)waalgasten op het eiland DE COCK EN DE MOORD IN SEANCE Ouwe sunderk/aas in de zomer DAG 17 AUGUSTUS 1984 TEXELSE COURANT PAGINA 9 Reageren kan bij Adriaan Dijksen;^ op werkuren via 02228-741 (NRC) of thuis via 02228-676. worden vaak heel goede, soms wel wat technische, artikelen over het voorko men of herkennen van bepaalde soorten geschreven. Jury Van alle minder algemene soorten wordt nauwgezet bijgehouden hoeveel maal ze in ons land gezien werden. Nu is het niet zo dat alle meldingen van zeld zaamheden zomaar klakkeloos worden bijgeschreven. Er moet een degelijk be wijs geleverd-worden. Het meest over tuigend is natuurlijk een foto of film waarop de dwaalgast herkenbaar op staat afgebeeld. Wordt hij „alleen maar" gezien, dan moeten tenminste twee mensen het dier tegelijk waarnemen. Zij moeten dan een zo uitgebreid mogelijke beschrijving van de vogel en de omstandigheden van de waarneming maken. Uit die omschrij ving moet blijken dat ze het dier ook werkelijk gezien hebben, en dat ze bij voorbeeld niet alle gegevens uit een boekje hebben overgeschreven. Eerst dan wordt de melding als een aanvaarde waarneming erkend. Voor het beoordelen daarvan bestaat een, hoe kan het ook anders, speciale commissie. In de volksmond de CDNA, hetgeen voor Commissie Dwaalgasten Uisschien heeft u bij het zien van de titel even gedacht dat ik met met pro- dien van toeristen bezig ga houden. U begrijpt echter, in een natuurru- dat niet zo op zijn plaats. Dwaalgasten zijn dan ook geen toeristen de weg niet weten te vinden of geen onderdak kunnen krijgen. Het is aanduiding voor een bepaalde groep vogels.Vogels die in ons land (fits zelden, eigenlijk per ongeluk, verschijnen. Waarom een verhaaltje ogels die de „leek" of het „grote publiek" toch nooit of bijna nooit ontdekken? Niet om u aan te zetten tot het zoeken naar dergelijke zeld- imheden. Meer om iets te vertellen over het fenomeen dat dwaalgasten man in .het Nederlandse vogelaars-wereldje. Ikan op heel wat manieren naar vo- kijkenGewoon ergens gaan wan- i of zitten en kijken naar de vogels je heen, kijken naar hun gedrag, sien naar hun zang, gewoon genie- natuur. Ook kan je een speci fied bezoeken omdat de daar le ievogels je interesse hebben. Men- int Limburg, om maar een voorbeeld loemen, die op Texel komen, zullen iischijnlijk het liefst naar onze oost gaan. Wadvogels zijn voor hen interessant dan bosvogels, die ze n woongebied genoeg zien. stapje verder gaan zij die naar bepaalde soort vogel gaan zoeken. Êtze die nog nooit gezien hebben, nog niet zagen of omdat ze mooi vinden of leuk. Dit kunnen we ten jagen" noemen. „Soortenja- is een begrip in de vogelaarswe- Het is een heel goede term ook, ik. In feite is immers een fanatieke aar heel goed te vergelijken met Zij het dan dat een jager wat lor zijn loop kan krijgen en daarna ill wil doden, wil bezitten, terwijl de laar het slechts in zijn kijkerbeeld te hebben. Als hij een leuke soort ontdekt en goed gezien heeft vindt hij dat hij die vogel „bezit." Dat uit in het taalgebruik. Vogelaars zeg- dikwijls in plaats van: „Ik zag giste ren nog een...., ik had gisteren nog een...." Naar vogels kijken is volgens mij een beetje te beschouwen als een moderne, meer in onze cultuur passende vorm van het uitleven van je jachtinstincten. Het plezier beleven in het kijken naar het le ven is naar mijn smaak ook verre te ver kiezen boven het pogen leven te doden. Bovendien zit er nog een groot „voor deel" in het vogeltjes kijken of „soorten- jagen". Jagen immers is slechts voorbe houden aan een klein groep, en de jager mag slechts in een beperkte tijd en op een bepaalde plaats een beperkt aantal soorten schieten. Naar alle vogels kijken kan en mag iedereen, altijd en op alle vrij toegankelijke plaatsen. Maar goed, de opzet is niet hier een discussie over de jacht te beginnen. Ik vertelde over soor- tenjagende vogelaars. Mensen die meestal ook nauwgezet bijhouden hoe veel soorten ze gezien hebben, welke en op welke plaatsen. Kampioen-vogelaars Dat soortenjagen is tamelijk populair, ledereen wil wel zeldzame vogels zien. De laatste jaren echter worden er zelfs wedstrijden in gehouden! Dat is een uit Amerika overgewaaid gebruik. Mis schien wordt het naast het kleiduiven schieten nog eens een olympische sport! Zo'n soortenjaagwedstrijd gaat mij echter toch iets te ver. Met natuurbe leving heeft het niets meer te maken. Wel kun je in zo'n wedstrijd je kennis van vogels en hun geluiden bewijzen. Het vergt ook heel wat van je uithoudings vermogen, van ogen en oren. Het gaat erom binnen 24 uur (van 0 tot 24 uur) zo veel mogelijk soorten met zekerheid vast te stellen. Onlangs probeerden drie Gro ningers een record, ik meen het Europe se record, te breken. Dat lukte niet, het bleef in Britse handen. Superfanatieken Over dwaalgasten heb ik het nog steeds niet gehad, maar die komen nu aan bod. Er is een nog fanatiekere vorm van soorten jagen. Er zijn namelijk men sen die niet, nauwelijks of weinig geïnte resseerd zijn in vogels die ze al eens za gen. Ze zijn constant op zoek naar nieu wigheden, onregelmatige gasten of dwaalgasten. Het is uiteraard helemaal niet zo makkelijk om een dwaalgast op te merken. Daarvoor moetje in de eerste plaats alle soorten verdraaid goed ken nen en in de tweede plaats bijna dage lijks in het veld aanwezig zijn. Niettemin is iedere geïnteresseerde nu toch in staat regelmatig ongewone vo gels te zien. Er is namelijk een telefo nisch waarschuwingssysteem opgezet en de zeldzaamheden worden zelfs op teletekst gezet. Een ieder kan zich dus naar de plaats „des onheils" spoeden en proberen de vreemdeling te ontdekken. Dit systeem hebben we te danken aan de in 1979 naar Amerikaans voorbeeld opgerichte Dutch Birding Association. Het gaat de mensen van deze club beslist niet alleen om het zien van grote zeldzaamheden. Ook dragen zij bij aan het vergroten van de kennis van deze vo gels. In het tijdschrift Dutch Birding Dwaalgasten behoeven niet persé van ver te komen. Standvogels fniet-trekvogels duszijn soms 50 km buiten hun broedgebied ai zeldzaam. Van de groene specht links) en de zwarte specht zijn op Texel maar weinig waarnemingen bekend. Bij ons zijn deze soorten, die wél in de Noordhollandse kuststrook broeden te beschouwen als dwaalgasten. Nederlandse Avifauna staat. Jaarlijks wordt een lijst geproduceerd van de zeldzaamheden die in ons land zijn waar genomen, welke door de commissie zijn aanvaard en welke niet. Groene bijeneter Dwaalgasten kunnen we in principe het hele jaar tegenkomen. Maar in de tij den dat de vogels in beweging zijn, de trektijden dus, is de kans verreweg het grootst. Overal in Nederland zouden we ze kunnen aantreffen. Hierbij geldt uite raard dat de plaatsen met de meeste vo geltrek de meeste kansen bieden. Texel is dus een goede plaats voor onregelma tige gasten. Er zijn dan ook heel wat vo gelaars die in de herfst een weekje of een weekend Texel plannen in de hoop leuke dingen te zien. Gedurende enige jaren waren er twee soorten die in ons land alleen maar (één keer) op Texel waren gezien: de groene bijeneter en de witstaartkievit. De twee de soort is dit jaar ook al elders gezien, dus dat „record" zijn we kwijt. In het voorjaar worden overigens ook wel interessante zaken waargenomen. Vooral als de wind na begin mei enige tijd uit zuidelijke tot oostelijke richting waait. Trekvogels die zuidelijk of ooste lijk van ons broeden „schieten dan wel eens door". Daarmee belanden ze soms tot in ons land. Dit voorjaar kwam die zuidoostenwind-periode wat laat: begin juni. Hij bracht echter een reeks onge woonheden. Misschien zeggen de na men baardgrasmus, roodmus, rose spreeuw en roodkopklauwier u niet veel. Heel wat vogelaars beginnen er echter bij te watertanden! De rose spreeuw, op 4 juni het eerste gezien door J. Dijks hoorn van Klein Zeeland, heeft weken lang door de polder gezworven. Vele tientallen vogelaars uit heel ons land zijn er op af gekomen en hebben deze aziati- sche dwaalgast kunnen aanschouwen. Nadien werden alweer zeldzaamhe den als de kleine klapekster en de ijsdui- ker gezien. We zitten dit jaar dus goed wat betreft de dwaalgasten. De trek is nu in volle gang zodat ook deze maand en natuurlijk vooral in september- oktober nog diverse ongewoonheden ons eiland zullen passeren. Het ligt aan de vogelaars of ze ook werkelijk ontdekt worden. Adriaan Dijksen. APPIE BAANTJER VERTELT herschudde zijn hoofd, nette van Leeuwenhoek moet haar adenaar zelf hebben binnengela- Hij zweeg even. „Hij moet dus wel bekende van haar zijn geweest. We ben zelf gemerkt hoe voorzichtig ze met bezoekers. Ze deed altijd eerst kleine deurvenstertje open". I ze?" her raadpleegde zijn notities, bgeveer in het midden van haar ka- voorover, met diverse schedelbreu- op haar achterhoofd. De zware waaraan nog bloed en haren hen, lag naast haar op het kleed". Cock beet op zijn onderlip, h moeten er meerdere slagen zijn gebracht". Jdrer knikte traag. ook zo. De politie in Bussum ver- edt, dat Annette van Leeuwenhoek l ^moordenaar even de rug heeft toe- - 3rd en dat hij toen heeft Cock hield zijn hoofd wat schuin, dus niet met het moordwapen omen". woordenwisseling vooraf?" :der kleek vaag voor zich uit. =buren hebben niets van een twist of ruzie gehoord. Een buurman, die hondje uitliet, vond het vreemd dat buitendeur van Annette openstond bat het licht in de hal brandde. Hij ft toen de politie gewaarschuwd", moordenaar is in paniek gevlucht?" sar lijkt het op". ae laat moet het zijn gebeurd?", dder trok zijn schouders op. at valt niet precies vast te stellen. De "vrouw links van haar, ene mevrouw de Gruyter, met wie Annette van uwenhoek blijkbaar nogal vertrouwe- omging, vertelde dat ze vanavond negen uur nog met haar in de tuin ;ter het huis had gesproken. Annette J haar toen verteld van ons bezoek vanmorgen in verband met de arden in het huis aan de gracht in sterdam. Dat is de reden, waarom de hie n Bussum onmiddellijk contact ons opnam". Cock knikte begrijpend, dachten aan een mogelijk verband", bder keek naar hem op. dat er?" Cock blikte peinzend langs hem was toch getrouwd?" "der glimlachte wat bitter, met haar tweede man leefde An nette van Leeuwenhoek in onmin. Ze woonden al geruime tijd niet meer bij el kaar. De politie in Bussum heeft de echt genoot al van de dood van zijn vrouw in kennis gesteld. Volgens de rechercheur, die ik sprak, is men daarbij nogal om zichtig te werk gegaan. Er waren nogal wat spanningen tussen de echtelieden, zodat de man mogelijk als dader in aan merking kwam. Maar het schijnt, dat hij een volkomen waterdicht alibi heeft". De Cock plukte aan zijn neus. „Het lijkt mij het beste, dat jij even naar Bussum gaat om polshoogte te nemen. Je kunt tevens uitleggen hoe de zaken er bij ons voorstaan". Vledder aarzelde. „Het belangrijkste heb ik je nog niet verteld". De Cock keek hem scherp aan. „En dat is?" Vledder wreef met de rug van zijn hand langs zijn lippen. „Er is vanavond in de Jan Toebacklaan een wagen gezieneen vreemde wa gen voor de omgeving". „Wat voor een wagen?" Vledder zuchtte. „Een roomkleurige Jaguar". De Cock liep met grote stappen de re cherchekamer op en neer. Hij keek som ber. De laatste ontwikkelingen hadden hem wat van zijn stuk gebracht. Hij had niet gedacht, dat de storm van emoties zo snel zou aanwakkeren. Van één ding was hij overtuigd: de zaak naderde haar oplossing. Maar naar zijn zin volgden de gebeurtenissen elkaar te snel opzo snel, dat hij er bijna geen vat meer op had. En dat was gevaarlijk. Ten koste van alles moest hij voorkomen dat niet meer mensen het slachtoffer werden van een duister spel, dat was begonnen zo wist hij zeker tijdens seances in het lugubere huis aan de gracht. Hij bleef voor Vledder staan. „Vertel de politie in Bussum niets van de roomkleurige jaguar". Hij schudde na drukkelijk zijn hoofd. „Ik wil niet, dat zij nu al weten, dat het de wagen is van Harry Donkervliet. Ik wil per se met neef Harry praten voordat ze in Bussum de hand op hem leggen". Vledder keek hem verward aan. „Hoe wil je met hem pratenhij is verdwenen". De Cock trok zijn wenkbrauwen samen. „Wie van onze rechercheurs aan dit bu reau is goed in het schaduwen?" „StoffelStoffel de Graaf". „De Reus van de Warmoesstraat". Vledder glimlachte. „Zo wordt Stoffel in penoze-kringen ge noemdwegens zijn imposante gestalte. Maar hij kan goed schaduwen. Dat heeft hij in het verleden meermalen bewezen. Hij heeft zo zijn eigen methoden". Hij zweeg even; peinzend. „En verder Gert van Lint". De Cock trok een bedenkelijk gezicht. „Is dat een verantwoorde combinatie? Het enige wat die twee gemeen heb benis dat ze beiden een baard dra gen". Hij zuchtte. „Oké..... Stoffel de Graaf en Gert van Lintze moeten onmiddellijk opdraven". Vledder keek hem vragend aan. „Wie wil je laten schaduwen?" De Cock stak zin wijsvinger omhoog. „Viola Wijngaard". „Heb jij gisteravond tijdens jouw bezoek aan Bussum nog iets nieuws gehoord?" Vledder schudde zijn hoofd. „De recherche was ijverig in de weer. Met veel mankracht. Hun technische man heeft op de 'plaats van het delict' wel vingerafdrukken gevonden". „Waar?" „Onder andere op de pook". De Cock schoof zijn onderlip vooruit. „Heel mooi. Hebben ze die vingeraf drukken al kunnen thuisbrengen?" „Voor zover ik weetniet. Ze waren er gisteravond nog druk mee bezig". De Cock keek hem peinzend aan. „Heb jij Harry Donkervliet tijdens zijn detentie hier aan de Warmoesstraat nog laten dactyloscoperen?" Vledder knikte heftig. „Zeker. Zijn vingerafdrukken zitten in de collectie". Plotseling sloeg hij zich voor het hoofd. „Als de politie in Bussum haar vingeraf drukken ter identificatie naar Amster dam opstuurtrolt Harry Donkervliet er zo uit". De Cock trok wat nonchalant zijn schou ders op. „Dat is geen verrassing. Er zijn in het huis van Annette van Leeuwenhoek beslist wel vingerafdrukken van Harry te vinden. Hij was er op visite". Vledder keek hem onderzoekend aan. „En de vingerafdrukken op de pook?" Ad van Ishoven, de chef van de admi nistratie, legde met veel misbaar een re kening voor De Cock neer. „Die betaal ik niet", riep hij wat opge wonden. „Daar begin ik niet aan. Daar is de kleine kas niet voor". De Cock keek gestoord op. „Wat is dat voor een rekening?" Ad van Ishoven snoof. „Van Stoffel de Graafvijfenzeventig gulden van een bloemenzaak in Purme- rendvoor rozen". „Voor rozen?" Ad van Ishoven knikte heftig. „Hij zei, dat het in jouw opdracht gebeurde". De Cock pakte de rekening en frommel de hem achteloos in het borstzakje van zijn colbert. Daarna gaf hij de admi nistrateur beminnelijk een teken dat hij kon gaan. „Ik bekijk het wel", riep hij hem na. Vledder boog zich naar hem toe. „De vingerafdrukken op de pook", her haalde hij dwingend. De telefoon op het bureau van De Cock rinkelde. Wat geïrriteerd nam Vledder de hoorn op. „Recherche", snauwde hij on hoffelijk en luisterde. De Cock keek hem scherp aan; trachtte het verloop van het gesprek van diens gezicht te lezen. „Wat is er?" vroeg hij zacht. Vledder hield zijn hand voor het spreekgedeelte. „De jongens hebben de schuilplaats van Harry Donkervliet ontdekt". „Waar?" „Een oude boerderij in Middelienog geen vijf kilometer van Purmerend". „Wie heb je aan de lijn?" „Stoffel de Graaf". De Cock glimlachte. „Zeg dat je komt". Vledder rondde het gesprek af. „Wat moet ik in Middelie?" vroeg hij, nadat hij de hoorn op het toestel had teruggelegd. De Cock had een simpel antwoord klaar. „Helpen bij de arrestatie van Harry Donkervliet". „Verdacht van moord?" De Cock tuitte zijn lippen. „Geen moord", sprak hij hoofdschud dend. „Chantage". Vledder keek hem enige ogenblikken na denkend aan. „Chantage?" herhaalde hij wat onzeker. De Cock knikte nadrukkelijk. „Dat is het", sprak hij kalm. „En vraag Stoffel eens hoe het met die rozen zit". Vledder aarzelde, zijn gezicht vol vraagtekens. „En wat doe jij?" De Cock kwam langzaam overeind en kuierde op zijn gemak naar de kapstok. „Ik ga naar Mathilda van Lochem". „Wat moet je daar?" De Cock stak zijn arm in zijn regenjas en grijnsde. „Vragen om een nieuwe seance". De Cock liet zijn blik door de kamer dwa len. Het lage intieme vertrek met de zware balken aan de zoldering, de grote ronde eiken tafel met de hoge stoelen, de impressionistische schilderijen aan de wandenhet was hem inmiddels ver trouwd. Hij bedacht dat het de vierde maal was, dat hij dit pand met een be zoek vereerde. Vurig hoopte hij, dat het ook de laatste keer zou zijn. Links van hem stond Peter Karstens. In zijn groenfluwelen slobberbroek en glan zende zwartzijden blouse vormde hij een dissonant in het gezelschap. Het had De Cock heel veel moeite gekost om de kunstenaar te bewegen hem bij zijn on derzoek terzijde te staan. „Ik heb met jouw kapitalistische wereld niets te ma ken", had hij opgewonden gezegd. Hij was pas van mening veranderd, toen De Cock hem geroerd vroeg hoe hij zou rea geren wanneer het slachtoffer zijn eigen Maria was. (wQrdt vervo|gd) De een na laatste fo/klorewoens- dag van dit seizoen stond in het te ken van de folkloristische feesten. Daarmee introduceerde de Stich ting Folklore Texel een nieuw, eigen programma-onderdeel. In een soort allegorische optocht passeerden al lerlei volksfeesten de revue, waaron der de bekende Pinksterbruid, mei er bl is, Sint Maarten en laatste in de optocht, but not least, Ouwe Sun derk/aas. De toeristen die vooral 's middags, in groten getale naar de optocht kwamen kijken, begrepen niet veel van de Oude Sunderk/aas- uitdossing van leden van Toneelve reniging St. Jan, althans de voor stellingen van het feest werden wel begrepen maar de bedoelingen er achter waren minder makkelijk te bevatten. Een uitgebreide uitleg van speaker Couverti was onontbeerlijk en werd gelukkig kundig gegeven. Op de foto de imitatie van het Texel se 12 december-feest op 15 augustus. Het fo/k/oreprogramma wordt volgende week afgesloten met de dag van de muziek met 's avonds een optreden van drumbands en de boerenkapel en 's morgens en 's middags de traditionele draaiorgel- show. TUTt ~rsr~

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1984 | | pagina 9