\]uim 25 jaar sociale werkplaats
NIET WINST MAAR
6 HET BELANGRIJKST"
WERK
m
1984 jjOAG 12 OKTOBER 1984
TEXELSE COURANT
PAGINA 11
montagehal.
Texelse sociale werkplaats bestond in januari 25 jaar. Een
iine 70 mensen die om wat voor reden dan ook niet in
zijn een „gewone" baan te krijgen kunnen wèl werken
Bolder. ,,Wij zoeken niet zoals een vrij bedrijf naar het
groot mogelijk maken van de winst, bij ons komt op de
iste plaats: zo goed mogelijk werk vinden." Aldus typeert
huidige directeur K.J. Fraanje een belangrijk verschil
ssen zijn bedrijf en het reguliere bedrijfsleven. Er is echter
keen overeenkomst, een woord dat tijdens het gesprek
ir dit artikel zeer vaak valt: gelijkwaardigheid. ,,De
itaties van onze werknemers zijn naar kwaliteit en
lantiteit beslist gelijkwaardig aan die van de werknemers
het vrije bedrijf. Die prestatie komt alleen tot stand in aan
handicap van de betrokkene aangepaste
nstandigheden."
cder veel ophef startte op een
g in januari de „beschutende"
fkplaats. Uit het bericht dat daarop
lanuari 1959) in de Texelse Courant
scheen bleek niet dat er sprake van
g ceremonieel was geweest. De
d nmalige redacteur besloot zijn
I haal met de conclusie dat hij in alle
I achten een prettige indruk meenam
zijn bezoek aan de werkplaats. Dat
oei was onder meer door het
kjTjw bij hem opgeroepen,
die conclusie misschien iets
ïbarig is geweest blijkt uit een
spraak tijdens de ingebruikname
het huidige gebouw tien jaar later
15januari. De heer H.A. Oprei,
icteur van de federatie van
ordhollandse sociale werkplaatsen,
astateerde in zijn toespraak dat
snvankelijk werd gewerkt in een
lekeurde school waarvan de vloeren
«rzakten, het dak lekte en het
stair was nog onvoldoende voor
o veestal."
school was de voormalige
(Ibouwschool aan de Burgwal, het
oouw waar nu architectenbureau
Pisser in gehuisvest is.
•Hicht is het wat vergezocht,
aar de conclusie dringt zich op
die krakkemikkige huisvesting
"toen het wat neerbuigende
anken over WSW-ers (mensen die
Nik maken van de Wet Sociale
ferkvoorziening) weerspiegelde.
eigenlijk hoopvol, want dan
•tót de sociale werkplaats nü
hoorlijk serieus genomen,
Mge het functionele en onlangs
verbouwde gebouw op het
dustrieterrein, waarin De Bolder
•huisvest is.
Kachel
lfl dat eerste gebouw stond een
'■hel die er zo lang over deed voor
werkplaats een beetje op
mperatuur was dat elke werkdag in
winter gestart werd met
^amenlijk rond de kachel zitten,
leiding over het bedrijf had toen J.
hot. Die was technisch ambtenaar
de gemeente en werd een half jaar
naar de werkplaats in Den
«der gestuurd. Hij werd benoemd
hoofd werkplaats. Dat duurde tot
toen De Bolder een zelfstandige
(van dienst werd en Schot de titel
directeur kreeg toegekend.
959 werd gestart met acht
insen. Aan het eind van het jaar
=[en dat er veertien. Zij werkten in
plantsoenen of in het bedrijf. Er
Wen kokosmatten geproduceerd en
was een boekbindafdeling,
Ogenomen van één van de
Gemeentelijk Sociale Werkvoorzie
ningsproject op Texel. Tien mensen
werden te werk gesteld bij de aanleg
en het onderhoud van plantsoenen.
Dat project werd pas in 1965 bij de
sociale werkplaats gevoegd, die wel al
sinds 1962 een werktuin had.
Werkplaats en -tuin vielen onder de
sociale dienst, het plantsoenenwe.rk
hoorde thuis bij gemeentewerken.
Al vrij snel werd begonnen met het
uitbreiden van het takenpakket dat in
de werkplaats werd uitgevoerd. De
mandenmakerij was daar een
onderdeel van. Om nog eens te
illustreren hoe koud het in de winter in
het gebouw was: het riet voor de
manden werd in een bak met water
bewaard. Als het buiten gevroren had
moest er eerst ter ontdooiing warm
water in die bakken met riet gegoten
worden omdat de tenen volkomen
vastgevroren zaten.
Slopen
Eén van de werkzaamheden die in
die tijd verricht werden was het slopen
van huizen. Fraanje heeft de indruk
dat er toen wat veelzijdiger werk
gedaan werd: ,,Dat zou nu ook weer
kunnen. Dat heeft met die
gelijkwaardigheid te maken. Er zijn
sociale werkplaatsen in het land waar
hoogwaardige electronica gemaakt
wordt. Natuurlijk kun je zoiets niet
direct invoeren in een werkplaats die
niet op dat werk is ingesteld, maar je
kunt er wel naar toe werken."
Electronica is trouwens geen
onbekende voor De Bolder. Vlak voor
naar het nieuwe gebouw werd
verhuisd is er een tijd geweest dat
werd meegewerkt aan defabricage van
electronische orgels, met name het
maken van de printplaten en de
kabelbomen. Er zijn zelfs bronnen die
zeggên dat de orgels voor 90% in de
werkplaats werden geproduceerd.
Andere activiteiten die korter of langer
hebben geduurd zijn de reparatie van
eierrekken, het maken van vaantjes,
het uitzoeken van erwten, de
productie van souvenirbootjes, de
bekende molens en schelpnetjes, het
onderhoud van gladheidsbestrijdings-
materialen, brandkranen, de materialen
van de strandbewakingsdienst, de
productie van markiezen, jokarispelen
en nog veel meer.
Concurrentie
In 1962 werd gestart met een
kwekerij aan de Bernhardlaan. Niet
alleen aardappelen- en groententeelt
kregen daar aandacht, ook werden er
bloemen, bomen, heesters, planten,
fruit en zaad geteeld.
De bloemen werden huis aan huis
van bloemisten die de concurrrentie
niet prettig vonden. Het
gemeentebestuur had daar wel oor
voor en besloten werd het gewas in
het vervolg alleen via veilingen te
verkopen.
Dat was zeker niet de enige klacht op
dit vlak, onlangs trokken de
meubelstoffeerders bijvoorbeeld over
de concurrentie nog aan de bel. Over
die zaak is het overleg nog gaande en
er worden geen mededelingen naar
buiten gedaan. Wel is Fraanje bereid
zijn visie op concurrentie te geven:
,,Er is concurrentie en er is valse
concurrentie. Als wij een reëele
kostprijs berekenen waarbij we niet
ons subsidievoordeel uitbuiten moeten
we concurrerend zijn. Als wij
bijvoorbeeld in die kostprijs geen lonen
zouden doorberekenen omdat die
gesubsidieerd worden zouden we valse
concurrentie plegen. Wij zijn trouwens
ook in het nadeel, bij ons is er een
fikse kostenpost die het bedrijfsleven
niet heeft en dat is de begeleiding van
de werknemers. Wij mogen ons dus
best op een markt begeven waar de
vrije bedrijven ook op werken, als we
maar met echte kostprijsberekeningen
werken."
De instantie die dat in de gaten moet
houden is het gemeentebestuur, dat
tevens werkplaatsbestuur is. „Sociaal"
wethouder Piet Zegers: „Wij zijn
natuurlijk zelf één van de grootste
opdrachtgevers van De Bolder. Dat
geldt niet alleen voor de
plantsoenendienst maar ook
bijvoorbeeld voor het schoonmaken
van de Thijsseschool, werk voor
gemeentewerken en andere klussen.
Als wij voor werk dat De Bolder doet
een offerte uit het bedrijfsleven
krijgen, kijken we daar wel degelijk
naar. Bovendien is het de taak van het
college om in de gaten te houden of
de verhouding kosten-opbrengsten bij
het uitgevoerde werk goed is."
Vakantie
Onlangs vertelde Piet Bakker al in
deze krant hoe goed de sfeer destijds
was in de kwekerij en de werkplaats.
Bakker was jarenlang betrokken bij de
werkplaats als hoofd van de
plantsoenendienst en als hoofd van de
tuin. Toen de kwekerij werd opgedoekt
omdat er niet meer gevent mocht
worden en transport naar de veiling te
duur bleek, ging Bakker naar de dienst
gemeentewerken. Over de vakanties
die de staf in zijn tijd samen met een
groot deel van het personeel
ondernam wordt nog gepraat.
Die sfeer is niet altijd even goed
gebleven. Met name'de tijd waarin
Henk Vink actie voerde tegen de
directeur J. Schot moet vervelend zijn
geweest. Het conflict kwam in de
openbaarheid en leidde uiteindelijk tot
het verdwijnen van de directeur. Het
gaat niet aan om daar in dit artikel op
terug te komen, maar zeker is dat
Schot bijvoorbeeld bij het ingebruik
nemen van het nieuwe gebouw van
diverse kanten complimenten kreeg
over zijn leiding. Zo omschreef het
blad „Tijdschrift voor aangepaste
werkvoorziening" Schot in mei 1979
met de volgende woorden: „De
directeur is geen moeilijk te benaderen
functionaris maar iemand die het zich
nog kan veroorloven elke ochtend een
wandeling door de werkplaats te
maken om de werknemers te groeten,
ledereen die iets op de lever heeft kan
De goede sfeer in het bedrijf lijkt nu
weer teruggekeerd te zijn.
Desgevraagd verklaren Fraanje en
Zegers: „Natuurlijk is er wel eens een
verschil van mening, het zou niet juist
zijn als dat niet zo was. De sfeer is
echter prima, er wordt goed gewerkt."
Dorpshuis
Weer even terug in de geschiedenis.
Voordat de voormalige timmerwerk
plaats van Bakker NV aan het
Wezenland in gebruik werd genomen
was er namelijk nog een ander
onderkomen. Al na een paar jaar bleek
de voormalige landbouwschool te klein
te zijn en werd geruild met het
aanpalende dorpshuis, dat op de plek
stond waar nu de toegang van de
Burgwal naar de Wezentuin is. Ook
deze huisvesting bleek niet zo
denderend te zijn. Toen in 1969 de
raad werd rondgeleid door het gebouw
bleek de beslissing om naar een betere
behuizing om te zien snel genomen te
kunnen worden.
In die jaren was een zeer groot werk
het inlijsten van „contraprestatie
schilderijen". Het betreffende ministerie
verzamelde het werk van kunstenaars
die in de Beeldende Kunstenaars
Regeling zaten en stuurde dat naar
Texel om het keurig te laten inlijsten.
Met het teruglopen van de economie
kwam hier een einde aan.
Dat was jammer, want dit project had
alles wat voor een sociale werkplaats
belangrijk is: „Wij zijn constant op
zoek naar langlopende opdrachten
waar we van op aan kunnen. Dat
korte termijn werk is allemaal wel leuk
maar daar moeten we het niet echt
van hebben", aldus Fraanje.
Dat ook in de beginperiode al met de
nodige financiële omzichtigheid werd
gewerkt blijkt wel uit het truienbrei-
project dat nooit van start ging omdat
de investeringen te hoog zouden zijn.
Dat was in 1962. Later werd wel
geïnvesteerd, maar niet in
breimachines. De houtbewerkings
afdeling werd goed uitgerust. In
principe kan daar dan ook alles
gemaakt worden. Meestal wordt
echter gewerkt aan de productie van
de bekende molentjes, tentharingen en
schelpnetjes.
Klokkestoelen
Om aan te geven dat een sociale
werkplaats zeer goed in staat is
hoogwaardig werk te maken wordt
verwezen naar een werkplaats in
Friesland die gespecialiseerd is in het
restaureren of herbouwen van
klokkestoelen. Dat haalde onlangs
zelfs de zendtijd van „Van Gewest tot
Gewest". Niet omdat het zo bijzonder
was dat een sociale werkplaats de
klokkestoelen maakte maar omdat met
veel vakmanschap een stuk historie
werd geconserveerd.
Dat vakmanschap is ook in De Bolder
terug te vinden. Met name de zeer
actieve meubelreparatie- en
stoffeerafdeling heeft een naam hoog
te houden op het gebied van
meubelrestauratie. Fraanje en
administrateur H. Pennings komen
telkens weer met dat woord
„gelijkwaardigheid" aandragen als
dergelijke zaken ter sprake komen. Ook
andere termen vallen echter:
flexibiliteit, kleinschaligheid. Begrippen
die momenteel in het vrije bedrijfsleven
ook actueel zijn.
Klein
De Bolder is één van de kleinste
zelfstandige werkplaatsen in het land.
Dat betekent dat die soepelheid en die
kleinschaligheid aanwezig zijn. „De
lijnen tussen werknemers en leiding
zijn hier kort. Er zijn overigens ook
nadelen aan klein zijn, die liggen
vooral op het gebied van de
begeleiding. Grotere werkplaatsen
kunnen bijvoorbeeld een eigen arts,
soms zelfs een bedrijfspsycholoog in
dienst hebben. Dat kunnen wij
allemaal niet, hoewel we ten opzichte
van een tien jaar terug wel bezig zijn
met een inhaalmaoeuvre. Dat kun je
bijvoorbeeld zien aan ons
bedrijfsbureau. Hoewel we klein zijn is
dat er gekomen."
Het bedrijfsbureau, de zetel van Cees
Hoogerheide, zorgt voor de verwerking
van de orders die door de directeur
worden binnengehaald. Wanneer, hoe,
welke materialen, wat bestellen,
allemaal vragen die door het
bedrijfsbureau worden opgelost.
De zelfstandigheid van De Bolder is in
het verleden bevochten. Een
werkplaats van deze afmetingen paste
niet in de filosofie van het rijk, dus
moest hij samengaan met Schagen.
Vooral de toenmalige CDA-wethouder
Jan Daalder heeft zich verdienstelijk
gemaakt bij het tegenhouden van deze
fusie. Dat gebeurde allemaal in 1969,
hetzelfde jaar waarin voorbereidingen
werden getroffen om de „sociale"
plantsoenendienst ook bij de
werkplaats onder te brengen. In 1972
werd De Bolder een zelfstandige tak
van dienst.
Werkmeesters
De begeleiding van het personeel is
in de loop der jaren steeds belangrijker
geworden. Een grote sprong
voorwaarts was het aanstellen van
werkmeesters, die door Fraanje
omschreven worden als „schapen met
vijf poten". Hun taak is in tweeën te
delen: de sociale en de technische
begeleiding. Mensen met inzicht op
beide terreinen zijn niet zo makkelijk te
vinden.
De Bolder is een overheidsbedrijf, er
wordt dus nogal wat vergaderd. Zo is
er elk kwartaal overleg met de WSW-
commissie die B en W adviseert.
Maandelijks is er portefeuilleoverleg
met wethouder Zegers en lijnoverleg
tussen de werkmeesters en de directie.
Eveneens elke maand komt het
„OVO", het overlegorgaan, bijeen. Dat
is een soort ondernemingsraad waar,
in tegenstelling tot wat bij het
In een instructie- voor De Bolder wordt de
werkmeester zo afgebeeld.
bedrijfsleven gebruikelijke is, de
directeur nog wel deel van uitmaakt.
In het orgaan zitten vijf werknemers.
Het is de bedoeling dat die, zoals in
het vrije bedrijf, cursussen gaan doen
om zich te bekwamen in het
ondernemingsraadwerk.
Wekelijks is er dan nog het
stafoverleg. Bovendien is er veel
contact met de rijksconsulent. Diens
contactman heeft in het verleden
diverse malen een stuwende rol
gespeeld bij ontwikkelingen als het
Lees verder pagina 13
Deze machine wordt ingezet bij een nieuwe order: het maken van stalenboeken. Binnenkort
zullen de ruggen ook in eigen beheer worden gefabriceerd, zodat de hete produktie binnen
de werkplaats wordt gemaakt. Dergelijk werk hoopt De Bolder meer in huis te halen.