I
Verantwoording
cijfermateriaal
Verwoestend
Jeugd
PAGINA 8
TEXELSE COURANT
DONDERDAG 24 DECEMBER 198
TEXEL HEEFT EEN
DRANKPROBLEEM
De cijfers ten aanzien van alco
holgebruik op Texel zoals die in
nevenstaand artikel worden ge
noemd zijn op de volgende wijze
verkregen.
Wat betreft gedistilleerd werd in
formatie ingewonnen bij de ge
meente. Gemeente Texel int de
accijnzen van alcoholhoudende
dranken met een promillage van
meer dan vijftien procent. In 1980
werd 36.818 liter van dit soort dran
ken veraccijnseerd in de horeca-
sector en 59.136 liter bij de slij
terijen. Het gebruik van gedestil
leerd in café's ten opzichte van het
gebruik thuis verhoudt zich dus als
1:1,6. Totaal werd op Texel 95.954
liter gedistilleerd geconsumeerd.
Gedistilleerde dranken omvatten li
keuren, whisky, jenever en der
gelijke. Het is alleszins redelijk om
het gemiddelde alcoholpercentage
van dit soort dranken op 30% te
stellen. Wanneer men dus de
,,plas" drank van 95.954 liter door
drie deelt wordt het aantal liters
pure alcohol verkregen dat in de
gedistilleerd sector op Texel is ge
dronken. Dit is 31.984,6 liter.
Om het gebruik van pure alcohol
per hoofd van de bevolking te
meten moet het aantal inwoners
van Texel door die 31.984,6 liter
worden gedeeld. Bij het vaststellen
van het inwonersaantal dient echter
ook rekening gehouden te worden
met toeristen die op Texel een ferm
slokje meedrinken. Door de ge
meente wordt gerekend met een
vast inwonertal van 12.500. Per jaar
telt Texel 1,8 miljoen overnachtin
gen. Wanneer die 1,8 miljoen door
het aantal dagen dat een jaar telt
worden gedeeld, wordt het cijfer
verkregen dat aangeeft hoeveel
toeristen het hele jaar door gemid
deld dagelijks op het eiland ver
blijven. Dat is 4932. Bij de 12.500
vaste bewoners opgeteld, houdt dit
in dat voor de berekeningen gebruik
werd gemaakt van een „consu
mentenaantal" van 17.182.
Het inwonersaantal van 17.182
gedeeld door de 31.984,6 liter pure
alcohol geeft een verbruik per
hoofd te zien van 1,86 liter pure
alcohol per jaar. Het landelijk ge
bruik per hoofd zoals dat bekend is
bij het Centraal Bureau voor de
statistiek is 2,71 liter. De Texelaar
zou dus 0,85 liter pure alcohol per
hoofd minder drinken. Overigens is
bij deze cijfers geen rekening ge
houden met drank die aan de
vastewal wordt gekocht.
Ten aanzien van bierverbruik be
staan alleen nauwkeurige cijfers
over het bier dat in café's wordt
gedronken. Het bedrijf dat vrijwel
het hele marktaandeel van het
leveren van bier aan horecabedrij
ven heeft, leverde in 1980 800.000
liter bier aan de verschillende be
drijven. Verder werden door dit be
drijf 75.000 kratjes geleverd, een
totaal van 540.000 liter. Dit getal
mag echter niet als representief
voor het thuisverbruik worden ge
zien omdat ook via allerlei groot
winkelbedrijven een inkoopcombi
natie bier op Texel wordt gedis-
trubueerd. Een meer betrouwbaar
beeld geeft te veronderstellen dat
het gebruik in horecabedrijven van
bier zich net zo tot het thuisverbruik
verhoudt als dat bij gedistilleerd het
geval is. Bij gedistilleerd verhielden
horecaverbruik en thuisgebruik
zich als 1:1,6. Het totale bierver
bruik op Texel zou dan neerkomen
Het thuisverbruik van bier zou dus
zijn: 1,6 maal 800.000 is 1.280.000
Het totale bierverbruik op Texel zou
dan neerkomen op 800.000 plus
1.280.000 is totaal 2.080.000 liter.
Rekenend met het consumenten
aantal van 17.182 komt dat neer op
een gebruik per hoofd van 121 liter.
Landelijk is dit volgens het Centraal
Bureau van de statistiek 86,4 liter.
Op Texel wordt dus aanmerkelijk
meer bier gedronken dan op het
vasteland. Een kratje van 24 pijpjes
bevat 7,2 liter bier. Per hoofd zou
den dus jaarlijks 17 kratjes bier wor
den gekocht.
Door al dat bier krijgt de Texelaar
7,27 liter pure alcohol binnen en
iemand aan de vastewal 5,184 liter.
Worden die getallen opgeteld bij de
alcohol die men consumeert via het
gedistilleerd dan krijgt een Texelaar
jaarlijks 9,12 liter pure alcohol bin
nen en iemand aan de vastewal
7,894. Een Texelse consument ge
bruikt dus jaarlijks 1,226 liter alcohol
meer dan iemand aan de vaste wal.
Met hoge snelheid rijdt een auto over de Nikadel te De Koog.
In de bocht bij de katholieke kerk wordt nauwelijks afgeremd.
De auto raakt in een slip en ramt een paal. Een ogenblik blijft
de bestuurder versuft ritten. Dan maakt hij met veel moeite rijn
veillgheldsgordels los en opent het portier. Wankelend loopt hij
over tie Nikadel In de richting waar hij vandaan kwam. Enige
djd later Is de politie ter plaatse, gebeld door buurtbewoners
die wakker werden van de klap. Aan de hand van het nummer
bord weet de politie de eigenaar op te sporen. Hij is net thuis
als de politie arriveert Zijn adem ruikt naar drank. Hij praat
moeilijk. Bloeddoorlopen ogen. Geeft toe dat hij in de auto
reed, maar ontkent dat hij teveel drank had gedronken. Het
blaaspijpje geeft aan dat hij in ieder geval een promillage hoger
dan 0.5 in rijn bloed heeft Op het politiebureau kleurt ook het
0.8 pijpje groen. De man geeft toestemming voor het afnemen
van een bloedproef. Er wordt wat bloed afgetapt en opgestuurd
naar het gerechtelijk laboratorium. Een tweede bloedproef
wordt aangeboden, maar de man vindt dat niet nodig.
Voorlopig krijgt hij een rijverbod van acht uur opgelegd. De
uitslag van een laboratoriumproef geeft aan dat het promillage
1,94 was. Bijna vier maai de maximaal toegestane hoeveelheid.
Een hoeveelheid, waarvoor twaalf of dertien pilsjes nodig
waren. Er komt een rechtzaak en een veroordeling. Boete, voor
waardelijke gevangenisstraf. Ontzegging van de rijbevoegd
heid.
Regelmatig verschijnen in deze krant rechtbankverslagen. Een groot aantal gaat
over mensen die met teveel drank op achter het stuur kropen. Ook de politie
berichten bevatten met name in de zomermaanden veel drank-ellende. Agressie en
vernieling. Verborgen driften die door het nuttigen van drank aan de oppervlakte
komen. De vraag dringt zich op of op Texel meer gedronken wordt dan elders. En
wat de gevolgen zijn van het drankgebruik, naast de in de krant gemelde
calamiteiten. Is Texel bezig een eiland van alcoholici te worden?
Vergelijking van Texels drankgebruik
met dat aan de overkant levert inte
ressante gegevens op. Volgens de bere
kening die bij dit artikel is gevoegd,
drinken Texelaars minder gedistilleerd,
maar meer bier dan mensen aan de
vaste wal. Door jenever, whisky, likeur
en dergelijke krijgt de Texelaar jaarlijks
1,86 liter pure alcohol binnen. Dat is
ruim zeven flessen jenever. Een over-
kanter krijgt jaarlijks 2,71 liter pure alco
hol binnen door het drinken van gedis
tilleerd. Volgens dit aan het Centraal
Bureau van de Statistiek in Den Haag
ontleende cijfer worden op de vastewal
per hoofd van de bevolking ruim tien
flessen whisky, jenever of ander gedis
tilleerd per jaar geconsumeerd. Op dit
gebied komen de Texelaars dus als
matige lieden uit de bus. Wat betreft
bier zijn de Texelaars echter aanmerke
lijk minder matig. Volgens de bij dit
artikel gepubliceerde berekeningen
drinkt de Texelaar jaarlijks 121 liter.
Zeventien kratjes van 24 pijpjes per
hoofd van de bevolking per jaar. Op het
vasteland wordt „slechts" 86,4 liter ge
consumeerd volgens het CBS. Een
gegeven dat voldoende is om de Texe
laars. en de in de berekening verwerkte
toeristen op Texel als echte bierdrinkers
te bestempelen. Een Texelaar drinkt per
jaar 34,6 liter bier méér dan iemand aan
de vastewal. Dat scheelt bijna vijf
kratjes.
Het gebruik van alcoholhoudende
dranken in horecagelegenheden en
thuis verhoudt zich als 1:1,6. Met an
dere woorden: tegen iedere borrel die in
het café wordt gedronken, wordt thuis
het glas ruim anderhalf maal gevuld. In
1980 werden In de horecagelegenheden
op Texel 36.818 liters alcoholhoudende
drank van 15% of meer verkocht. Thuis
werd 59.136 liter van dit soort drank
geschonken. Bij elkaar een plas van
95.954 liter gedistilleerd, waarmee on
geveer drie tankwagens die nornaal voor
het bevoorraden van bezinestations
worden gebruikt, kunnen worden ge
vuld. Op het gebied van bier werd
800.000 liter in de café's getapt en
kwam 1.280.000 liter thuis op tafel.
Totaal een hoeveelheid van 2.080.000
liter ofwel een file van ongeveer 70
tankwagens.
Over het wijnverbruik op Texel kon
den geen betrouwbare gegevens wor
den verkregen.
Dat Texelaars niet vies zijn van een
slokje is geen nieuw verschijnsel. In het
boek ,,'t Lant van Texsel" van J. A. van
der Vlis komt het drankgebruik uit
gebreid aan de orde. „Overal, zowel ten
plattelande als in de steden, werd ge
durende de 19de eeuw onmatig veel
sterke drank hieronder te verstaan
brandewijn en jenever gedronken.
Texel maakte op deze algemene regel
geen uitzondering. Volgens een opgave
van de gemeenteontvanger G. List, een
man die het weten kon omdat hij de
plaatselijke accijnzen inde, had de be
volking van 1851 niet minder dan 33.000
liter drank met een alcoholpercentage
van 50% geconsumeerd. In 1852 was
volgens dezelfde berichtgever het gere
gistreerde gebruik tot 50.000 liter ge
stegen. Telt men daarbij de 8000 liter die
volgens List door vissers van Oost
clandestien werd ingevoerd, dan komt
men op een totaal verbruik van 58.000
liter. Het gemiddelde gebruik per in
woner, vrouwen en kinderen meege
rekend, beliep dus iets minder dan tien
liter per hoofd van de bevolking." Van
der Vlis stelt vast dat dit cijfer overeen
kwam met het landelijk gebruik in de
jaren 1876/'80 toen bij de invoering van
de drankwet werd vastgesteld dat per
hoofd van de bevolking 9,85 liter van
50% opgedronken was. De drankbe
strijding die in deze tijd op Texel op
gang kwam, richtte zich tegen het
gebruik van jenever. In wijn en bier werd
toen nog geen kwaad gezien. Drank
bestrijder Jacob Huizinga was een groot
liefhebber van Beiers Bier en in 1890
onthaalden goedwillenden van Den
Burg arme kinderen uit Den Helder bij
een uitstapje naar Texel op grote glazen
bier met suiker. De cijfers van 1980
zouden Jacob Huizinga dan ook wei
nig reden tot ongerustheid hebben ge
geven. Relatief weinig gedistilleerd,
maar wel veel bier. Texel is op de goede
weg, zou hij geconcludeerd hebben.
grote werkloosheid op Texel er mi
schien iets mee te maken? Een advoca
die in zijn praktijk veel met door drai
ontstane ellende heeft te maken schet
een geval.
„Op een gegeven moment wordt e
man werkloos. Dat is in de huidige t
lang niet zo'n ramp als vroeger. Hij hoi
niet te stempelen, er ontstaat ge
honger en hij wordt lang niet zo erg i
vroeger met de nek aangekeken. W
wél gebeurt: hij gaat zich vervelen,
het begin vallen er misschien nog v\
klusjes in huis op te knappen. Maar j
een gegeven moment mist hij de daj
lijkse gang naar het werk. Niet ee
zozeer vanwege dat werk, maar w
vanwege het sociale contact met col
ga's. Mensen hebben dat sociale co
tact nodig. De man zoekt hier een o
lossing voor en raakt in een café vi
zeild. Dat begint met een praatje en e
spa'tje, maar langzamerhand, als
man langer werkloos is en uitzicht
ander werk minder wordt, verander
dat spa'tje en dat kopje koffie in drar
En wanneer het cafébezoek eenm.
gelijk opgaat met drankgebruik, woi
het vaak van kwaad tot erger. De m
wordt een keer dronken en dan nog e
keer en dan krijg je het stadium van
ruzies thuis. Het gezinsleven raakt oi
wricht, misschien komt er een scheidi
en als het eenmaal zover is dan voelt
man zich zo ellendig en verlaten dat
nog meer gaat drinken. Er is dan
sprake van een vergevorderd alcoh
probleem."Overigens leent volgens c
ze advocaat de beroepsstructuur v
Texel zich goed voor alcoholisme.
Zomers vinden velen werk in de horec
's Winters zijn ze werkloos. Juist in
tijd begint het drinken. Om de lan
winter door te komen, maar ook c
contact te houden met collega's en
dere mensen. Texel biedt genoeg ge
genheden voor mensen die ergens e
borrel willen drinken. Op het eiland z
ongeveer 80 horecabedrijven, zodat
voor iedere 150 bewoners een café
Een gemeente als Sassenheim in Zu
Holland met eveneens rond de 13.0
inwoners telt maar zes café's!
De eerder aangehaalde advocaat I
verbaasd over het gemak waarmi
tegenwoordig een pilsje wordt gedro v
ken en toont zich vooral bezorgd ov s
het alcoholgebruik bij de jeugd. Volger
jeugdwerkbegeleider Jan Kramer ka i
inderdaad worden gesproken van e( j
alcoholprobleem bij de jeugd. Het ga i
hier in de meeste gevallen niet om 11
Inmiddels is echter wel het besef ont
staan dat grote hoeveelheden bier de
zelfde verwoestende uitwerking kunnen
hebben op het lichaam en het sociaal
functioneren van iemand als het drinken
van veel jenever. Wat dat betreft maakt
het niet zoveel uit wat men drinkt. In dat
licht bezien is het grote bierverbruik op
Texel dan ook zorgwekkend te noemen.
Het drinken in de vorige eeuw en in
het begin van deze eeuw was beslist
geen zaak van alleen de lagere klassen,
De negentiende eeuwse Texelse notaris
Johannes Ludovicus Kikkert, was vóór
hij zich tot het afschaffersgenootschap
bekeerde een bekend innemer van veel
alcoholica. Toch zorgde de drank vooral
in de lagere klassen voor veel ellende.
Slechte behuizing en arbeidsomstan
digheden waren er onder andere de
oorzaak van dat men vaker naar de fles
greep. Om een tijdje in een roes te
leven. Om te vergeten. Ook in de
dertiger jaren toen er grote werkloos
heid heerste was jenever een probaat
middel om enige tijd aan de sores van
alledag te ontsnappen.
Wat zijn de oorzaken van het grote
drankverbruik in deze tijd? Heeft de