Een vaste baan bij de Melkunie zekerheid voor je heie leven aasmakers vandaag voor t laatst aan de slag f£ E De Eendracht bijna 60 jaar 'melk'fabriek Ipmeer uLfNSPAG 27 MEI 1987 TEXELSE COURANT PAGINA 13 agochtend. Het is druk bij het zestig jaar oude fabrieksge- y aan de Schilderweg. Aan- voor het éénmaal per week ende kaaswinkeltje. „Kaasver- i nog tot en met 5 juni" staat z6n. Wie een stukje doorloopt, it aan niets dat over luttele da- Ide laatste Goudse-16 en rauw- Lse specialiteit „Texelaar" wor- [gemaakt. Het bedrijf draait Ivolop. Fabriekssluitingen betekenen maar al te vaak dat het personeel op straat komt te staan en maar moet uitzoeken hoe het weer aan het werk komt. In het geval van De Eendracht kan werk gever Melkunie Holland wat dat betreft niets worden verwe ten, daar zijn alle betrokkenen het over eens. Gedwongen ontslagen zijn nimmer aan de orde geweest; van begin af aan is toegezegd dat alle mensen in vaste dienst een andere functie zou worden aangeboden. Deze woorden zijn waargemaakt, de meesten zullen gaan werken bij de Melkunie-fabrieken in Opmeer en Lutjewinkel. Ondanks alle mooie regelingen toch een ingrijpende sociale verandering voor de Texelse kaasmakers. Hoe kijken zij zelf tegen de re cente en toekomstige ontwikkelingen aan? Een wandeling door de afgelopen dagen voor het laatst in be drijf zijnde zuivelfabriek. Jlannen om de fabriek te sluiten (en niet van gisteren. Al meer dan |aar geleden hing het spreekwoor- zwaard van Damocles voor het dreigend boven De Eendracht, bedreigde voortbestaan kon wor- berekt, vooral dankzij de eilandpo- hjan Texel en de gevolgen van hg voor met het eiland vergroeide hemers. Het tij kon echter niet fen gekeerd en nu is het doek dan I gevallen. legenen die het eiland nooit zou- rvillen verlaten, behoren Piet nan (45) en Jan Meedendorp [Beiden „echte Texelaars", zoals eet. Koopman werkt al bijna zijn bven in de fabriek. Op 7 juni is recies dertig jaar geleden dat hij ram werken en hij is daarmee het t in dienst van allemaal. „Die 30 j ik hier nog wel vol", zegt Piet ■man. Met Meedendorp en nog J anderen blijft hij de komende zo- ïn de fabriek achter om het bedrijf Itruimen. Daarna vertrekt hij naar /vinkei waar hij een baantje bij de hische dienst heeft gekregen, fer ben ik de hele fabriek al doorge- ■i. Als 15-jarige begonnen in het Jatorium, daarna de kaasmakerij, Bakhuis, de „poedermakerij", de Jiische dienst en het centritugelo- I Ik wilde best wel weer bij de Jiische dienst werken en in Lutje- I bleek er een plaatsje vrij te zijn. Ije kon alleen voorkeur opgeven Ihet soort werk, niet voor de pmeer moeten ze werkers heb- grapt Jan MeedendorpEn itjewinkel de knappe koppen", vult iel aan, na Koopman's quasi- itwaardigde blil^. Meedendorp schijt231/: jaar bij De Eendracht en er niet over gepeinsd om naar eer te verhuizen. Als vanzelfspre- gaat hij straks viermaal per week en weer met het speciaal door lelkunie ter beschikking gestelde ineelsbusje. Dagen van twaalf uur nger: voor dag en dauw opstaan net de eerste boot af te reizen, en et meezit de boot van half zes te- „Natuurlijk ga ik naar de over- Bij de Melkunie heb je zekerheid, m nu op de condensafdeling te en, dat staat me wel aan. En het irtig uur per week. Maar ik geef logen best de kost. Als ik op Texel [een goed baantje kan krijgen, pak it. Een paar dagen is al goed ge- I, want m'n vrouw werkt ook". Hij zich al een beetje een idee ge- id over wat hem te wachten staat, hele ploeg Texelaars heeft al een i in Opmeer genomen. „Het is zo groot joh, echt continu bedrijf, dat betreft zijn we hier wel ver- I, hier kon je tussendoor wel eens nemen, lekker gemoedelijk". In de bollen I de 20-jarige Peter Dijker uit Den staan de zaken er heel anders K Hij is nog maar een jaar en een "maanden in dienst. Als „losse" ht aangenomen, valt hij buiten het faal Plan en moet weer zelf op t naar werk. „Ik zou eigenlijk maar ior een paar maanden komen wer- I dus dat viel nog mee. Wat ik nu poen? In de bollen of zo, en daarna |t ik het nog niet." 1 werknemer verhuist wèl naar de (kant: hoofd technische dienst Mi- I Lok (35). Een gelijkwaardige ftie kon hem niet direct worden bij de Melkuniefabrieken en Lutjewinkel. In de Bedrijfsleider Boorsme: ,,De mensen begrijpen gesloten eerst komende jaren zijn daar ook geen passende vacatures te verwach ten. Elders in den lande zou Lok wel terecht kunnen, bij de fabriek in het in de Alblasserwaard gelegen Giessen- burg. Op voorwaarde dat Lok tot ver huizing bereid zou zijn. Inmiddels acht jaar woonachtig op het eiland, geen gemakkelijke beslissing: „Het wonen en leven hier is grandioos. We hebben een groot huis, niet lang geleden nog verbouwd (daar baal ik van), helemaal naar onze zin. Het is met mijn oplei ding (scheepwerktuigbouwkundige MTS) moeilijk om bij een ander bedrijf op Texel aan de slag te raken. In ande re branches begin je toch weer als een min of meer ongeschoolde arbeider. Als je dan een jaar of 35 bent, ben je gewoon te duur. Het is waar: de salarissen van de Melkunie zijn gewoon goed." Kaasklimaat Als lid van de plaatselijke, groeps- en centrale ondernemingsraad heeft Lok de onderhandelingen en besluitvor ming over de sluiting van nabij kunnen volgen. Is hij, gegeven het besluit tot sluiting, tevreden over het resultaat voor de Texelse werknemers? Lok: „Ja. Ik heb niet het gevoel dat iets essentieels is blijven liggen. Maar aan de andere kant: we hebben het kaas klimaat gehad. Stel dat we nü als OR Michiel Lok bij zijn ..liefhebberij": het ketei- hok. Het bijzondere is dat de uit 1962 en 1953 daterende ketels nog met zware stook olie worden gevoed. laatste tien jaar aan De Eendracht ver bonden. Al bij zijn komst stond het voortbestaan van de Texelse vestiging op het spel. Tot vier jaar geleden had Boorsma echter goede hoop dat De Eendracht zou kunnen blijven doordraaien. „Op Texel werd elk jaar een procentje of zes méér melk aangeleverd door de boeren. Als je die lijn doortrekt, dan zou je in 1990 op 40 miljoen liter per jaar uitkomen, oftewel een derde meer dan nu het geval is. Des te meer melk je hebt, des te lager de vaste kosten. Helaas, toen kwam de superheffing en die heeft ons de das omgedaan. In plaats van een stijgende melkaanvoer kwam er een daling." „Het bedrijf gaat heus niet dicht om dat het niet goed draaide, integendeel. De oorzaak is de onderbezetting in de grote Melkuniefabrieken, waarin miljoeneninvesteringen zijn gepleegd. Door een kleine investering kunnen die grote bedrijven nu op simpele wijze aan 30 miljoen liter melk extra komen. Het beleid is erop gericht om die mo derne bedrijven te steunen." Pas de laatste paar jaar is niet meer in de Texelse kaasmakerij geïnvesteerd. Drie jaar terug was een nieuwe wei centrifuge de laatste nieuwe aanschaf. Momenteel zijn de kaasbakken aan vervanging toe. Door de sluitingen el ders zou Boorsma voor een schappelij ke prijs in goede staat verkerende ge bruikte bakken op de kop kunnen tik ken, waarmee de fabriek weer acht tot tien jaar vooruit had gekund. Dat hoeft nu niet meer. Spijt dat hij zich tien jaar lang heeft ingespannen om de fabriek voor Texel te behouden heeft Boorsma niet. „Nee, want er heeft altijd een inko men tegenover gestaan. Wij zijn geen gesubsidieerde instelling geweest. De fabriek ziet er ook goed ingericht en beslist niet uitgeleefd uit. Als hier mensen een kijkje komen nemen be grijpen ze vaak niet waarom zo'n mooi bedrijf moet worden gesloten." F8 Texelaars" Jen Meedendorp flinks! en Piet Koopman blijven er ondanks alles bij niet dat zo'n mooi bedrijf moet worden voor hetzelfde feit zouden zijn ge plaatst, dan zouden we over betere ar gumenten beschikken dan toen. Vorig jaar zat de kaasafzet in een dal en wa ren de Melkuniebedrijven onderbezet. Maar door een snel herstel van de ex port en doordat de Melkunie de ver kooporganisatie in eigen hand heeft genomen is de bezetting van de fa brieken sterk verbeterd. Produktie en afzet lijken nu weer goed op elkaar af gestemd". Een ander argument om toch te sluiten speelt echter een steeds zwaarder wegende rol, geeft Lok eerlijkheidshalve toe: de superhef fing. De boeren moeten dit jaar tien procent minder melk aanleveren. Het onderbezettingsprobleem bestaat dus nog steeds, alleen het accent is ver schoven: minder melk in plaats van minder kaas. Begeleidingscommissie Net als Lok maakt ook Jos Bergman (52) deel uit van de OR en de begeleidingscommissie. Ook kaasmaker Reijer van Lenten zit in dit team dat de werknemers desgevraagd met raad en daad terzijde wil staan. Bergman, centrifugist en sinds 1969 op De Een dracht werkzaam, hoopt dat de Texe laars die nu heen en weer gaan reizen, zich straks niet in een lastig parket zul len bevinden. Want wat gebeurt er als zij op Texel een leuk baantje zien en moeten concurreren met werkloze Texelaars? De verdwijning van de kaasfabriek noemt Bergman „een economische verarming". „De 25 arbeidsplaatsen zullen in de toekomst nimmer door jonge Texelse werklozen worden inge nomen, die zijn foetsie." Zélf zou Bergman overigens ook wei nig animo hebben gehad om te verhui zen. „Nee, mij niet gezien. Gisteren ben ik nog even aan de overkant ge weest, ik was blij dat ik weer op Texel terug was. Gelukkig heeft de Melkunie ons nooit onder druk gezet om te ver huizen. Het is wel gevraagd, maar daarna is geaccepteerd dat wij daar te genop zagen". De Texelaars zullen in Opmeer en Lut jewinkel uitsluitend dagdiensten gaan draaien en wellicht af en toe een za terdag. Met de extreem vroege werktij den is het dus afgelopen. „Dat vind ik eigenlijk het enige voordeel. Het is een verademing om niet meer om kwart over twee je bed uit gaan om om drie uur 's nachts te beginnen. Je miste daardoor een stukje sociaal leven: naar kaartavondjes, verjaardagen, vergade ringen kon ik vaak niet of half heen. Nu staat er tegenover dat je hele da gen weg bent, en dat is een verar ming. M'n bijwerk als verzekeringsa gent heeft er niet onder te lijden. Veel gaat automatisch en administratie deed ik meestal al op zaterdag- en zondagochtend." Omscholing De Melkunie bood ook de mogelijk heid, in samenwerking met het GAK, om op haar kosten omscholingscursus sen te volgen. Slechts twee Texelaars maakten daar gebruik van, van wie maar eentje heeft doorgezet. Willem Sangers (36) werkt nu alweer vijf we ken bij schildersbedrijf Zaanderwijk uit De Koog. Het bevalt hem prima: „Schilderen is een vrij leven. Je spreekt veel mensen, werkt buiten en binnen en elke dag maak je weer wat anders moois. Dat kun je niet vergelij ken met het fabriekswerk. Ik moet hier trouwens wel harder werken. Je bent echt acht uur aan het werk". Sangers heeft de Melkunie 12 jaar gediend, als centrifugist en kaasmaker. Als hij niet bij de kaasfabriek was te rechtgekomen zou hij allang schilder zijn geweest. „Schilderen zit bij mijn familie in het bloed." Bij het volgen van de cursus in Obdam kwam Sangers er al snel achter dat het heen en weer reizen niets voor hem is. „Maandag is het nog wel leuk, maar na een paar dagen ben je er doodziek van". Om vier lange dagen per week van huis te zijn ziet hij niet zitten. „Om kwart over zes ben je weer thuis. Voor je gegeten en gedou- ched hebt, is het acht uur. En je moet er vroeg in want het is weer vroeg dag. Hoe vindt je vrouw dat? En voor de kinderen heb je ook minder tijd. Daarnaast speel ik zaalvoetbal en fluit ik graag een wedstrijdje". "Niettemin was de definitieve overstap zeer moeilijk. „Ik wilde het graag, maar durfde gewoon niet. In de week dat ik m'n besluit moest nemen, heb ik in eerste instantie het schilderen af gezegd. Ik heb toen een verschrikkelij ke rotweek gehad. Op het laatst heb ik toch keihard tegen mezelf gezegd: nou doe je het. Gelukkig kon ik bij Ton Mays, de baas van Zaanderwijk, nog terecht". „M'n oude collega's uit Oudeschild, waar ik woon, zie ik bijna iedere dag. Elke morgen fiets ik langs de fabriek en af en toe ga ik tegen zeven uur even een bakkie halen. Ik vind het jammer dat niet meerderen hebben ge probeerd om om te scholen. Ze zeg gen nu wel dat ze hun ogen goed de kost geven, maar laten ze dat dan ook écht doen. Maar het is waar: de Mel kunie is een verschrikkelijk goede baas, zo één krijg je waarschijnlijk nooit meer. Als je een vaste baan hebt bij de Melkunie, heb je voor je leven zekerheid." Bedrijfsleider Durk Boorsma was de Willem Sangers heeft het als schilder nu prima naar de zin. De historie van De Eendracht is bij na 60 jaar oud en al die tijd stond het produkt „melk" in het fa brieksgebouw centraal. Op de kou de avond van 31 maart 1930 werd bij het flauwe schijnsel van een walmende lantaarn de eerste melk bij de nog in aanbouw zijnde zui velfabriek De Eendracht aangele verd. Precies een jaar eerder was de aanzet gegeven tot de oprichting. Toendertijd stonden op het eiland meerdere kleine zuivelfabriekjes, waar de in de buurt wonende veehouders hun melk kwijt konden. Wegens on vrede over de exploitatie van de Eier- landse fabriek De Samenwerking, besloten de aan die fabriek leverende boeren om een contract af te sluiten met de NV Hollandia, die een ont vangststation in 't Zand had. Het was duidelijk dat dit een tijdelijke oplossing zou zijn en dus werden plannen ge maakt om op Texel een moderne fa briek te stichten. Om een breed draag vlak te verkrijgen, werden onderhande lingen aangeknoopt met zuivelfabriek De Hoop in De Waal, maar deze lie pen op niets uit. De betrokken boeren zetten toch door en besloten om een nieuwe fabriek te bouwen tussen Den Burg en Oudeschild. Dat had twee re denen. Ten eerste was de fabriek gesi tueerd aan de belangrijke hoofdver keersweg naar de toenmalige veerha venplaats Oudeschild. Op de tweede plaats was in het Hogeberg-gebied uit stekend water beschikbaar. Onder lei ding van aannemer Schoenmaker en architect Gros ging men aan de slag en op 10 juli 1930 kon de officiële ope ning plaatsvinden. De eerste directeur H. de Boer (nota bene uit Lutjewinkel) sprak bij die gelegenheid de wens uit dat de fabriek spoedig te klein zou zijn en meer leden zich zouden aanmel den. Twee jaar later kwam De Hoop toch onderdak bij De Eendracht, in 1946 gevolgd door zuivelfabriek Onder neming uit Den Hoorn. De produktie groeide van 2,2 miljoen kilogram melk (geleverd door 93 boeren) in 1930/'31 tot 16 miljoen liter melk (van 415 boe ren van heel Texel) in 1961. Door de groei moest de fabriek in de jaren 1962/'63 drastisch worden verbouwd en ontstond een voor die dagen groot. modern bedrijf waar 46 mensen een baan hadden. De zestiger jaren waren de jaren van de fusies en ook Texel ontkwam daar niet aan. In 1969 werd samengegaan met Opmeer en Lutje winkel (sec!) in de C.V. Noordholland G.A. Tot aan 1979 werden boter en Edammer kaas geproduceerd, hierna opgevolgd door de arbeidsbesparende produktie van Gouda 16 kg. Als laatste middel om de capaciteit van de fabriek volledig te benutten, werd in 1981 de rauwmelkse specialiteit Texelaar geïn troduceerd. De superheffing betekende echter de genadeslag. Het is nog on bekend welke bestemming het leegko mende fabrieksgebouw zal krijgen. Een nog prille Eendracht" in de beginjaren.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1987 | | pagina 13