Mag veerdienst middel zijn om
dagjesmensen tegen te houden?
„VADERS TWEEDE VROUW"
Commissie voor recreatie
en natuurbehoud stond
voor^ gewetensvraag
Geen wijziging
NRC-expositie
FEUILLETON:
TOON SMIDT
Toneel in Zuid-Eierland
Cineast Van Dijk
vertoont film
Subsidie voor verenigingen
Tweede blad Texelse Courant, dinsdag 15 februari 1977
Recreanten die voor één dag met de auto naar Texel gaan, voelen er wei
nig voor om urenlang in de rij te staan wachten want er blijft dan haast geen
tijd meer over Het staat daarom vrijwel vast dat het aantal dagiesmensen
op Texel aanmerkelijk zal toenemen als de capaciteit van de veerdienst veel
groter wordt. Deze dagjesmensen vormen een oncontroleerbare belasting
voor het milieu en de openbare voorzieningen van Texel, temeer daar zij zich
veel „mobieler" gedragen dan verblijfsrecreanten. Omdat ze niet op het
eiland slapen en er nauwelijks eten zijn ze bovendien zakelijk niet interes
sant; ze vormen zelfs een bedreiging van de kwaliteit van Texel als eiland
#00r verblijfsrecreanten. De enige manier om de komst van dagjesmensen
binnen de perken te houden is: de capaciteit van de veerdienst NIET rigo-
reus vergroten.
De voor- en nadelen van deze „kraan-
funktie" van de veerdienst waren don
derdagavond uitgebreid onderwerp van
discussie tijdens de vergadering van de
commissie voor recreatie en natuurbe
houd. Opmerkelijk daarbij was dat wet
houder Jook Nauta (voorzitter van de
commissie) niet bepaald afkerig bleek
van het reguleren van het dagbezoek
door gebruik te maken van biet al te
grote boten. Ook Daan Welboren (Pakt)
en Adnaan Dijksen (Werkgroep Land-
schapszorg) voelden voor het gebruik
van de veerboten als kraan omdat zij
meenden dat er geen ander middel was
om de kwaliteit van Texel te waarbor
gen.
Valt mee
Zij kregen weerwoord van Joop Kik
kert (Horeca en Horecaf) die van me
ning was dat het met de extra toeloop
van dagjesmensen best zou loslopen.
Ook bij de capaciteitsuitbreiding die
TESO voorstaat zullen d^ boten in het
hoogseizoen helemaal vol zijn, zodat al
leen in voor- en naseizoen van overca
paciteit sprake is. In die periode vor
men de extra dagjesmensen geen gevaar
want dan is er ruimte genoeg op het
eiland. Kikkert vond het onaanvaard
baar de wachttijden kunstmatig in stand
te houden omdat de hele eilandelijke
economie daarvan financiële schade
ondervindt.
De discussie over dit onderwerp was
op initiatief van Nauta op de agenda ge
zet in verband met de op handen zijnde
gemeentelijke beslissingen over de veer
dienstcapaciteit. Het gemeentelijke be
leid (maar ook dat van de hogere over
heden) is er altijd op gebaseerd geweest
dat Texel moet worden ontwikkeld als
gebied voor verblijfsrecreatie. De vraag
of het rechtvaardig is dagjesmensen
van het eiland „weg te houden" kon dus
niet aan de orde zijn.
Welboren benadrukte het onlosmake
lijke van het een en het ander: wie
Texel wil houden zoals het is, móet de
kraanfunktie van de veerdienst gebrui
ken. Texel heeft zijn kwaliteit en aan
trekkelijkheid in de eerste plaats aan
zijn eilandkarakter te danken. Door een
veerdienst met een niet onbeperkte ca
paciteit blijft het karakter min of meer
in stand. Welboren vond dat TESO (die
hij overigens graag door een overheids-
maatschappij vervangen wilde zien) veel
te hardnekkig blijft denken aan dub
beldekkers als enige oplossing van het
vervoersprobleem. Hij erkende dat er
wel „iets" moet gebeuren, maar volgens
hem worden alternatieven veel te vlot
terzijde geschoven.
Ruimtelijk kader
Kikkert bleef van mening dat de
overheid de veerdienst niet mag gebrui
ken voor dergelijke regulenngsdoelem-
den. Voor Nauta stond dat allerminst
vast: ook de provincie is van mening dat
de veerdienst moet werken binnen het
vastgestelde ruimtelijke kader. Dat is
niet zo vreemd: ook door middel van het
wegenbeleid wordt de toeloop naar be
paalde delen van Nederland gestimu
leerd of afgeremd. Volgens Kikkert ging
die vergelijking mank want die gebie
den m Nederland zijn ook via een ande
re kant bereikbaar. Dijksen herinnerde
eraan dat een beperkte veerdienst niet
zozeer de dagjesmensen tegenhoudt,
maar wel hun auto's. Als de mensen op
de fiets komen ondervinden ze geen en
kele belemmering, zelfs niet bij de hui
dige veerdienstcapaciteit. Hij reageerde
hiermee op de opmerkingen van Wim
Timmer dat het onrechtvaardig is de
dagjesmensen te weren en daardoor te
discrimineren Ben Paagman dacht dat
het met de toeloop van dagrecreanten
wel zou loslopen. Texel ligt voor de
meesten niet naast de deur; ze moeten
ook nog een eind over de weg. Dagjes
mensen kunnen alleen worden geweerd
als Texel een onafhankelijke staat is ge
worden Kikkert tenslotte bracht in her
innering dat alleen capaciteitsvergro
ting zoals TESO wil, zal leiden tot ver-
voerstarieven die niet of nauwelijks ho
ger zijn dan de huidige. Alle andere op
lossingen zijn economisch minder gun
stig.
Capaciteitscijfers
Thans hebben ook een wethouder
(Nauta) en een raadslid (Welboren) in
het openbaar gezegd dat voor het ver
strekken van logies met ontbijt in de
toekomst wellicht een vergunning nodig
zal zijn. Het is de konsekwentie van het
huidige recreatiebeleid dat erop is ge
richt het aantal slaapplaatsen op het
eiland beneden de 47.000 in 1985 te hou
den. Als men enerzijds de rem erop zet
(bungalows, kamperen) kan men ander
zijds geen ongecontroleerde groei toe
staan. Als de koek op is, moet dat voor
alle logiesverstrekkers gelden.
In een Texelse Courant-commentaar
had gestaan dat alleen raadsleden die
niet herkozen willen worden, voor een
dergelijke regeling zullen stemmen.
Nauta („Het is mijn persoonlijke me
ning") en Welboren stelden echter dat
zij zich hierdoor niet zouden laten af
schrikken Maatregelen om de ontwik
keling binnen de perken te houden hoe
ven helemaal niet impopulair te zijn.
Discussie hierover ontspon zich naar
aanleiding van de onlangs door de ge
meente gepubliceerde toeristische capa
citeitscijfers. Zoals bekend bleek uit de
telling dat er praktisch geen speelruim
te meer is. De berekening van de ge
meente verschilde vrij sterk van de eer
der gemaakte inventarisatie door de
Werkgroep Landschapszorg. Deze was
tot de konklusie gekomen dat er enkele
duizenden bedden méér zijn. Adriaan
Dijksen twijfelde aan de betrouwbaar
heid van de gemeentelijke cijfers en
vond de bevindingen van de werk
groep een betere basis. Hij plaatste een
groot aantal vraagtekens: hoe is het
aantal vreemde auto's bepaald (volgens
hem waren het er méér dan de genoem
de 9.355 stuks); hoe is het percentage
mensen berekend dat per auto reist en
hoe kan men de gemiddelde groeps
grootte hebben vastgesteld hoewel daar
over na 1972 geen cijfers meer beschik
baar zijn gekomen? Landschapszorg had
eenvoudig een optelsom gemaakt van
alle aanwezige bedden door eigen waar
neming. Verder had hij een merkwaar
dige ontdekking gedaan: Uit vergelij
king van de in het recreatiebasisplan
genoemde logiesgelegenheid op Texel
met de jongste gegevens zou geconclu
deerd moeten worden dat de beddenca
paciteit op half Texel aanmerkelijk is
teruggel openDijksen achtte dat hoogst
onwaarschijnlijk. Waarschijnlijker is dat
de bedden uit de officiële registratie
zijn verdwenen. Een en ander had de
werkgroep doen twijfelen aan de door
de gemeente geproduceerde cijfers. Nau
ta bracht daar tegenin dat de gemeente
heeft gewerkt met drie informatiebron
nen die elkaar steeds bleken te beves
tigen. Overigens verschillen de bevin
dingen minder dan op het eerste gezicht
lijkt. Landschapszorg heeft per bungalow
gemiddeld één bed méér geraamd. Ver
der lopen de cijfers aardig parallel.
Daan Welboren achtte de gemeentelijke
telling objectief. Landschapszorg bekijkt
de zaak door een bepaalde bril en zal
ongewild in een bepaalde richting wer
ken, vond hij.
Ei van Columbus
TESO houdt zeer nauwkeurig het
aantal „vreemde" auto's op Texel bij.
Door er vanuit te gaan dat in november
of februari géén toeristische auto's op
het eiland zijn, wordt gedurende de rest
van het jaar steeds opgeteld en afge
trokken waardoor bijv. bekend is dat
het aantal auto's in de drukste periode
van het afgelopen seizoen nog onder de
10.000 lag. Gezien de discussie over hoe
veel mensen er nu precies op Texel
verblijven, stelde Wim Timmer voor om
op soortgelijke wijze het aantal recrean
ten op Texel vast te stellen. Op een een
voudige manier weet men dan precies
wat er aan de hand is.
NRC
De commissie had er geen behoefte
aan dat de expositie in het Natuurrecrea-
tiecentrum wordt gewijzigd. Dit was
enigszins verrassend na de (schijnbaar)
vrij algemene kritiek op de wijze waar
op in het centrum de desastreuse in
vloed van de moderne agrarische be
drijfsvoering en de recreatie wordt
voorgesteld. Wel werd de wens geuit
dat het educatieve element in de
expositie nog meer naar voren moet ko
men. In dit verband sprak vooral Wim
Timmer behartenswaardige woorden.
Hij vond dat duidelijk moet worden ge
maakt dat de boer gedwongen is op de
gewraakte wijze zijn bedrijf uit te oefe
nen omdat het publiek nu eenmaal ver
langt dat er veel voedsel voor een lage
prijs moet worden geproduceerd. De
boer treft geen schuld maar onze con
sumptiemaatschappij in het algemeen.
Een feit is dat de meeste boeren hele
maal niet zo blij zijn met de moderne
methoden en over het algemeen is men
ook gaarne bereid te werken met min
der giftige middelen e.d Het schokef-
fekt dat van sommige voorstellingen
uitgaat vond Timmer niet zo verschrik
kelijk, al achtte hij een boer met een
gasmasker op wel erg overtrokken. Dat
komt nl. in de praktijk niet voor. De
lelijke ruilverkavelingsboerderij is er in
werkelijkheid wél en mag dan ook best
als vergelijking met iets rustieks wor
den getoond.
Slecht
Voorzitter Nauta en secretaris W.
Stam hadden om deze discussie op gang
te brengen een nota gemaakt waarin
(zie krant van dinsdag j.l.) voorbeelden
waren genoemd van extreme steil ingna-
me en aanbevelingen werden voorge
steld voor wijziging. Adriaan Dijksen
had voor deze discussienota weinig goe
de woorden. Ook hij vond dat de verge
lijkende foto's mank gingen, maar dan
in heel andere zin: het verschrikkelijke
niniiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiliiliiiiliiliillilillllliliiililiiilliiiiiiiiiiilitliHlliiint
(02220)
I Voor al Uw vervoer per taxi.
1 Speciaal zittend zieken-
vervoer.
luiiniüuiiiiuiiuiiiiKiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiii
van de huidige situatie is niet erg ge
noeg voorgesteld. De gewraakte vracht
auto op het eens zo mooie kruispunt bij
de Dooieman hoor je niet, je ziet de op
vallende kleuren niet en je ruikt ook de
uitlaatgassen niet
Dat het Texelse landschap voor 1900
weinig aantrekkelijk zou zijn bestreed
Dijksen met stelligheid. Het bos mag
dan mooi zijn, maar er is iets veel mooi
ers en zeldzamers door verloren gegaan:
natte duinvalleien met een schat aan
planten en vogels en een bron op de
fontcinsnol. Het natuurareaal is wel de
gelijk kleiner geworden: het AOK met
zijn schietbanen, het als waterwingebied
gebruiken van de duinen bij Den Hoorn
waardoor het daar nog steeds veel te
droog is, het gebruik van een lage duin
vallei als vuilstortplaats en de grote
kampeerterreinen van de RST. Verder
is sprake van ernstige verstoring en ero
sie van de duinen. Het maken van bun
galowdorpen naast de Muij en de Sluf
ter zijn planologische blunders geweest.
Het Texelse landschap is nog nooit zo
onnatuurlijk geweest als nu.
Dijksen vond dat de Texelaars zich
helemaal niet op de borst hoeven klop
pen omdat zij zulke goede natuur- en
milieubeschermers zouden zijn. Met het
signaleren van uitwassen zou een hele
zaal van het NRC gevuld kunnen wor
den. Dijksen vond dat Staatsbosbeheer
en de Stichting Texels Museum (de
partners die in het NRC samenwerken)
helemaal geen aanbevelingen nodig heb
ben en hij distancieerde zich dan ook
van adviezen die in deze nchting zou
den gaan.
Kabelbaan
Burgemeester en wethouders zijn nog
steeds tegenstander van de kabelbaan
in De Koog, zei Jook Nauta desge
vraagd Het negatieve standpunt van de
commissie ruimtelijke ordening en het
positieve standpunt van de commissie
voor recreatie en natuurbehoud hebben
elkaar dus blijkbaar gecompenseerd.
EXERLAND De toneelclub Zuid
Eierland zal vrijdagavond 25 februari
in de kapel het stuk „Het begon in Mon
te Carlo" opvoeren. Het blijspel stond
vorig jaar al op het programma maar
de uitvoering werd toen afgelast in ver
band met tragische omstandigheden in
de familie van een der medespelenden.
De cineast Jo van Dijk zal vrijdag
avond a.s. voor de afdeling Texel van
de Plattelandsvrouwen de film „Het II-
perveld" vertonen. Deze rolprent is ge
weid aan het grootste natuurreservaat
van „Het Noordhollandse landschap":
veel water, moeras en rietvogels zijn er
in te bewonderen maar ook de mens
als boer en visser is niet vergeten.
Deze filmavond is ook toegankelijk voor
mtroducees a ƒ2,50 per persoon. Als toe
gift vertoont Jo van Dijk een film die
hij in 1953 over Texel maakte.
Verenigingen die het echt nodig heb
ben kunnen een beroep doen op de ge
meentelijke subsidiepot. De Stichting
Cultureel Werk heeft de aanvraagfor
mulieren verstuurd aan mogelijk geïn
teresseerde verenigingsbesturen. De for
mulieren moeten uiterlijk 1 april a.s. op
de afdeling culturele zaken van het
raadhuis zijn ingeleverd. Verenigingen
die menen wellicht voor subsidie in aan
merking te komen maar geen formulier
hebben gekregen kunnen dit op hetzelf
de adres afhalen.
DOOR GERRIT FRANSSEN
14. 's Morgens werd ze opnieuw wak
ker door de zon in haar gezicht Op haar
horloge kijkend zag ze, dat het bij ach
ten was. Mens, wat heb ik geslapen! Ge
woon schandalig, dat ik nog in bed lig.
Gehaast sprong ze er uit en begon zich
aan te kleden. Straks een emmer water
mee naar boven nemen, zodat ik me eens
helemaal kan wassen. Geen douche en
geen bad is toch wel erg primitief. Ik
voel me vies en daarom ga ik me straks
wassen. Er komen hier toch nooit men
sen langs, dus kan ik het ongestoord
doen.
Beneden keek ze naar de tafel. Dirk
had al gegeten en was dus weg. Ze had
hem niet horen gaan. Zo vast heb ik dus
geslapen. Ik slaap hier ook veel beter
dan thuis.
Ze had honger, schonk zich koffie in
en sneed brood, waarna ze ging eten.
En passant vulde ze een ketel onder de
pomp en zette die op het fornuis, waar
op ze meteen wat hout gooide, zodat het
vuur oplaaide. Terug bij de tafel bekeek
ze het spek. Gek, dacht ze, ik heb elke
morgen hier toch een razende trek en
brood met spek vind ik ook ineens lek
ker. Thuis hadden we nooit spek; dat
at je toch met! Ja, waarom eigenlijk
niet? Het is op bruinbrood hardstikke
lekker. En ik kan hier etenZou dat
allemaal van de lucht komen? Is die zo
gezond? Het moet haast wel. Of is het
van het ongewone werk, dat ik doe? 't
Kan ook van beide zijn.
Terwijl ze met smaak at, zocht ze in
het radiootje naar muziek en dronk kof
fie. Ik ben er al aan gewend boeren-
koffie te drinken, dacht ze. En het valt
reuze mee. Het is blijkbaar maar, wat je
gewend bent.
Na het eten waste ze de vaat en borg
alles weer weg, waarna ze de kamer
aan kant maakte. Vervolgens ging ze
met een emmer warm water naar bo
ven en waste zich van top tot teen. Dat
gaf haar een prettig gevoel en daarna
hulde ze zich in het nieuwe ondergoed,
waarover de overall aangetrokken werd.
Beneden gooide ze het vuile water weg
en liep even buiten rond. De hond volg
de haar. De koe graasde zonder op te
kijken. De vrouw haalde het droge was
goed van de lijn. Straks eens kijken of
er een strijkijzer is, maar dat zal wel
niet. Wat draagt die man zondags eigen
lijk? Ik heb enkel van die geruite boe
zeroens gezien en voor zover ik heb
kunnen nagaan, heeft hij maar één be
hoorlijke broek, waarmee hij zich zon
dags kan vertonen.
Ze zag een eekhoorntje op het gras.
Het dier keek haar een paar seconden
met zijn kraaloogjes aan en klauterde
toen vliegensvlug langs de stam naar
een veiliger plaats in de takken. Gut,
wat leuk! Zo had ze het nog nooit ge
zien. Vanavond eens vragen of er in het
bos ook herten zijn. Of wilde zwijnen.
Maar Beer waarschuwt me wel als er
onraad is, dus ik hoef me eigenlijk ner
gens druk over te maken.
Maar toen ze terug liep naar huis,
dacht ze met een schok aan haar eigen
verfromfraaide en niet meer schone
jurk. Die kan ik vandaag wel wassen en
is morgen droog, maar hoe strijk ik hem
toonbaar? Dat wordt een probleem. En
wat doet Dirk op zondag? Gaat hij met
de auto naar de kerk in het dorp? Hoe
ver was dat ook alweer van hier.
Die eerste morgen, nadat ze hier gesla
pen had, zei hij het, maar ze wist het
niet meer. Was het geen vijf kilometer?
En hoe heette dat dorp? Heeft hij een
naam genoemd? Hij had het over een
weg doortrekken van Vriezen veen naar
Langeveen.Waar ligt Vriezenveen?
Op school was ze niet zo wild op aard
rijkskunde. Nederland noch daarbuiten.
Ze had andere interesses. Ergens in haar
achterhoofd schemerde iets van een
rijtje namen, dat ze had geleerd: Vrie
zenveen, Vriezenveen.paste dat niet
ergens in een rijtje met Almelo? Van
avond toch eens vragen welke grote
plaats er in de buurt ligt.
Tijdens het koffiedrinken dacht ze nog
steeds over Dirk na. Ik denk niet, dat
hij godsdienstig is, want hij bidt en
dankt niet voor en na het eten. Een bij
bel heb ik evenmin in huis gezien, net zo
min als een kruis of iets dergelijks. Ik
ben nieuwsgierig of hij zondags ook in
zijn werkgoed blijft rondlopen of de hei
gaat ontginnen. Maar zondags wil ik
toch wel anders leven, anders is er he
lemaal geen verschil meer met de werk
dagen. Ik ga dan wat lezen of een klein
eindje wandelen met Beer.
Na het koffiedrinken kreeg ze weer
een schoonmaakbui. Omdat ze nu altijd
een ketel water op het vuur had staan,
kon ze vrijwel meteen beginnen. Ze be
keek de wanden. Die waren eens behan
gen, maar welke kleur dit behang had
gehad, was niet meer te onderscheiden.
Bovendien hing het zowat aan iedere
wand aan flarden Het ergerde haar al
van de eerste dag af en daarom begon ze
te boenen. Met heet zeepwater. Al spoe
dig zag ze het resultaat. Onder het be
hang bleek een witte muur te zijn, die ze
schoon kreeg. Tevreden knikkend ging
ze vierder. Wit maakt de kamer ook lich
ter, en dus vrolijker. En als het Dirk
niet aanstaat, kan het altijd opnieuw
behangen worden.
Ze werkte tot over énen. Toen voelde
ze trek en was moe. Maar ze had een
groot gedeelte van een der buitenwan
den schoon, wat haar een zekere voldoe
ning schonk.
Na het broodeten werd ze slaperig.
Het is hier in de kamer ook altijd zo
warm met dat fornuis. Wat moet dat,
als het dertig graden wordt van de zo
mer? Dan is het hier binnen niet meer
om uit te houden. Ze pakte de grote
leunstoel, waarm nog niemand gezeten
had zolang zij hier was en sleepte die
naar buiten. Met een paar kussens, die
ze van boven haalde, maakte ze het zich
gemakkelijk. De hond was bij haar ge
komen en zat haar aan te kijken. Els
had een zonnebril op; misschien vond
het dier dit vreemd. Maar tenslotte ging
hij liggen met zijn kop op de voorpoten.
De vrouw doezelde langzaam weg. Dit
hier is een paradijsje in het klein. Vre
dig, zonder auto's, gezonde boslucht,
rustig. Niemand lette op je doen en la
ten, want er is niemand. Enkel de koe
en een hond. Om je heen het bos. Mis
schien 's winters, als het vroeg donker
is en laat licht, een beetje griezelig. Och,
als je jaar en dag hier woont, zul je
daar ook wel aan gewend raken, veron
derstelde ze. Ja, vanavond aan Dirk vra
gen of er wild is in dit bos. Mij dunkt,
als er werkelijk wilde zwijnen zijn, zou
Met een schok werd ze wakker. Ge
schrokken knipperde ze met haar ogen
en moest zich een paar seconden reali
seren, waar ze was en waarom. Maar
toen ze de zware voorpoten van de hond
op haar knieën voelde, wist ze het weer:
ik ben in slaap gesukkeld, maar het was
warm. Vandaar.
De hond had nog steeds zijn voorpo
ten op haar en keek de vrouw aan. „Is
er wat?" vroeg ze. Ben ik soms ergens
wakker van geworden, waarvoor de
hond me wil waarschuwen? Ze luisterde
even en meende nu ook geluiden te ho
ren. Kwam het niet van de achterkant
van het huis?
De hond was al weg. Ze volgde hem.
En toen ze de hoek om was, zag ze een
tafereeltje, waarvoor ze getroffen bleef
staan. De hond keek de vrouw aan, alsof
hij wilde vragen: vind je het goed of
moet ik ze wegjagen? Maar Els keek
vertederd toe: een vrouwtjesever met
enkele jongen scharrelde rond op het
erf, op zoek naar etensresten. Drie klei-
tjes wroetten op de mestvaalt; de moe
der keek enige tijd wantrouwend naar
de hond en het mens, maar omdat bei
den blijkbaar geen kwaad in de zin had
den, schommelde ze met haar kleintjes
verder. Wat jammer, dacht ze, dat ik
mijn fototoestel niet bij me heb: dit zou
even een paar mooie plaatjes opleveren?
in wijde omgeving geen bos? Laat staan
je toch wel eens een verdwaald dier in
de laar zien. Of zijn die dieren zo schuw,
dat ze het huis niet durven naderen? Ze
wist het niet, omdat ze er nooit belang
stelling voor had. Bij ons is er immers
heide. Enkel huizen en weiland. En wa
ter. Vooral veel water. En dat is hier
helemaal niet. Aan een bootje heb je
hier niks. Maar een fiets zou ideaal zijn.
Kon je tochten maken, dwars door het
bos, maar je moet dan wel een beetje de
weg weten, anders bestaat de kans, dat
je verdwaalt.
(wordt vervolgd)