DE BOL
belangrijk natuurgebied
O
Mercury,
de betrouwbare
Polder 't Noorden 100 jaar
ipfe
99
99
mp
Kluten zijn nog steeds
erg talrijk
„De Bol" fungeert
als overtijdingsplaats
Sa
NILFISK STOFZUIGER
tijdelijk ƒ429,
Electrohuis
Er is veel
ratelaar te zien.
Kommelt jesmarkt Oosterend
Zon, maan en hoog water
Braun scheerapparaat
Electrohuis
\Naletspo
Tweede blad Texelse Courant, vrijdag 14 mei 1976
aasSiSpewwWHlBE
p^fsjs
V.v
Wfcttt V
"Vi'
„Zuidwaarts van de Eendracht kwam ik op den grooten nieuwen
dijk van polder 't Noorden. Die was nog niet lang geleden droogge
maakt en lag er woest en verlaten, want de grond was nog niet
goed voor bebouwing geschikt. De mooie molen leek werkelijk
overtollig. Westwaarts kijkend zag ik niets dan een vlakte met groo-
te plassen en kreken en daartusschen hier en daar wat plukjes
grasland. Maar vogels! lieve hemel wat een vogels. Ze liepen in de
kreken, stonden te dutten langs de oevers, zaten in het gras en
vlogen her en der. Het was een gejodel van Tureluurs, een ge
schreeuw van Scholeksters en geroep van Kluten, tierelieren van
Leeuweriken en Piepers en zoowaar ook al gekrijsch van Visch-
diefjes, de eerste, die waren aangekomen en die spoedig door nog
duizenden zouden worden gevolgd. Men meende toen in 1890, dat
de droogmaking van deze polder op een mislukking zou uitloopen
en dat men liever de oesterbanken had moeten behouden. Maar
als vogelland was die plek onovertreffelijk en alleen wie in die jaren
het Noorden gezien heeft kan gelooven hoe wonderrijk en talrijk
zelfs bij ons in Nederland een vogelvestiging kan zijn".
Het zijn de woorden van dr. Jac. P.
Thysse, die Hij neerschreef in het Ver-
kade-album over Texel. Hij was een
groot deskundige en zijn beschrijving
van polder Het Noorden en „De Bol"
grenst aan de lyriek. Dat betekent
nogal wat.
We leven nu 86 jaar later. De lot de
verbeelding sprekende tocht van dr.
Thijsse langs „de Bol" hebben we op
nieuw gemaakt. Het Verkade-album na
men we mee, en vogelwachter Gerrit
Boot was onze gids.
Boot is opzichter van de „Vereniging
tot Behoud van Natuurmonumenten in
Nederland". Hij oefent hier het toezicht
uit, inventariseert en is verantwoorde
lijk voor het onderhoud van dit unieke
gebied De vereniging die Gerrit Boot
vertegenwoordigt is eigenaresse van „de
Bol" Het werd aangekocht in 1937 en
dat werd mogelijk gemaakt door be
moeienis van de heer J Drijver, destijds
de Texelse secretaris van de vereniging
Drijver (auteur van het boek Texel, het
vogeleiland") organiseerde in de 30er
jaren een geldinzameling waardoor dit
natuurmonument kon worden aange
kocht.
Het is sinds die tijd nog belangrijk uit
gebreid en in 1955 werd besloten de
naam van de heer Drijver aan „de Bol'
te verbinden Het heet nu voluit: „Drij
vers Vogelweid De Bol".
We slaan het album van dr. Jac P
Thijsse weer op en gaan in gedachten
even terug naar het jaar 1890.
,,'t Is altijd de moeite waard, om eens een
hadf uurtje of langer door te brengen op
dien hoogen Slaperdijk bij den polder het
Noorden. Natuurlijk hebt ge er nog meer
aan, wanneer ge beschikt over een goeden
verrekijker'schrijft Thijsse.
We volgden zijn raad op en staan uit
te kijken op de zelfde hoge slaperdijk.
„We hebben den molen en den molenpias
vlak voor ons en ook de breede Kreek, die
westwaarts gaat. Daarlangs lopen altijd wel
een pair Kluten rond en als we scherp toe-
De aard van de vogelbevolking is
toch wel iets veranderd, in vergelijking
met de tijd (1889 - 1892) dat Thijsse op
Texel onderwijzer was. Die verandering
is echter niet in negatieve zin
Boot: „Je vindt hier tegenwoordig
nogal wat kieviten en tureluurs. Zo'n 70
nesten ongeveer van ieder, en scholek
sters natuurlijk daarvan heb ik nu onge
veer 50 nesten gevonden".
De oppervlakte van „de Bol" bedraagt
60 hectare Het is daarmee qua grootte
het vierde natuurreservaat aan de Wad
denzeekust Waalcnburg, de Schorren en
het gebied bij Dijkmanshuizen zijn gro
ter.
De Kreek waar Thijsse in zijn boek
over schrijft heet nu „Buitenzwin" en
de molenpias „Molenkolk".
Het water is er brak, en het is er niet
zo diep maar wel erg modderig De enige
vissoort die er te verschalken is is pa
ling en in de aan het reservaat grenzen
de kolk komt de kornaarvis wel voor
die hier zijn paaiplaats heeft Het is de
laatste groeiplaats van zeegras in het
zuidelijk Waddengebied.
Als we er langslopen schieten uit de
rietkragen talloze waterhoentjes, een
den en meerkoeten tevoorschijn. Ze ko
men hier massaal voor.
„Het is een erg rijk gebied, wat vogels
betreft", zegt Boot. „Er komen hier ook
nogal wat trekvogels. Siberische rotgan
zen bijvoorbeeld, daar is „de Bol" om be
kend", voegt hij er aan toe.
De wind waait vandaag uit het wes
ten en het water van het Buitenzwin
kabbelt aan onze voeten
„In het voor- en najaar fungeert „de
Bol" als overtijdingsplaats", zegt Boot.
We kennen het woord niet en vragen
wat het inhoudt. Het blijkt te betekenen
dat vooral rose grutto's, wulpen en rot
ganzen die op het Wad naar voedsel zoe
ken, hier tijdens hoogwater hun domici
lie hebben. „Steltlopers dus... vra
gen we en krijgen een bevestigend ant
woord.
„Nu willen we verder gaan. In weinige
minuten staan we op den eigenlijken Wad-
denzeedijk en nu gaat het Noordwaarts. Aan
onze rechterhand strekt de wijde Waddenzee
zich uit. Die is hier heel ondiep, ligt bij
laagwater over grote uitgestrektheid droog,
alleen een paar geulen blijven water honden
en daarin liggen dan ook meestal enkele
scheepjes Verder staat de bank vol met
eigenaardige groepen van stokken en staken,
die beduiden botnetten of palingfuiken. Heel
Gravure van de dijkbreuk bij Oost (de Douk) op 15 november 1775.
De beroemde
zien, bespeuren we ook wel de broedende
Kluut of zien we, wat nog wel zo aardig is,
een familie van jange Kluutjes wandelen
langs den oever of zwemmen in het water
van de Kreek".
Dan zijn we weer in het heden en
Boot zegt:
„Kluten zijn nog steeds erg talrijk. Er
broeden zo'n 45 paren op dit moment in
„de Bol". Andere vogels waar Thijsse
over schrijft zijn helaas vrijwel verdwe
nen. Grote sterns kom je helemaal niet
meer tegen. Zilvermeeuwen, kraaien en
kiekendieven zo af en toe nog wel eens,
maar dat is ook een zeldzaamheid ge
worden".
We staan nu op de kruin van de oude
slaperdijk die de grens vormt tussen het
oude Texel en het natuurgebied. Ergens
hier was in 1775 een rampzalige dijk
doorbraak.
Links achter ons is de tegenwoordige
„Douk", een boerderij waar omheen
vroeger hoge bomen stonden. Ze zijn nu
weg, omgehakt en opgestookt in de cri
sistijd en de oorlogsjaren.
We bekijken het uitgebreid.
,,'t Is, geloof ik, nog dc enige van dit
soort en deze leeftijd in Nederland".
Er landt inmiddels een meeuw op het
hek boven het antieke sluisje We kijken
er naar
„Het zou erg jammer zijn als hij ge
sloopt wordt, maar het ziet er nu wel
naar uit. De veiligheid van het eiland
gaat voor en de dijk moet verhoogd wor
den".
We moeten het beamen, dat zou in
derdaad erg jammer zijn.
In de verte blijkt het nevelig boven
de Waddenzee. We hebben geen geluk
met het uitzicht, en Friesland is niet te
zien vandaag. Zelfs Vlieland valt bui
ten ons gezichtsveld.
De andere kant van de dijk ziet uit op
de molen van 't Noorden. Hij is pas ge
restaureerd en men is van plan hem
weer te laten draaien ter gelegenheid
van het 100-jang bestaan van de polder.
We horen water door het sluisje naar
buiten stromen. Het is eb. Enkele auto's
passeren over de smalle weg die op de
kruin van de dijk ligt. Dan staan we
tussen het riet aan de oever. We vragen
of hier veel speciale plantengroei is in
verband met de brakheid van het water.
„Nogal", zegt Boot. Dan steekt hij van
wal.
„Je hebt hier de harlekijnorchidee en
vooral de breedbladige orchidee groeit
hier veel. „Dc Bol" is in dat opzicht de
dichtste vindplaats van Nederland. Ze
bloeien massaal in de tweede helft van
mei. Verder zijn er in deze tijd veel
koekoeksbloemen en pinksterbloemen.
Dat zijn planten die geen kunstmest
kunnen verdragen.
O ja, en dan is er nog Rodeogentroost,
dat groeit op zoutige plaatsen. Er is veel
ratelaar te zien
Ook in botanisch opzicht is „de Bol"
nog immer een erg belangrijk gebied.
We horen dat vooral door de beperkin
gen bij het landbouwkundige beheer, de
plantengroei zich erg gunstig ontwik
keld heeft.
Het is een gebied geworden waar je
niet uitgekeken raakt als je er oog voor
hebt en erg behoedzaam te werk gaat
om toch vooral niets te vernielen.
Dr. Jac. P. Thijsse zag het al 86 jaar
geleden, toen hij schreef
en we gevoelen de aanblik als veel
en veel mooier, omdat wij hier de dingen
zien in echte werkelijkheid in de vrije en
frisse natuur (H
-f
i
foto Nol Bins bergen -f-
in de verte zien we de duinen van Vlieland
en bij zeer helder weer lukt het ook wel om
ver naar rechts iets te zien te krijgen van de
Friese kust. We moeten toch nog eens even
afstappen bij het uitwateringssluis je van den
Polder 't Noorden".
De Waddenzeedijk waarop we nu lo
pen is erg smal, en het sluisje is nog
steeds hetzelfde als in de tijd van Thijs
se. Er hangt een lucht van verse teer
boven het zilte water.
„Het is een uniek ding", zegt Boot.
Hij wijst op de sluisdeuren als we af
gedaald zijn over de kinderkopjes van
de dijkvoet aan de kant van het Wad.
„Het is een heel simpel systeem", legt
hij uit. „Als het eb is in de Waddenzee
en het water van „de Bol" en polder 't
Noorden heeft een hoger niveau, dan
openen de deuren zich door de druk. Als
dan de vloed weer opkomt sluit het ge
wicht van het zeewater sluit de deuren
weer".
OPROEP BEWONERS 'T NOORDEN
Het organiserende comité van de fes
tiviteiten rond polder 't Noorden ver
zoekt degenen die zich opgegeven heb
ben voor de feestavond van 21 mei a.s.
zo spoedig mogelijk hun betaling te
storten. Het nummer waarop dit dient
te gebeuren is Rabobank t.n.v. Bestuur
Polder 't Nooiden 100 jaar.
Op donderdag 20 mei zullen er weer
rommeltjes opgehaald worden voor de
traditionele „rommeltjesmarkt" in Oos
terend. De baten ervan zijn voor diverse
organisaties bestemd.
Voorafgegaan door het plaatselijke
muziekkorps Excelsior zal een vracht
wagen langskomen om alle voor de
markt beschikbaar gestelde spullen op
te halen. Omstreeks 19 30 uur komt men
in Oost en daarna maakt men een rond
gang door Oosterend (ongeveer 20 00
uur).
Alles kan gebruikt worden en het or
ganiserende comité rekent op ieders me
dewerking
De zon komt 16 mei op om 4.44 uur en
gaat onder om 20.30 uur, 19 mei op om
4.40 uur en onder om 20.33 uur.
Maan: 20 mei L.K.; 29 mei N.M.
Hoog water ter rede van Oudeschild:
8.59 en 21.25
9.38 en 22.04
10:17 en 22.39
10.56 en 23.11
11.34 en 23.42
12.09 en
0.12 en 12.46
0 49 en 13.32
1.40 en 14.32
van 89,voor 69,
o
Op het water vindt
U ruimte. En de
Mercury buitenboordmotor brengt U
waar U wilt. Zuinig erf veilig.
Ga gelijk eens kijken bij Uw'erkende
Mercury Dealer. Die zit dichtbij.
Vrijdag 14 mei
Zaterdag 15 mei
Zondag 16 mei
Maandag 17 mei
Dinsdag 18 mei
Woensdag 19 mei
Donderdag 20 mei
Vrijdag 21 mei
Zaterdag 22 mei
Aan het strand is het ongeveer een
uur eerder hoog water.
Laag water valt gemiddeld 6.15 uur
na hoog water.
Van 4 tot 175 pk.
BarendszstJ'
Teietoon 0