Internationale erkenning voor Pieter de Vries
Van linnen
tot vlakfilm
^^NSDAG 17 JANUARI 1984
TEXELSE COURANT
PAGINA 7
kort
ie vi
geen verantwoordelijkheden hoeft te
dragen, maar het heeft zeker ook te ma
ken met zijn liefde voor auto's. Hij rijdt
zelf in een slim ingerichte bestelbus
waarop enige truckersaccesoires zijn
aangebracht.
Bij zijn foto's en dia's zitten diverse af
beeldingen van grote vrachtwagens en
ook het kleinste truckje van Texel, de als
twintigtonner uitgedoste Suzuki Carry
uit De Cocksdorp ontbreekt niet. Foto's
van Pieter de Vries haalden de pagina's
van het blad Truckstar.
Niet vervreemdend
Zijn landschapsfoto's laten Texel zien
zoals het is, zonder dat gebruik wordt
gemaakt van vervreemdende effecten
om te laten zien dat het hier om kunst of
zoiets gaat. Veel foto's zijn verhalend,
documentair. Ze zijn allemaal met over
duidelijk vakmanschap en een herkenba
re stijl gemaakt.
Zo werden rietsnijders in Waalenburg
vereeuwigd en legde Pieter de Vries een
flink stuk van de oude Waddenzeedijk
vast, door, voor met de aanleg van de
nieuwe dijk werd begonnen, elke hon
derd meter van de oude situatie te
fotograferen.
Dat zijn dus foto's die nu, zes jaar nadat
ze gemaakt zijn al een duidelijke histori
sche waarde hebben. Een ander project
wordt samen met Niek Welboren uitge
werkt. In de voormalige Vivo aan de
Groeneplaats werden foto's gemaakt die
nu door Welboren met ecoline inge
kleurd worden. De makers beschouwen
dit overigens als een experiment waar
van de uitkomst nog geheel onzeker is,
maar de term veelbelovend mag hier ze
ker van toepassing worden geacht. ,,De
sfeer in die oude zaak is heel bijzonder.
Het pand is echt van de ene op de ande
re dag verlaten en dat is nog goed te
zien. We kunnen echter nog absoluut
niet zeggen of en wanneer we hiermee
in de openbaarheid treden."
Duizend
Niek Welboren is één van de schilders
met wie Pieter de Vries als fotograaf van
schilderijen contact heeft. Met de
meeste kan dat natuurlijk niet door de
zeer praktische beperking dat ze niet
meer in leven zijn, maar ook komen de
opdrachten meestal van veilinghuizen
als Christie's, waarvoor hij onlangs het
duizendste doek fotografeerde, en
kunsthandels.
Andere prominente namen in zijn
klantenkring zijn Nijstad in Den Haag,
een galerie waar nu al de vijfde opvol
gende generatie Nijstad in zit en die veel
in maritieme stukken handelt. Daar zit
ten vrij veel stukken over Texel bij maar
de repro's worden niet aan anderen dan
aan de opdrachtgever ter hand gesteld:
,,lk verkoop nooit uit het archief, dat is
ook zo ingedeeld dat alleen de klant de
beschikking heeft over de registratie
nummers van zijn eigen opdrachten. Dat
is gewoon een kwestie van beroepsop
vatting, net zoals ik altijd sta voor wat ik
toegezegd heb. Mondelinge opdrachten
en afspraken zijn voor mij heilig, ik werk
nooit met eeri papiertje. Dat gaat bijna
altijd goed, eigenlijk is het maar bij één
klant niet goed gegaan en daar maak ik
dan natuurlijk wel werk van."
Een mooie opdracht was het maken
van een catalogus voor het veilinghuis
Hoogsteder-Naumann Ltd. met vesti
gingen in Den Haag en New York voor
de Amerikaanse markt. De repro's waren
ook in druk zeer fraai, iets dat nog wel
eens te wensen over laat.
Het vaststellen van de goede kleur
toon is trouwens een subjectief moment
in de toch redelijk objectieve fotografie.
Het is niet ongebruikelijk dat bij repro
ducties een zogenaamde ,,kleurwig"
wordt meegefotografeerd. Dat is een
plaatje met verschillende standaardkleu
ren erop, een soort testbeeld eigenlijk,
dat voor de drukker kan dienen als test
of zijn kleurweergave klopt. Pieter ge
bruikt die dingen niet: ,,De meeste
kunsthandelaren willen op het gevoel
beoordelen of de kleur in druk klopt.
Soms kan je een exacte weergave heb
ben terwijl toch de sfeer van een schilde-
rij niet overkomt." Muuf
Door al dat reproduceren is Pieter de
Vries inmiddels aardig op de hoogte met
het werk van diverse schilders. Zijn
eerste grote opdracht, het fotograferen
van de Ruijsdaeltentoonstelling in het
Mauritshuis leerde hem iets over het
werk van oude meesters, maar hij foto
grafeerde ook veel Haagse School en
andere stijlen. Van alle collecties die hij
fotografeert koopt hij boeken, zodat hij
weet met wat voor materiaal hij bezig is.
Foto's van schilderijen die hij mooi
vindt, drukt hij voor zichzelf ook nog
eens af, maar die blijven wel keurig in
het archief: ,,Je denkt toch niet dat ik
die aan de muur ga hangen? Daar neem
ik alleen echt voor." Ook blijft hij bij door
het tijdschrift „Tableau" te lezen. In dit
blad voor galeriehouders en kunstmin
naars zijn elke keer wel foto's van zijn
hand terug te vinden.
Pieter de Vries blijft overigens fotogra
fisch nieuwe wegen inslaan. Sinds kort
doet hij ook aan produktfotografie, on
der meer voor het blad Cats. Veel resul
taten zijn daar nog niet van te zien ge
weest, maar één ding staat van tevoren
vast. Het zullen ongetwijfeld nagenoeg
perfecte platen zijn.
Pietér de Vries, zijn gereedschap, zijn broodwinning.
de collectie die zich in de Villa Favorita
bij het Meer van Lugano bevindt. „Daar
was ook het allereerste bloemenstilleven
bij dat ooit gemaakt is. De schilder weet
ik niet meer, maar het was een Holland
se meester. Dat ding zat vastgeschroefd
aan een grote sokkel op een plek waar
het licht niet goed was. Daar zat de Itali
aan die mij hielp niet mee, hij pakte ge
woon een grote schroevendraaier en
draaide de schroeven eruit. Dat had wel
tot gevolg dat direct overal alarmschel-
len begonnen te rinkelen, niet alle Italia
nen zijn blijkbaar zo makkelijk."
Eén gebeurtenis bij de Villa Favorita
zal hem lang bijblijven. Hij stond uit te
rusten bij zijn auto toen er een heel dikke
man naar boven, naar die beroemde villa
kwam zwoegen. De man keek naar Pie
ter en naar zijn auto waar met grote let
ters „Pieter de Vries, Texel" opstond en
zei: „Zo, zo, Pieter, jij hebt een eind ge
reden." Symboliek op een Italiaanse
bergtop. Keurs|jjf
Hoewel Pieter zijn werk bij de RKD
enigszins als een ambtelijk keurslijf er
voer („Buiten kantoortijd kon niets
meer") werd daar toch min of meer de
basis gelegd voor zijn huidige werk. Af
gezien van de belangrijke contacten die
hij daar legde, kon hij zijn werk vervol
maken, tot wederzijds profijt. „Toen ik
daar kwam werd er niet zo goed
gefotografeerd."
Het hoe van zijn werkwijze wil hij niet
verklappen, mensen die net zo mooi wil
len werken moeten die techniek zelf
maar ontdekken. Wel wordt een tipje
van de sluier opgelicht: „Standarisering,
dat is enorm belangrijk. Ontwikkeltijden,
gebruikte ontwikkelaar, manier van licht-
meten en belichten, alles moet zich tel
kens weer op dezelfde manier afspelen.
Alleen dan kan je bewust extreme om
standigheden opvangen en een
constante kwaliteit afleveren. Standari
sering betekent ook: door en door geor
ganiseerd werken, zodat je nooit
misgrijpt."
Overigens had Pieter bij het RKD wel de
gelegenheid om zijn donkere-kamer rou
tine te standariseren: „Er waren mensen
geabonneerd op een serie foto's van
schilderijen. Die drukten wij dan af. Zo
hebben we een keer met drie man met
de hand en op papier in zes weken
32.500 afdrukken gemaakt." Zwart-wit-
amateurs die de tijd dat foto's op papier
werden afgedrukt (wat Pieter de Vries»
nog steeds doet) nog hebben meege
maakt weten wat dat zeggen wil. Toch
wil Pieter nu nog zijn hand in het vuur
steken voor de kwaliteit van de afdruk
ken die toen gemaakt werden. Nu werkt
hij zo goed als zonder afval, elke afdruk
is raak. Dat helpt weer mee aan §en
snelle aflevering. Als het nodig is wordt
doorgewerkt tot in de kleine uurtjes:
„Mijn klanten moeten ert van op aan
kunnen dat het werk op tijd klaar is.
Daar betalen ze ook voor."
Vrachtwagens
Als het fotografen bestaan even te veel
is gaat Pieter de Vries weg, als passagier
op een vrachtwagen naar Italië. „Dat is
één van mijn grootste genoegens. Als ik
geen fotograaf was geweest, had ik op
zo'n grote vrachtwagen gereden."
Dat genoegen heeft deels te maken
met het ontspannende van zo'n rit als je
richl
en z
gtei
n be
Een kunstschilder werkt vele uren aan een doek, trekt alle registers
at \van zijn gevoelige geest open om in zijn eigen kleuren het landschap
'end
/an zijn fantasie te beschrijven. Een fotograaf daarentegen meet de
yerkelïjkheid en vertaalt die gegevens via natuurwetenschappelijk ver-
mtwoorde wegen in een afbeelding van die werkelijkheid op film, een
nateriaal dat ook weer via nuchter denkwerk tot stand kwam. Zijn
tevnoment van vastleggen duurt hooguit enkele seconden.
Ider Pieter de Vries Ik ben de beste fotograaf van Den Hoorn") is bezig
nternatonaal naam te maken met een verbinding van de twee hierbo
ven beschreven technieken. Hij fotografeert zo perfect mogelijk schil
derijen voor catalogi, ten behoeve van kunsthistorisch onderzoek en
hm de schoonheid nog eens vast te leggen, zodat het werk niet verlo-
Me^n kan gaan. Fotografie in dienst van de schilderkunst, van linnen tot
jisf.
i iwlJ;
'lakfilm.
embat is overigens niet het enige ter-
erufein van de fotografie dat Pieter de
1veVries beheerst, net zoals de hierbo-
^e'yen gegeven omschrijving van foto-
el jjraferen niet de enige en allesomvat
tende is. Een ander deel van zijn
at (werk omvat het vastleggen van
t jfexel, overigens op dezelfde degelij-
dQjKe manier als waarmee de schilderij-
vereeuwigd worden. Die werk-
'ijze leidt tot een welhaast ouder
wetse ambachtelijkheid, tot een
kwaliteit die vandaag de dag helaas
n bfaijna uitgestorven is.
an
Del Het begon allemaal zo'n achttien jaar
30i|geleden aan de Emmalaan in Den Burg.
vw„Goos Westerlaken had op de LTS een
3 ^hobbyclub en van hem kreeg ik een keer
Mejeen camera mee, een Yashicamat dub-
ejbeloog. Dat was nogal een verantwoor-
weUng want hij had het ding pas nieuw,
f tjtoen toch een aanschaf van tegen de
anjvijfhonderd gulden. Ik kreeg hem mee
!en maakte er een foto mee van een
ischapenboet, die gelijk erg mooi werd
Igevonden. Daarna deed ik er een tijdje
jniets aan, maar van lieverlee begon ik
toch vaker te fotograferen. Ik .heb die
l^jYashica overigens later van Goos over-
g^genomen, ik moet hem nog ergens
heb ben."
!nj Pieter woonde toen op de boerderij
^met de mooie naam „Dorpszicht" maar
crjfmet de mooiere bijnaam „De Kist", in
-ji Spang. Hij werd geboren in de „Wijde
Bliek" (hoe toepasselijk voor een foto-
graaf) en woonde nog een jaar in „Mont
Rosa". In de kelder van De Kist werd een
donkere kamer ingericht.
Pieter stuurde werk in naar de toen
,0f| nog bestaande Famous Artists School in
g. Utrecht, die een test organiseerde. Hij
,1 scoorde een 9, zonder overigens van
plan te zijn een cursus te gaan volgen.
„Een tijdje later, ik stond net in mijn
overall in de doka af te drukken en het
was stervenskoud, kwam er opeens een
J docent van die FAS binnenstappen. Ik
heb met die man toen een lang gesprek
eJj gehad en hij gaf me het advies eerst mijn
ar' opleiding af te maken, ik zat nog op de
,cl MTS, en dan te kijken of ik nog steeds
1 fotograaf wilde worden. Dat advies heb
ei ik opgevolgd, ik heb eerst mijn diploma
3n werktuigbouwkundige gehaald."
c
a(i Repareren
ar Dat wil niet zeggen dat Pieter de Vries
nu ook zijn eigen camera's repareert: „Ik
e! ben tot op ongeveer een millimeter
e nauwkeurig en dat is dus geen fijn-
iï instrumentmaker." Diverse stages maak-
d ten duidelijk dat een toekomst als foto-
'P graaf aantrekkelijker leek dan een toe-
komst als werktuigbouwkundige. „Mijn
e eerste stage was op de tekenkamer van
het Provinciaal Electriciteitsbedrijf in
Leeuwarden. Daar hadden we een chef,
J die was eigenlijk te goed, je kon niets
i' nieuws bedenken, hij wist het allemaal
al. Daarna ging ik naar de Rijkswerf, dat
was schitterend maar het werd me wel
duidelijk dat een dergelijke baan niets
voor mij was. Tenslotte heb ik nog een
tijdje op het marinevliegveld De Kooi bij
Den Helder gewerkt maar dat was alle
maal veel te militair. Later bleek dat ik
gelukkig niet in dienst hoefde, ik ben af
gekeurd op mijn ogen."
tien, dat kan je je toch nauwelijks
voorstellen."
Drie keer
Hoewel volgens zijn eigen zeggen het
examenwerk wat tegenviel, zat daar
toch een fraaie foto bij van het haventje
van de Rooie Klif, vlak bij Staveren in
Friesland. „Voor die plaat ben ik drie
keer naar Friesland gereden vanuit Den
Haag. Twee keer achter elkaar was het
licht niet goed. De derde keer heb ik
eerst gebeld naar kennissen in Friesland
om te vragen hoe de lucht er bij hen uit
zag. Toen dat goed bleek, ben ik met
grote spoed naar de Rooie Klif gereden
en kon ik de plaat maken."
Het verhaal is typerend voor de werkwij
ze van Pieter de Vries, alles moet per
fect. Die werkopvatting is in de loop van
de jaren alleen maar verdiept: „Ik lever
kwaliteit. Daar betalen mijn klanten
goed voor, maar als het werk slecht is,
betalen ze niets. Dan kom ik het des
noods overmaken, maar als ik een foto
aflever, moet hij nagenoeg perfect zijn."
Pieter regelde zelf een soort stage,
omdat dat vanuit de school niet gedaan
werd, bij het NIOZ. „Na mijn schooltijd
heb ik daar een tijdje gewerkt, ook. zo'n
beetje als overbrugging van mijn werk
loosheid. Het geld dat ik daar verdiende
werd van mijn uitkering afgetrokken, dus
financieel werd ik er niet beter van, maar
het was een hele leuke tijd, waar ik goe
de contacten aan heb overgehouden. Je
leert wat werken in de praktijk betekent
en we deden allemaal interessante din
gen, zoals wadlopen, in bootjes varen en
dergelijke. Ik kon mijn vaardigheid op
bouwen en, wat heel belangrijk was,
met mijn werk werd wat nuttigs
Documentatie
„Daarna kreeg ik een baan bij het
Rijksinstituut voor kunst-historische do
cumentatie en zo ben ik in het reprodu
ceren van schilderijen terechtgekomen.
Ik ben er van overtuigd dat elke schilder
al zijn werk zou moeten laten fotografe
ren en niet alleen omdat ik daar mijn
brood mee verdien. Het is gewoon be
langrijk dat zo'n artistiek produkt bij
brand bijvoorbeeld niet helemaal verlo
ren gaat. Ook voor bijvoorbeeld de Beel
dende Kunstenaarsregeling (de „contra
prestatie" -red.) zou dat goed zijn. De
Pieter schreef zich dus in als leerling
bij de MTS voor fotografie in Den Haag.
Op grond van zijn goede motivatie
kwam hij door het toelatingsexamen. De
opleiding was geen onverdeeld genoe
gen, hij heeft zo zijn twijfels over de
kwaliteit: „Alles was zo subjectief daar,
de know how die er zeker was kwam er
niet uit. De leerlingen willen er ook niet
echt moeite voor doen. We moesten een
keer een foto maken van een banane-
schil. Daar ben ik een hele tijd mee bezig
geweest. Eerst legde ik hem mooi neer,
en daarna wachtte ik tot hij onder die
warme studiolampen behoorlijk bruin
aan het worden was. Ik maakte de foto,
maakte er een tekst bij en leverde het
werk in. De leraar gaf me een tien en hij
vertelde de klas erbij dat dat kwam om
dat het werk „af" was. Toen zijn mijn
klasgenoten gaan protesteren tegen die
Aan het werk bij Christie's veilinghuis in Amsterdam. Dezelfde dag dat deze opname werd gemaakt fotografeerde hij ook een doek dat nog
vier keer zo groot was a/s het maritieme stuk dat hier op zijn kop staat, maar er was ook een schilderijetje bij van nog geen tien centimeter
in het vierkant. Ai die opnamen worden met dezelfde technische camera gemaakt op een negatiefformaat van 4 bij 5 inch. Onmisbaar hulpstuk
hierbij is het zwarte doek waar de fotograaf onder moet gaan staan om het zoekerbeeld goed te kunnen beoordelen. Mensen die Pieter de Vries
met die doek aan het werk zien denken vaak dat hij geen geld heeft om een moderhe camera te kopen, maar ook heden ten dage is een dergelij
ke uitrusting nog steeds het beste wat er is voor dergelijk werk.
deelnemers zouden gelijk bij hun schil
derij een foto moeten leveren."
Het fotograferen van schilderijen lijkt
makkelijker dan het is. Om te beginnen
levert de verlichting van het doek al de
nodige valkuilen op. Olieverf zit niet vlak
maar vertoont allemaal randjes en rim
peltjes die kunnen glimmen. Bovendien
zijn de werken soms groot. Pieter foto
grafeerde onlangs nog bij Christie's een
schilderij van ongeveer 6 vierkante me
ter. Het is niet eenvoudig zo'n oppervlak
helemaal egaal te verlichten.
De kleuren van een schilderij zijn ei
genlijk het mooist als de vernis nog nat
Zo, zo, Pieter
Pieter de Vries fotografeerde ook een
aantal schilderijen uit de wereldberoem-
is. Dat ervoer Pieter de Vries een keer in
Italië. „Ik moest bij de Galeria Lorenzelli
in Italië schilderijen fotograferen die net
gerestaureerd werden. De doeken wer
den vanuit de kelder waar dat gebeurde
naar boven gebracht en het viel me op
dat de kleuren zo helder waren. Bij con
trole bleek dat de vernis nog nat was. Ik
zei in mijn beste Italiaans „alle donders",
maar volgens de mensen van de
galerie maakte dat allemaal niets uit."