,The Dutch are fantastic"
loormalig B17 bemanningslid Ke*mit Jones:
*3
i
Vervoer Teso
blijft fors
teruglopen
LAND
BOUW
Inleveren slib
aardappelontsmetting
YSDAG 7 MEI 1985
TXELSE COURANT
PAGINA 5
„Spyk" gnuivend me, laboor
Mllam Bakker v~.. -
lop Texel nooit meer gezien. Ter gelegenheid van c
ffêam Bakker van de Kon. Marine had geleend.
„The Dutch are fantastic!" (De Nederlanders zijn fantastisch!!. Met
die zeer vleiende uitroep besloot Kermit Jones, één van de B17 be
manningsleden die door toedoen van Willem Bakker naar Texel
kwamen zijn toespraak tijdens een maaltijd die het gemeente-
bestuur zondagavond aanbood aan de internationale gasten die tij
dens de herdenking op het eiland aanwezig waren. Jones voegde
(laar later desgevraagd aan toe dat Nederland net als de Verenigde
Staten een vrij land is waar je niet opgepakt kan worden voor het
uiten van je mening, iets waar hij in de tweede wereldoorlog voor
gevochten heeft.
De buitenlandse gasten bleken dat
te waarderen, verscheidene van
hen benadrukten achteraf het be
lang om de jeugd over de oorlog te
informeren, zodat ook de jongeren
gemotiveerd worden om een vol
gende oorlog te vermijden.
Jones vertelde in zijn toespraakje
dat hij tijdens zijn krijgsgevangen
schap in Groningen meemaakte
dat een klein blond meisje naar
hem toekwam toen de groep waar
hij en Howard Weber toe behoor
den ergens stond aangetreden. Zij
drukte de verbaasde, op dat mo
ment 18-jarige Kermit, een briefje
in de hand waar op stond te lezen
„We love you. Yank!". Bij het brief
je zat een koekje, een groot ge
schenk in de laatste maand van de
oorlog. Dat gebaar was hem altijd
bijgebleven.
Jones en Weber hoorden bij de be-
Imanning van de B17 die op 3 april
1945 werd neergeschoten door de
luchtdoelbatterij bij Loodsmansduin.
Jones: ,,Ons vliegtuig was een zoge
naamd 'rode streepvliegtuig' wat bete
kende dat het eigenlijk niet in staat
was om te vliegen. De bombardeerin
richting was stuk. We konden de bo
men er nog wel met handkracht uit
krijgen, maar toen we zover waren,
waren we al over ons doel heenge-
schoten en de Amerikanen gooiden
nooit zomaar ergens boven land hun
bommen af. We keerden dus terug en
gooiden ze boven zee uit. We kregen
echter brandstofproblemen en daarom
gooiden we allerlei zwaar materiaal zo
als kanonnen en dergelijke over boord
om België te kunnen halen. Daarom
waren we voor dat luchtdoelgeschut
een 'sitting duck' (een stille eend), ze
hoefden alleen maar goed te richten.
Als we ons vijftig millimeter geschut
nog zouden hebben gehad hadden we
ze aan splinters kunnen schieten, die
kanonnen waren nauwkeurig tot op
vijf mijl".
Gewond
Na de voltreffer in de neus slaagden
drie man erin om op een hoogte van
3800 voet uit het vliegtuig te springen.
De eerste was Howard Weber, de
tweede een bemanningslid dat door
het vliegtuig mee werd gesleurd en de
derde was Jones. ,,Wij sprongen er in
zo'n tien seconden uit. Ik maakte de
fout om al in het vliegtuig mijn chute
open te trekken en bovendien zat het
geheel niet goed omgegespt. Daardoor
kreeg in een klap van één van de rie
men in mijn kruis, wat ontzettend
pijnlijk was, op het moment dat mijn
hoofdchute openging. In het water
kon ik eerst niet mijn parachute dicht
krijgen omdat ik aan de verkeerde tou
wen trok met als gevolg dat ik richting
de zee werd getrokken. Na enige mi
nuten kon ik wel de goede touwen
vinden. Toen ik de parachute kwijt
was merkte ik dat de Duitsers vanaf
de dijk op me schoten, ik hoorde de
kogels om me heen in het water slaan.
Ik raakte bewusteloos. De Duitsers
hebben me uiteindelijk met een bootje
opgehaald. Op de dijk moest ik me
helemaal uitkleden ondanks de zeer
slechte toestand waar ik door de klap
van die riem in verkeerde. Ze lieten me
naakt staan, met mijn handen in de
lucht terwijl het flink waaide. Zo heb
ben ze me een half uur lang onder
vraagd en toen mocht ik mijn natte
kleren weer aantrekken. Later hebben
ze Howard ook te pakken geegen en
we zijn samen naar Duitslanc
getransporteerd".
Trantje
Weber was ongeveer een mi uit de
kust in zee gekomen. Ik henner me
dat nog heel levendig. Er wen gol
ven van zo'n anderhalve mer hoog
en ik heb een minuut of vijfievochten
tegen de bittere kou. Daarn:raakte ik
bewusteloos". Het verhaal he het
vanaf dat moment verder gig werd
zondagavond aangevuld doe één van
de mensen die Weber toen t het wa
ter hebben gehaald, Jan Dcger. De
beide mannen ontmoetten eaar zon
dagavond weer voor het eet sinds
veertig jaar. Het is te begrijpn dat
Weber tijdens dit bijzonder jontane
en hartelijke weerzien een tentje liet
vallen. Dogger had wat fotc voor
Lord Tweedsmuir krijgt de herdenkingsmedaille uit handen van burgemeesteingelvaart.
hem meegenomen van de mensen die
toen betrokken waren bij zijn redding
en het huis waarin hij weer een beetje
op de been werd geholpen, een ge
schenk waarmee de Amerikaan, van
beroep persfotograaf, bijzonder blij
Krullen
Dogger vertelde: ,,Wij voeren naar
hem toe en toen we bij hem waren
ging hij voor de derde keer kopje on
der. Mijn broer Kees zei later dat het
maar goed was dat die Amerikaan zo
veel krullen had want hij kon nog net
zijn haardos grijpen, daarvoor moest
hij zijn arm al tot over zijn elleboog in
het water steken. Hij had het gevecht
tegen de dood al opgegeven. Kees en
ik hesen hem toen aan boord en we
legden hem met zijn buik op de rand
van het schip. Dat was waarschijnlijk
zijn redding want daardoor gaf hij on
geveer een halve emmer water op. Wij
wisten in die tijd natuurlijk niets van
kunstmatige ademhaling dus op weg
n'aar de kant hebben we constant met
zijn armen op en neer zitten pompen.
Toen we hem op de kant legden wa
ren de Duitsers er ook bij en die zei
den dat hij 'Kaput' was en dat we dus
geen moeite meer hoefden doen. Mijn
vader geloofde dat echter niet en bo
vendien had hij zijn ogen aan boord al
open gehad. Mijn vader en mijn oom
hebben hem toen op een ladder naar
huis gebracht, als de levensgeesten te
rugkwamen zouden de Duitsers hem
daar ophalen. Hij kreeg droge kleren
van mijn tante en wij hebben zijn iden
titeitsplaatje uit zijn overall gehaald".
Weber was geen vast bemanningslid
van de B17, hij was een zogenaamde
'spare gunner', een schutter die met
vliegtuigen meeging die te kort aan
bemanning hadden. Hij kende Kermit
Jones dan ook niet en afgezien van
een paar brieven hebben de beidé
mannen ook na de oorlog geen con
tact meer gehad tot afgelopen week
end. Met de familie Dogger is nog wel
contact geweest. Direct na de oorlog
stuurde Weber een brief waarin werd
gevraagd of de familie iets te kort
kwam. Zij antwoorden dat, onder an
dere, er geen fietsbanden waren. Die
werden, samen met de andere zaken
waaraan gebrek was, prompt op
gestuurd. Tijdens de watersnood van
1953 heeft Weber weer een dergelijke
brief gestuurd. Toen kon de familie
echter onder dankzegging het aanbod
afslaan, er werd geen gebrek meer
geleden.
Verschrikkingen
De beide Amerikanen werden eerst ge
vangen gezet in De Mok en later met
een klein bootje dat eruit zag als een
soort slepertje naar Den Helder ge
bracht. Daarna volgde een reis die
deels met allerlei transportmiddelen
werd afgelegd. Via Groningen en
Hamburg werd de groep 'POWs' (pri
soners of War-krijgsgevangenen) naar
een concentratiekamp op 60 kilometer
ten oosten van Hamburg gebracht. Jo
nes: ,,Dat was volkomen chaos. Wij
hebben nog wel aan ontsnappen ge
dacht omdat we bang waren dat de
Duitsers zich op hun laatste stellingen
aan het terugtrekken waren om voor
de laatste maal stand te houden. Ach
teraf blijkt het wijs dat we dat niet
hebben gedaan. In het kamp verbleven
ze vier dagen voor ze bevrijd werden
door de Engelsen. De verschrikkingen
van de reis, Jones was meer dan de
helft van zijn gewicht kwijtgeraakt in
minder dan een maand, werden daar
nog eens overschaduwd. ,,We zaten in
een klein vrouwenkamp en we zagen
Weber en Jan Dogger, één minuut na de bijzonder hartelijke omhelzing die hun weerzien
na veertig jaar kenmerkte.
Dogger met zijn zoon Theo. Deze foto draagt Weber altijd bij zich.
hoe SS-ers vrouwen verkrachten, ze
vervolgens afmaakten en in een put
met ongebluste kalk gooiden. Dat
beeld zal me altijd bijblijven". Later
werd dit gebied overgenomen door de
Russen, iets dat Jones veroordeeld.
Hij is geen vriend van het totalitaire
systeem in dat land. In de 32 dagen
dat hij samen met Weber krijgsgevan
gen was heeft hij een zeer diep besef
gekregen van de noodzaak om men
sen in vrijheid te laten leven en dat is
heel duidelijk ook een boodschap die
hij bij deze herdenking uit wilde
dragen.
Penningen
Jones en Weber waren niet de enigen
die bij de maaltijd aanwezig waren
zondagavond. Over Lord en Lady
Tweedsmuir werd in een vorige krant
al uitgebreid geschreven, terwijl Ber
nard East elders uitgebreid ter sprake
komt. Deze sympathieke Engelsman
hoorde bij de bemanning van het
vliegtuig dat in 1944 neerstortte bij de
Fonteinsnol. Het verhaal van de voor
malige politieke commissaris Artemidze
mag bekend worden verondersteld,
daar is in de loop der jaren heel wat
over geschreven. Neary, de vriend van
wie Tweedsmuir in 1945 het eiland
voor de tweede maal bezocht kon niet
komen. Eerst verhinderde een staking
hem de reis en daarna kreeg hij een
ongeluk, zodat hij uiteindelijk om ge
zondheidsredenen niet aanwezig was.
y*
Tijdens het zondagmiddag gehouden diner van gemeentebeatuur. geellieera en andere genodigden: op de voorgrond de
delegatie van de
Het vervoer bij Teso blijft met ras
se schreden teruglopen. In april
werd bijna 9% minder eenheden
vervoerd dan in dezelfde maand
vorig jaar. Ook de teruggang over
de eerste vier maanden van 1985 is
rond 9%.
In april vervoerde de Teso veerboten
49.356 eenheden tegen vorig jaar
54.226, wat een verschil is van 8,98%.
Dat was voornamelijk het gevolg van
het teruggelopen vervoer van perso
nenauto's: van 43.905 naar 38.688
stuks, een vermindering dus van
11,88%. Het aantal vervoerde caravans
liep met ruim een derde terug: van
1.346 naar 934 stuks en ook de ver
mindering van het vervoer van aan
hangwagens was fors: van 833 naar
618, oftewel 25,81%. Het vervoer van
vrachtauto's, opleggers en bussen
steeg, respectievelijk met 2,95%,
18,24% en 3,7%.
De cijfers over de eerste vier maanden
van dit jaar geven ongeveer hetzelfde
beeld. Het ven/oer van personenauto's
zakte met 10,52%, van caravans met
24,17%, van aanhangers met 24,79%
en van vrachtauto's met 5,57%. Alleen
het vervoer van opleggers en bussen
steeg, nl. met resp. 2,01% en 2,11%.
Het enige "excuus" voor de vermin
derde vervoersdrukte is het feit dat Pa
sen dit jaar zeer vroeg viel en dat het
toen bovendien veel slechter weer was
dan vorig jaar.
Al deze gasten kregen tijdens het diner
een herdenkingspenning uitgereikt van
de burgemeester. Penningen waren er
ook voor de Texelaars Willem Bakker,
de familie Goënga en Michel Binsber-
gen. De tolk Peter de Groot kreeg er
ook één, de burgemeester maakte bij
de uitreiking een grapje over zijn
naam: ,,Die is heel toepasselijk. Tzaar
Peter de Grote had goede contacten
met Nederland".
In zijn openingswoord had de burge
meester al gezegd dat hij hoopte dat
ook de aanwezige jongeren nooit meer
een oorlog zouden meemaken. Na
mens hen antwoordde Simon Lap (16
jaar) in prima Engels dat zij het leuk
vonden de tafel met de veteranen te
delen en dat zij er in ieder geval hun
best voor zouden doen toekomstige
oorlogen te vermijden. Luid applaus
was zijn deel.
De burgemeester las nog een verkla
ring voor van de stad Springfield in
Ohio (VS) waarin zijn Amerikaanse
collega verklaarde trots te zijn op de
eer die zijn stadgenoot Howard Weber
ten deel was gevallen. Weber en Jo
nes vertelden later dat er ongetwijfeld
veel in de plaatselijke kranten geschre
ven zal worden over het plotselinge
bezoek dat zij aan Texel konden
brengen.
De laatste spreker was J. C. Roeper,
die namens de sectie dorpshuizen de
gasten uitnodigde om bij het feest
aanwezig te zijn dat na de maaltijd in
,,De Lindeboom" begon.
Eugeni Artemidze sprak twee maal,
één maal om nog eens te benadrukken
dat de Georgiërs ook .hebben gestre
den voor de bevrijding van Texel en
één maal om te bedanken voor de leg
penning, die niet alleen hem maar ook
zijn nog levende en gesneuvelde kame
raden toekwam.
De aardappeltelers die zelf hun uit
gangsmateriaal ontsmetten met kwik
hebben de gebruikte dompelvloestof
laten ophalen om te worden gezuiverd.
In de meets gevallen zal het slib met
de kwikvloeistof zijn afgevoerd. Het is
echter denkbaar dat er toch nog slib
op de boerderij is achtergebleven. Dit
kan in Noordholland worden ingeleverd
in de week van 6 tot 10 mei bij: Coöp.
Aardappelbewaring, Meijert Boonsweg,
Den Burg op Texel.
Bij inlevering moet een bijdrage wor
den betaald in de afvoerkosten. Dit is
voor dit jaar f75— voor een zak van
maximaal 25 kg.
Het slib moet volkomen droog in
plastic zakken bij bovenstaande adres
worden aangeboden. Het is niet toe
gestaan andere stoffen dan slib af
komstig van aardappelontsmetting in
te leveren. Bij aanbieding dient men
om een afleveringsbon te vragen.