Krijnen wil actief
beleid kunstaankopen
U3END4.
Rondvraag raadsvergadering
et vergaan van Galjootschip „HARLINGEN"
;r walvisch vangst in Straat Davids
's morgens 5 uren op 23 Augustus 1826
il
rboden gas
door Kommandeur K. HOEKSTRA van Texe!
WXWXXWWXXXXXXXWXA v\ x x x x vvw x x x x
DAG 14 DECEMBER 1984
TEXELSE COURANT
PAGINA 19
,snderdag 13 december
ui raadscommissie voor Welzijnszaken
I ft in het raadhuis een grotendeels
loten vergadering, aanvang 19.30
S3 Openbaar is alleen het eerste ge-
da Ite met de ingekomen stukken en
jedelingen, behandeling van een
abus over 'creatief bezuinigen' in
Welzijnswerk en de rondvraag.
Baptistengemeente heeft in de
opsgezinde kerk in Den Burg een
elstudiebijeenkomst. Thema: „Ge-
Aanvang 20.00 uur.
jdag 14 december
Doopsgezinde zusterkring heeft in
Doopsgezinde kerk een adventsbij-
;omst, aanvang 19.30 uur.
aandag 17 december
raadscommissie voor algemeen en
pnisatorisch beleid heeft in het
dhuis een openbare vergadering,
wang 19.30 uur. De agenda ver-
ildt onder meer bespreking van het
aelautomatenbeleid in aanwezigheid
de groepscommandant van de
kspolïtie en de sectie jeugd- en jon-
enwerk van de Welzijnsstichting.
der wordt gepraat over de regeling
or oliebestrijding op het strand en
r de straatnamen in de Mars.
Christelijke Plattelandsvrouwen
bben in ,,De Poort" (bij de Gerefor-
prde kerk in Den Burg) een kersta
nd; 19.45 uur.
^Plattelandsvrouwen van de afdeling
tel hebben in de kantine van het
roepsonderwijs een kerstviering;
00 uur.
Stichting Texelse Sportraad heeft
1 openbare vergadering in het raad-
js, aanvang 19.30 uur.
Munten- en Ansichtenclub heeft in
Ie Witte Burcht" ruilbeurs, aanvang
*30 uur.
Als de gemeente kunstwerken aankoopt, zijn dat meestal
bestaande stukken die dus niet in opdracht van de gemeente
zijn gemaakt. De aankoop geschiedt op advies van de com
missie kunstaankopen die geacht wordt er verstand van te
hebben. Tine Krijnen-Bays van Texels Belang pleitte in de
rondvraag van de raadsvergadering van dinsdag voor een ac
tiever beleid: de gemeente zou meer opdrachten moeten ge
ven ,,zodat we zelf bepalen wat we willen hebben".
isdag hield de politie een Texelse
^omobilist aan die illegaal met een
installatie rondreed. De gasinstalla-
was niet op het kenteken van de
o vermeld. De eigenaar heeft toe-
egd de installatie uit de auto te zul-
verwijderen, zodat wijziging van
kenteken niet nodig is. Wel kreeg
Texelaar een proces verbaal.
De commissie zou moeten worden
herdoopt in een commissie kunstop
drachten. Als voorbeeld van een
kunstwerk waarvoor opdracht moet
worden gegeven noemde Tine Krijnen
het al eerder door haar bepleitte drie
luik ter gelegenheid van het 150-jarig
bestaan van polder Eierland.
Het raadslid deed het voorstel naar
aanleiding van de recente aankoop (op
afbetaling) van het wandkleed van
Oosterend, gemaakt door Marretje de
Haas-Kuiter. Ze wilde ook weten welke
kunstwerken de gemeente in de loop
der tijd heeft verworven en wie de ma
kers zijn. Wethouder Zegers kon voor
dat laatste verwijzen naar de afdeling
culturele zaken waar een volledige in
ventarisatie is van alle kunst die in
gemeente-eigendom is met bijbehoren
de bijzonderheden. Verder wees hij er
op dat het huidige beleid niet alleen
gericht is op het aankopen van
bestaande werken maar dat ook op
drachten gegeven kunnen worden. Er
wordt in ieder geval regelmatig geld
voor beschikbaar gesteld. Er staat een
vast bedrag op de begroting dat wordt
aangevuld als er iets van wordt ge
bruikt. De burgemeester was het met
Tine Krijnen eens. Ook hij vond dat de
gemeente meer opdrachten zou moe
ten geven in plaats van het aankopen
van bestaand werk. Op een ander
(Duits) waddeneiland had hij van een
dergelijk beleid aardige resultaten
gezien.
Verkeerslichten
Joop van der Meer van de VVD her
haalde zijn verzoek om iets te doen
aan de verkeerslichten op het
kruispunt Pontweg-Akenbuurt. Komen
de uit westelijke richting is niet te zien
of het licht brandt als de zon erop
schijnt. Wethouder Schilling zei dat
deze grief al was doorgegeven en dat
er spoedig op zal worden gereageerd.
Vissteiger
Blijkens de begroting is geld uitgetrok
ken voor een vissteiger voor invaliden,
te maken bij de waterpartij in het
Marsplan. Tot dusver had het geen zin
die steiger te maken omdat er nog
geen vis in de vijver zat. Peter Bakker
vertelde dat hij van de sportvissersclub
had gehoord dat de hier gepote vis
goed groeit en dat het dus tijd is om
de steiger aan te leggen. Zegers be
loofde het te zullen nagaan. ,,Als je er
kunt vissen, zal de steiger er komen".
Sociale gebondenheid
Gerbrand Poster had iets op te merken
naar aanleiding van het collegevoorne
men één uitzondering te maken op de
regel dat bij aankoop van woningen
beneden ƒ250.000,— er sprake moet
zijn van economische gebondenheid
van de koper met Texel. Ook sociale
gebondenheid wordt bepalend. De
VVD-fractie juicht dit toe en wil deze
regel niet alleen toegepast zien bij de
Bouwfondswoningen van de Krakeling
maar ook in andere gevallen. Verder
wees Poster op de nieuwe landelijke
woonruimtebeschikking die sinds 1 ok
tober van kracht is en waarin de prijs-
grens voor vrije vestiging is verlaagd
van ƒ194.000— naar ƒ100.000,— Texel
verhoogde 9 maart 1982 de norm van
ƒ194.000,— naar ƒ250.000— omdat
men bang was voor een ongewenste
druk op de woningvoorraad. Het ver
schil is nu wel erg groot geworden. De
handel in woningen zou gestimuleerd
kunnen worden door de normen bij te
stellen. Wethouder Daan Schilling be
loofde dit beleid in commissieverband
aan de orde te zullen stellen. Zelf had
hij niet de indruk dat op Texel veel
woningen onverkoopbaar leeg staan
als gevolg van de huidige regeling. De
prijzen van woningen zijn op Texel ook
nogal „pittig" in vergelijking met het
vasteland.
Poster zei benaderd te zijn door
verontruste ouders van de Kompas-
school die willen dat er een behoorlijk
hek komt ter afsluiting van het school
plein. Nu kunnen de kinderen onver
wacht de Molenstraat oprennen en
daar onder een auto komen. Wethou
der Zegers zei dat opdracht is gegeven
voor het maken van een hek. Dat
moet wel verplaatsbaar zijn om de au
to van de jeugdtandverzorging op het
plein te kunnen laten.
Oude motoren
Paul Kikkert van Texels Belang infor
meerde hoe het staat met het naar
Texel terughalen van de ten onrechte
weggegeven gemaalmotoren van
Waalenburg. Barendregt antwoordde
dat die kwestie in discussie is. Op 18
december heeft de gemeente weer een
gsprek met het waterschap en hopelijk
leidt dat tot een oplossing.
Verder wees Paul Kikkert op het ge
vaarlijke karakter van het kruispunt
Langeveldstraat-Vuurtorenweg-
Krimweg. Hier zijn al meerdere onge
lukken gebeurd en er moeten daarom
verkeerstechnische verbeteringen wor
den aangebracht. Kikkert had gehoord
dat er speciale subsidiemogelijkheden
zijn ter verbetering van gevaarlijke
kruispunten en stelde voor hierop een
beroep te doen. Wethouder Schilling:
,,Als dat kruispunt gevaarlijk is zullen
we het aanpassen, ook als er geen
subsidie voor is." Engelvaart zei dat uit
het politierapport zal blijken of het
aantal ongelukken inderdaad bijzonder
hoog is op deze plaats. Kikkert wilde
in ieder geval maatregelen vóór het
zomerseizoen.
Op een vraag van Jan van Asselt deel
de wethouder Barendregt tenslotte
mee dat het komende voorjaar de
plannen voor het opheffen van de zg.
verspreide lozingen in het buitengebied
zullen worden afgerond. Het gaat hier
om het aanleggen van riolering .op
plaatsen in het buitengebied waar het
lozen op beerputten, sloten of grep
pels tot onaanvaardbare situaties leidt.
Horizontaal:
I. straatsteen
6. groente
II. reeds
12. militaire rang
14. stofmaat
15. titel
17. plaats in Afrika
20. meisjesnaam
22. troep jachthonden
23. bediende
25. bende
27. och kom!
29. uitspreken
31. gesloten
32. hoog bouwwerk
33. persoonlijk voornaamwoord
34. teken van verkoudheid
36. leep
38. gouden tientje (afk)
39. regerings reglement (afk)
40. evenr. vertegenwoordiging (afk)
41. stad der oudheid
42. selenium (afk)
43. engels voorzetsel
44. schrede
46. goedkeuring
48. eerwaarde heer (lat.afk.)
50. vervoermiddel
52. bloeiwijze
54. dichterbij
56. bezittelijk voornaamwoord
57. naaigerei
59. vaartuig
60. uitbouw
62. temerig praten
64. deel van het oog
66. vertaler
67. vogelprodukt
69. opmerkzame
72. de lezer heil (lat.afk.)
73. muziekinstrument
74. afbeelding
Verticaal:
1. oostindische tamme buffel
2. laatst leden (afk.)
3. niet lang
4. jongensnaam
5. zangnoot
6. spil
7. trottoir
8. land in Amerika
9. jongensnaam
10. grondstof
13. godsdienst (afk.)
15. spat
16. europeaan (meervoud)
18. kleinst deelbare deeltje
19. naar beneden
21. geneesheer
22. vogel
24. biervat
26 onder officier (afk.)
28. metalen door smelting met elkaar
vermengen
30. nihil
32. dwingeland
35. schortje
37. vadsig
43. ranonkelachtige plant
44. inhoudsmaat
45. stel
46. roofdiertje
47. hijswerktuig
49. beroep
51. hoefdier
53. slede
55. dankbetuiging
57. gebaar
58. juiste gewicht
61. geleerd
63. moederkonijn
65. lidwoord
68. titel (afk.)
70. bekende motorraces (afk.)
71. normaalpeil
72. frans lidwoord
2 October, 's morgens de wind
rdelijk doch stil, verbeelden wij be
den ons water te zien, doch dach-
ook dat het baai-ijs zoude zijn,
de toen geheel ingevroren, al het
zoo engelschen als hollanders
onnen onder eikanderen te spre-
het schip te verlaten. Waarop de
zeide, dat hij provisie zoude ge-
zoo veel zij verkozen, en vleesch
koken waarvan wij het onze
nten.
3 October, 's morgens de wind
fdelijk doch stil, konden wij
trekt geen water zien. Des mid-
sware breede 74 gr. 1 min. Na de
dag avonds en des nachts mooi
4 October, de wind N.O. stil, dik
mist. Des middags kwamen de of-
ren van kapt. Duncan op den en
ikten om ons zeer veel tumult, ge-
de zoo veel te verstaan, dat de
anders moesten vertrekken. Zeg
de: het is onze provisie, doch de
zulks niet verkiezende te doen,
lorzaakte het hevige woorden on-
hen, zoodat wij besloten te ver
ten, wel ziende dat zulks van dag
erger zouden worden, en dat
eenmaal toch zou moeten geschie-
Wij gaven den kapt. te kennen
wij zouden vertrekken schoon wij
niet anders dan den dood voor
den, waarop deze bitter begon te
reijen, zeggende: Ik kan geen
ister blijven, zooals gij zelve ziet.
dat oogenblik af maakten wij alles
ad om te kunnen vertrekken. Ik
eef een brief en liet dien bij kapt.
can van de Dundee liggen met het
eek, zoo hij soms uit bezetting
|t geraken dezelven te bezorgen,
dl er eenige berigt van ons bij mij-
'rincipalen en betrekkingen mogt
3ht komen, daar wij ons zeker
stelden allen verloren te zijn. Nog
eenige andere brieven schreef ik, om
aan land komende, dezelve in een
flesch aan een stok op te hangen, in
de hoop dat dezelve op een ander jaar
gevonden worden.
Den 5 October, 's morgens stil weder,
verzocht ik de kapt. Daiv Duncan om
provisie voor ons vertrek. Voor ieder
man kregen wij 10 pond brood, 10
pond spek, en verder voor ieder man
een en een tweede flesch rum. Voor
den middag hadden wij onze sloepen
gereed, brachten toen de zelve drie
uur gaans in het oost op langs het ijs,
waartoe de engelschen ons alle hulp
boden. Intusschen zagen wij een beer,
welke stoutmoedig op ons aankwam,
zoo digt dat wij niet anders dachten of
wij zouden, hoewel zonder waoens.
het hem moeten strijden, doch hij
werd door onze honden verjaagd. Des
avonds, zijnde bij ligter ijs, konden wij
bezuijden ons een kleine ril water zien.
Wij lieten de sloepen daar staan, om
des anderen daags vroeg te vertrek
ken, en keerden toen weder naar de
Dundee terug, allen zeer vermoeid,
zoodanig, dat wij dachten, dat die reis
niet te doen was, dat sloepen noch
menschen het koden uithouden, zoo
dat wij des nachts weinig of niets kon
den slapen, stellende ons een wissen
dood voor oogen.
Wedervaren na het verlaten van het
Engelsche schip „Dundee."
Den 6 October, 's morgens de wind
noordelijk stil met slegt gezigt. Namen
wij afscheid van kapt. David Duncan
en verlieten deszelfs schip met een
weemoedig hart; zijne geheele equipa
ge begeleide ons tot aan de sloepen.
Wij zagen twee beeren doch werden
van dezelve niet gemoeid. Onze sloe
pen in gereedheid zijnde scheiden wij
van de engelschen, die met tranen in
de oogen ons verlieten en tot hunnen
bodem terug keerden. Voor hun was
het vooruitzicht mede akelig, daar zij,
niet uit bezetting gerakende, van hon
ger zouden moeten sterven, als heb
bende geen provisie genoeg voor een
geheel jaar, zoodat velen hunner spra
ken om het schip te verlaten bijaldien
er niet spoedig uitkomst kwam. Een
derzelve met name Jan Thomsen van
Huil, een matroos van het schip „Ci
cero", kapt. Lée van Huil, welke zijn
schip den 6 Junij had verloren, besloot
met ons mee te gaan. Tegen de mid
dag waren wij gereed om onze gevaar
volle reis te ondernemen, doch alvo
rens deed ik op het ijs het volgende
gebed: ,,o Heere: wij buigen in oot
moed voor u neder, daar gij ons ge
toond hebt hoe vrijmatig gij zijt in de
uitdeeling uwer zegeningen, en in de
terughouding van dezelven. In plaats
van dat wij met onze reis voorspoed
dachten te behalen, hebben wij verlies
moeten lijden, alles wat zij op zee
hadden, behalve ons leven, hebben wij
verloren. Onze uitzigten zijn verijdeld,
en nu zien wij ons in een beklagelijke
staat gebragt. En wat zullen wij zeg
gen nu o God. Gij zijt vrij en regtvaar-
dig. Gij hebt ons bij alle verliezen nog
dien zegen gegeven, dat wij tot dusver
ons leven hebben gehouden. Gij
schonk ons het geluk van een schip
bij ons te hebben waarop wij, bij het
verliezen van het onze, ons leven kon
den redden. Dan mede diep in het ijs
besloten zijnde, en teveel menschen
op het zelve zijnde, vonden wij ons
genoodzaakt hetzelve te verlaten; zien
de Gij ons goede God hier nu op het
ijs, als in een kerker des doods beslo
ten, waaruit, naar menschen oog,
geen redding te wachten is, zoo dat
wij met een ootmoedig hart tot u roe
pen: Heere! behoed ons of wij ver
gaan. Gij ziet ons naderen tot de gren
delen des afgronds, tot aan de poor
ten des doods, geene hulp dan de
uwe alleen kan ons verlossen, ach laat
uw ontfermend liefdeoog op ons
geslagen zijn, redt ons uit deze hoo-
gen nood en geef, dat wij eens weder
te zijne tijde, in het lieve vaderland, in
de liefde armen onze dierbare betrek
kingen en aanverwanten mogen terug-
keeren; doch is het uw wil o God!! dat
wij hier ons graf zullen vinden, zijt dan
onze arme zielen genadig, opdat wij
niet in het verderf nederstorten. Doe
osn niet naar onze zonden, vergeld
ons niet naar onze overtredingen,
maar zie ons aan in de volmaakte ge
rechtigheid van uwen Zoon Jezus
Christus; en reinig ons door en in zijn
bloed; zijt genadig God! wanneer wij
sterven een man voor onze weduwen
en een vader voor onze weezen. Niets
toch is u te wonderlijk, kan het dan
zijn goede God! laat dan het ijs waa
rop wij ons thans bevinden zich ont
sluiten en zoodanig een wendig nemen
dat wij uit hetzelve verlost en hier
in dit barre land, bij menschen komen,
vanwaar wij tot tijd en wijle, maar het
vaderland kunnen terug keeren en ons
leven redden, opdat wij niet ten prooi-
je der wilde dieren worden, maar u
onder de levenden mogen danken en
loven. Dit schenke de genadige God
ons alle en verwaardige ons, zijn lieve
naam aan te roepen niet alleen hier
maar hiernamaals in de eindelooze
eeuwigheid. Amen."
Wij staken toen af, konden een kleine
ril water zien, doch moesten over het
ijs daar geen slepen, dat te ligt en te
zwak was om ons te draagen en te
sterk om er doorheen te roeien, zoo
dat verscheidene van ons tot aan den
hals toe in het water vielen en bijna
hun leven verloren. Tegen den avond
omstreeks 4 uur waren wij in genoem
de ril water en roeiden daarin voort,
loopenmde het zelve meest Z.W. Des
avonds 6 uur was de ril ten einde en
al zeer donker, en heuvelig ijs. Wij wa
ren genoodzaakt de sloepen op te ha
len en te overnachten, hebbende ook
twee gaten in de sloepen. Des nachts
perste het ijs zoodanig, dat wij de
sloepen meer en meer moesten opha
len. Wij hielden met een derde van
ons volk de wacht en lieten tweederde
slapen, dekkende hen met de weinig
klederen en dekens zoo goed wij
konden.
Den 7 October, 's morgens waren wij
stijd van de koude, liepen en maakte
zoo veel beweging als wij konden om
warm te worden, zijnde het anders
mooi weer, wind noordelijk. Ten zuid
westen van ons konden wij een weinig
water zien, herstelde onze sloepen en
gingen vervolgens aan het slepen met
dezelve over het ijs, om in dat watertje
te komen, zijne daar meer gebroken
ijs, voor de middag kwamen wij in
hetzelve. Konden toen weder Z.W.
over een weinig voort, tegen de mid
dag waren wij dat water weder ten
einde. Wij konden de „Dundee" van
Londen nog zien, maar bezuijden,
westen of oosten van ons, niets an
ders dan ijs en lucht. De Engelschman
Jan Thomsen keerde weder terug naar
de Dundee zonder tegen iemand onzer
daarvan te spreken, zijnde hij toen,
naar gissing 4 mijlen van zijn schip af.
Wij vreesden voor den man, uit
hoofde van de beeren die wij dagelijks
bij ons hadden. Op een ijsberg ge
klommen om te zien hoe wij het best
zouden voortkomen, zagen wij weder
een kleine ril water, sleepten de sloe
pen in het zelve, doch het liep spoedig
ten einde. Zeer opmerkelijk was echter
dat hetzelve, toen wij er in waren, als
voor ons open ging en zoo veel ruimte
kregen, dat wij konden roeijen; soms
liep het vast doch een weinig wach
tende kregen wij weder zoo veel ruim
te dat wij voort konden roeijen. Des
avonds sleepten wij onze sloepen we
der het ijs op en aten ieder een be
schuit brood en een stukje rauw pe-
kelspek, en dronken gezamenlijk een
slokje rum, hetwelk ons wezenlijk ver
kwikte, maar onze dorst moesten wij
lessen met ijs en sneeuw. Evenwel wa
ren wij dien dag buiten verwachting
gevorderd, meest Z.O. of zuidelijk over.
Wij maakten de sloepen weder gereed
om in te slapen, evenals de vorige
nacht doch konden van dorst en kou
de aan geen slapen denken, schoon 's
nachts mooi weer van wind.
Den 8 October, 's morgens de wind
zuidelijk een fijn koud, vonden weder
een gat in een der sloepen, repareer
den dezelve zoo goed wij konden,
klommen op een hoogen heuvel ijs om
uit te zien, en zagen, zoo wij ons ver
beelden, veel water, sleepten de sloe
pen naar het zelve en bevonden dat
het baai-ijs was, werkte in het zelve
op zoover wij konden. Tegen de mid
dag helder weer konden land zien naar
gissing 25 mijl Z.O. van ons, des mid
dags geobserveerde breedte 73 gr. 55
min., werkte wij naar land over en be
vonden mede 7streken noordwestering
te hebben het land Suikertop. Tegen
de avond liep het weder geheel digt
en schoof het ijs zoo verbazend op el
kander dat wij bij mogelijkheid daar
niet over konden sleepen met de sloe
pen. Toen moesten wij terug, begin
nende dat ij zoo sterk te kruijen dat
wij ter nauwernood de slopen konden
behouden, echter kregen wij ze op het
ijs, doch moesten alweder vlugten en
kwamen gelukkig weder in het baai-ijs,
daar wij hoewel terug gaande, onze
sloepen konden beveiligen. Des
avonds met zonnen ondergang half vijf
uren, zagen wij in het z.o. weder eeni
ge ruimte en werkte daarheen. Het
was zeer koud, zoodat wij met angst
en beven den naderende langen nacht
te gemoet zagen. Een beer die stout
moedig op ons afkwam gaven wij een
schot met loopers, bij gebrek aan ko
gels, in zijn kop, met gevolg dat hij
zeer spoedig afdeinsde. Wij kwamen
bij een groote vlakke ijsschots waarop
wij onze sloepen haalden en ze weder
als voren gereed maakten om er in te
vernachten. Zijnde onzes Schiemnas
vingeren geheel bevroren, waarover ve
len van onze manschappen klaagden,
doch niet zoo erg.
Den 9 October, 's morgens de wind
O.N.O. met een mooie koelte, doch
vreeselijk koud, hebbende dien nacht
een half voet dik gevroren en dat ik
zulk zout water, wij waren stijf van de
koude, hadden veel werk om weder
warm te worden en mede zeer grooten
drost, zoodat wij ijs aten hetwelk ons
aan de lippen vroor. Wij konden geen
water zien, gingen met onze sloepen
over ijs, soms erdoor, die alzoo gewel
dig leden en zeer verzwakten, zoodat
wij vreesden dat de sloepen het zoo
niet lang zouden uithouden als nog
velen onzer. Na de middag zagen wij
Gode zij dank weder water en wel
benden wind van ons, het ging over
en door zwak ijser heen, met de zeilen
bij, trappende het ijs voor de sloepen
stukken zoodat wij nog al zeer goed
vorderden. Tegen de avond het ijs
zwaarder wordende, gingen wij weder
aan het sleepen over hetzelve, soms
erdoor. Drie onzer manschappen wier
den geheel doornat, de sloepen er
bestendig doorgaande, leden zoo ge
weldig, dat een bijna onbruikbaar
wierd, van welke de steven geheel van
de kiel afbrak en wij veel moeite had
den haar boven water te houden en
de provisie ena in de andere sloepen
moesten overbrengen. Gelukkig waren
wij digt bij een groote schots, wij haal
den de sloepen op dezelve en gingen
(wordt vervolgd)