,,ll< fluitzing en kijk altijd om me heen" Jan Knippenberg: Hardlopen is een kunst" Weg zwerven de 400 kilometer in 43uur Geslaagde kerstavond Plattelandsvrouwen igjVRIJDAG 28 DECEMBER 1984 TEXELSE COURANT PAGINA 11 ,,Ze denken dat ik een rare fanatiekeling ben, maar grote afstanden lo pen is voor mij genieten. Ik fluit, zing, kijk voortdurend om me heen en geniet van de natuur." Jan Knippenberg is een begrip in de atletiekwe- re'd en gespecialiseerd op de ultra-lange afstand. Dat betekent dat de grens van Knippenberg niet ophoudt bij een marathon of een 100-kilometerwedstrijd. De geschiedenisleraar uit Castricum vestigde zich onlangs op Texel. Zijn vrouw Hanna runt de kampeerboerderij Bloem en Bos en Knippenberg wil zich inspannen voor de atletiekvereniging Texel, wat betreft het on derdeel marathonlopen. „Texelaars die zich hierin willen bekwamen wil ik best begeleiden, maar ze moeten wel bedenken dat ik geen represen tant ben van de gemiddelde lange afstandsloper." Een gesprek met de man die een „rondje" IJsselmeer liep in 43% uur en daarmee vriend en vijand verbaasde. Jan Knippenberg, lang, mager, grote ziekenfondsbril, snor en baard, voelt aanvankelijk niet veel voor een inter view. Hij woont koud twee maanden op Texel en is bang dat de eilanders zullen denken dat deze overkanter me teen even zal vertellen hoe het moet. Na aandringen van de Atletiekvereni ging Texel stemt hij toe in een gesprek. De ATV timmert flink aan de weg en Knippenberg geeft op 2 januari bovendien een voorlichtingsavond over verschillende aspecten van zijn hobby. „Het leuke van de Texelse atletiekvere niging is dat ze net zijn begonnen. Van die club is nog wat te maken en daar wil ik best een bescheiden steentje aan bijdragen", aldus Knippen berg, die zegt dat hij eigenlijk niet zo'n verenigingsman is. „Hardlopers zijn in- lividualisten en kunnen vaak moeilijk aarden in een club. Ze zijn nogal op zichzelf en willen dat graag zo hou- t den. Hun sport is toch ook een zeer individuele prestatie." j In de hoop dat dit artikel niet zal wor- 3 den opgevat als een betweter-verhaal l van iemand die in binnen- en buiten- land al vele duizenden kilometers hard- i lopend heeft afgelegd raakt Knippen- berg meer en meer op zijn praatstoel Onder de kop wegzwerven no teerde Jan Knippenberg zijn gedachten tijdens urenlange kilometervretende rennerijen door duinen en over het strand. Die poëtisch opge schreven gedachten werden af gedrukt in het blad Loopsport" en geven aan dat hardlopen voor Knippenberg niet het najagen van wind is maar het zoeken naar zichzelf, dwalend door het doolhof van zijn gedachten. ,,De duisternis kruipt langs mijn benen omhoog. Als de mist er niet was, zag ik nu de zon zak ken. Wat een verschil toch elke dag weer! Soms, a/s je 's nachts hier loopt, valt de stilte in jezelf vanuit de zee. Geluidloos ga ik dan voort. Zo nu en dan slaat het water over mijn voeten als ik iets teveel de scheiding van zand en zee probeer aan te houden. Daar loopt het het beste; vormen je be nen met de golfslag die cadans van geluid waarop je lijkt te zweven." Indonesië duizend dia's. Tanzania voor een week, hoor ik zeggen aan de koffietafel. Je moet er even geweest zijn, galmt het ver echoënd door mijn hoofd. Colle ga's, denk ik dan, wippen van het ene naar het andere land, gedra gen door wielen of vleugels. De Avenue op schoot, de natuur te rug en achteraf zeggen, dat dat leven is, terwijl hun decadente voeten nog geen meter aarde ge voeld hebben." ,,Zo bleef me lang geleden al niets anders over dan door te lopen naar de verten van de vol gende horizon, de blik voorgoed afgewend van het uitgangspunt. De weg voor me lag te wachten op mijn stugge stappen, rusteloze dragers van mijn geest en li chaam. Verder, steeds maar. Was het niet zo nu en dan een ziekte, of zo je wilt een neurose: dat al tijd maar gaan en nauwelijks of is het nergens? Rust. Zelfs het denken kent geen gren zen meer hier: hoe verder straks over die heuvel, achter die zee, wanneer de cirkel rond is en zich gesloten heeft? Waar blijft dan het doel van mijn zinloos pogen? Is dat op zich al de zin van alles. Het Gaan? 'Ik ga maar en ben', schreef ooit een dichter en dat is wezenlijker dan de mijmering om trent dat al. Ik voel mijn lichaam, en mijn geest antwoordt. Ander som is het niet. Zo en niet anders dwaalt mijn li chaam verder van het alledaagse en geestvernauwend zijn." en zijn verhalen worden vooral advie zen die voortkomen uit jarenlange ervaring. Zijn sport die verworden lijkt tot een rage, is volgens Knippenberg ook een sport die de huidige (vaak ongelooflij ke) belangstelling van pers en publiek zal overleven. Voordeel van de be langstelling voor hardlopen is dat veel zaken nu medisch goed worden onderzocht. Doordouwer „Er worden nu dingen medische be vestigd die ik zelf al jaren dacht, maar niet zeker wist", aldus Knippenberg. Jan werd geboren in Hoek van Hol land en liep op 12-jarige leeftijd al vele tientallen kilometers over het strand. „Als je toen langs het strand liep te rennen, werd je beschouwd als een hardloper. Nu denkt iedereen dat je aan het joggen bent." Knippenberg werd lid van een atletiekvereniging maar de atletiekbond bepaalde dat jeugdleden alleen wedstrijden van maximaal 1500 meter mochten lopen of een crossloop van maximaal drie kilometer. Terugkijkend meent de 36-jarige kers verse Texelaar dat hij graag uren over het strand rende omdat hij ontdekte dat hij het lang vol kon houden. „Ik was in weinig dingen echt goed, maar ontdekte tot mijn verbazing dat ik wel een doordouwer was. Veel dingen gin gen me niet gauw vervelen en dat gold zeker voor hardlopen." Voordeel van hardlopen'Was toen (en nog steeds) voor Knippenberg dat je kon trainen wanneer je wilde en dat je met niemand iets te maken had. „De be langrijkste reden om met deze sport te beginnen is dat ik besefte altijd buiten te zijn. Dat op zichzelf is al een heer lijk gevoel." Niet zonder cynisme zeg gen we dat het toch onmogelijk moet zijn om van de natuur te genieten als je voortdraaft over duinen en stranden. Knippenberg ontkent dat pertinent. Denker „Daarmee wijk ik misschien af van de gemiddelde loper maar ik geniet van het rennen en ik geniet mogelijk nog meer van de dingen om me heen. Vaak merk je niet dat je hardloopt. Daar ben je aan gewend en je ziet van alles gebeuren onderweg. Daar denk je ook over na op dat moment." Knip penberg zegt dat hij vroeger liep vol gens uitgedachte trainingschema's. „Dat heb ik alleen de eerste jaren ge daan, daarna niet meer. Ik train nu op mijn gevoel en dat is elke dag weer anders." De filosofie achter deze „trai ning" wordt al snel duidelijk. Volgens Knippenberg leer je lopen door te lo pen. „Vooral niet te hard en niet teveel met klokken in de weer gaan. Gewoon veel lopen. Je gaat pas hardlopen als je het gevoel hebt dat je een basis hebt. Die basis bereik je door enorm veel te lopen. Pas dan zijn de spieren en de organen in staat mee te gaan in een prestatie op de lange afstand." Jan Knippenberg zegt dat men dat bij voorbeeld in het mekka van de hardlo pers, Engeland, maar ook in Oost- Duitsland, goed heeft begrepen. Daar traint men niet volgens medische en sport-technisch uitgedachte schema's. „In die landen hebben de lopers fee ling voor wat ze willen en kunnen. De financiële en medische ondersteuning van hardlopen is nog vaak minimaal. Beide landen hebben echter een rijke hardloopcultuur die hen een voor sprong geeft." Vogel Dat gevoelsmatige illustreert de ge schiedenisleraar met een verhaal over een recent trainingsrondje dat een flin ke route werd: vanaf het Gerritslander- dijkje naar de vuurtoren en terug. „Ik liep lekker langs het strand. Ik genoot van de ondergaande zon en besloot, bijna ongemerkt, naar de vuurtoren te lopen. Dan krijg je dus even de kolder in de kop maar je weet ook dat het lukt. Onderweg vond ik nog een door stookolie gevelde vogel en die wil je ook niet laten liggen." Op de terug weg merkte Jan dat hij de Sluftergeul wegens hoog water niet meer kon oversteken. Dat betekende een flink stuk omlopen en laat thuis. „Dan ben je dus vier uur weggeweest terijl ik dat niet van plan was. Onderweg had ik wel twijfels maar achteraf denk je: het was toch een mooie tocht." Sommige lezers zullen Knippenberg nu ongetwijfeld voor compleet maf verslij ten maar het geeft hem het avontuur van het hardlopen. Texelse hardlopers zullen mogelijk niet onder de indruk zijn van het voorbeeld dat in vier uur werd afgelegd maar dat heeft te ma ken met een blussure waar Knippen berg langzaam maar zeker „overheen groeit". Om dat uit te leggen moeten we even terug in de tijd. Blessures Op 21-jarige leeftijd liep Knippenberg de eerste marathon van 42 km en dat was voor die tijd en op die leeftijd een unicum. Tot 1970 liep hij vele lange af standwedstrijden maar hij kreeg dat zelfde jaar last van zijn rug. Dat werd geweten aan overtraining. Jan sukkel hernia. Daarmee was de blessure niet over. Eind '82 bracht een podo- orthesioloog uit Alkmaar uitkomst. Hij constateert een voetafwijking die door werkt op tal van andere punten in het lichaan. De oplossing: dunne steunzo len van kurk die de afwijking onge daan maken. Drie maanden later is de doorgezakte plek in de rechtervoet van Jan verdwenen. Volgens de Alkmaarse arts is het lichaam nu weer in balans en zal de rugpijn ook verdwijnen; de druk op beide rugwervels is weer ge lijk. Langzamerhand keert Jan nu weer terug naar zijn oude „trainingssche ma", een procedure die tijd kost en, zoals gezegd, geheel op het eigen ge voel wordt afgewerkt. Soms loopt Knippenberg 50 km op een dag maar er zijn ook dagen dat het blijft bij 25 km of minder. Massabeweging „Ik ben het meest gelukkig als ik in makkelijk bewegen. Een lichaam dat draagt in plaats van sjokt." Commercie „Er wordt ongelooflijk veel over hard lopen geschreven, maar dat gaat dus vooral over joggen. Als je wilt hardlo pen ga je gewoon dag na dag het bos in om te rennen. Verder niets." Een gevolg van een rage (of de ver oorzaker?) is dat de commercie er zich mee bemoeit. Bladen over loopsport puilen uit met schoenenadvertenties waarmee bijvoorbeeld de marathon in twee uur en negen minuten is afge legd. „Dan koop je schoenen van ƒ400,— met de illusie dat je beter zal lopen. Daar gaat het niet om", aldus Knippenberg. Hij toont schoenen die vele jaren oud zijn en waarop hij met genoegen tientallen kilometers aflegt. Alle schoenen worden volgens de ad vertenties wetenschappelijk getest waarbij men vergeet dat het rubber krimpt en dat nylon ook vervelende ei genschappen heeft. „De meeste schoenen, met bijvoor beeld een ultrasnel luchtkanaal, wor den gedragen in de disco. Je schoe nen leveren geen prestaties. Dat doe je zelf." Volgens Knippenberg zoek je schoenen uit die bij je passen. Hij toont een paar oranje exemplaren die sprekend lijken op ouderwetse gym pies. „Dit zijn voor mij lekkere schoe nen. Ze willen je nog wel eens uitla chen als je daarop rondloopt." de drie jaar met rugklachten en kon in 1973 de hardloopdraad pas weer op pakken. Hij liep lange afstandwedstrij- den in Schotland en Engeland. In Ne derland was men nog niet zo ver. In 1974 haalde Knippenberg de internatio nale pers met een tocht van Hoek van Holland naar Stockholm (1400 km) die hij in 19 dagen hardlopend wist te overbruggen. In de jaren daarna werd weer deelgenomen aan 100-km wedstrijden en Jan behoort op deze afstand, en de 50 mijl tot de tien besten van de wereld. In 1979 liep hij op eigen initiatief een ronde rond het IJsselmeer. 400 kilometer in 43% uur, waarvan hij volgens eigen zeggen 38 uur heeft hardgelopen. De gemiddelde uursnelheid van negen kilometer over zo'n afstand is nog steeds niet geëve naard. De Britten kwamen in een 48-uurs wedstrijd niet verder dan 367 km. In 1980 liep Jan een spierscheu- ring op in zijn linker bovenbeen terwijl hij al kampte met een permanente pijn tijdens het lopen in zijn andere been. Er brak een tijd aan van medisch on derzoek maar ondanks de pijn trainde Knippenberg door; gemiddeld 50 km per dag. Come back De sporter kwam in contact met tien tallen medici en men constateerde een mijn eentje door de duinen kan ren nen", zegt de atleet als we vragen waarom hij niet (meer) gecharmeerd is van het lopen van de marathon. „Als ik zo'n marathon van New York zie, dan denk ik, dat is toch een massabe weging waar ik liever niet tussenloop." Vooral de Amerikaanse marathon is volgens Jan een statussymbool aan het worden. „Die moet je blijkbaar ge lopen hebben. Sommigen doen daar vier of vijf uur over. Dat red je ook als je gewoon wandelt maar dat telt blijk baar niet. Wie de marathon in New York loopt, hoort er bij." Knippenberg vindt het jammer dat de aandacht wordt gericht op dergelijke massale gebeurtenissen. „In Japan is al jaren een marathon waar je aan mee mag doen als je de 42 kilometer binnen 2% uur loopt. Daar treden topatleten voor het voetlicht. In Europa merken we daar niets van." Ongemerkt komen we op de motieven waarom iemand zich aansluit bij het legioen hardlopers. „Het heeft natuur lijk te maken met de fitnessrage die vanuit Amerika is overgewaaid en daarom is het zo jammer dat hardlo pers voor joggers worden aangezien en andersom. Hardlopen is eigenlijk een kunst. Dat leer je niet zomaar. Die kunst is om op een bepaalde manier Roes Waar ook veel over geschreven wordt is de euforie die hardlopers bereiken als ze lange tijd onderweg zijn. „Je bent warm gedraaid en gaat door na de eerste vermoeidheid. Dan kom je in een soort roes en heb je het gevoel dat je gewoon altijd maar verder kunt gaan," Alle snelle marathonlopers ken nen die „roes" en inmiddels is ook medisch vastgesteld dat een bepaalde stof zich afscheidt uit de hersenen bij een grote lichamelijke prestatie. Dat veroorzaakt de, ook bij joggers inmid dels, begeerde geestestoestand. Jan Knippen: „Die verandering in je stof wisseling en de looproes maken deze sport dan ook verslavend. Als je een blessure hebt en je loopt niet of heel weinig krijg je ontwenningsverschijnselen." Afkickverschijnselen zijn vermoeidheid, chagrijnigheid, een vage hoofdpijn, nervositeit, e.d. „Je voelt dat je je energie niet kwijt kunt en je word sik keneurig. Je mist die sensatie in je lijf- Uitgedroogd Vermaard zijn de Olympische tv- beelden van een Zwitserse marathon loopster die wankelend en stuiptrek kend de finish in Los Angeles bereikte en later uitgedroogd bleek te zijn ge weest. De vrouw verkeerde op dat moment in de veronderstelling dat ze redelijk snel het parcours in het stadi on aflegde, terwijl de televisiebeelden beschamend waren voor haar en de loopsport in het algemeen. Als we vra gen of dit het gevolg is van de roes waar men niet meer uitkomt consta- teerd Knippenberg allereerst dat de be geleidende arts een fout heeft ge maakt. „Hij had haar uit de race moe ten halen. Die vrouw was goed ge traind maar blijkbaar geobsedeerd door de finish." Een gebrek aan vocht is de hoofdoorzaak van deze vertoning. „Je kunt zelf weer uit die roes stappen want je voelt op een gegeven moment toch weer dat het moeilijk gaat, dan is de euforie gewoon voorbij." Jan Knip penberg zegt dat een lange afstandlo per ook voortdurend bezig is „zichzelf terug te vinden". „Je weet best dat je stoppen moet omdat het echt niet meer gaat." Uitgedaagd Knippenberg zegt in het verleden vaak het verwijt te hebben gekregen dat hij de publiciteit zocht, met name wat be treft het rondje IJsselmeer. Hij wilde dat ten dele toegeven. Voor het finan cieel volbrengen van een dergelijke tocht heb je sponsors nodig maar een aanbod van De Telegraaf heeft hij destijds afgewezen. „Dan had ik flink aan dat rondje verdiend maar dergelij ke sponsoring stond me toch niet aan." Hardlopers zijn ijdel. Dat geldt voor veel topsporters. „Je wilt je on derscheiden en daarom is een mara thon ook niet interessant voor mij. Ik heb geen zin in die massa." Volgens eigen zeggen had hij rijker en beroem der kunnen zijn als hij wel was inge gaan op aantrekkelijke grootse sponso ring. „Dan kun je een eenzame tocht door de duinen wel vergeten, in die zin dat de publiciteit ook je vrijheid gaat beknotten." Jan houdt juist zo van avontuur. In Engeland liep hij hon derden kilometers door de bergen, al leen met een kompas. Dat zijn tochten met risico's. In het Lake District kwam twee jaar geleden een hardloper om nadat hij was verdwaald. De koude wind kreeg vat op hem, het was zeven graden boven nul. Wie dergelijke toch ten loopt wordt voor knettergek uitge maakt. Het is het zoeken naar gren zen. „Uitgedaagd door de verten pij nig je je voeten, gevoed door je geest die wil weten wat er achter de pijn grens ligt." Helemaal alleen Het avontuur van Engelse en Schotse hoogvlakten wil Knippenberg weer op zoeken. Nu hij op Texel woont is het plan ontstaan om alle Hollandse wad deneilanden hardlopend te ronden en de oversteek over water kanoënd uit te voeren. „Het is nog een vaag plan maar het lijkt me een machtige tocht." Een ander plan, waar veel meer bij komt kijken, is veel avontuurlijker: 3000 km door Scandinavië van de zuidpunt tot de noordkaap. „Dat wil ik helemaal alleen doen. Zonder volgwa- gens met een kleine rugzak en slapend in jeugdherbergen met een gemiddelde snelheid van 100 km per dag." Met de huidige blessure is het nog een droom die gezien het doorzettingsvermogen (een bescheiden woord bij ultralange "afstanden) van Knippenberg echter vandaag of morgen werkelijkheid kan worden. Met Texelse hardlopers hoopt hij een trainingsclubje te kunnen starten om bijvoorbeeld één keer per week samen te lopen. „Een beetje begeleiding ge ven aan mensen die zich willen be kwamen in de marathon of desnoods grotere afstanden bij de kop willen pakken lijkt me leuk." Zelf kan Knip penberg het hardlopen niet missen en de kans is groot dat dat nooit lukt. Ik voel me uitstekend als ik loop en heb het gevoel alles aan te kunnen." Knippenberg vergelijkt het met natuur volken die ook, door veel ontberin gen heen, konden doorgaan." „Dan voel je je superieur. Niet superieur aan andere mensen maar het is een soort oergevoel. Je voelt je een soort noma de in Nepal en hebt het gevoel dat je deze volkeren ook beter begrijpt." De geschiedenisleraar kijkt bijna verontschuldigend. De Plattelandsvrouwen van De Cocksdorp-Eierland vierden 19 decem ber hun jaarlijkse kerstavond. Er waren 92 aanwezigen, die konden genieten van een sfeervolle avond, met mooie verhalen, gedichten en samenzang. Het Cocksdorper koor, o.l.v. Gerard Smeenk zorgde op mooie wijze nog voor een paar meerstemmige kerstlie deren. De kerststukjes werden ge maakt door de contactdames. Donderdagmiddag 20 december ver zorgden de Plattelandsvrouwen een kerstmiddag voor de bejaarden van Ei- erland en De Cocksdorp. Er waren ±35 aanwezigen. Het Cocksdorper koor bracht nogmaals de meerstemmi ge liederen ten gehore. En er werd weer genoten van de verhalen, gedich ten en samenzang. Dames die hun strookje voor de broodmaaltijd in januari nog niet heb ben ingeleverd moeten zo spoedig mo gelijk contact opnemen met Bjouk Moonen, tel. 02222-269.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1984 | | pagina 11