Sint Jan oogst lof
voor gewaagde keus
Zuid-Eierland: succes
met voorspelbare lol
"Traag tempo helaas struikelblok
Groter aantal
vliegbewegingen
Ruit ingegooid
Acht koren werken
mee aan zangavond
'A"ÏVRIJDAG 4 MAART 1988
TEXELSE COURANT
PAGINA 7
In de vorige krant stond dat het lucht
verkeer voor Texel Airport mag groeien
tot maximaal 20.000 vliegbewegingen
per jaar. Dit was fout, de maximale
capaciteit mag 80.000 100.000 vlieg
bewegingen per jaar bedragen. Het
aantal van 23.000 vliegbewegingen dat
in 1986 werd geteld, blijft dus ver on
der de toegestane norm.
In het afgelopen weekeinde werd bij
de Amro-bank aan de Binnenburg een
groot raam naast de draaideur inge
gooid. De politie heeft inmiddels de
dader kunnen achterhalen. Het bleek
een 19-jarige inwoner van Den Burg te
zijn op wie de schade, die enkele dui
zenden guldens bedraagt, zal worden
verhaald. Tevens werd proces verbaal
opgemaakt.
Woensdag 9 maart werken acht Texel
se koren meer aan een gezamenlijke
uitvoering in de R.K. kerk in Den
Burg, aanvang 20.00 uur. Het betreft
de jaarlijkse avond, georganiseerd door
het Contactorgaan voor zang en mu
ziek. Het Programma: 1. The Messen
gere o.l.v. J. van der Slikke. a. Scha-
dows William Daily; b. Redeemed
Medley arr. Cam Floria. 2 Texels Vrou
wenkoor o.l.v. A. Groen. a. Adoramus
G.P. da Palestrina; b. Observant la loi
suprème G. Fauré; c Het creupelken
A. de Klerk; d. Free at last bew. A.
Groen. 3. Kinderkoor de Waddensin-
gere o.l.v. W. van den Berg-Kooi. a.
Panis Angelicus; b. I don't know how
to love Him; c. Do-re-mi. 4. Roomska-
tholiek Dameskoor o.l.v. D. van
Sambeek-Schrama. a. Requiem Missa
Pro Defundis; b. Attende Domine; c.
Agnus Dei Missa Tertia. 5 The Sin
gers of the Lord o.l.v. N. Schreur-
Visser. a. Eens zal de dag vol glorie
zijn, muziek A. Pronk; b. Ik hoor een
lied, muziek J. Eijkman; c. Geprezen
zij de Heer. 6. De Gospeltrain o.l.v. H.
Kievits. a. Over dit huis ontferm U
Heer; b. Deep blue sea baby arr. P.
Shaw (Schotland); c. I'm so glad, ne
gro spiritual arr. O. Nusslé. 7. Advendo
gemengde zangvereniging, a. Waarvan
gaan de boeren bew. L. Toebosch; b.
Der rote Sarafan (Duits bew. Russ.
volkslied), bew. B. Diekerhof; c. Brant-
chor A. Lortzing. 8. Soli Deo Gloria
o.l.v. J. Beijert. a. Onze Vader L. van
der Leiden; b. Adoramus Orlando di
Lasso; c. Halleluja, weest verheugd. 9.
Alle medewerkenden o.l.v. W. van den
Berg-Kooi. Ode aan Texel tekst en mu
ziek mevr. W. van den Berg-Kooi, har
monisatie I. Roos-W.v.d. Berg-Kooi.
bergen; een vrouw die lijdt aan een
moedereyndroom en met een babypop
in de armen haar dagen slijt. Kortom,
vijf karakters die voldoende ingrediën
ten bevatten voor een smeuig stuk.
Kolderiek zou auteur John Patrick het
echter nimmer laten worden; fraaie
teksten (waaronder werkelijk enkele
„beauties" van uitspraken) kregen
voorrrang boven maffe toestanden.
Excentriek
Het verhaal verder: de patiënten krij
gen gezelschap van excentriek ogend
dametje. Zij wordt door haar geldzieke
kinderen zogezegd in het gesticht
gestopt", omdat met haar geen land is
te bezeilen en ze de familie tot schan
de maakt met haar dwarse gedrag.
Bovendien komt uit dat zij het familie
kapitaal van tien miljoen dollars heeft
omgezet in een stapeltje aandelen en
dat ergens heeft verstopt. Ze zeult een
grote speelgoed beer met zich mee en
wat iedereen vermoedde kwam uit: de
aandelen waren in de beer verstopt.
Maar dan valt het licht uit, de aande
len verdwijnen van tafel en in het
laatste bedrijf is de vraag: wie heeft ze
nu? Geen eenvoudig probleem bij
jninstens vijf „gekken" van wie het
waarheidsgehalte van de beweringen
dubieus is. Marian Zegere speelde de
meest omvattende rol als het excen
trieke dametje Ethel Savage. Leven
secht, vlot en vooral met het juiste ge
voel voor spanning hield zij het publiek
in haar ban. Was aan haar ook een
steekje los, of speelde zij juist een slim
spelletje? Het duurde lang voordat de
zaal erachter kwam dat het laatste het
geval was.
Emotioneel
In het laatste bedrijf had zij een be
langrijk aandeel in het emotionele
hoogtepunt van de avond. Haar liefde
volle aanwezigheid had zóveel bij de
andere bewoners losgemaakt, dat zelfs
de stuurse mevrouw Paddy (subliem
vertolkt door Rika Rijk) na twintig jaar
het stilzwijgen doorbrak: „Ik heb aan
Daar komen de aandelen tevoorschijn ..V.l.n.r.
Joost Coutinho. Lie van Sambeek, Jolende van
allies en iedereen een hekel... maar
niet aan U". Een moment om een
traantje bij weg te pinken, en dat mag
eeen compliment heten voor de ge
loofwaardige wijze waarop de Sint-
Jan-spelers de lang niet eenvoudige
karakters hebben uitgebeeld. Zonder
tekst volhardde Rika Rijk consequent
in haar verwarde en verwilderde ge
laatsuitdrukking; zij boeide met dit stil
le spel. Lia van Sambeek dartelde als
een natuurtalent over het toneel als
het zenuwachtige typetje Fairy May
Op haar spel viel zaterdagavond wer
kelijk niets aan te merken; ze ging to
taal in haar rol op en bleef geweldig,
doorspelen als ze geen tekst had.
Gooitzen Kedde moet aan het eind
van de voorstelling een lamme arm
hebben gehad als de „verminkte" oud-
oorlogsvlieger Jeffrey. Ook hij kwam
geloofwaardig over, maar had best iets
meer overdrijving in zijn rol kunnen
leggen.
'n Beetje zoals Murdock, in „The A-
team" met een donkere zonnebril of
iets dergelijks. Jolanda van Tunen als
„moeder" Florence was bij vlagen
goed, maar wist haar personage iets
te weinig karakter mee te geven, het
typetje bleef wat vaag Niettemin een
verdienstelijk debuut.
de Sint Jan-spelers Ruud Beers. Gea Doeven,
Tunen. Gooitzen Kedde en Josien Huigens
De meeste uitstraling had ongetwijfeld
Joost Coutinho als de „violist" Hanni
bal. Dat hoofd alleen al.... Alsof hij al
le ellende van de wereld diende te tor
sen, zo keek Coutinho de zaal in, van
af verschillende plaatsen op het toneel
waardoor het effect nog werd ver
sterkt. Bovendien had hij de mooiste
teksten; prachtige wijsheden die een
relativerende uitwerking hadden. Ge
rard Zijm als de senator Titus (zoon
van mevrouw Savage)bewoog zich
nogal onzeker over de planken. Als se
nator zou hij vermoedelijk weinig
stemmen werven. Het leek alsof zijn
rolkennis tekort schoot, maar bij na
vraag bleek dat niet het geval. Jam
mer, want Zijm kan veel beter acteren.
„Gortdroog" is de kwalificatie die van
toepassing is op Ruud Beers. Zonder
veel te zeggen kreeg de routinier de la
chers op zjjn hand als zoon Samuel,
de slapjanus van de familie. Debutante
Gea Doeven was de keiharde, egoïsti
sche dochter Lily Belle. Inderdaad wist
zij hooghartig over te komen, maar
zakte af en toe even weg. Zij is zonder
meer een aanwinst voor de vereniging.
Josien Huigens was een heerlijke lieve
zuster, die als het moet streng kan
zijn. Een beheerst gespeelde rol. Ook
invalster Saepke Dotinga maakte lang
Gerard Zijm, Saepke Dotinga. Marian Zagers.
geen slecht debuut als de dokter van
het sanatorium. Deze dokter was geen
sterke persoonlijkheid, maar dat moest
volgens het script. Haar verstaanbaar
heid liet soms te wensen over. Tenslot
te was er een minirol zonder tekst
weggelegd voor Eline Zijm (dochter
van Gerard) als het kind John Thomas
in de verrassende slotscène. Regisseur
Paul van Hoof krijgt de eer te hebben
ingezien dat hij met „Dwaasheid" een
juweeltje in handen kreeg en daar
„zijn" acteurs langzaam maar zeker
van wist te overtuigen. Wat de uitvoe
ring betreft had hij er echter méér uit
kunnen halen Zo speelden zich op
een propvol toneel dialogen geheel
achterin af, wat de duidelijkheid niet
ten goede kwam. Ook was de scène
waarin het licht uitgaat en de aandelen
verdwijnen niet verwarrend genoeg en
in elk geval niet éf. Assistent
regisseuse was Loes Smit, souffleuse
Janny de Haan, Aad Zegere verzorgde
licht en geluid (sfeervol en goed geti
med), het team decorbouwers bestond
uit Wim Smit, Henk van Veen, Koos
Doeven, Joop Huigens en Aad van de
Snepscheut. Toke Graaf verzorgde de
kleding en actrices Josien Huigens en
Lia van Sambeek namen ook de grime
voor hun rekening.
Het succes van een klucht lijkt in hoge mate samen te hangen met de voorspel
baarheid van het plot. Hoe eerder het publiek een bepaalde situatie doorheeft en
hoe beter de afloop zich laat raden, hoe meer plezier het publiek heeft, als het
geboden spel tenminste aan bepaalde eisen voldoet. Dat laatste is echter be
langrijk en het is dan ook een misverstand dat met een klucht makkelijker succ-
ces wordt geoogst dan met een ander stuk. Er is dan ook geen blijspelacteur te
vinden die zijn werk eenvoudig vindt.
Dat ook de opvoering van een klucht
zonder enige pretentie een avond ple
zier kan verschaffen bewees de toneel
groep Zuid-Eierland die vrijdag en za
terdag in de kapel aan de Muyweg het
stuk Engeltje" van B. Westra en F.
Drost opvoerden. Zoals gewoonlijk ge
beurde dat voor een uitverkocht huis.
Het publiek was niet alleen toe
gestroomd vanuit de polder maar van
allerlei plaatsen op Texel, een gevolg
van de zeer speciale reputatie die de
club de laatste jaren heeft weten op te
bouwen.
Spartaans
Het toneelgenoegen dat Zuid-Eierland
biedt is niet te danken aan een perfec
te accommodatie, dure decors, fraai
gedrukte programma's of bal na, in te
gendeel. Het gaat er in de eenvoudige
houten kapel uiterst sober en puur toe
en dat is nog zwak uitgedrukt. Zittend
op stoelen en banken van de meest
uiteenlopende soort en bij de zinderen
de warmte van een grote oliekachel
genoot het mudvolle zaaltje ziendero
gen van de verwikkelingen rond boer
Nelis Dorenbos, zijn knecht Joost
Spinner en huishoudster Tonia Krab-
benbeek. Als afgevaardigde van de to
neelgezelschappen van de andere dor
pen waren gekomen om hun Eierland-
se broeders op een foutje te betrap
pen, dan zijn zij daarin niet geslaagd,
want souffleuse Sisca Bakker had
maar weinig te doen en, zo ze al iets
deed, was dat onmerkbaar en niet te
horen. Maar het publiek wekte aller
minst de indruk uit te zijn op kritiek.
De stemming was opperbest. Naarma
te de avond vorderde leefde men zich
meer en meer in in de gespeelde figu
ren en de reactie's vanuit de zaal, kwa
men dan ook, hoewel zelden, nauwe
lijks onverwacht. De titel van het stuk,
deed denken aan een stuk met lief
desperikelen. Mannen die geen vrouw
kunnen krijgen, weduwnaars die treu
ren om hun verdriet of hemelse vrou
wen, die ongenaakbaar over het podi
um rondlopen, door iedereen aanbe
den en door niemand te benaderen. In
dit stuk niets van dat alles. Iedere fi
guur had zijn eigen betekenis voor het
woord. Waren het voor boer Nelis Do
renbos de meisjes, die hij consequent
met Engeltje aansprak, behalve die ene
keer dat de ware liefde om de hoek
kwam kijken, voor zijn knecht Joost
Spinner betekende het niets anders
dan een glas van zijn eigengestookte,
glasheldere jenever. Jenever die zo hel
der was dat zelfs veldwachter Vroman
(Piet Druif) zich voor de gek liet hou
den en zich liet afschepen met een
fles kraanwater.
Het verhaal
De inhoud van het stuk is snel verteld:
Nelis Dorenbos en Joost Spinner,
twee vrienden, boer en knecht, de een
jong, de ander al wat ouder, beheren
in naam de boerderij die Nelis van zijn
vader heeft geërfd. Maar Nelis heeft
de liefde voor zijn land verloren en
stort zich in het avontuur met schaars-
geklede Katja, de dochter van de veld
wachter. En Joost geniet van zijn ei
gengemaakte jenever, die hij met forse
teugen naar binnen werkt. Het is ver
bazend te zien dat een man die in zo'n
rap tempo zijn glas weet te ledigen,
aan het eind van de avond nog nuch
ter genoeg is om zijn tekst te zeggen.
Tussen deze twee mannen beweegt
zich Tonia Krabbenbeek, de huis
houdster. Zij werkt al vijfentwintig jaar
op de boerderij, ook nog onder de ou
de boer. Zij ziet met lede ogen het be
drijf ten onder gaan in de drankzucht
van Joost en de avonturen van Nelis
met ,,die dweil van Vroman". Maar
hoe zij ook opspeelt, de heren weige
ren haar raad op te volgen en blijven
zich rustig met hun hobby's bezighou
den. Maar Tonia is niet voor een gat
te vangen. Zij nodigt haar nichtje
Saartje uit om te komen logeren, een
stevig, hardwerkend meisjes dat het
boerenleven duidelijk gewend is en
wacht haar kans af. Die komt als Nelis
zijn geliefde Katja vraagt de stal voor
hem uit te mesten. Als ze weigert,
omdat ze zichzelf niet als dweilmeid
ziet, roept Nelis Idie niet helemaal
nuchter meer is) tot drie keer toe uit:
,,Wie de stal uitmest, daar trouw ik
mee". Als Katja blijft weigeren, springt
Tonia naar voren en neemt de uitda
ging aan. Zij zal nog diezelfde dag de
stal bezemschoon krijgen. Geen spriet
je, geen halmpje, niets zal blijven lig
gen. En als beloning zal ze trouwen
met de (veel jongere) Nelis Dorenbos.
Uiteraard lukt haar dat en de boer
weet zich geen raad meer. Eerst vlucht
hij in de drank, maar later voelt hij
zich daar ook niet meer veilig en gaat
als een bezetene aan het werk, om To
nia maar niet onder ogen te hoeven
komen. Hierin wordt hij bijgestaan
door Saartje, het nichtje van Tonia. Al
snel bloeien er edele gevoelens voor
dit lieve meisje op en op het laatst
durft Nelis haar zijn liefde te betuigen,
maar het lijkt al te laat. Tonia lijkt haar
zin door te willen drijven en het verlo
vingsfeest komt dichterbij. Pas op het
allerlaatste moment blijkt het allemaal
zo opgezet te zijn en treedt Saartje
met Nelis in het huwelijk. Verder heeft
Tonia het stookoventje van Joost in de
vaart laten verdwijnen zodat de veld
wachter, die Joost al meerdere malen
bijna te pakken had, nu helemaal geen
bewijs meer heeft.
En zo komt, dankzij de kranige Tonia,
alles op zijn pootjes terecht. Nelis
trouwt met Saartje, Joost stookt geen
jenever meer en Katja wordt door haar
vader duchtig onderhanden genomen,
want hij ziet nu wel in dat zijn opvoe
ding hier en daar tekort heeft gescho
ten. Voor zover bij al deze verwikkelin
gen al van een hoofdrol gesproken kan
worden, was deze zeker weggelegd
voor Gees Verra, die als Tonia de boer
derij en waarschijnlijk ook een paar le
vens van de ondergang redt. Als een
kenau snauwt zij de mannen af, als
een moeder gaat ze om met de
nieuwsgierige, maar bedeesde Saartje
en de weerbarstige Katja en als vol
maakte echtgenote leidt ze de veld
wachter om de tuin. De rollen in dit
stuk waren in zwaarte" vergelijkbaar
hoewel niet allemaal even groot. Nelis
Dorenbos, de boer die zijn liefde voor
het land kwijt is en vlucht in drank en
vrouwen, werd goed neergezet door
Chris Meijer terwijl Kees Wetsteen te
kende voor de rol van de dronken
knecht Joost Spinner, die alleen maar
liefde schijnt te koesteren voor zijn ei
gen Engeltje. Hoe regisseur Kees
Oosterhof het voor elkaar gekregen
heeft, lijkt een raadsel, maar het stuk
leek de spelers op het lijf geschreven.
Allen konden volledig zichzelf zijn en
„Dwaasheid heeft haar eigen kracht" was beslist een van de interessantste
stukken die de laatste jaren oo de Texelse toneelplanken is gezet. Toneelvereni
ging Sint Jan heeft er een zeer zware kluif aan gehad, en moest zaterdagavond
in De Lindeboom alle talenten aanspreken om het tot een goed einde te bren-
gen. Helaas lukte dat niet in alle opzichten. Over het algemeen werd goed geac
teerd, van sommingen was het spel zelfs voortreffelijk, maar in zijn totaliteit
kwam de uitvoering niet goed uit de verf. Struikelblok was het tempo, dat te
vaak niet hoog genoeg was.
Geesteszieken
In de zaal was het warm maar onder het to
neel was het ijskoud. Om te voorkomen dat
ze verkleumde, moest souffleuse Sisca Bak
ker telkens een slaapzak aantrekken alvo
rens ze in haar hokje afdaalde.
(foto Pi eter de Vries)
niemand hoefde zich in enge bochten
te wringen om zijn tekst natuurlijk te
laten overkomen Dat was weer een
voordeel voor grimeur Gerard Moonen,
die nu van de gezichten geen mom-
bakkessen hoefde te maken, wat zeker
in zo'n kleine zaal erg zou zijn opgeval
len. Nu kon hij volstaan met het ac
centueren van de eigen trekken van de
spelers. Ook omdat de spelers zo goed
in hun rol pasten, kwam alle tekst er
vlot en zonder haperingen uit, hoewel
de toon, vooral in de wat gevoeliger
scènes af en toe te theatraal was. Er
zullen maaar weinigen ontevreden
huiswaarts zijn gekeerd. Zoals in zoveel
kluchts ontbraken de nodige blote be
nen en verkleedscénes niet, wat bij
droeg aan de vreugde. Het korte rokje
van Katja was noodzakelijk voor haar
rol als vrouw van de wereld en het on
dergoed van Saartje, dat even in beeld
kwam toen ze haar boerenjurk moest
verwisselen voor haar verlovingsjurk,
duidelijk de goedkeuring van het pu
bliek wegdragen. Dat gold ook voor
de emmer water, die op het allerlaatste
moment toch maar niet over Tonia
werd heengestort. Alles gebeurde met
mate. Het mocht niet te gek worden,
want, zoals in de tekst stond: Boeren
zijn degelijke mensen. Ze mogen dan
graag jenever stoken en een schuil
plaats bouwen onder het bureau en
daarvandaan alle gesprekken in de ka
mer afluisteren, zodra de veldwachter
zijn gezicht laat zien door het achter
raam, gedragen ze zich weer keurig
zoals het hoort. De toneelgroep Zuid-
Eierland leverde met dit stuk een
avond bijzonder vermaak, een' avond
zonder boodschappen, zonder preken,
zonder dubbele bodems, maar een
heel bepaald soort ouderwets amuse
ment in een unieke entourage.
zwaar aan te rekenen. Per slot van re
kening mocht evenmin te vlót worden
geacteerd, omdat dan juist veel van de
onderhuidse lading vroegtijdig tot ont
ploffing zou worden gebracht en er
dus eveneens veel spanning verloren
zou gaan. „Dwaasheid" was dan ook
een voortdurend balanceren op een
smalle, geraffineerde scheidslijn, en
stelde hoge eisen aan concentratie en
tekstvastheid. Wat dat laatste betreft:
dat zat wel snor. Verder mag niet wor
den vergeten dat Sint Jan drie debu
tantes in de gelederen had, van wie
eentje zelfs pas halverwege de voorbe
reiding als invalster een rol overnam.
Hun aandeel heeft de totaal-prestatie
echter allerminst nadeling beïnvloed.
Joost Coutinho steen krempechtig in het
niets.
Plaats van handeling was de recreatie
zaal van het sanatorium voor geestes
zieken „Het Klooster". Stelt u zich het
volgende gezelschap voor: een met
krampachtig gezicht de zaal instarende
„violist", die vroeger statisticus is ge
weest en daarvan met regelmaat blijk
geeft: een in het leven teleurgestelde
vrouw, die uit kwaadheid al twintig
jaar niets meer heeft gezegd, overal
een hekel aan heeft en in het bijzonder
aan electriciteit; een nerveus meisje
dat iedereen wil helpen, maar slechts
het tegenovergestelde effect bereikt:
een oud-oorlogsvlieger die een zware
crash overleefde, maar een blijvende
shock heeft overgehouden van het feit
dat al zijn bemanningsleden daarbij het
leven verloren. Hij verbeeldt zich dat
zijn gezicht is verminkt en houdt daar
om één hand voortdurend tegen de
wang gedrukt om het litteken te ver-
„Dwaasheid" kenmerkte zich door uit
muntende dialogen, teksten en situa-
tie's waarbij gevoel voor understate
ment een belangrijke rol speelde. Hier
tegenover stonden weinig verwikkelin
gen, die bovendien redelijk voorspel
baar waren (op de surrealistische slot-
scène na). Om de spanning voelbaar
te houden mocht dus niet te traag
worden geacteerd, maar dat gebeurde
dus helaas wél. Het zou niet helemaal
eerlijk zijn om dit acteurs en regie al te