De eerste prijs Suikeroom s s De zuidpunt van Texel in 1891, s Verleende bouwvergunningen „WAT IK ZEGGEN WOU.." Niet iedereen is „slecht"! TEXELSE COURANT VRIJDAG 16 NOVEMBER 1979 Reageren op deze rubriek kan bij Jaap van Groenigen, telefoon (02220) 3562, Adriaan Dijksen, telefoon (02228) 676 of bij het Natuurrecreatiecentrum, telefoon 02228)741 non NOOROERGAT ONRUST Deze kaart van 1891 laai zien, dat de plaat Onrust nog niet aan Texel Is vastgegroeid Het is nauwelijks te geloven dat vaarwater Noordergat In die tijd nam 10 meter diep was/ Tegenwoordig kunnen we op deze plaats wandelen. De Geulpias en de Horspolders bestonden nog niet. De afgelopen zomer belde me een fotograaf, die bezig is met een S boek over de duinen. Hij wilde foto's maken om iets te laten zien van f® Kreeftepolder kon no de aanieg^in de J luwte van de netschermen blijft het zand het ontstaan van duinen. Omdat er maar weinig plaatsen in Nederland nggen. Rechts is nog iets van de Horspoiders S zijn waar dat gebeurt, wilde hij naar de Geul en de Hors om daar te me' ""arna^^sc°^ S fotograferen. Toen we op een hoog punt stonden om het gebied te overzien, was hij opgetogen over het schitterende uitzicht. ,,Wat kun je hier prachtig zien hoe de duinvorming verloopt", zei hij. Omdat veel S Texelaars waarschijnlijk niet beseffen, hoe uniek het duingebied in het i S zuiden van ons eiland is, lijkt het me leuk daar deze keer eens iets over mensen van Rijkswaterstaat naar eigen inzicht zanddijken laten opstuiven. Na verloop van tijd planten ze er helm op om verstuiven te voorkomen. Wandelend van de Hors naar de Mokweg kun je prachtig zien, hoe een duingebied zich in de loop van de jaren ontwikkelt. Op de kale Horsvlakte is Rijkswaterstaat enkele jaren geleden begonnen met de aanleg van een nieuwe stuifdijk. De opzichter, onder wiens leiding het werk plaatsvindt, heeft wel eer van z'n werk, want het nieuwe gebied draagt de naam: De Kreeftepol der. De Horspolders, die iets verder lig gen, zijn al in de vijftiger jaren gevormd. Het zoute water van de Noordzee kan er niet meer komen en het ligt een beetje in de luwte van de omringende duinen. Op korte afstand van de kale Horsvlakte waar nauwelijks iets groeien wil, komen hier ruim honderd verschillende planten voorl De aanwezigheid van zoet water in dit gebied speelt hierbij een belang rijke rol. Het is regenwater, dat zich op de laagste plaatsen in deze poldertjes verzamelt. Meer planten Voor de schaatsliefhebbers, die hier al jaren terecht kunnen, ziet het er niet zo gunstig uit. De plantengroei dringt vanuit de oevers steeds verder op, zodat de ruimte om te schaatsen kleiner wordt. Jaren geleden is hetzelfde ge beurd in de Geulplas. Het is nauwelijks voor te stellen, dat de Geul er zo'n zeventig jaar geleden net zo uitzag als nu de Kreeftepolder! Door de enorme rietvelden en de andere plantengroei is deze plas allang niet meer bruikbaar als schaatsbaan. Hoe verder we naar Den Hoorn trekken, hoe ouder het gebied is. Texel is hier in de loop van de eeuwen flink gegroeid: 1.000 jaar geleden stroomde de zee nog op de plaats waar nu het 'Klif' in Den Hoorn is. Jac. Kalis, die jaren als bewaker bij het Staatsbosbeheer werkte, heeft me heel wat over dit duingebied verteld. Het 24 meter hoge Loodsmansduin I speelde een belangrijke rol, toen Texel 2 een schakel was tussen de scheepvaart van Amsterdam en de rest van de wereld. Op ons eiland woonden vroeger honderden loodsen, die de schepen over het gevaarlijke vaarwater van de 4 Noordzee naar de Zuiderzee en J omgekeerd moesten brengen. Lijkkisten Aan de voet van het Loodsmansduin fc lag de zoetwaterput van het Pompevlak. Daar konden de schepen, die op de rede J lagen, zoet water halen. Ons drinkwater S komt voor een deel nog steeds uit dit Jl gebied. Bij het graven van enkele putten 5 voor het pompstation in de vijftiger S jaren, zijn zes lijkkisten gevonden. Hier S ligt het 'Engelse kerkhof'. Eeuwen gele- 9 i 9 den zijn hier de lichamen begraven van Engelse en Zweedse zeelui, die eens 2 voor de Texelse kust zijn verdronken2 In de Mokbaai ligt een restant van de S Neeltjesnol. In het begin van deze eeuw S hielden de opvarenden van marinesche- J pen hier regelmatig schietoefeningen en J een zekere Neeltje zorgde bij dit duin nol op z'n Tessels dat er voor de schutters het één en ander te koop was. Jammer genoeg is het duin later afge graven. Voor enkele namen in het zuidelijk duingebied weet Kalis ook geen verkla- 1 ring. Het gaat om Stokkie van Duin, I Maffenveld en Mavevlak. Kent iemand I de betekenis van deze namen? J. van Groenigen I te vertellen. S Vanaf de Hors zien we de zandplaat 2 de Razende Bol in de Noordzee liggen. 2 Zo lagen er vroeger andere platen, 2 bijvoorbeeld de Hors en de Onrust. In de loop van de eeuwen zijn deze platen aan fc Texel 'vastgegroeid'. Met de zandbank de Onrust is dat rond de eeuwwisseling gebeurd. Op een groot deel van de Hors is de aarde 'woest en ledig', als in het begin S~van de schepping. De omstandigheden 1 deze plant te doen. Eén van hen zei: „Helm verdient de eerste prijs, want het is de beste en belangrijkste duinplant". Inderdaad is een duingebied zonder helm onvoorstelbaar. We moeten echter oppassen, dat we niet als deze kinderen gaan denken en de helm 'zielig' vinden. Juist onder de barre omstandigheden vlakbij het strand groeit de helm het best. Toen Rijkswaterstaat enkele jaren geleden haar nieuwe kantoor aan de Keesomlaan in gebruik nam, plantte het personeel rond het gebouw helm. Na vrij korte tijd kwijnden de planten echter weg. Op goede grond voelt de helm zich niet thuisl Op de Hors blijft in de luwte van de helm het stuivende zand liggen en zo ontstaan duintjes. Als de wind maar voor voldoende zand zorgt, kan zo'n duintje snel hoger worden, want de helm groeit wel mee. Het kan ongeveer een meter per jaar groeien! Mensenwerk Het is voor een flink deel aan het werk van mensenhanden te danken, dat duingebieden als de Horspolders en de Geul ontstaan. Door rietschermen op zo'n zandplaat te zetten, kunnen de 2 voor een plant om er te groeien zijn dan 2 ook bijzonder moeilijk. Het kan er 2 geducht stuiven en ieder, die op het 2 strand wel eens zo'n zandstorm heeft meegemaakt, weet dat het er dan nauwelijks is uit te houden. Bovendien komt de Hors af en toe onder water te staan. Er zijn maar weinig planten tegen het zoute water bestand. Toch groeit er J ondanks wind en zout op de hogere J plaatsen wel wat. Het meest bekend is wel de helm. Niet zielig Ik vertelde een groepje kinderen eens over duinplanten en over de mense lijk bekeken onherbergzame plaats t waar helm groeit. Ze hadden nogal met PAGINA 7 Burgemeester en wethouders ver leenden in de afgelopen maand bouw vergunningen aan de volgende perso nen, instellingen en ondernemingen: De dorpscommissie Den Burg voor de verbouwing van het Ulo-gebouw aan het Schilderend te Den Burg: O. M. Reischig te Den Burg voor de verande ring van zijn woning Kogerstraat 61; mevrouw I. Plaatsman te Den Burg voor het bouwen van een zomerwoning aan Kogerstraat 120; A. Hut te Den Burg voor het bouwen van een bijkeuken aan zijn woning Zeebries 4; M. H. C. Maer- schalk van 't Horntje voor het bouwen van een garage/berging aan Dageraad 12; P. Standaart te De Koog voor het bouwen van een woonhuis met garage aan Molendwarsstraat 10 te Den Burg; N. M. Bakker te Oosterend voor het bouwen van een landbouwschuur aan Nesweg 44; P. Bakker te Den Burg voor het bouwen van twee woonhuizen Waalderstraat 8 - 14; A. Schouten voor hert bouwen van een schuur aan Oor- sprongweg 18; Karting B.V./C. de Wit te Den Burg voor het bouwen van een kantine en opslagruimte aan Akenbuurt; J. Daalder te Oosterend voor het vergroten van zijn woonhuis aan Kotter- straat2; C. P. van Egmond te De Koog voor het vernieuwen van zijn zomer woning aan Schumakersweg 2; J. H. M. Heyne te Dharan Airport-Saoedi Arabië voor uitbreiding van de garage berging aan de Hoofdweg; S. van der Zee te Den Burg voor het veranderen van woonhuis Peperstraat 42 in Ooster end; I. C. M. Hin te Den Burg voor het vergroten van de veestal Hoornderweg 7; C. de Jager te Den Hoorn voor het aanbrengen van een dakkapel op zijn woonhuis Diek 29; Garage Dros te Eierland voor uitbreiding van de garage showroom; C. Grootjes te Oudeschild voor het veranderen van het pakhuis restaurant op de Oude Haven; Dros' Bakkerij te Oudeschild voor het bouwen van een bakkerij aan de Schilderweg; A. Jansen te Haren voor het uitbreiden van zijn zomerbungalow aan de Tempeliers- weg; D. J. Keijser te Den Burg voor het bouwen van een ligboxenstal aan Waal- derweg 115; Coöperatieve Vereniging K.l. te Zuid-Haffel voor het vergroten van de opslagruimte; S. During te Oosterend voor het bouwen van een berging Blazerstraat 4; Shell Nederland se Verkoop Maatschappij te Rotterdam voor het bouwen van een luifel en pompeiland bij de garage aan de Kees omlaan te Den Burg en S. de Wit te Den Burg voor het uitbreiden van zijn woon huis Vloedlijn 12. BREVEN «N LEZERS BUTEN VERANTWOOBOtLUKHtiO «N OC REMXTE Naar aanleiding van de ingezonden brief in de Texelse Courant van 13 november j.l. betreffende de overlast veroorzaakt door bezoekers van ,,'t Steigertje" willen wij het volgende kwijt: „Beste familie Jansen: We wilden helemaal niet beweren, dat alle bezoe kers van 't Steigertje te veel gedronken hebben of dat het slecht publiek is. ledereen die niet met meer dan twee pilsjes op achter het stuur van een auto zit of de hele buurt wakker schreeuwt of andermans eigendommen vernielt, ne men we helemaal niets kwalijk. Als dat anders overgekomen is, dan daarvoor onze excuses". A. de Ridder en JHegeman, Oudeschild (mede-ondertekenaars van de protestbrief) FEUILLETON door Tom Lodewijk. 5. Anneke constateerde met diepe voldoening dat haar man en oom Simon het samen „best geschoten" hadden en kon ze rustig aan elkaar overlaten, terwijl zij in de keuken bezig was met de maaltijd. Ze hoorde luide stemmen in de kamer en constateerde dat Simon in middels was thuisgekomen, en even later verscheen deze jongeman dan ook in de keuken om hongerig als altijd te kijken „of er iets te snaaien viel", zoals zijn vader het uitdrukte. „Zo jong. Heb je kennis gemaakt met je oom?" „Ja nou. Best geschikt, dacht ik zo. Is er al wat?" „We gaan straks eten". „Moeder, ik sterf van de honger". „Hier", zei Anneke, „hier staat nog een prakkie, dat heb ik voor je opge warmd". „Rooie bieten", zei Simon eerbiedig, „nou, dat zullen we even soldaat maken". Anneke had een kleur van opwinding. Oom Simon kwam eten, en hoe was hij het gewend? Ze wist hoe het bij Ben zou zijn geweest. En wat had zij te bieden? Ze kookte lekker, dat werd haar door haar man en kinderen om strijd verzekerd, maar een eenvoudige burger pot, zoals haar moeder zei. Wat moest je van een onderwijzerssalaris? Maar nu oom Simon daar zo gezellig bij haar in de kamer zat en gesmuld had van haar boterkoek, viel opeens een groot deel van haar zorg van haar af. Hij moest hen maar nemen zoals ze waren en ze kreeg de indruk, dat hem dat helemaal niet zwaar viel. Toen hij aanschikte aan de dis, keek hij vergenoegd de tafel rond. Kas en Kees flankeerden hem, want dat waren vurige vereerders van de nieuwe oom geworden. „Zo" zei hij, toen hij de geur van de soep opsnoof, „en wil je nou wel geloven Anneke, dat ik nóu eigenlijk pas goed weet, dat ik weer in Holland bén? Ik voel me of ik niet weggeweest ben, sinds ik vroeger bij jullie kwam eten, toen je goeie vader nog leefde. Beste vent was dat". Met intens genoegen keek hij naar zijn jeugdige naamgenoot. „Jij stopt er aardig wat in vader". „En hij heeft in de keuken al een prak gehad", wist Kas. „Ik moet er nog van groeien", verde digde zich Simon. „Wie hard werkt moet hard eten", lachte zijn vader. Terwijl Anneke en Pieter afwasten, liep Simon met zijn nieuwe oom een straatje om en lichtte hem in over wat er zo al op het gebied van auto's en motoren aan de hand was. Oom Simon vond zijn neef een handige knaap. „Die redt het wel", zei hij, „handen aan zijn lijf en ogen in zijn kop. Zulke mensen komen er altijd". 's Avonds brachten Pieter en Anneke oom Simon naar de bus. „U komt toch nog weer es gauw?" vroeg Anneke. „U hebt toch niet anders te doen. En ik ben altijd thuis". „En u hoeft geen briefkaart te schrij ven", voegde Pieter er aan toe, „want u weet nou de weg wel. Alleen, u moet 't dan maar nemen zoals 't valt". „Dat heb ik mijn hele leven moeten doen", zei oom Simon, „en ik ben er niet minder van geworden. Daar komt dat apparaat aan jongens. Nou lui, tot ziens maar weerl" Ze keken de bus na, tot die om de hoek verdween. „Ik hoop dat ie maar vaak komt", zei Anneke. „Met vijf minuten was het of hij erbij hoorde". „Dat komt door jou, lieverd", meen de Pieter, „bij jou voelt iedereen zich thuis". „Jawel", zei Anneke blijmoedig, „smijchel jij maar. Maar vanavond moeten we nog afrekenen, Pietje, en ik krijg nog acht vijf en veertig van je voor die contributie, die ik betaald heb". „Meteen weer in de materie", zucht te Pieter. „Ik was net zo in de wolken met je". „Had een vliegenierster getrouwd", vond Anneke, „dan was je altijd in de wolken. Je zit nu in het volle rijke leven en zet je maar schrap". Maar hij sloeg zijn arm om haar heen, want ze was ruim een hoofd kleiner dan hij, en tevreden slenterden ze door de zomer avond naar huis. HOOFDSTUK3 Waarin een deftige familie een gewoon mens ontvangt „Ach Saskia, wil jij even open doen? Ellie zit helemaal op zolder", riep me vrouw Weezenaar. „Wat is het?" Want Saskia stond in de erker doelloos naar buiten te kijken en had dus kunnen zien wie er belde. „Een man", zei Saskia. „Beetje boers zo te zien. Zeker voor vader". En ze slenterde naar de deur. Uit een gebruind gezicht keken een paar heldere grijze ogen haar aan. „Ben ik hier terecht bij meneer Weezenaar?" „Jawel", zei Saskia koeltjes, „maar meneer is niet thuis". „O dat hindert niet. Als mevrouw maarthuis is". „Ik zal es zien", zei Saskia voorzich tig. Haar moeder was niet voor iederéén thuis. „Waar is het voor?" De bezoeker aarzelde even. „Nou" zei hij, en in zijn ogen glinsterde het verdacht, „ik kom eigen lijk zo maar om een kopje thee". Saskia keek hem verbouwereerd aan. De man was bepaald niet helemaal fris. Moeder zou op dit soort bezoek niet gesteld zijn. „Zo", zei ze koeltjes, „dat spijt me dan, maar ik geloof niet dat moeder thuis is". „U bent de ehdochter des huizes?" „Ja, als u dat wilt weten". „Kunt u dan geen thee zetten?" Saskia had het gevoel dat ze op de een of andere manier in de boot genomen werd, en dat verbeterde haar stemming niet. „Als u zo graag thee wilt drinken, gaat u maar naar een theeschenkerij", zei ze, en maakte een gebaar of ze de deur wilde sluiten. „Ik wou thee drinken èn uw moeder spreken", zei de man. „En u gelooft dat ze er niet is, maar u weet het niet zeker, 'k Zou eerst maar es kijken, beste meisje. Anders ben ik helemaal voor niks gekomen". Beste meisjel Tegen haar, Saskia Weezenaarl Een ogenblik stond ze besluiteloos. Liefst had ze de vreemde bezoeker de deur voor de neus dicht gesmeten, maar zijn familiaire manier van optreden beduusde haar. Opeens hoorde ze tot haar opluchting stappen in de vestibule, en haar moeders stem. „Saskial Wat sta je nu toch al maar in de deur te praten. Wie is die ochl Nee maarl Oom Simonl Och, dat is leuk, dat u gekomen bentl Maar waar om heeft u niet even bericht?" Saskia stond verstomd te staren. Dus dèt was oom Simon, de miljonair uit Brazilië. Haastig ging ze na: wat had ze gezegd, gedaan? „Nou ik dacht koml ik ga Doortje of nee, Thea heet je tegenwoordig hè? Ik ga Thea es opzoeken. En ik heb een hekel aan schrijven, ik schreef maar ééns per jaar een brief aan je moeder". „Komt u er toch in" zei Thea nerveus. Hoe kreeg de man het nu toch in z'n hoofd zo maar aan te komen lopen? En wat keek Saskia bedremneld? „Je dochter wou me d'r niet in laten", zei oom Simon vermaakt, „toen ik zei dat ik alleen maar een koppie thee kwam drinkenl" „Ach, Saskia kent u ook helemaal niet. Als ze het geweten had, wat jij Saskia? Komt u maar gauw mee, dan gaan we gezellig in de salon zitten. Herman komt met een uurtje thuis, u blijft tóch eten? Als u genoegen neemt met wat ehde pot schaftl" Snel maakte ze de balans op van wat de pot te schaften had en besloot op zeer korte termijn een spoedconferentie te hebben met het dagmeisje Ellie. (wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1979 | | pagina 7