Duikers onderzochten Russisch dok
pelen met
abeljauwen
>p30m. diepte
Tweede blad Texelse Courant, vrijdag 16 augustus 1974
ebenen.
fi? duikers maken zich gereed voor de afdaling
Steeds met twee man
naar
overdekt met anemonen, zeesterren, wulken en andere kleurige organismen.
lel
da in iaar v')ft'en geleden raakte op de Noordzee een sleeptransport als gevolg
645 n vliegende storm in ernstige moeilijkheden. Een Russisch droogdok zonk en
;ei! t sindsdien in meer dan 35 meter diep water. Het tweehonderd meter lange
vaarte ligt in de buurt van het lichtschip Texel, enkele uren varen vanuit Oude-
hild. Voor de gewone scheepvaart vormt de kolossale schroothoop op de zee-
jdem geen belemmering, maar in de loop der jaren hebben al heel wat vissers
t hun schade kennis gemaakt met het gevaarte. Ze liepen er met hun netten
nïï, waarbij veelal het hele vistuig verloren ging. Met 't gevolg dat het gezonken
n ik overdekt is met buizen, netten, kabels en kettingen, die afkomstig zijn van
erlei vissersschepen. In 1968 overkwam het Biem en Jan van der Vis van de
4. Hun gloednieuwe vistuigen bleven achter het op dat moment voor hen
bekende wrak haken, een schadepost van duizenden guldens. De .schipper
id met behulp van zijn Decca-apparatuur echter nauwkeurig de positie van het
r™ 'ak vastgesteld. Leden van de op dat moment op Texel verblijvende Duikgenoot-
hap Nederland hoorden van het verlies en stelden voor om te trachten het tuig
bergen. Met de duikers aan boord werd opnieuw koers gezet naar het wrak
tot algemene vreugde lukte het de vistuigen los te maken en te bergen.
de kotter veroorzaakt verblinde wit
schuim. De duikers zijn hierover zeer
tevreden. Het succes van de onderne
ming hangt ten zeerste van de helder
heid van het water af. Je wilt tenslotte
wat zien. De mannen van het Duikge
nootschap maken hun onderwatercame
ra's met bijbehorende flitslampen ge
reed. Kort na het passeren van het
lichtschip Texel naderen we de plaat-s
van het gezonken dok. Is het werkelijk
mogelijk dat stipje op de zeekaart snel
terug te vinden? Biem van der Vis, in
duikuitrusting achter het stuurwiel in
de brug, houdt nauwlettend de telkens
verspringende Decca-cijfers in de gaten
alsmede het schrijvend echolood dat
voortdurend het zeebodemverloop re
gistreert.
Snel gevonden
Plotseling slaat het zenuwachtig
krabbelende stiftje ver uit: het wrak.
We zijn er overheen gevaren en draaien
nu voorzichtig bij om erboven positie te
kunnen innemen. Schijnbaar moeiteloos
lukt dat. Het anker gaat over boord als
mede een markeerboei. Er worden een
paar zwarte ballen in de mast gehesen,
het internationaal bekende waarschu
wingssignaal voor de voorbijvarende
schepen: hier zijn duikers aan het werk
kom niet te dicht bij en breng het
water niet in beroering!
Het water stroomt nog. Er moet dus
even geduld worden geoefend. Fup
Boon, voorzitter van de duikclub Texel,
laat zien hoe helder het water wel is
door een zware porceleinen koffiemok
aan een touw te laten zakken. Op 20
meter diepte is het ding nog zichtbaar,
temidden van sprookjesachtige paarse
en blauwe kwallen die bij tientallen
voorbij komen. Dat belooft wat voor
straks!
Als de stroom vrijwel tot staan is ge
komen maakt ieder zich snel gereed
voor de afdaling. Er is geen minuut te
verliezen. Via een trapje dat aan de
buitenzijde tegen de kotter is bevestigd
gaan zowel de Texelse als de meer er
varen overkantse duikers het water in,
telkens twee man tegelijk in verband
met de veiligheid. Als een van beiden
ergens beneden moeilijkheden met zijn
zuurstofvoorziening zou krijgen, zou
zijn maat hem kunnen helpen door hem
telkens het mondstuk van zijn installa
tie aan te reiken. Het wordt erg stil aan
boord van de „Soli Deo Gloria" als vrij
wel iedereen onder de baren is verdwe
nen. Slechts wolken luchtbelletjes die
naar de oppervlakte komen wijzen op
hun aanwezigheid.
Onbeschrijfelijk
Voor de zoveelste maal ondergaan de
duikers tijdens hun tientallen meters
diepe duik de niet te omschrijven sen
satie, die het speuren in die geheimzin
nige onderwaterwereld biedt. Als een
kolosaal omgevallen flatgebouw, over
dekt met een wir-war van kabels, ket
tingen, pompen, pijpen en blokken ligt
het dok op de bodem. Het zicht onder
water bedraagt enkele tientallen me
ters, wat voor de Noordzee zeer goed is.
Maar het tweehonderd meter lange en
vijftig meter brede dok is niet te over
zien en dat ma^kt het allemaal nog veel
spannender. Langzaam zwemmend zoe
ken de duikers langs de verwrongen
wanden naar bezienswaardigheden. Het
ijzer, hier en daar zwaar beschadigd en
vol gaten, is overdekt met zeesterren,
wier, pokken en ontelbare zeeanemonen
in allerlei fraai pasteltinten. Fup Boon
en zijn hobbygenoten bewegen zich
langzaam zwemmend door tunnels van
schroot, die door de veelkleurige ane-
monenversiering aan erepoorten doen
denken.
Kabeljauwen
Uit de geopende luiken en andere ga
ten komen nieuwsgierig enkele kabel
jauwen tevoorschijn. Bij nader inzien
blijkt het wrak er vol mee te zitten,
beesten tot anderhalve meter lengte die
trekken. Het is tenminste niet moeilijk
zich van de mensen niets lijken aan te
om ze bij de staart te grijpen, al rukken
de sterke vissen zich dan wel onmiddel
lijk los. Ook de meest geharde kotter-
vissers zijn onder indruk van de schoon
heid van deze stille, koele wereld. Vis
soorten die zij tot dusver alleen kenden
als onderdeel van de grauwe inhoud
van hun netten, zien ze hier in hun vol
le schoonheid Als je eenmaal een dood
gewone rode poon in levende lijve hebt
gezien, met zijn iriserende rode ep blau
we vinnen, vindt je het zonde om zo'n
beest te roken en op te eten. In en bui
ten het wrak wemelt het ook van de
noordzeekrabben; sommige duikers grij
pen er een paar om ze als trofee mee
naar boven te nemen.
Decompressie
De tijd vliegt om. Snel terugkeren
naar de oppervlakte is levensgevaarlijk
omdat zich dan stikstofbelletjes in het
bloed vormen. Dus wordt de zg. de-
compressietijd in acht genomen, wat in
houdt dat men heel kalmpjes omhoog
gaat, waarbij het ankertouw als nuttig
richtsnoer dient. Ruimschoots voordat
de luchtcylinders leeg zijn, is de opper
vlakte bereikt. Het dode tij is nu ook
voorbij, zodat zes uren op de volgende
gelegenheid moet worden gewacht.
Sommigen doden die tijd door in de
kooi te kruipen, anderen scharen zich
rond de koffietafel om elkaar te over
treffen in het enthousiaste beschrijven
van wat zij beneden hebben ervaren.
Het is bijna onthutsend om te zien hoe
een nuchtere kerel als Bien van der Vis
in alle toonaarden en haast lirisch uit
brult hoe geweldig het allemaal wel
was. Ménsen, wat was dét eindeloos!
Jonge, jonge, jonge!" Hoofdschuddend
zwijgt hij tenslotte. Woorden schieten
hier tekort. De reakties van de anderen
zijn identiek. Maar Biem van der Vis
blijft een echte Oosterender kottervis-
ser en niemand verbaast er zich dan ook
over dat hij voorstelt „oni maar eens
een trekkie te doen". Alsaf hij daar ge
durende zijn lange werkweek niet ge
noeg van heeft. Met één vistuig uit en
de kotter op de automatische piloot,
wordt een uurtje gevist.
Zeebanket
De vangst is bestemd voor onmiddel
lijk eigen gebruik. Iedereen helpt bij
het schoonmaken en respectievelijk
strippen van de diverse rond- en plat
vissoorten en intussen maakt Arie
Koopman, kok van de TX 4, op het com-
foor de olie heet. Hij kan het nauwelijks
aanbakken want het kersverse en ge
varieerde zeebanket laat zich bij ieder
een best smaken. Alleen de zeezieke
meisjes weigeren vriendelijk doch be
slist. De duikers zijn vol begrip.
Even makkelijk als de eerste keer
wordt na afloop van dit intermezzo het
wrak weer opgezocht en wordt op
nieuw gedoken. De mannen van het
duikgenootschap hebben een compres
sor meegebracht waarmee de luchtfles-
sen inmiddels opnieuw zijn gevuld, niet
met zuurstof zoals bijna iedereen denkt,
maar met gewone lucht die via een
soort schoorsteentje wordt aangezogen
om te voorkomen dat de uitlaatgassen
van het sputterende tweetaktmotortje
ook worden vergaard. Zuivere zuurstof
zou op grotere diepte een soort vergif
tigingsverschijnselen veroorzaken.
Op eigen benen
De weg terug naar Oudeschild gaat
via Den Helder om de overkantse dui
kers terug te brengen. Het duikgenoot
schap wordt door de Texelaars als een
soort moederclub beschouwd waaraan
men veel dankbaarheid is verschuldigd.
De eilandelijke duikclub tracht echter
zo snel mogelijk op eigen benen te
staan. Een eigen trainer heeft men in
de persoon van Flip Duinker, maar het
is de bedoeling nog drie trainers op te
leiden. Een stuk ervaring wordt ook
ingebracht door H. H. Molenberg die
voordat hij bij de politie kwam, duiker
was bij de marine. Op den duur kunnen
dan ook weer nieuwe leden worden
toegelaten. Er is animo genoeg. Een
goedkope sport is het niet, maar het is
beslist overdreven om te spreken van
een eliteliefhebberij die alleen voor du
re jongens is weggelegd. Het is waar
dat men voor een duikuitrusting ƒ500,
tot ƒ1500,kwijt is, maar hoeveel mi-
nimumloongenieters besteden zo'n zelf
de bedrag niet aan een bromfiets, ge
luidsinstallatie of kleurentelevisie?
HARRY DE GRAAF
H' Ig:
Het succesvolle optreden van de ama-
irduikers was mede aanleiding tot de
rming van een Texelse duikclub,
loral kottervissers hadden er veel be
stelling voor, niet alleen om er hun
laarse vrije tijd mee tc vullen maar
k omdat het wel eens voordelig zou
inen zijn om zelf in te grijpen als ze
zee een net of kabel in de schroef
ruard zou raken. Met het gevolg dat
wat de helft van de nu al geruime tijd
aktieve Texelse duikclub bestaat
issers. Dat is erg prettig want het
jde d tenslotte vissers die over schepen
ichikken waarmee ze naar interes-
ïte duikstekkies kunnen varen. Het
de duikers historische Russische
is onlangs weer eens opgezocht en
gebreid bekeken door zowel Texe-
ars als leden van het duikgenootschap.
verslaggever mocht mee om het
erverende speurwerk van nabij gade
slaan.
Dat betekende dat hij zaterdagoch-
id heel vroeg het nest uit moest, want
ipper Biem van der Vis had de hele
voor de expeditie uitgetrokken,
liken in de bijna altijd stromende
irdzee kun je niet op elk uur van de
Het wachten is op dood tij, tussen
en vloed. De stroom valt dan gedu
lde ruim een half uur geheel weg zo-
t rustig afdalen zonder overdreven
mogelijk is. Onze duikers wilden
g een tweede keer duiken en dat he
iende dus zes uur wachten op het
lgende dode tij.
Goed weer
Zoals zo vaak de laatste tijd is het
{MI ernaast geweest met zijn weer
licht. Inplaats van de voorspelde be-
ilking en toenemende wind is het ge
rende de hele dag vrijwel windstil
zonnig. Dat is maar goed ook, want
J ders was het hele feest niet doorge-
v Toch staat er een flinke deining.
Vlas, Zandstra, Betsema en
I leinhuis („Lammie") hebben duidelijk
f ebenen. Ze zijn erg serieus bezig met
in orde maken van hun duikuitrus-
Uw verslaggever heeft het moeilij-
Hij zig-zagt onbeholpen met zijn
over het dek, zich overal aan
Nog moeilijker hebben
meevarende meisjes het. Al een
half uur na vertrek uit Oudeschild zijn
ze hevig zeeziek en lozen in het Molen
gat hun maaginhoud in de golven.
Schone zee
Texel verdwijnt uit het gezicht. Het is
opvallend hoe schoon het zeewater hier
is. Het kristalheldere water weerspie
gelt de blauwe lucht; het boegwater van
den