Wie weet meer over „Vliegend Fort"?
lerR
Een illusie armer"
KRUISWOORDPUZZEL
voor al Uw lamlliedrukwerK
v/h Langeveld de Rooy ö.v.
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
JILLETON
IDAG 12 ME11978
TEXELSE COURANT
PAGINA 13
als in de Texelse Courant van 6
ari j.l. te lezen stond houd ik mij
gn met W. Kalkman uit Den Hel-
ïezig met de opstand der Geor-
in april 1945. Zoals in eerder ge-
■nde krant viel te lezen zal ons
in 1979 bij de Walburg Pers te
hen verschijnen.
:t ligt in de bedoeling dat in het
in het kort ook de oorlogsgeschie-
van Texel vóór de Russenopstand
It belicht.
Luchtoorlog
n van de aspecten van die oorlogs-
hiedenis is de luchtoorlog boven
ilVorig jaar, 24 mei 1977, stond in
èxelse Courant een artikel over de
idese oud-oorlogsvlieger Gerald S.
on die na 34 jaar naar Texel terug-
je. Tijdens mijn onderzoek stootte
3 een dagboeknotitie van ene S.
der, mij helaas verder onbekend,
notitie heb ik met behulp van een
malig onderduiker tot het volgende
aal kunnen smeden.
februari 1945
in vliegtuig komt in dalende lijn
ons eiland en geeft rode licht-
alen, ten teken dat hij zich
onnen geeft, doch er wordt nog
ds op hem geschoten. Eindelijk
t hij in zee. Een paar leden van
bemanning klimmen op de
gel om zich nog te redden, doch
den volgens ooggetuigen van de
gel afgeschoten.
it zover het dagboek van de heer
der. Naspeuringen leverden op dat
/liegtuig een Boeing B-17G was.
Vliegend Fort". Het behoorde tot
334 squadron van de 95e Bomb
ip, dat terugkerende van Berlijn
17.00 uur vlak bij Texel ten
irging. Zeven omgekomen
anningsleden werden geborgen.
Aanvulling
jor een gelukkig toeval kwam ik in
act met de heer Cocural uit Dieren,
everde de volgende aanvulling op
otitie van Daalder,
k was als onderduiker op Texel
if juli 1943 tot na de Russenoorlog
945. Met Pinksteren was ik weer
in Utrecht. Mijn onderduikperiode
ht ik door in de Prins Hendrik
er. Ik was op het land om de boer
Ipen waar ik in de kost was, toen
rikaanse B-17 bommenwerpers
ffexel '4ëtxfgai:)kv4amehJ' vèrï" een'
j" op Duitsland. Het doel was mij
bekend, (wij weten nu dat dit doel
jn was J.A.C. B.) evenmin als
jantal vliegtuigen. Een poosje later
■n er één kist belangrijk lager vlie-
kreunend aanvliegen vanuit de
ing Friesland. Al spoedig kwam de
•e afweer in aktie vanaf de Noord-
srij, en even later ook van de Zuid-
rij. In de lucht ontploffende grana-
net hun zwarte wolkjes vielen om
1-17 waar te nemen. Er gebeurde
ischijnlijk niets, de B-17 vloog nu
Texel ter hoogte van Oost. Het
tel vloog vervolgens over Den Burg
richting van Engeland. Ter hoogte
de kust werd de kist nog medoge-
gevolgd door een hevige Flak. Het
tel draaide af in noordelijke richting
egon met regelmatige tussenpozen
leken van overgave, steeds 2 rode
kogels af te schieten. De Flak bleef
oon doorschieten, maar toen de B-
n noordelijke richting „gewoon"
er zwoegde, hield het vuren van de
Zoals bekend houden de heren J. A. C. Bartels (Den
Haag) en W. Ka)kman (Den Helder) zich reeds enige
tijd bezig met het schrijven van een nieuw boek over
de „Opstand der Georgiërs" ofwel de Russenoorlog
op Texel in 1945 en wat daaraan vooraf ging.
Met name de heer Bartels heeft in het kader van
allerlei naspeuringen over dit onderwerp vooral in En
geland en Duitsland met enkele destijds hierbij betrok
ken personen gesproken. De heer Kalkman staat de
heer Bartels bij met gegevens uit zijn uitgebreide do
cumentatie over gebeurtenissen tijdens de Tweede
Wereldoorlog in het noorden van Noordholland en het
eiland Texel.
Wat betreft de bemanning van een op 3 februari
1945 door de Duitse afweer boven Texel neergehaald
„Vliegend Fort" zijn nog enkele zaken die beide schrij
vers tot dusver niet hebben kunnen achterhalen.
Van de heer Bartels ontving de redactie de hierna
volgende brief over dit onderwerp waarin hij om nade
re informatie verzoekt. Red.
Zuidbatterij plotseling op, terwijl de
Noordbatterij, in welke richting het
„Vliegend Fort" vloog, door bleef
Angstvallig
„In het noorden aangekomen", ver
volgde de heer Cocural, „bleef het
toestel angstvallig boven het strand
vliegen. Via de Waddenkant kwam het
weer richting Den Helder aanvliegen.
Halverwege het eiland gekomen ging
de Flak van de Zuidbatterij opnieuw
vuren. Toen de B-17 boven De Mok
aankwam, begon ook Den Helder mee
te schieten en hield het vuren van de
Noordbatterij op. De B-17 vloog, nu
wat lager en nog steeds lichtkogels
afvurend, door. Het toestel ging nu
weer aan de Noordzeekust naar het
noorden. Daar begon de Noordbatterij
weer met vuren. Den Helder zweeg. Op
deze wijze heeft zich dit drie maal langs
Texels kust herhaald. Toen de B-17
zeer laag vloog en heel goed van nabij
te zien was, schoten militairen met ge
weren en andere lichte wapens op het
„Vliegend Fort". De kist moet dan ook
doorzeefd zijn geweest met scherven
en kogels. Na voor de derde keer in 't
Noorden te zijn aangekomen, draaide
de kist met een boog, nu naar het
westen vlak over De Cocksdorp, de
Eierlandse Polder en vliegveld „De
Vtijff'Dij De Koocj aangekomen was zij
pal west tegen de westenwind over de
duinen door een haag van afweervuur
uit lichte wapens heengevlogen. In een
wolk van schuim maakte de B-17, met
haar landingsgestel nog ingetrokken,
een noodlanding in de Noordzee, vlak
bij het strand".
Drama
„Nadat de B-17 achter de duinen
verdwenen was, raakte hij uit mijn ge
zichtsveld", zo verhaalt de heer
Cocural. Wat daarna is gebeurd heb ik
van Texelaars vernomen, die de rest
van het drama vernamen van burgers
die op het strand bezig waren met het
plaatsen van palen tegen een mogelijke
invasie.
De B-17 ging schuil achter een
gordijn van zeewater, maar bleef verder
heel. Ook de bemanning had de
beschieting overleefd, een bang avon
tuur was voorbij. De bemanningsleden
kropen uit het wrak en klommen op de
vleugel. Er werden zeven mannen
waargenomen. Toen ze goed en wel
zaten uit te blazen werd door Wehr-
macht soldaten met diverse wapens het
vuur op de nu volkomen weerloze
mannen geopend. Het toestel zal op
een 400 500 meter uit de kust gelegen
hebben, toen op beestachtige wijze
onder veel genoegen "van de Duitsers
de Amerikaanse bemanningsleden één
J. A. C. Bartels: naspeuringen over „Opstand
dar Georgiërs".
voor één van de vleugel gleden en zo
óf werden gedood óf gewond verdron
ken".
Begrafenis
„Nadat de Amerikaanse
bemanningsleden gedurende de
volgende dagen aan land spoelden,
werd de toenmalige koster van de Her
vormde kerk, de heer Maat, belast met
het ophalen van de lijken, het kisten en
begraven ervan Het is mij niet bekend
wie het waren, waar ze werden
begraven, maar waarschijnlijk zoals
toen iedereen aldaar werd begraven
in Den Burg. Ik neem echter aan dat
deze bemanning nu is herbegraven op
Margraten.
Het vliegtuig zelf heeft men laten
liggen. Een jaar of tien na haar landing
in zee kwamen de vleugels bij eb nog
boven water".
Tot zover het verhaal van de heer
Cocural.
Over het lot van de bemanning kan ik
nog het volgende aan mijn verhaal toe
voegen. De bemanning bestond
gebruikelijk uit 9 man. De namen van
hen zijn: Richard P. Morris, tweede lui
tenant, piloot; Dean M. Raats, tweede
luitenant, co-piloot; Kenneth C. Wood,
flight officer, navigator; Leonard A.
Pospish, flight officer, Bommenrichter;
Leroy H. Hansen, sergeant, schutter;
Kenneth L. Petersen, sergeant, schut
ter; Marion L. Bell, sergeant, schutter;
Milton S. Onie, sergeant, schutter;
William T. Watt, sergeant, schutter.
De mij ter beschikking gestelde Ame
rikaanse gegevens maken melding van
het feit dat de B-17 van luitenant
Morris door Flak werd getroffen vlak
nadat hij zijn bommen boven Berlijn
had afgeworpen. Een gedeelte van een
vleugel stond in brand. Drie parachutes
vanuit het getroffen toestel werden
waargenomen boven de oostzone van
Berlijn. Op dat tijdstip stond het vlieg
tuig in brand maar het was onder
controle. Later hoorde een andere ba-
manning over de radio dat de piloot
melding maakte van een weggeslagen
propellor maar dat hij halverwege zijn
basis was.
Onopgelost
Wij weten nu dat tweede luitenant
Morris het niet gehaald heeft. Helemaal
opgelost is deze zaak nog niet. Het
Amerikaanse rapport maakt melding
van drie parachutes. Dit houdt in dat er
nog 6 bemanningsleden in het toestel
aanwezig waren toen het van Berlijn
wegvloog naar haar thuisbasis in Enge
land. Het is de piloot kennelijk gelukt
het vuur te doven. Vaak gelukte dit
door een vliegtuig een duikvlucht te
laten maken. Ook met een zware bom
menwerper als de B-17. Toch moeten
een paar bemanningsleden gewond zijn
geraakt, anders wacht een piloot niet
zolang om zijn gehavende kist zo goed
mogelijk aan de grond te zetten.
Meestal vliegt de piloot een rechte lijn,
geeft opdracht aan zijn bemanning te
springen, en springt zelf, als het vlieg
tuig het nog houdt, als laatste. In Den
Burg liggen zij niet meer begraven.
Misschien zijn het er inderdaad zeven
zoals de heer Cocural van Texelaars
vernomen heeft, dan klopt het aantal
parachutes boven Berlijn niet, mis
schien zijn het'"zes bemanningsleden
die aangespoeld zijn.
Wie zal het zeggen. Zoals u ziet,
beste lezer, ben ik er nog niet helemaal
uit. Mocht u zich nog iets over deze
affaire herinneren bericht het dan s.v.p.
de Texelse Courant. Mocht u zich
andere gevallen die met vliegtuigen te
maken hebben herinneren, dan houd ik
mii aanbevolen. Uiteraard geldt dit ook
voor foto's van piloten, vliegtuigen en
vliegtuigwrakken.
J. A. C. Bartels,
Gerstkamp 198, 's-Gravenhage
aëeeeeeeeeemeé
35 36
Horizontaal:
1. onderwijzer
8. samengepakte massa
12. als volgt
14. bevestigingsmiddel
15. suf
16. ledemaat
18. plaats in Gelderland
19. het Romeinse rijk (Lat. afk.)
20. zangnoot
22. helder
24. persbureau (afk.)
26. wolpluisje
28. bevel
29. voorzetsel
30. voorzetsel
32. rivier in Brabant
34. geneesmiddel
35. genotmiddel
38. water in Friesland
39. sieraad
41vogel
42. narigheid
44. titanium (afk.)
46. dyne (afk.)
47. in orde (afk.)
48. voegwoord
49. myth, figuur
53. vierhandig zoogdier
56. soort gereedschap
57. of dergelijke (afk.)
58. doorn
61berg op Kreta
62. vuistslag
64. ambtshalve (Latijnse afk.)
65. water in Brabant
67. of eerder (afk.)
68. rivier (Spaans)
69. voorzetsel
71. flesafsluiting
73. van onderen (afk.)
74. pers. vnw.
75. snel
77. deel van de hals
78. zangstem
80. beleefdheidsbetuiging
82. deel van een Franse ontkenning
83. meisjesnaam
84. vogel
Verticaal:
1maand
3. maanstand (afk.)
4. een zekere
5. reinigingsmiddel
6. mossteppe
7. in persoon (afk.)
8. inhoudsmaat (afk.)
9. onbehouwen
10. vrouwelijk schaap
11. nieuwe maan (afk.)
13. angst
15. soort band
17. zangnoot
21overeenkomstig
23. bijwoord
25. rivier in Italië
27. dubbelklank
28. vrouwelijk dier
31. deel van een jaar
33. ontkenning
34. ijzeren pen
36. bestaat
37. slede
39. elasticiteit
40. halteplaats
43. schaakstuk
45. Turks decreet
46. deel van een etmaal
50. meisjesnaam
51algemeen bekend
52. voetbalvereniging
53. groente
54. Engels voorzetsel
55. zangnoot
59. etenbereider
60. plaats in het Gooi
62. zangnoot
63. lengtemaat (afk.)
66. bouwland
68. gebogen
70. opdracht
72. Frans lidwoord
73. afgelegen
76. voor
78. voorzetsel
79. onder andere (afk.)
80. en omgekeerd (afk.)
81. lidwoord
v/h Langeveld
en De Rooy bv
Den Burg, Texel
door Leida Graafland
HOOFDSTUK 12
zijn twee jaren verlopen. En in die
n twintig maanden zijn er heel wat
igrijke en interessante dingen ge-
Hoewel Peet Voorhoud wel
zins verrast was, toen hij te horen
dat het menens werd tussen
en zijn zoon, was hij flegmatisch
:g om het te aanvaarden en kan er
Jde humor van inzien. Al wordt ze
iet zijn vrouw, een knappe schoon-
ter is ook wel iets om trots op te
dus eigenlijk kan ik best tevreden
iet deze ombuiging.
trtie van Lierop is niet meer terug-
nen bij Peter Voorhoud. Hoewel ze
m een pracht betrekking had met
joed loon en veel vrijheden. De
ide, die haar drie broers de familie
sn berokkend, deden haar beslui-
een klooster te gaan. En daar
te doen voor het misdrijf van haar
s. Die overigens een klein half jaar
e gewelddadige dood van haar
Dolf Prinsse gedrieën veroor-
werden tot twee jaar gevangenis-
Julia, die het in de kranten las,
versterkt in haar mening, dat
ilijke misdrijven in Nederland veel
it werden bestraft,
winkel in Boxtel is verbouwd en
derniseerd. Ten dele gefinancieerd
haar oom en ten dele door bank
krediet. Jossa heeft nu ook een winkel
meisje, want nu ze alleen is zou de tijd
om zelf te schilderen er helemaal bij
inschieten. Bovendien heeft ze ook een
man te verzorgen, want nadat Driek het
begeerde papier heeft en ingenieur is,
hebben ze maar niet te lang meer
gewacht met trouwen. Ze hielden vol
doende van elkaar dus waarom dan nog
langer wachten? Het gaf de nodige
moeilijkheden met Drieks familie, want
Jossa stond er op in de Hervormde kerk
te trouwen. Driek zelf maakte er geen
probleem van, al is er sinds zijn huwelijk
met Jossa een verkoeling ontstaan. Ook
met zijn vader.
Enkel met werk zoeken zit het Driek
niet mee. Ondanks zijn optimisme heeft
hij geen emplooi kunnen vinden. Trots
de verschillende sollicitatiebrieven, die
hij heeft geschreven. Er blijken trou
wens meer pas afgestudeerde inge
nieurs moeilijk aan de slag te kunnen
komen. De economische toestand wordt
slechter. Jossa kan het in de winkel
ook al een beetje bemerken, al heeft ze
nog niet te klagen over de omzet.
Zodoende verdient Jossa eigenlijk voor
twee en al zou ze, nu ze getrouwd is,
graag een kind hebben.... ze ziet nog
geen mogelijkheden zolang Driek geen
werk heeft. Want een kind kost tegen
woordig ook veel geld en als kleine
zelfstandige zit je in het hoekje, waar de
meeste slagen vallen: je mag alles zelf
betalen. Dit geeft in hun huwelijk wel
eens wrijvingen. De jonge man wordt
kregelig en is gauw aangebrand, dreigt
een minderwaardigheidscomplex te krij
gen met al mijn kennis deug ik
nergens voor en Jossa heeft zodoen
de al haar tact en geduld nodig om de
vrede in huis te bewaren. Daarom wil ze
nog geen kind.
Driek hakt zelf de knoop van het
probleem werkeloosheid door. Hij ziet
kans een part time baantje te krijgen als
chauffeur bij een garagebedrijf in Den
Bosch. Bij een ondernemer, die niet-
enkel taxi's heeft, maar ook trouw- en
rouwrijden verzorgt. Hij gaat vaak 's
morgens naar Den Bosch, al naar
gelang het werk, dat hij moet verrich
ten, in het zwart of in een vrolijk
chauffeurskostuum. Maar verdient in
ieder geval wat. Alles bij elkaar is het in
de maand nog een redelijk bedrag.
Jossa is trots op hem, omdat hij zich als
ingenieur niet te goed vindt om een
doodgewoon chauffeursbaantje op zich
te nemen. Intussen blijft hij solliciteren.
Jossa gelooft onvoorwaarlijk in haar
man en beweert: je komt vroeg of laat
toch op de plaats, waar je hoort: in een
laboratorium of op een groot werk, waar
je je kunt uitleven. Je moet enkel geduld
hebben. Overigens, een goeie chauffeur
verricht ook een nuttige taak. En daar
tegen kan Driek eigenlijk niets inbren
gen.
Jossa breidt heel geleidelijk aan haar
assortiment uit. De verbouwde en ver
grote winkel heeft daarvoor meer ruimte
gekregen. De klanten mogen ook de
nieuwe winkeljuffrouw, die overigens
een plaatsgenote is en dat trekt vanzelf.
In Rotterdam is de grote groenten- en
fruitzaak van Frans Hunninkhuizen over
gedaan. Frans is al een eindje de zestig
gepasseerd, heeft eigenlijk al enige jaren
zijn koetjes op het droge en had er na de
dood van zijn vrouw niet zoveel zin meer
in. Hij heeft een huisje gekocht in
Ouderkerk, vlak aan de IJssel. Daar
geniet hij van zijn verworven vrijheid, al
is hij af en toe nog wel eens 's ochtends
vroeg in de veiling. Zo maar om te kijken
en te genieten van de sfeer. Hij is en
blijft daar een welkome gast, trots het
feit, dat er steeds meer jongere zaken
lieden komen, die hij niet meer kent.
Omdat hij deze busines ontgroeit.
Triest.
Soms stapt hij in zijn auto en maakt
de lange rit naar Boxtel. Daar is hij dan
één of twee dagen of een weekend.
Jossa is altijd weer blij, als ze haar
pleegvader ziet. Soms is Frans in de
winkel als Jossa of het meisje de klanten
helpt. En bekijkt dan op zijn gemak
bepaalde dingen, die er te koop zijn. Zo
is hij er ook eens een weekend, waarin
Jossa uitgenodigd is op zaterdagavond
de verjaardag van haar winkeljuffrouw
te vieren. Ze woont aan de buitenkant
van het dorp in de nieuwbouw. Met een
paar zusters en haar moeder, die wedu
we is. Frans wil naar huis gaan hij is
niet graag het vijfde rad aan de wagen
maar Jossa bezweert hem, dat hij
minstens even welkom zal zijn. „De
Brabanders zijn van nature gastvrij,
oom, en huldigen doorgaans het princi
pe van hoe meer zielen, des te meer
vreugde. Je gaat dus fijn mee".
Frans Hunninkhuizen wordt als de
„pleegvader" van Jossa uitbundig ver
welkomd. Net zo goed als Driek Voor
houd al bij de bevolking is ingeburgerd,
want een ingenieur, die geen werk kan
krijgen en niet te groots is om als
gewoon chauffeur aan de slag te gaan,
vinden ze een flinke kerel. Daar kan
menige werkeloze een voorbeeld aan
nemen. Of niet soms? Dus Jossa met
haar man en oom zijn welkom, beleven
een leuke avond vol gein en gezellige
gesprekken, al wordt er wel een beetje
teveel gedronken. Frans senior onder
houdt zich enige tijd met de weduwe
Vinkelaar, de moeder van de jarige. Ze
blijkt al enige jaren alleen te zijn, maar
heeft nog drie kinderen thuis. „Maar die
zullen ook wel binnen enkele maanden
verdwenen zijn, want Thérèse wil met
haar vriendin een flatje huren. Thé
rèse is tenslotte ook zeven en twintig.
Haar beide andere kinderen zijn verloofd
en zullen ook niet zo lang meer wachten
met trouwen".
„En dan blijft u alleen over?"
De vrouw haalt de schouders op. „Je
begint met z'n tweeën en als je geluk
hebt, eindig je ook weer met z'n
tweeën, tot er één dood gaat. Mijn man
was nog geen vijf en vijftig, toen hij
stierf. Je hebt 't nu eenmaal niet in de
hand".
Het is al ver na middernacht, als ze
opbreken. Jossa moet rijden, want
zowel oom Frans als Driek hebben een
beetje teveel gedronken. Het is een
kwestie van enkele minuten, dan is men
thuis.
De volgende zondag na de lunch zegt
Frans Hunninkhuizen, dat hij een luchtje
wil gaan scheppen; het is mooi weer.
Nee, liever alleen. Jullie zien me wel
weer verschijnen. Want niemand weet,
behalve de weduwe Vinkelaar, dat hij
zijn schreden naar haar woning richt. Ze
heeft gezegd: „In de middag is iedereen
doorgaans weg; kom nog een uurtje
buurten, dan kunnen we onder ons wat
babbelen".
Al komt oom Frans na die bewuste
zondag wat vaker in Boxtel, het is voor
Jossa ondanks die bezoeken een com
plete verrassing, als oom Frans op een
keer door de telefoon te kennen geeft,
dat hij het plan heeft om te hertrouwen.
Jossa is er gewoon van overdonderd.
„Daar hoor ik van op. En wie is de
gelukkige, oom?"
„In de eerste plaats ikzelf natuurlijk.
De andere partij isnu ja, je kent
haar: 't is de moeder van je winkeljuf
frouw, de weduwe Vinkelaar. We zijn
het goed met elkaar eens".
Jossa is perplexAlles, wat ze
gedacht had, maar deze vrouw
Overigens, ze heeft niets tegen haar.
Voor haar jaren ze is nog lang geen
zestig is ze waarschijnlijk voor een
oudere man nog aantrekkelijk. Mevrouw
Vinkelaar is vlot en goedlachs en geniet
nog van het leven. Binnenkort zullen
twee kinderen van haar trouwen en als
de winkeljuf met haar vriendin het flatje
krijgt toegewezen, gaat zo ook het
ouderlijk huis verlaten. Dan is ze immers
helemaal alleenl Jossa zegt, nog niet
bekomen van de verrassing: „Proficiat.
Vandaar dat je de laatste weken wat
vaker hier in de buurt was. Wanneer zal
het feest zijn?"
„We trouwen heel sober, Jossa, dat
wil Stineke zo. Dat is haar voornaam. En
dat respecteer ik vanzelfsprekend. We
hebben nog geen vaste datum, maar het
zal over een paar maanden zijn, ver
moed ik".
„Nou, kom maar eens een avond met
je aanstaande vrouw bij ons buurten.
Driek zal er ook van ophoren".
(wordt vervolgd)