DE SCHANS, een vergeten monument... Wilhelmus Barnard Pi eter de Vries. PAGINA 6 TEXELSE COURANT VRIJDAG 15 JUL pA Tegenwoordig kent men Texel slechts als een eilandje, dat alleen maar te bereiken is na een ongeriefelijke boottocht. Een eiland, dat wel achter zal lopen op de rest van Nederland. Een eiland, dat wordt bewoond door schapenboeren, die allemaal familie van el kaar zijn en met hun norse blik op de einder gericht hun schapen hoeden op de heidevelden en zandgronden van het eiland, waar menige vogel zijn nest vindt. Een streek die bestaat bij de gratie van de natuurbeschermers en waar de zeehonden nog in het wild leven. Een achtergebleven gebied, dat allang had moeten worden ingepolderd. En dat beeld van Texel is nog niet eens zo heel erg vertekend. Texel is een onbelangrijk eiland, dat slechts valt te be reiken na een overtocht per boot, hoewel deze reis een stuk aan genamer en korter is dan over het algemeen wordt aangenomen. Het feit dat de oppervlakte van dit eiland altijd nog zo'n 18.000 hectare bedraagt, doet menigeen de wenkbrauwen fronsen en het besef dat de twaalfduizendkoppige bevolking niet alleen uit scha penboeren bestaat, dringt maar heel langzaam door in de rest van Nederland, ongeacht de reclame die voor het eiland wordt gemaakt. Toch heeft dit beeld van Texel niet al tijd opgeld gedaan. Er is zelfs een tijd geweest, dat het eiland een belangrijke taak vervulde in de verdediging van de Nederlandse kusten. Dat was de tijd dat Nederland tot de grootste naties van de wereld behoorde en heer en meester was op de zeven zeeën. Dat was het koloniale tijdperk, waarin de Nederlandse driekleur op menige plek op aarde wapperde. Dat was de tijd van de Verenigde Oostindische Com pagnie. Maar ook al ver daarvoor wa ren de Nederlanders een volk van zee vaarders. Om de doodeenvoudige re den dat er meer water dan land voor handen was, trokken de Hollanders de zee op, in hun pogen daar de kost te verdienen. De Waddenzee, de Noord zee en niet in de laatste plaats de Zuiderzee wemelden van de vissers schepen. Overal werd munt uit gesla gen. Er werd gevist op zalm en ansjo vis, op plat- en rondvis, maar ook op wier en schelpdieren. Daarnaast voer den de Nederlanders handel met een groot deel van Europa. De havens van Hoorn, Enkhuizen en Amsterdam groeiden met de dag, terwijl de sche pen steeds beter en groter werden en de zeevaart steeds belangrijker. Al de ze bedrijvigheid aan de oevers van de Zuiderzee had echter één groot na deel: als een eventuele vijand (en Ne derland had veel vijanden in die da gen) zijn schepen op de Zuiderzee of in het Marsdiep kon stationeren, zou dat de hele vaderlandse economie ver lammen. In sommige gevallen zou men dan nog kunnen uitwijken naar de Schelde, maar ook de zuiderburen waren de Nederlanders niet altijd even vriendelijk gezind. Het was de tijd van de godsdienstoorlogen. Nederland was een kleine, opstandige provincie van het oppermachtige Spaanse rijk, waar het door overerving deel van was ge worden. Maar de Hollanders, indachtig het gezegde dat water vrij maakt, wil den hun eigen gang blijven gaan. Dat hadden ze tot dan toe altijd gekund. De Romeinen hadden niet veel opge had met de bewoners van het koude Noorden en de Duitse keizer had wei nig te vertellen gehad. De graven van Holland waren bekender en geliefder dan hun leenheer. Maar ook aan de Oostenrijkers hadden de Nederlanders zich weinig gelegen laten liggen. Nog altijd konden ze doen waar ze zin in hadden en nog altijd bemoeiden de hoge heren zich nergens mee. Maar toen Nederland in Spaanse handen kwam, kwamen de zaken wel iets an ders te liggen. De Spaanse koning was gewend zijn gewesten vanuit Spanje te regeren en verwachtte dat zijn orders naar de letter en onmiddel lijk werden uitgevoerd. Bovendien ver bood de Spaanse leenheer het pro testante geloof, een religie waarin de vrijbuitende Hollanders zich goed kon den vinden en verzwaarde hij de be lastingdruk. Vooral dit laatste schoot de Hollanders in het verkeerde keelgat. Onder de bezielende leiding van van Willem van Oranje, de „Vader des Va derlands", kwamen zij in opstand te gen hun Spaanse vorst in een gruwe lijke oorlog die tachtig jaar zou duren en uiteindelijk zou leiden tot de oprich ting van de Republiek der Zeven Vere nigde Nederlanden, daarmee de Ne derlandse onafhankelijkheid tot een feit makend. Het water op De grote man achter deze vrij heidsstrijd, Willem van Oranje, zag het belang in van een goede kustverdedi ging. Omringd door vijanden als Ne derland was, lag de enige mogelijke vluchtweg, de enige vrijheid naar het Westen, het water op. Derhalve was het noodzaak de havens tot elke prijs te vrijwaren van een vijandelijke aan val. Nu liep de enig mogelijke toe gangsweg naar de belangrijkste havens door het Marsdiep, de zeeëngte tussen Den Helder en Texel. Om deze smalle door- gang te beschermen, liet Willem van Oranje in 1574 een fort bouwen, dat de rede van Texel kon beschermen tegen vijandelijke aanvallen. Tot in het begin van onze eeuw heeft dit fort dienst gedaan en nog altijd zijn de resten ervan onder de naam „De Ou de Schans" te zien nabij Oudeschild. Het is niet zo, dat deze resten over blijfselen zijn van het fort dat op last van Willem I werd gebouwd. In de loop der tijden zijn heel wat verbete ringen en veranderingen aangebracht en het feit dat nu nog resten van de fortificatie te zien zijn, is te danken aan het belang dat altijd is toegekend aan de bescherming van de Texelse re de. Het eerste fort, dat omstreeks 1574 werd gebouwd en ingericht, maakte deel uit van een linie, waarvoor ook op Wieringen, op Vlieland en achter Huis duinen schansen werden opgeworpen. Deze laatste forten verloren later hun belang, maar de Schans bij Oude schild nam in betekenis toe, op gelijke voet met de groeiende zeevaart van de Republiek. In eerste instantie huisvest te de Schans een groep van twintig soldaten, onder bevel van hopman Wouter Hageman. Latere bronnen ma ken melding van een bezetting van 50 man, 113 man en 320 man, terwijl het fort in de Franse tijd tenslotte verde digd kon worden door een heel batal jon van 800 tot 1000 soldaten. Maar voor het zover was, was het fort bij Oudeschild onderwerp geweest van heel veel rapporten, heeft de platte grond op heel wat ontwerptafels gele gen en zijn veel hooggeplaatsten naar de fortificatie komen kijken. Maar voortdurend werden de plannen tot verbetering op de lange baan gescho ven, zodat het verdedigingswerk nooit geheel aan zijn taak heeft kunnen vol doen. De ontwikkelingen rond de vestingbouw liepen altijd achter op de ontwikkelingen op het gebied van bewapening. Vorm De Oude Schans, of wat er van over is, is een van de laatste vrijstaande 11 fortificaties in Nederland. Hoewel het fort rond 1930 voor meer dan de helft is afgegraven ten behoeve van de dijk verzwaring, is er genoeg over om het tot een interessant studie-object te maken. Bovendien zijn in de loop de eeuwen heel wat plannen en tekenin gen gemaakt van het fort bij Oude schild, zodat een eventuele geïnteres seerde de beschikking heeft over een schat aan materiaal. Onder de heer schappij van Napoleon bereikte het fort zijn grootste oppervlakte: rond de zeven hectare. Het oude binnenfort werd in 1812 omringd door een enve loppe (een weg, aan een kant gedekt door een aarden wal) en bovendien werd voor de ingang van het fort een ravelijn aangelegd (een eilandje, dat tot taak had de toegang tot het fort te beschermen). In de eveloppe werden twee wapenplaatsen gebouwd, van waar de vijand onder vuur kon worden genomen. Napoleon wilde dat de Schans in geval van nood verdedigd kon worden door een heel bataljon. Maar ook daarvoor waren al verande ringen aangebracht. Het door Willem aangelegde fort was naar alle waar schijnlijkheid een eenvoudige redoute, Tekst Foto's: zonder de welbekende vijfhoekige bastions. Pas op een uit 1632 dateren de kaart vertoont het fort zich als een schans, met vijf bastions. Deze vorm heeft het fort tot het einde toe behou den. Dergelijke bastions hadden tot doel de vuurkracht van het fort te ver hogen en de mogelijkheid te bieden een eventuele vijand van meer dan een kant onder vuur te kunnen ne men. Bij nadere bestudering van oude prenten en tekeningen blijkt dat niet alle bastions echt vijfhoekig zijn. De twee aan de zeezijde gelegen wallen missen beiden een flank, een vrij zeld zame bouwvorm die in de Franstalige vestingbouwkunde een rentrant wordt genoemd. Het voordeel van deze bouwwijze was dat meer vuur op zee kon worden gegeven. Dit maakte de Schans tot een van de oudste kustbat- terijen van Nederland. Zo bereikte de Schans langzaam maar zeker zijn uit- steeds is te zien, is er van het metsel werk niets meer over en is de wal ter plaatse ingestort Het hele fort was omgeven door een gracht en de poterne was slechts te bereiken via een smalle houten brug, die voor een deel slapend was en ver der als ophaalbrug was gebouwd. Aan de zeezijde liep een brug naar de dijk, maar deze was zo smal dat hier slechts één man tegelijk overheen kon, zodat deze toegang eenvoudig was te verdedigen. Iedere andere toegang tot het fort werd belemmerd door de gracht en bovendien kon door middel van een sluis in de dijk het omringen de land onder water worden gezet Of al deze veiligheidsmaatregelen ook daadwerkelijk hebben geholpen de Texelse kust tegen aanvallers te verde digen is niet duidelijk. Zo erg veel is er niet om de Schans gevochten. Wel is bekend dat in de loop der jaren heel wat deskundigen aan de Staat der Ne derlanden hebben gevraagd de Schans te verbeteren en uit te breiden, omdat zij vreesden dat de getroffen maatrege len niet afdoende zouden zijn. Maar het afschrikwekkende effect van de Schans moet behoorlijk groot zijn ge weest. Een groot fort als dit werd niet vaak aangelegd en het feit dat het juist hier werd gebouwd is tekenend voor het belang dat aan de verdedi ging van de rede van Texel werd gehecht. Belang Het is moeilijk om het belang van een fortificatie te omschrijven. De geschie denis gaf de vroede vaderen in ieder geval geen gelijk toen besloten werd een schans op te werpen om de Texel se kust te vrijwaren van vijandelijke aanvallen. Er is maar een klein aantal keren daadwerkelijk om het bezit van de Schans gevochten. En dit terwijl zeevarend Nederland vrijwel voortdu rend op voet van oorlog leefde met andere handeldrijvende naties. Vooral Engeland was jaloers op het succes van de Nederlandse handelsvloot en in totaal zijn tussen 1652 en 1803 zes En gelse oorlogen gevoerd, die allemaal te maken hadden met de heerschappij over de wereldzeeën. Hoewel een groot deel van de Nederlandse vloot bij Texel water in moest nemen en Texel theoretisch de enige toegangs weg was tot de handelshavens aan de Zuiderzee, is er maar heel weinig be kend over zeeslagen die voor de kust van dit eiland zouden hebben gewoed. Wel is een feit dat gelijksoortige fortifi caties als de Schans bij Den Helder, Huisduinen en Camperduin in 1799 niet in staat bleken om de gezamenlij ke Russisch-Engelse inval te stuiten. Na de slag bij Callantsoog vielen de vloot van de Bataafse Republiek en de zeegaten van Texel in handen van de aanvallers. Pas na de slag bij Castri- cum (6 October 1799) werden ze te ruggeslagen door de Franse bevelheb ber Brune. Of er bij deze gelegenheid, of op een ander tijdstip gedurende de Engelse oorlogen, slag is geleverd om de Schans is niet bekend. Het is echter de vraag of het belang van een versterking is af te leiden uit het aantal keren dat er om wordt ge vochten. Zelfs tegenwoordig nog wordt bij voortduring gesproken over „afschrikking". Natuurlijk is na zoveel tijd het afschrik kend effect van een fort als de Schans De Schans gezien uit Noordelijke richting vanaf het ravelijn eindelijke vorm. Op de binnenplaats werden gebouwen geplaatst, die niet, zelfs niet naar oude begrippen, bomvrij konden worden genoemd. Opslag plaatsen en kazernes werden opgetrok ken uit hout en baksteen en konden bij een aanval eenvoudig worden plat geschoten, temeer daar de wallen zo laag waren dat een ervaren kanonnier eenvoudig midden in het fort zou kun nen schieten. Het enige bomvrije ge bouw van het fort was de kruitkamer, die zich onder het meest Noordelijke bastion bevond. De resten van deze kruitkamer, die gemetseld werd van gele IJsselsteen, zijn nog te zien, hoe wel ze in zeer slechte staat verkeren. Het enige andere metselwerk binnen het fort werd gevormd door de toe gangspoort, de poterne. Deze poterne was een gang onder de wal door, waarvan de wanden waren gemetseld. Een eigenaardigheid van een dergelijke toegangsweg was dat de gang met een bocht liep, opdat een vijand niet recht het fort in zou kunnen schieten. Hoewel de loop van de gang nog niet meer meetbaar, temeer daar de opkomst van de luchtvaart dergelijke fortificaties overbodig maakte. Maar zelfs in de Tweede Wereldoorlog werd nog gebruik gemaakt van waterlinies. Deze vermochten dan wellicht niet de vijand volledig tegen te houden, maar ze hadden tot doel de aanvallen te vertragen en de vijand te hinderen in zijn bewegeingen. Waarschijnlijk moet het bestaan van de Schans in hetzelfde perspectief worden gezien. Het is genoegzaam be kend dat de Schans met geen moge lijkheid in staat zou zijn geweest een echte vijandelijke aanval af te slaan. Niet alleen omdat het fort niet ten alle tijde volledig was bemand, maar ook omdat bijvoorbeeld de wallen te laag waren, zodat een willekeurige scheeps- kanonnier eenvoudig zijn granaten of kogels midden in het fort zou kunnen doen belanden. Maar naar alle begrip pen was de Schans een groot fort. Zelfs zonder de vernieuwingen die in de Franse tijd werden uitgevoerd, kon ij di In tekst en foto's gaven Will "el mus Barnard en Pieter de V lave een kunstzinnig beeld van) :evi den en verleden van het for De Schans bij Oudeschild.'n(d zonden het omvangrijke '9 werkstuk in voor de themat 9st' toonstelling „Verdedigingsvv na ken" die momenteel in het raadhuis is te zien en krege daarvoor de kwaliteitsprijs l®*8 deze pagina de tekst en een deel van de foto's. 009 oorl wee iet lod igs- het 320 manschappen huisvest® zowel over land als over zee hes vuur konden geven. Bovendien de Schans door een brede tot brede gracht omgeven en kon, J middel van de sluis in de Wadde het terrein waarin het fort was gen, veranderd worden in een m zodat het fort helemaal ongenaal zou worden. Alleen het bestaan een dergelijk groot fort, zou een gelijke vijand moeten hebben do twijfelen over een eventuele inna van Texel, hoewel daar de behee van de hele Zuiderzee tegenover stond. Wat de werkelijke reden r weest dat nooit echt om de Sch gevochten, is verloren gegaan in geschiedenis, maar zeker is dat r aanwezigheid van het fort alleen preventief heeft gewerkt. De Franse Om een of andere reden staat di Schans op het eiland Texel beke. een overblijfsel uit de kortdurend Franse overheersing. Waarom dil wordt gedacht terwijl het fort al voor die tijd bestond en werd ge is niet duidelijk, maar wel is het feit dat gedurende de Franse tijd zienlijke veranderingen en verbei ®.zv gen zijn aangebracht aan het for 1795 werden de Fransen als bevr in Nederland verwelkomd en wei land tot een provincie van het gi Franse Rijk. Napoleon I, de man ter de Franse veroveringsdrang, het plan Europa tot één rijk samjwe smeden. Om zich daar ongestoo iet te kunnen wijden, was het voor een zaak zijn grootste opponent, geland, te verhinderen Europa bi te vallen en hem zodoende te ve deren bij de uitvoering van zijn <£n taak. Daarvoor maakte hij in de ran relij bi wall nog oide osp oze gak Pas 24 i in a len ine o loev oor 19 len de i toi erz< ave de frit Mo vijs, n z b a in t en me in geit foe laak rr ste) Br )e Bi en mig jaren van zijn bewind een rondeAeni de Nederlandse kust om eventue| Me zwakke plekken op te sporen en sterkingen te laten aanbrengen Den helder had zijn bijzondere dacht. Hij wilde deze marineha* het Gibraltar van het Noorden m Zijn precisie en geweldige militai zicht brachten hem in 1811 naarl Helder en Texel, om persoonlijk! daar aanwezige fortificaties te ins teren. Was in 1810 de Schans al zien van een contrescarp, op aar zen van Napoleon zelf werd een gemaakt met het opwerpen van* ravelijn, het uitdiepen van de gra en de aanleg van een enveloppe twee wapenplaatsen, die aan we 10 t den aansloot op de contrescarp. nog groter plan, waarin een vers" haven ten Oosten van de Schans opgenomen, werd nooit uitgevoe sch Maar ook Napoleon week van ziji s o ginele plan af. In plaats van drie penplaatsen aan te leggen, zoals de bedoeling was, besloot hij zich beperken tot twee wapenplaatsen dat het fort tot de dag van vands osii een a-symmetrische indruk maakt Daarnaast gaf Napoleon opdracht wallen te verzwaren en kreeg de Schans (door de Fransen Fort C? genoemd) gezelschap van twee b forten, naar hun bouw en functie nette en Redoute geheten, geleg; 725 meter ten oosten en 875 met ten westen van de oude Schans, deze twee fortjes bestonden uit e voudige aarden wallen en hadden doel de Schans bij een aanval var landzijde vuurdekking te geven. Blar forten waren onbebouwd en allee Redoute kreeg in 1812 aan de dijt 9S een poterne, identiek aan die van Schans. Beide buurforten werden de dertiger jaren volledig afgraven lot dat ook aan de Schans was to deeld en zijn alleen nog herkenbei aan de nog altijd aanwezige buitel m grachten. Het werk aan de Schan de andere forten werd voor een 8 deel overgelaten aan een bataljon Spaanse krijgsgevangen, dat in 4t kerk van Oudeschild was gehuisve Iko De Franse overheersing in Nederls n. I was een beschamende kwestie. Vi k si waar waren de Fransen destijds al Us vrijders binnengehaald, al na een jaar bleek dat ze geen verbetering brachten in de Nederlandse econo F89 Integendeel, Nederland werd dooi Fransen gebruikt als wingewest, voorst grondstoffen, kleding en soldaten daan konden komen. Toen Napole f" dan ook in 1813 in de slag bij Leipo (de Volkerenslag) werd verslagen, den ook de Nederlanders de Frans! S2 de rug toe. Zij verzetten zich tegen hun overheersers en pas toen Ven gendorp, Van Limburg Stirum en der Duyn van Maasdam Willem VI koning Willem I maakten, keerde4 rust enigszins weer. Ook de Texels bevolking kwam in opstand tegen Franse bezetters. In 1813 werden* iCrpi Fransen gedwongen de fortificatie® Oudeschild over te geven aan de plaatselijke bevolking, een gebeurt!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1988 | | pagina 6