijn voor de toename van de aaltjesbesmetting, maar dat ook koolgewassen hierbij een rol spelen. Voor Texel moet hierbij de verbouw van stoppelknollenzaadteelt in de gaten worden gehouden. Uit een uitlating van de inleider bleek, dat hij van de grondontsmetting ter bestrijding van aaltjes geen wonde ren verwachtte. van 5 tot en met 11 december 1973 Geboren- Davy Cor jan, zv. Jan H. Huizinga en Henrica C. van den Boo- men. Ondertrouwd: Hendrik P. J. Schraag en Frouwkje J. Heerschap; Frederik Kikkert en Gerritje Kalis. Uitslagen onderlinge competitie: J. Hoogerheide-A. Terpstra 01 A. C. Bakker-N. Sijs 1—0 A. Rombout-A. Veltkamp 10 J. van Heerwaarden-J. Piersma 01 H. Elzinga-F. van Tatenhove Vz-Vz J. Gerritsen-P, Zijm Vz-Vz Stand part. pnt. 1. A. Terpstra 11 10 2. A C. Bakker 9 IVz 3. N. Sijs 12 IVz 4. F. Eijgenraam 10 6 5Ms 5 A. Rombout 9 6. J. Hoogerheide 8 5 7. J. Piersma 9 5 8. K. J. Harting 10 5 9. A. Veltkamp 11 5 10. G. v. d. Hoek 7 4 11. F. van Tatenhove 11 3% 12. J. van Heerwaarden 7 3 13. G. W. Berger 8 3 14. H. van Daalen 8 3 15. P. Zijm 8 3 16. H. ELzinga 7 2 Vz 17. J. Gerritsen 9 2 Vz 18. P. Boersen 8 1 19. J. Vlaming 1 0 20. P. van Bruggen 1 0 Uitslagen onderlinge competitie: R. Witte-H. J. Barendregt 1—0 E Dros-G. van Es 10 S. Hengst-R. Witte 10 H van Wilsum-H. J. Barendregt 10 B. v. d. Berg-H. van Wilsum Vz-Vz M. de Beurs'-H. J. Barendregt 10 R Terpstra-S. Hengst 01 H. Goslinga-M. de Beurs 01 J Ellen-R. Witte 1—0 R. Terpstra-J. Ellen 10 Verrassend was wel, dat de koplopers met verlies en remise genoegen moes ten nemen. Stand part. pnt. 1. H. van Wilsum 14 10 Vz 1. H. Goslinga 14 10 Vz 3. G. van Es 11 9 4. R. Terpstra 14 ZVz 5. M. de Beurs 14 IVz 6. S. Hengst 16 7Vz 7. B. v. d Berg 11 6 Vz 8. E. Dros 9 6 9. K. Ellen 11 5 10. J. Ellen 13 5 11. R. Witte 13 3 DIIIIIIII|IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIi!IIIIIIHII!HIHIIHfttirilllllllHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII!IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII!lllllllllllllllllllll uuiiiiiiiiuuiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin 11. Nel Kopperol las de krant met meer dan gewone aandacht. Op pagina drie stond het verslag van de Nutsavond, met een foto van de bur gemeester die „Zuster Tillie" (de redak- tie had tactvol vermeden haar aan te duiden als mevrouw Nieuwolda) de Zil veren Roos opspeldde. Ze las het met een zuinig getrokken mondje. Ze had het niet op zuster Tillie. Nel Kopperol was niet vrij van eerzucht en had niet gerust voor ze lid van het Nut was ge worden, had ziich zeer verdienstelijk ge maakt en hoopte dat er een bestuurs- baantje in zou zitten. Dat was ook goed voor de carrière van Martijn, haar man, die ook zijn hele leven geen rechercheur met de rang van hoofdagent wilde blij ven. Maar ze was al gauw tot de conclu sie gekomen dat het bestuur een min of meer gesloten clan vormde, waar je als buitenstaander (en als gewone vrouw, dacht Nel, die het klassebewustzijn met de paplepel had ingekregen) niet zo ge makkelijk in kwam. Tillie, die immers 1 baantjes genoeg had, was vanzelf- rekend herkozen en Nel zag haar endelij'kheid als neerbuigende min- amlheid. Nel was een bonestaak, zeiden dege- ien die haar niet mochten. Ze was rank m slank, zei rechercheur Martijn Kop perol, haar beziende met het oog der liefde. Ze was een hanepen, werd ge zegd. Ze is intelligent, ze laat zich geen knollen voor citroenen verkopen en ik verveel me nooit met „er" zei de heer Kopperol. Nel was niet makkelijk in de omgang, ze hield niet van kletsen met de buren, ze had een scherp oordeel, maar formuleerde dat meestal ook nog al scherp. Ze had iets van een veulen, maar niemand zou haar verslijten voor een schaap. Nel was een ideale politie vrouw. Ze was zelf in 't vak geweest, één der eerste vrouwelijke agenten in Rotterdam, waar ze Martijn, toen nog bij de straatdienst, had ontmoet. Ze had de politiepet geruild voor de bruids sluier. Die baan bij de politie had ze gewild, omdat ze iets anders wou dan anders en omdat ze geïnteresseerd was in het gedrag zowel als het wangedrag van haar medemensen. Ze kon zo ook haar aangeboren nieuwsgierigheid be vredigen, maar merkwaardig genoeg had ze, ondanks dat, een hekel aan rod delen. Martijn wist dat 'hij buiten zijn boek je ging door met zijn vrouw over rijn werk te praten, maar ook, dat ze zweeg als het graf. Dat ze er genoegen mee nam dat hij, vooral sinds hij bij de re cherche was, een vaak zeer ongeregeld huiselijk leven leidde, was een stilzwij gende overeenkomst, waarbij hij van zijn kant haar deelgenoot maakte van zijn ervaringen en luisterde naar haar opinie. Ze beschikte over een gezond, nuohter verstand. Je hebt alleen één ding tegen, zei Martijn, je bent vooringenomen. En dat verduistert je oordeel, beste meid. Nee, bestreed Nel, maar ik kan alleen niet uitstaan dat een bepaald soort mensen automatisch boven verdenkingen staat. Je bedoelt haar van Herwijnen. Zij, en haar soortgenoten, zei Nel nij dig. Ja, en daardoor kun je de zaak niet objectief bezien, en voorts heb je teveel detectives gelezen. Daar is het altijd juist de persoon, die boven alle verden king verheven is, die als de dader wordt ontmaskerd. Nou denk jij heel slim te zijn en dat óók te doen, plaagde Martijn. We zullen zien wie gelijk heeft, pa reerde Nel. Ze wist dat hij ergens gelijk had, ze mocht nu eenmaal dat mens niet, met haar minzame kouwe drukte. En ze was maar blij dat Martijn het moest opknappen, en niet zij zelf. Wie doet het?, vroeg ze toen, Dries- sen7 Ja. Driessen en ik. Discretie is het wachtwoord, zei de baas. Ja. zei Nel fel, die zit met haar in één of ander bestuur. Noemen elkaar bij voornaam. Martijn lachte. Je rit weer op je stokpaardje en ei genlijk ben je jaloers. Ja, zei ze en Martijn wist weer waar om hij zoveel van Nel hield. Ze was hartstikke eerlijk, ook voor zichzelf. Je wist precies wat je aan haar had. Goed, zei hij rustig. Kom meid, geef me een goeie bak koffie en dan gaan we es kijken. Ze sprong meteen op, ze kende die toon. Meer dan het boeiendste tvwpro- gramma interesseerde het haar, wan neer Martijn zei dat ze „es gingen kij ken", wat betekende, dat hij hardop ging zitten denken, terwijl zij aandach tig toeluisterde en soms vragen stelde, soms zijn hele theorie met enkele woor den van tafel veegde, maar zeer nabij betrokken was bij het werk van haar man. Het gaf haar een gevoel van sterke verbondenheid, van gelijkwaardigheid. Samen met Martijn had ze nooit last van complexen. Kijk, zei hij, aan één ding hebben we houvast. Hij kan onmogelijk zichzelf die klap op z'n hoofd hebben gegeven. Het is dus moord of doodslag. Of noodweer, zei Nel. Nee. er is geen enkel spoor van enig gevecht. Hij zat aan rijn bureau en is waarschijnlijk onverhoeds neergeslagen. Hij heeft todh niet zitten maffen? Waarschijnlijk niet, en dat verengt de kring waarin we de dader moeten zoe ken Het moet iemand geweest zijn die hij kende of verwachtte. Dat was Martijns methode. Hij trok als het ware een cirkel om het objekt, waarin hij naar de dader(s) moest gaan zoeken. Soms was die cirkel zo groot dat het zoeken werd naar een naald in een hooiberg. Hier was dat, dacht hij, niet het geval. Waar kamen we dan allereerst te recht? Bij Mathilde, zijn vrpuw. Ha, zei Nel. Natuurlijk, die vlak ik niet uit. Had ze een motief? Ja en nee. Hij heeft haar het leven waarschijnlijk tot een hel ge maakt. Maar ze had juist het besluit genomen te scheiden en ze was bezig hier weg te gaan. Haar afscheid van gis teravond was de eerste stap. Zij gaf het op. In dat kader past slecht een moord. Ze is genoeg geprovoceerd, maar ze liet het afweten. En daarbij, toen hij gister avond werd vermoord, zat zij op de ver gadering. Zie de krant. Overtuigender bewijs kun je je niet denken. Ja, óf ze zou. Of ze zou zo verrekte slim moeten zijn geweest dat je van een meester brein kon spreken. En dan nóg, hóe? Goed We laten haar voorlopig zwem men. Waar komen we dan terecht? Hij hoefde Nel niet in te lichten; de reputatie van Henri Nieuwolda was geen geheim. Dus zei ze: een jaloerse vriendin of een vent die hij op één of andere manier in de boot heeft geno men. Misschien zijn vrouw van hem af gepikt, misschien een duister zaakje. Roofmoord was het beslist niet en trou wens en viel van hem niet veel te halen. Voorlopig, zei Nel, zie ik het meer in „dherchez la femme". Op één of andere manier, direkt of inddrekt, is er waar schijnlijk een vrouw bij betrokken. En hij was een vrouwenjager, die, Nieu wolda! Dat was zijn topsport, stemde Martijn toe. Hij was een echte sjeik, die man is helaas als christen geboren, als moham medaan had hij z'n hart kunnen opha len aan een complete harem. De laatste tijd is hij veel gezien met een juffie uit de lunchroom van het warenhuis, een echte sexbom. Die rooie soms?, vroeg Nel, die in het warenhuis kind aan huis was. Ze is rood, stemde Martijn toe. (wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1973 | | pagina 5