<euzelijst Filmganger Het laatste houvast FEUILLETON Jaarvergadering dam- en schaakclub fRIJDAG 15 SEPTEMBER 1978 TEXELSE COURANT ilmganger-serie start in oktober Zoals gebruikelijk aan het begin van het winterseizoen wordt op eze pagina een overzicht gegeven van de films die dit jaar kandidaat jn voor de serie ,,Filmganger"-voorstellingen. Filmganger start op donderdag 26 oktober. Er zijn in totaal 12 films ie met een tussenruimte van veertien dagen worden gedraaid Omdat er zoals gebruikelijk een keuze kan worden gemaakt uit meer dan twintig Iprenten is bij de hieronder volgende opsomming een lijstje gevoegd waarop men n of haar keus kan maken. Het Filmganger-programma vormt een aanvulling op het normale bioscoopver- ir, terwijl het daarbjj ook mogelijk is dat titels die nu in de onderstaande lijst staan, het „gewone" bioscoJpprogramma opduiken. Hoewel zowel vorig jaar als het ar daarvoor bleek 'dat het wegstrepen van enkele interessante films velen nogal oeilijk valt (echtecinefielen willen alles zien) maakt wellicht een flink aantal ensen gebruik van'deze mogelijkheid. Als vingerwijzing bij dit karweitje volgt hier in korte beschrijving van de 22 films waarvan er tien moeten vervallen. Belangstellenden voor de Filmgangerserie wordt verzocht uit de onderstaande jst die (10) films te kiezen waar men de meeste interesse voor heeft. Men kan dit et beste doen door de titels van de films waarvoor men niet bijzonder veel «langstelling heeft door te strepen. IL DESERTO DEI TARTARIE - Valerio Zurlini UNA GIORNATA PARTICOLARE - Ettore Scola JULIA FredZinneman - SOLEIL DES HYENES - Ridha Behi - CET OBSCUR OBJET DU DESIR - Luis Bunuel ELISA, VIDA MIA - Carlos Saura A WOMAN OF PARIS - Charles Chaplin - MIMI DE BANKWERKER - Lina Wertmuller PROVIDENCE.— Alain Renais L'HOMME QUI AIMAIT LES FEMMES - Francois Truffaut THREE WOMEN - Robert Altman LA DENTELLIÈRE - Claude Goretta ANNIE HALL - Woody Allen TO BE OR NOT TO BE - Ernst Lubitsch LA GIFLE Claude Pinoteau THE LAST TYCOON - Elia Kazan - CADAVERI ECCELLENTI - Francesco Rosi - LE JUGE FAYARD DIT ,,LE SHERIFF" - Yves Boisset DIE VERLORENE ERRE DER KATHARINA BLUM - Volker Schlondorf en Mar- garethe von T rotta JABBERWOCKY - Terri Gilliam TELEFONI BIANCHI - Dino Rissi - EQUUS Sidney Lumet De uitgeknipte lijsten moeten zo spoedig mogelijk worden ingeleverd. Dat kan in Den Burg bij het City theater. Gravenstraat 21; in Den Hoorn bij Cor van Heerwaarden, „De Spyker"; in De Waal bij Ton Rombout, Polderweg 12 (of op de Rijksscholengemeenschap) en in Den Burg ook bij Jan Pijlman, Vloedlijn 21. Zo spoedig mogelijk na de sluitingsdatum wordt het definitieve Filmganger-pro- gramma bekend gemaakt. Men kan zich dan ook als lid van de „Filmgangerliga aten inschrijven. IL DESERTO DEI TARTARIE. Regie: 'allerio Zurlini. Bewezen wordt dat als in een firn niets gebeurt" dit nog geen verveling loeft te betekenen. In een schitterend an de buitenwereld afgesloten land- ichap, wordt door een langzaam gemi nimaliseerde compagnie soldaten een lutteloos fort bewaakt tegen de drei- )ing van de horde Tartaren, die nooit zal ;omen. Ziekte, depressie en soldaten- noraal beheersen het uitzichtloze leven ran de officieren. UNA GIORNATA PARTICOLARE. Regie: Ettore Scola. Tegen de achtergrond van Hitiers listorische bezoek aan Rome, begeleid loor het pompeuze commentaar van len opgewonden commentator, speelt zich in een Romeinse flat een ontmoe ting van kleiner formaat af tussen twee thuisblijvers. Een afgesloofde huisvrouw, Sophia Loren, en een homofiele omroe per, Marcello Mastroianni, van de staatsradio, die ieder ogenblik zijn arres tatie kan verwachten. Niettemin, ook voor hen wordt het een aangrijpende dag. JULIA. Regie: Fred Zinnemann. De jeugdvriendschap tussen twee vrouwen blijkt zo sterk dat later in moei lijke tijden de toneelschrijfster en jodin Lilian door Nazi-Duitsland reist om naar, met al haar geld zich voor het socialisme inzettende vriendin Julia een bijzondere dienst te verlenen. (Lilian: Jane Fonda, Julia: Vanessa Redgrave). SOLEIL DES HYENES. Regie: Ridha Behi. Een vissersdorp in Noord-Afrika wordt aangedaan door West-Europees toerisme. Het traditionele dorpsleven wordt er drastisch door verstoord. De slechterikken (kapitalisten, grondbezit ters, overheidsambtenaren) varen er wel bij. De eenvoudige dorpsbewoners blijft «niets anders over dan zich aanpassen aan de nieuwe omstandigheden. Docu mentaire verteltrant loopt het verhaal in de weg. CET OBSCUR OBJET DU DESIR. Regie: Luis Bunuel. Met het klimmen van de jaren lijkt Bunvel speelser te worden zonder zijn streken te verliezen. Met kristalheldere, efficiënte beeldenreeksen spint de Spaanse meester een schijnbaar logisch verhaal rond een bon-vivant op leeftijd en een jonge Flamenco-danseres (ge speeld door 2 actricesl) die hem tart, aantrekt, en op de beslissendemomenten afstoot. Maar de kern waar het om draait blijft duister en raadselachtig. Als de inhoud van de juten zak die op onwaarschijnlijke momenten in de film opduikt. ELISA, VIDA MIA. Regie: Carlos Saura. Een vrouw zoekt troost voor een mislukkend huwelijk bij haar eenzaam levende vader en groeit naar hem toe. Werkelijkheid, fantasie en herinneringen lopen door elkaar en scheppen een .tijdloze sfeer waarin de indentiteiten van vader en dochter lijken te versmelten. Maar de dromerigheid wordt in balans gehouden door schitterende, aardse acteurprestaties. (Geraldine Chaplin - Elisa moeder - Fernando Rey - Luis). A WOMAN OF PARIS. Regie: Char les Chaplin. Chaplin laat zich bewonderen als regisseur in een zedenschets zonder zedenmeesterij. Ondanks de uitvoerige verteltrant van de toen nog zwijgende film blijft er veel te genieten over speciaal van licht satirische scènes, spelend in het verderfelijk Parijs. Opge zet als vehikel voor Charlies leading lady Edna Purviance is het haar tegenspeler Adolphe Menjou die de show steelt. MIMI DE BANKWERKER. Regie: Lina Wertmuller. Humoristische Italiaanse zedenschil dering, zich afspelend op het door de Maffia gecontroleerde Sicilië. Bitterzoe te humor en een kostelijke hoofdrol van de Italiaan Giancarlo Giannini. PROVIDENCE. Regie: Alain Renais. De film handelt over het verval der ouderdom, en is daartoe opgehangen aan het leven van de schrijver Clive Langhan, die we drinkend en kankerend in zijn nadagen briljant vertolkt zien door de Engelse acteur John Gielgud. Als z'n kinderen hem vragen hem op de hoogte te houden als hij zich niet lekker voelt zegt de schrijver: Je ken't, het hart pompt, alsof het een ton poep door een betonmuur moet duwen. De longen ademen niet maar piepen om genade, en terwijl ik graag een leuk verpleeg stertje wil hebben sturen ze een heks, al zou te veel vrijen met een leuk meisje m'n dood kunnen worden. L'HOMME QUI AIMAIT LES FEM MES. Regie: Francois Truffaut. Het ligt een beetje voor de hand. „l'Homme qui aimait les femmes" met Truffauts „La nuit Americaine" en „l'Argent de poche" samen te voegen tot een trilogie over de liefdes voor de film, voor kinderen en voor vrouwen. Zijn film zit vol prachtige vrouwenpor tretten, vol geestige ontmoetingen en vol vluchtige contacten. Een film die spelenderwijs gemaakt schijnt, luchtig, teder zinnelijk, met humor maar ook met bitterheid en wanhoop. THREE WOMEN. Regie: Robert Altman. Altman heeft met zijn „Three women" een prachtige film afgeleverd. Waar het in de film om draait is dat drie vrouwen op bepaalde momenten in hun leven elkaar kunnen worden, ze worden door de gebeurtenissen onderling ver wisselbaar. Ze vertegenwoordigen ver schillende stadia van wat dezelfde per soon zou kunnen zijn. Naast deze per soonsverwisseling speelt ook tijd een belangrijke rol. De tijdsbeleving in „Three woman" lijkt normaal, maar is niet reëel. Door allerlei kleine elementen suggereerd Altman deze abnormale tijdsbeleving. LA DENTELLIÈRE. Regie: Claude Goretta. La dentellière (de kantwerkster) gaat evenals zijn voorgaande drie films over een persoon die niet de capaciteit bezit om voor zich zelf te spreken. Een persoon die anderen niet kan bereiken via woorden, wiens gevoeligheid geen uitdrukking kan vinden door gebrek aan ontwikkeling. Dit niet kunnen uitdruk ken is de bron van hun eenzaamheid en wanhoop. Goretta beaamde dat zijn films erg Tjechoviaans zijn in zijn manier van kijken naar mensen. Tjechoviaans in de betekenis dat er niettegenstaande een bepaalde afstand en ironie vooral een tederheid voor de personages be staat. Het is deze tederheid die Goretta- films aangenaam maken om naar te kijken. ANNIE HALL. Regie: Woody Allen. Hoewel de titel van de film een beetje probeert te verdoezelen, is Annie Hall de „gefilmde" autobiografie van Woody Allen. De film Annie Hall heeft wat ontroerends zoals de gehele love story volkomen geloofwaardig op de kijker overkomt. Het tragische zit hem in het feit dat Annie en Alvy (Diana Keaton) elkaar goed aanvullen, maar toch niet met elkaar kunnen leven. „Een goede relatie opbouwen", zegt Alvi, „is gek kenwerk, maar de meesten blijven het proberen, want ze kunnen niet zonder". Annie verbergt zijn onzekerheid in zijn bijtende humor. Zo zegt hij o.a.: Niet alleen God bestaat niet, maar probeer maar eens een loodgieter op zondag te krijgen. TO BE OR NOT TO BE. Regie: Ernst Lubitsch. Na de antie-Sovjet satire „Ninotch- ka" wilde Lubitsch zijn krachten beproe ven op een soortgelijke aanval, gericht tegen het nazisme. Maar wat toen. in 1939, uiteindelijk uitviel als een onschul dige farce zou nu een satirische komedie worden in een gruwelijke werkelijkheid. Het was Lubitsch' bedoeling nl. zijn ridikuliserend spelletje met de Germa nen te laten spelen in het bezette War schau van 1942, dat al in 1939 door de Duitse bombardementen verwoest was en daarna twee jaar van wrede nazi-be zetting achter de rug had. Thema wordt de wijze waarop een Pools toneelgezel schap dankzij zijn vermogen de schijn tot werkelijkheid en de werkelijkheid tot door Henk van Heeswijk. 20. Ze was bij het hoofd van de P.O.D. geweest. Om te proberen iets Ie bereiken voor haar zuster. En stelde zich voor: mevrouw Ranzijn, directrice ran een meisjes-HBS. Ja, hier in de stad. Ze trof het: een der leden van de P.O.D. had een dochter op haar school. Er ontstond een kort, maar geanimeerd gesprek over de school in het algemeen en de vorderingen van Treesje in het bijzonder. Truus herin nerde zich het kind, dat in de tweede klas zat. Helemaal geen hoogvlieger, ook al geen schoonheid, maar rustig, verlegen en misschien te zijner tijd met de hakken over de sloot komend voor wat het eindexamen betreft. Maar dit alles somde Truus met op. Ze memo reerde uitsluitend de goede hoedanig heden van het kind: „Bijzonder rustig meisje, meneer. Ik wilde wel, dat al mijn kinderen zo kalm en beheerst de lessen volgden. Dat zou me heel wat zorgen besparen. In dit opzicht is Treesje zeker een voorbeeld voor vele leerlingen En zo voort. Gedachtig aan het spreekwoord, dat je meer vliegen met stroop vangt dan met azijn. Typisch, dat mevrouw Ranzijn, die deze zure bijnaam had, inwendig tot deze konklusie moest komen. Meneer Spokreef, de P.O.D.-man, welke Truus zich nu ook vaag uit de dagen der illegaliteit herinnerde, beloofde dat hij het dossier van Leentje Ranzijn zou doornemen. „Geef me uw telefoonnummer, mevrouw. U hoort van me. Als ik wat voor u kan doen, hoort u het. Ik hoop, dat uw zuster geen gekke dingen heeft uitgehaald. Als ze enkel omgang heeft gehad met een moffenofficier, nu ja, in die dingen zijn we niet kinderachtig. Ze zal intussen haar lesje wel geleerd hebben en waarom zullen we zo'n domme vrouw dan voor het Tribunaal halen?" De invloed van directrice Ranzijn wierp vruchten af, want twee dagen voor Kerstmis kreeg Nelie Ranzijn te horen, dat ze haar spullen kon inpak ken. Daarna mocht ze gaan, als ze tenminste een papier tekende, waarop stond dat ze van alles afstand deed. Verheugd over de op handen zijnde vrijheid, tekende ze. Maar nog diezelfde avond kwam ze nijdig en mokkend thuis. In Purmerend, waar ze door moeder Trijnie dol geluk kig in de armen werd gedrukt en door vader beheerst werd oekust. En waar men de schouders ophaalde over de jeremiades. „Wees blij, kind, dat je er nog zo gemakkelijk van af bent geko men, als je hoort, en leest, wat voor straffen de tribunaals geven. Die zijn lang niet mals". Nelie keek haar vader verontwaar digd aan. „Zo? Ik heb anders niks gedaan, hoor! Ik was toch geen lid van de NSB? Mag ik alstjeblieft houden van een Duits officier? Franz was hartstikke goed voor me. Als alles wat rustiger is, komt hij me heus wel halen. Dat heeft ie beloofd". Freerk haalde de schouders op. „Laten we er maar over zwijgen en God danken, dat je vrij bent. We hebben veel voor je gebeden, m'n kind". Ze haalde verachtelijk haar schouders op. „Had dan ook maar gebeden voor m'n spullen. Ze hebben me alles afgenomen, de schooiers! Ook de meu belen, die Franz en ik gekocht hadden. In het huis zit nu een ander, moet je wat? Ik mocht niet eens meer binnen komen, daar in Haarlemi Ze scholden me bovendien nog uit! Mooie wereld, die we nu hebben, hoor! Heet dat soms democratie? Alles van je stelen en jei maanden opbergen in een kamp? Enkel en alleen omdat je van een Duits offi cier houdt? Zelfs de meeste kleren zijn foetsie". Ze wees op een koffertje. „Dat is alles, wat ik die morgen na de bevrijding mocht meenemen uit mijn huis. Bevrijding Ze schokschou derde. „De zenuwen kunnen ze krijgen met hun bevrijding. Vuil dieventuig! Voor mij hoeft het allemaal niet". „Met die kleren komt het wel in orde", antwoordde Freerk moeilijk. „Je hebt nog maar weinig geleerd in dat kamp. Dat merk ik wel". De volgende dag was ook Truus in het ouderlijk huis. Van de P.O.D.-er Spokreef wist ze, dat haar zuster in vrijheid was gesteld. Ze had hem ervoor bedankt. En er aan toegevoegd: tot wederdienst bereid. Dat was al het minste, wat je kon toezeggen. De zusters begroetten elkander tame lijk koel. In één oogopslag zag Truus, dat haar zuster magerder was gewor den. En ontdekte tevens, dat ze nors en ontevreden bleek te zijn. Hetgeen haar heel niet aanstond. „Je mag blij zijn, dat je nu al vrij bent", hield ze haar zuster voor „Voor hetzelfde geld hadden ze je voor het tribunaal kunnen brengen en wat dan? Twee jaar is gewoonlijk het minste, wat ze geven". Nelie was helemaal niet geïmpo neerd. „Dan zijn ze nog erger dan de Duitsers, op wie ze zo te keer gaan. Houd er alstjeblieft over op. Franz was in elk geval een fijne vent. Helemaal geen S.S.-er, zoals ze me tijdens de verhoren voor de voeten hebben gegooid. Hij was gewoon bij de Wehr- macht; wat kon hij er aan doen? Enfin, als de verhoudingen genormaliseerd zijn, komt-ie me wel halen. Dat heeft hij beloofd". schijn te maken, een rol gaat spelen in het verzet. LA GIFLE. Regie: Claude Pinoteau. Met een perfecte cast en een speelse en moeiteloos reagerende regie die het tempo van de handeling goed weet te houden, is een leuke, vitale en soms een aandoenlijke komedie ontstaan, die steeds net niet in het karikaturale vervalt en uiteindelijk met heel menselijke con flicten en sehtimenten jongleert. Naast Lino Ventura, die als in iedere film en iedere gedaante formidabel aanwezig is, speelt Annie Girardot een relatief kleine rol als een evenwichtige ex-moeder. Isabella Adjani is de mooi genuanceerd lieve, onhandelbare dochter die haar vrijheid moet verdedigen tegen haar behoudende en fatsoenlijke omgeving. Zij verzet zich dus tegen haar vader, tegen haar werk, haar vrienden, tegen alles en iedereen die in de weg staan naar haar volstrekte onafhankelijkheid, die ze uiteindelijk toch weer minder begeert dan zij doet voorkomen. THE LAST TYCOON. Regie: Elia Kazan. De Amerikaanse filmindustrie wordt met een grote aandacht van zeer nabij bekeken en op scherpzinnige wijze gedramatiseerd, waardoor „The last tycoon" verreweg de beste film over Hollywood is geworden die er bestaat en de enige die ons de binnenkant van het bedrijf laat zien. Medespelenden zijn o.a.: Robert Deniro, Tony Curtis, Ro bert Mitchum, Jeanne Moreau, Jack Nicholson. CADAVERI ECCELLENTI. Regie: Francesco Rosi. Een film met een lugubere titel („Voorname lijken") en een luguber ver haal. Kort na elkaar worden drie voor aanstaande rechters vermoord. De in specteur van politie, Rogas, krijgt de zaak te behandelen. Hij verdenkt eerst de Maffia van de moorden. Maar al spoedig komt hij op een ander idee: een onschuldig veroordeelde wil zich wre ken op de rechters die hem naar de gevangenis hebben gestuurd. LE JUGE FAYARD DIT „LE SHE RIFF". Regie: Yves Boisset. Fayard is rechter van instructie in een grote provinciestad. Hij behoort tot de generatie van magistraten, die proberen de justitie aan te passen aan een maat schappij, die snel aan het veranderen is. Door zijn doortastende werk is Fayard (Patrick Dewaere) het onderwerp van veel druk en kritiek, maar overtuigd van zijn capaciteiten en de juistheid van de door hem ingeslagen weg laat hij zich geen enkele concessie afdwingen.'Hij zet zich ieder ogenblik in voor zijn strijd tegen de onderwereld waarvan de wor telstot in de hoogstle kringen doorlopen. Hierbij neemt hij vaak zijn toevlqcht tot nogal ongebruikelijke en soms onbe suisd lijkende initiatieven waardoor de kranten hem de bijnaam „de sheriff" geven. DIE VERLORENE EHRE DER KA THARINA BLUM. Regie: Volker Schlondorf en Margarethe von Trotta. Tijdens een carnavalsfeestje wordt Katharina Blum verliefd op een jonge aktivist die op de vlucht is voor de politie. Haar korte samenzijn met de voortvluchtige man is voor de politie aanleiding genoeg om haar in het oog te houden. Als zelfs een groot landelijk .dagblad een voorpagina artikel aan haar wijdt en haar daarin beschrijft als een hoer, een atheïste en sympathisante met communisten, wordt zij het slacht offer van anonieme telefoongesprek ken, brieven, sexuele benaderingen en bedreigingen. Diep gekwetst vanwege het feit dat men haar integriteit zo bruut geschonden heeft, rekent zij medoge- „Ik hoor 't je zeggen", spotte Truus. „Kind, die is je al lang vergeten". „O ja? Dat denk je. Omdat je hem niet kent". Nelie knikte. „Dat konden ze me niet afpakken, want ik had het in m'n geheugen: Landstrasse 74 in Teine aan de Wupper. Franz Schindler". „Dan schrijf je hem eens", stelde Truus voor. „Het postverkeer met dat moffenland is alweer normaal". „Doe ik zeker, maar nu moet ik eerst nieuwe kleren hebben. Met die vodden ze wees op haar koffertje kan ik me met Kerstmis niet in de stad ver tonen. Textielpunten heb ik voldoende, maar ik heb geen geld. Dat hebben ze me ook allemaal ontstolen, de lamstra len". „Ssst, kalm aan", bezweerde haar vader. „Hoeveel had je, toen je in mei werd gearresteerd?" „O, een paar honderd gulden precies weet ik dat niet meer. En thuis had ik ook wat". „Thuis?" vroeg Truus. „Ja, thuis, bij Franz. Hij was enkele dagen voor de capitulatie vertrokken, naar Utrecht. Dienstbevel. Alles hebben ze me afgenomen, de ellende lingen!" Truus opende zwijgend haar tasje en diepte er vier briefjes van vijf en twintig gulden uit op, die ze aan haar zus gaf. „Alstjeblieft; besteed het geld nuttig, want het is duur". „O", riep Nelie opgetogen, „dat is geweidigi Zodra ik weer verdien, krijg je het terug. Dank je, ik ga meteen naar de stad!" PAGINA 9 loos af met de journalist die dit alles heeft veroorzaakt. JABBERWOCKY. Regie: Terri Gi- liam. De leden van Monthy Phytons Flying Circus" maakten een vrolijke film vol- absurde humor. Jabberwocky naar het beroemde nonsens gedicht van Louis Carroll is het monster dat het koninkrijk van Bruno de Twijfelachtige terroriseert. Er wordt druk gespot met o.a. St. Joris en de draak, het monster van Loch-Nes en Jaws. Erg gek en erg Engels. TELEFONI BIANCHI. Regie: Dino Rissi. Rissi neemt de bloeiperiode van het fascisme schitterend op dè hak. Behalve dit, is de film tevens een satire over de filmwereld van de jaren dertig. Een film over burgerlijkheid en de nep van de massacultuur die op het laatste gehou den festival van Arnhem met grote instelling werd ontvangen. EQUUS. Regie: Sidney Lumet. Een puber-passie voor paarden ein digt in een bloedbad, en twaalf dieren worden de ogen uitgestoken in een manege waar de jongen zijn eerste mislukte liefdesdaad verricht (Peter Firth). Een heel gevecht voor de psy chiater (Burton) die zichzelf ziet als een priester in dienst van de afschuwelijke God normaal. Wat psychiater Dysart bij de jongen ontdekt is een enorme harts tocht en daar wordt hij jaloers op, omdat hij zelf zo'n passie nooit gekend heeft. Door de realistische verfilming heeft het toneelstuk wat van religieus mythologisch karakter ingeboet, maar niettemin is het een ongewone psycho logische thriller. Met ingang van 19 september kan op dinsdagavonden vanaf 19.30 uur door de jeugd gedamd en geschaakt worden in hotel De Zwaan te Den Burg. Aldus een der mededelingen op de maandag avond gehouden jaarvergadering van de damclub Texel en schaakclub En Pas sant. Aan het begin van deze avond herdacht voorzitter Rombout de on langs overleden oud-leden van de dam club, de heren Stam en Groenhof. Door de aanwezigen werden enkele ogenblik ken stilte in acht genomen. Verder werden nog een viertal „ach terstallige" prijzen uitgereikt, te weten aan de heer P. Bakelaar (clubkampioen dammen), de heer C. Meedendorp (prestatieprijs bondscompetitie), A. Terpstra (3e prijs clubcompetitie) en J. Witte (1e prijs algemeen comparitie schaken). Een voorstel om de speelavond te verleggen naar de maandag- of donder dag werd gehouden. Meer wel werd de contributie voor schakers flink opge trokken. Verder werd meegedeeld dat de schakers weer in drie groepen zullen spelen en dat En Passant nu met een derde team in de NHBS-competitie zal deelnemen. Nylon windjack grote en kleine maat nu ƒ10, Duffelse schippers- kielen nuf 10, SPORTSHOP Toen ze op de fiets van haar moeder vertrokken was, schonk Trijnie nog een kop thee in en vroeg: „Is dat zo? Van dat geld? Maar dan is het toch stelen?" Truus zuchtte. „Moeder, het was oorlog en dan lopen verschillende din gen uit de hand. Wees blij, dat het geen bijltjesdag is geworden, anders zou je maar één dochter overgehouden hebben. En wat betekenen dan die vier honderd gulden?" „Maar 't is toch stelen", hield Trijnie hardnekkig vol. „Tja, dat hebben we van de Duitsers afgekeken", bevestigde Freerk op wijs gerige toon. „Als je met pek omgaat, wordt je er mee besmet". De beide kerstdagen verliepen rustig. Verscheidene Purmerenders waren op de hoogte van de scheve schaats, die de jongste dochter van Freerk Ranzijn had gereden. Hield ze 't niet met een Duitse officier? Zal ook wel een poos vastgezeten hebben. Maar dat dachten ze enkel. Freerk Ranzijn was een rustige man, die niet langs de weg tim merde, en daarom mocht men hem. Dus werd hij gewoon begroet op het kerkpad, al keek menigeen wel met een schuin oog naar de jongste dochter. Tussen Kerstmis en Nieuwjaar vroeg Freerk haar: „Wat zijn je plannen voor de toekomst?" „O, ik heb Franz geschreven. Met een paar dagen heb ik wel antwoord. Dan ga ik waarschhijnlijk naar hem toe en trouwen we". Freerk besloot hierop niet in te gaan, maar zei enkel: „Na nieuwjaar zullen we wel zien". (wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1978 | | pagina 9