Groen c/wartsJ~exelsin het harL, IOZ naar Indonesië voor nellius II expeditie Burgemeester opende TESO-tentoonstelling el en mk oodcamping was erliesgevend Strenge controle op illegaal veevervoer kRGANG Nr. 9854 VRIJDAG 3 FEBRUARI 1984 ies: IParkstraat 10 of Warmoesstraat 45, Den Burg, tel. (02220) 2741, Kerktijd. Harry de Graaf, Pelikaanweg 75, De Koog, tel. (02228) 266, feterhofWesterweg 14, Den Burg, tel. (02220) 4988 en Niek van d»>' |Schilderweg 215, Oudeschild, tel. (02220) 5393. «tenties, abonnementen, etc.: jd& De Rooy B.V., Postbus 11, 1790 AA Den Burg, B02220) 2741, na 18.00 uur 4881. Verschijnt dinsdags en vrijdags. Abonnementsprijs /17.40 per kwartaal. Losse nummers /0,75. Postgiro 652. Bankrelaties: Amro Bank nr. 46.99.17.636. Rabobank nr. 36.25.01.742; NMB nr 67.34.6 v r-f;, ze zomer begint voor het Nederlands Instituut voor Onder der Zee in het Horntje het grootste wetenschappelijke pro- vaarmee het ooit is bezig geweest. Het ms ,,Tyro" vertrekt nei volgepakt met wetenschappelijke apparatuur en liner-laboratoria naar de wateren van Indonesië, waar dan een jaar lang onderzoek van uiteenlopende aard zal len uitgevoerd door het NIOZ, in samenwerking met ande- stituten op het gebied van zeeonderzoek. project draagt de naam „Snellius de expeditie een moderne her- is van het omvangrijke onderzoek hetzelfde zeegebied werd uitge- in 1929 en 1930 in opdracht van oninklijk Aardrijkskundig Genoot- waarbij gebruik werd gemaakt nopnemingsvaartuig van de Kon. Hr. Ms „W. Snellius". Herhaling (de op verzoek van Indonesjsche Öischappers wordt opnieuw een 3 ijke operatie ondernomen; Nu ge- het onder verantwoordelijkheid e Nederlandse Raad voor Zeeon- ïk (een overkoepelend orgaan i de verschillende instituten die net zeeonderzoek bezig houden, iwerken). De technische en orga- irische voorbereiding van Snellius hoofdzakelijk een NIOZ- jilegenheid. Het zijn merendeels mensen die meegaan en ook de I ischappelijke instrumenten en an- technische apparatuur is voor het ste deel afkomstig van het Texelse lut. In 't Horntje is men al maan- net de voorbereidingen bezig. En- HOZ-mensen hebben al oriënteren- zoeken gebracht aan Indonesië. De expeditie wordt als een enor- tdaging beschouwd, niet alleen op ischappelijk maar ook op organisa- h gebied. Die organisatie vergt veel acht, ook bij de verwerking van de vens na afloop. De problemen die komen uit het omvangrijke weten- ppelijke programma, de samenwer- tussen Nederlandse en Indonesi- betrokkenen, het transport van ma- en en de nog ongewisse bureaucra- rompslomp ter plaatse, zijn nau- te overzien. (coördinator), J. W. Rommets, G. Ber ger, M. W. Manuels en E. Pauptit. The- magroep III die zich bezig houdt met „pelagische systemen" bestaat uit prof. J. J. Zijlstra (coördinator), M. Baars, S. Oosterhuis, G. Kraaij, G. Nieuwland, H. Witte, M. Mulder, A. Kok, W. Gieskes, J. Vosjan, G. Cadee, B. Tijssen en P. de Wilde. Bij themagroep IV die koraalriffen bestudeert is maar één NlOZ-man be trokken: R. Bak. Themagroep V tenslot te maakt een studie van de invloed van bepaalde Indonesische rivieren op het oceaanwater waarin zij uitmonden. Deze groep bestaat uit Dr. J. C. Duinker (coör dinator), Th. Hillebrand, R. Nolting, D. Spitzer, M. Wernand, J. Everaarts, J. Boon, J. Hegeman en K. Kramer. Technische mensen die meegaan naar Indonesië zijn onder meer Th. Buisman, De expeditie wordt gehouden onder de vlag en de verantwoordelijkheid van de Neder landse Raad voor Zeeonderzoek. In de prak tijk is het echter voornamelijk een NIOZ- aangelegenheid. J. en F. Schilling, H. de Porto, A. Balk, P. R. Alkema, R. Groenewegen, S. As jes, H. Franken en J. Leijtens. Hoewel het onderzoek meer dan een jaar duurt (de Tyro wordt in juli 1985 te rugverwacht) blijft geen der betrokke- nen zo lang weg. De tochten duren 20 tot 35 dagen en tussen de vaartochten door bestaat gelegenheid om terug naar Holland te gaan of om in Indonesië zelf vakantie te houden. Walstation Het meeste onderzoek gebeurt dus vanaf het schip maar themagroep V maakt ook gebruik van een tijdelijk walstation dat in Soerabaja wordt inge richt en dat bestaat uit zeven laboratorium-containers die er kant en klaar worden heengebracht. Vanuit dit station worden ook over land tochten ondernomen, onder andere naar de ri vieren. Mede daardoor beantwoorden de activiteiten van deze themagroep het meest aan wat de niet wetenschappelij ke leek zich voorstelt van een „expedi tie". De ploeg van Duinker en Hillebrand (assistent-coördinator) bestudeert de in vloed van de rivieren de Solo en de Kali Porong op het oceaanwater. Daartoe wordt twee keer een tocht van drie we ken op zee gemakt, waarbij wordt nage gaan hoever de uit het rivierwater af komstige stoffen meetbaar zijn. Twee perioden van drie weken worden besteed aan de rivieren zelf, dus vanaf het land. Daarbij wordt onder meer ge bruik gemaakt van een soort catamaran waarmee in ondiep water gevaren kan worden. Er wordt onderzoek gedaan in zowel het natte als het droge seizoen. Satelliet Een van de technieken waarvan the magroep V zich bedient is „remote sen sing", waarbij op afstand allerlei metin gen aan zeewater kunnen worden ge daan met betrekking tot temperatuur, zoutgehalte en zwevend materiaal. Daarbij wordt gebruik gemaakt van een vliegtuig en zelfs van een wetenschap pelijke satelliet, waarvan uren worden gehuurd. In het bijzonder M. Wernand en D. Spitzer houden zich met dit onder- r ILLX3HB l Geldstroom het welslagen hangt echter veel het allemaal goed afloopt, bewijst Nederlandse zeeonderzoek de wil en elijkheden tot efficient samenwer- waardoor de kans op een blijvende stroom van rijkswege voor dit werk nerkelijk groter wordt, lusver heeft het NIOZ nog betrekke- veinig onder de rijksbezuinigingen den. Ook de extra gelden die voor inellius II expeditie nodig zijn, wer- vrij vlot toegekend. De kosten lig- de buurt van de tien miljoen. Deelnemers ide zeeën van Oost-lndonesië zal de .twaalf wetenschappelijke vaartoch- maken. Het totale onderzoek is te erscheiden in vijf thema's. Drie the- worden praktisch helemaal door )Z behartigd, één thema door het smuseum voor Natuurlijke Historie leiden en één thema door het NIOZ met de Vrije Universiteit te isterdam. Elke themagroep heeft zijn en leiding. Themagroep I houdt zich ig met de geologie en geofysica in de nda-archipel en staat onder leiding prof. Van Hinte van de Vrije Univer- iit. In deze groep zitten verder de we ischappers en analisten Fred Jansen, m Helder, Rob de Vries, Sjerry van de ast. Themagroep II bestudeert de ver sing van het water in de diepzeebek- s en bestaat uit Prof. H. Postma Het ms „Tyro" dat op 28 mei naar Indonesië vertrekt om daar in het kader van de Snellius II expeditie 12 wetenschappelijke vaartochten uit te voeren. micro-organismen, in de waterkolom. De mate waarin deze organismen voor komen is bepalend voor de potentiële visproduktie, dus voor de exploitatie van dit zeegebied. Tot de instrumenten die hier worden gebruikt hoort de zg. plank tonrecorder, die in eigen beheer door het NIOZ is ontwikkeld. Het korte bestek van dit artikel laat niet toe dat ook wordt ingegaan op de activiteit van de andere themagroepen maar uit de genoemde voorbeelden mo ge blijken dat het om een omvangrijke en gecompliceerde operatie gaat. Dat complexe karakter wordt mede veroor zaakt door de betrokkenheid van Indo nesiërs. Er komen Indonesische weten schappers aan boord en er moeten rege lingen worden getroffen inzake taakafba kening, verdeling van genomen monsters, e.d. waarbij ook nog rekening moet worden gehouden met de culturele achtergrond van deze mensen om de kans op onderling wanbegrip klein te houden. Om vertragingen, technische storingen en programmawijzigingen op te vangen en te coördineren zal geduren de de gehele expeditie een speciale man (een gepensioneerde marineofficier die het gebied en de mensen goed kent) permanent aan de wal zijn om samen met de Indonesische marine de belan gen van de expeditie te behartigen. deel van het ondezoek bezig. Een ander onderdeel (onder leiding van prof. Ter- windt van het geografisch instituut van de Rijksuniversiteit van Utrecht) van het onderzoek betreft het „volgen" van zwevend materiaal (slib e.d.) dat uit de rivieren komt en zich in de buurt van de riviermond voor de kust afzet. Deze ge gevens zijn onder meer van belang voor de bestaansmogelijkheden van vis- en garnalenkweekprojecten van de Indonesiërs. Efficient Bij het Snellius II project wordt ge bruik gemaakt van de meest geavan ceerde apparatuur, waardoor veel meer studie gedaan kan worden in veel min der tijd dan bij Snellius I. Dat blijkt bij voorbeeld uit de technieken die worden toegepast door themagroep II waarbij de waterverversing in diepzeebekkens wordt gemeten. Deze waterverversing („ventilatie") is voor het leven in de diepzee van veel belang. Zonder verver sing verdwijnt de zuurstof uit het water door afbraak van het voortdurend neer dalen van dood organisch materiaal. In diepe troggen in Oost-Indonesische wa teren blijkt echter toch zuurstof voor te komen; er is dus watertoevoer. Om daar over meer te weten wordt een stelsel van stroommeters op de „drempels" van de ze diepzeegedeelten (2000 meter diep) geplaatst die van zijn kabels kan worden losgemaakt met een „akoestische los ser", een apparaat dat reageert op een geluidssignaal. Gegevens met betrek king tot de waterverversing worden ook ^verkregen uit zout- en temperatuurver schillen die zich op verschillende diepten aandienen, uit de gehalten aan zuurstof en organisch materiaal in de onderste waterlagen en uit de aanwezigheid van bepaalde natuurlijke radioactieve isotopen. Planktonrecorder Het onderzoeksterrein van thema groep III die zich met „pelagische syste men" bezig houdt, is de Bandazee, die in grootte te vergelijken is met onze Noordzee. Onderwerp van studie is het leven, met name plankton en andere noodcamping heeft in 1983 geld kost, om precies te zijn f2170,25. at verschilt nogal met het jaar arvoor toen de camping 3279,25 •bracht. Dat verschil wordt veroorzaakt door kleinere aantal kampeerders dat van noodcamping gebruik maakte. -Daar- orwas de opbrengst bijna tienduizend I ilden lager. Daar stond dan weer te- nover dat de personeelskosten ruim ••duizend gulden lager waren. Burgemeester Engelvaart (met Teso-pet) stelt de ouderwetse misthoorn in werking. Links Dirk Kuiter en rechts Jaap Bakker. Door het laten loeien van een ou derwetse handbediende misthoorn opende burgemeester Engelvaart woensdagochtend in het Haven restaurant van 't Horntje de exposi tie „Teso door de jaren heen". Dit openingsgebaar was onderdeel van een ludieke „een-twee-drie-show" die in elkaar was gezet door Teso- medewerker Jaap Bakker uit Oude schild. Hij heeft samen met Dirk Kui ter en Gerrit de Haan de tentoonstel ling ingericht. De expositie is inmiddels al door hon derden mensen, waaronder veel bejaar den bezocht. Blijkens de reacties is het een groot succes. Tot en met zondag is de tentoonstelling open, dagelijks van 10.00 tot 21.00 uur. De entree kost ƒ1,—. Dit geld gaat naar de Stichting Texel- vakantie Gehandicapten. Het openingsritueel speelde zich woensdagochtend af in aanwezigheid van een schare genodigden, waaronder directie, bestuursleden, oud bestuursleden en ondernemingsraad van Teso. Zij werden verwelkomd door Jaap Bakker. Spreker overhandigde officieel het eerste exemplaar van het boekje „Teso door de jaren heen" dat ter gele genheid van de tentoonstelling is ge maakt, aan Teso-directeur Th. Hoogerheide. Goed idee Burgemeester J. A. Engelvaart sprak zijn tevredenheid uit over het initiatief. Het is een goed idee om tentoonstellin gen in horecabedrijven te houden. Als voorzitter van de Stichting Texel- vakantie Gehandicapten wist Engelvaart het in het bijzonder te waarderen dat de entreegelden ten goede komen van deze stichting. Hij zwaaide lof toe aan initia tiefnemer Jan C. Stolk die nauw betrok ken is bij het organiseren van de jaarlijkse gehandicaptenvakanties en daar zelf erg veel energie insteekt. Engelvaart zei dat hij hoge verwachtingen had van de ten toonstelling nadat hij had vernomen dat Dirk Kuiter en Jaap Bakker deze hadden verzorgd. Vooral Jaap Bakker heeft naam gemaakt op het gebied van verza melen, tentoonstellen en demonstreren van Texelse curiositeiten. Ook het on derwerp van de expositie vond de burge meester de moeite waard. Het gaat over de geschiedenis van driekwart eeuw van een bedrijf dat als de levensader of na velstreng van Texel kan worden be schouwd. Teso heeft altijd in de brand punt van kritische belangstelling gestaan, al gebeurde dat vroeger mis schien minder polariserend dan nu. Ook voor de naaste toekomst kan erop wor den gerekend dat de discussie doorgaat en daar is geen enkel bezwaar tegen zo lang het behoorlijk gebeurt. Aan een be- drijfszekere en frequente verbinding zal echter een prijskaartje moeten hangen dat in overeenstemming is met de maat schappelijke waardering voor deze voor- ziening, wat overigens ook geldt voor andere dingen op Texel. Na deze stichtelijke boodschap startte Jaap Bakker de eigenlijke ope ningsplechtigheid, die kennelijk was geïnspireerd door Rudie Carrels „Eén- twee-drie-show". Hij presenteerde zijn „charmante assistente" Dirk Kuiter en liet enkele nostalgische Teso-artikelen de revue passeren waarbij ter overdenking een boodschap werd uitgesproken. De fraaie koperen klok van Teso's eerste ei gen boot £e Dageraad kreeg bijvoor beeld het volgende commentaar. „Ik ben de klok van het ss De Dageraad en net zou oud als Teso (77). Er is vaak kwaad naar me gekeken als er overtijd gevaren werd. Symbolisch ben ik stil blij ven staan om vijf voor twaalf, dus het is nog steeds niet te laat voor Teso." En bij de 50 jaar oude kaarslamp van de Dokter Wagemaker: „Ik ben een lamp van de Dokter Wagemaker, vijftig jaar oud. Vaak heb ik licht gebracht in donke re Teso-tijden. Menigeen heeft in de loop de jaren getracht de heilige Teso- vlam te doven, wat echter nooit is ge lukt." Tenslotte kwam de misthoorn, die de burgemeester in werking mocht stellen. Sinds woensdag controleert de Rijkspolitie bij de boot al het vervoer dat Texel verlaat. Deze controle is af gekondigd door de officier van justi tie, die de gemeentepolitie in Den Helder heeft opgedragen de veerha ven in die plaats op vervoer te con troleren in verband met bestrijding van uitbreiding van mond- en klauw zeer. Inmiddels zijn op 't Horntje twee processen verbaal uitgedeeld en de twee veewagens zijn voor 30 dagen vastgezet. Deze veewagens waren op weg naar Texel door besmet gebied gereden. Van de gemeentepolitie in Den helder kregen beide chauffeurs een proces verbaal en de wagen werd verplicht ontsmet. Daar na mocht men naar het eiland maar de wagens mogen er met of zonder vee niet meer af, althans niet naar Noordholland. Toen beide chauffeurs dat toch wilden werden de veewagens voorlopig in beslag genomen. Texel is vrije zone in de mond- en klauwzeer-affaire en dat bete kent dat alleen vervoer op het eiland zelf mag. De bootcontrole in Den Helder en op Texel beperkt zich niet tot vrachtwa gens maar ook aanhangwagens waarin vee vervoerd kan worden, paardentrai lers e.,d. worden gecontroleerd. In Den Helder zijn inmiddels ook personenau to's gecontroleerd op het illegaal vervoe ren van schapen of geiten in de koffer bak en de rijkspolitie op Texel sluit niet uit dat deze controle ook op 't Horntje regel wordt. In de provincie zijn sinds woensdag door de officier van justitie ook harde strafmaatregelen aangekon digd tegen overtreders van het verbod op het vervoeren van vee. Men wordt meteen voorgeleid en de maximumstraf is nu ^4000,— of één jaar gevangenisstraf.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1984 | | pagina 1