Vogelgids resultaat van
honderden uren precisie
„Je raakt in een isolement
als je geen Nederlands kent
Mooi opzoek-boek voor breed publiek
N
Wijziging tips
Texeltoerist
Cursisten Open School werken naar examen toe
lerstraten De Waal
n najaar van start
'peciaal krachtvoer
Seen garantie winst
VRIJDAG 10 APRIL 1992
TEXELSE COURANT
PAGINA 5
Vanaf heden is in de Texelse boekhandels de langverwachte
„Gids voor de vogels van Texel" verkrijgbaar. In 120 pagina's la
ten de samenstellers 174 vogelsoorten de revue passeren, voor
tien van prachtige kleuren-illustraties. Alle op Texel voorkomende
soorten, uitgezonderd de zg. „dwaalgasten", zijn op overzichtelijke
wijze op een rijtje gezet. Het is een handig opzoek- en kijkboek,
jat dankzij het heldere taalgebruik voor een groot publiek toegan-
De vogelgids is een grotendeels
Texels produkt. Adriaan Dijksen
schreef de teksten, Johan Reydon,
frits-Jan Maas en Peter van der
Wolf namen de tekeningen voor hun
rekening. Boekhandelaar Theo Tim-
verzorgde de uitgave. Vogel
wachter Klaus Brass doet de
vertaling voor de Duitse versie, die
dit voorjaar op de markt komt.
Het boek, dat werd gedrukt bij
Koopmans in Hoorn, kwam tot stand
met financiële steun van derden,
maar vooral dankzij de onbetaalde
inzet van de makers, die vogels en
als gemeenschappelijke hobby
hebben. Per persoon staken ze hon
derden uren in het nauwkeurig opte
kenen van Texels gevederde
vrienden. Het resultaat is ernaar.
Het alom geprezen naslagboek „De
wilde planten van Texel", dat Dijksen
Reydon in 1982 publiceerden,
vormde het grote voorbeeld. Peter
der Wolf, werkzaam als vogel
wachter bij Staatsbosbeheer: „Het
concept van dat boek werkt prima,
fijdens excursies merk ik dat de
deelnemers het goed gebruiken.
Waarom zouden we dan voor een an-
opzet kiezen?"
Adriaan Dijksen liep al in de jaren ze
ventig rond met plannen voor een
vogelboek, maar het planten
boek kreeg voorrang. Vijf jaar gele
den haalde hij zijn ideeën weer uit de
la en benaderde de andere drie voor
het maken van illustraties. „Pas toen
het zeker was dat van alle vogels
kleurenplaten konden worden ge
maakt, ben ik aan het schrijven
geslagen", aldus de educatief mede
werker van EcoMare. Het boek vorm
de voor Dijksen de aanleiding zijn
bezwaren tegen de personal compu
ter overboord te zetten: hij schafte
een pc aan.
Populair
De vier waren het spoedig eens over
de opzet. Nadat aanvankelijk werd
gedacht aan een combinatie met een
wetenschappelijk boek over de Texel
se avifauna, viel de keus op een po
pulair geschreven boek voor een
breed publiek. Beginnende vogelaars,
geïnteresseerde toeristen en Texelaars
moesten er goed mee uit de voeten
kunnen. De wetenschappelijke uitga
ve is overigens niet van de baan. De
Koninklijke Nederlandse Natuurhistori
sche Vereniging zal een diepgraven-
der versie op de markt brengen, met
minder plaatjes (de insiders worden
geacht de beschreven vogels te ken
nen) en meer aandacht voor details
en „dwaalgasten" (vogels die per on
geluk op Texel verzeild raken, bijvoor
beeld omdat ze van de trekroute zijn
afgedwaald).
In de afgelopen jaren gebeurde het
schrijven en tekenen niet altijd even
intensief, waardoor de produktie ge
ruime tijd in beslag nam. Dijksen be
cijfert dat hij circa driehonderd uur in
het inventarise ren en uitwerken
heeft gestopt. Zijn EcoMare-collega
Reydon zit in de buurt: „In een kleu
renplaat, met zes a zeven vogels, zit
gemiddeld ruim zeventien uur teken
werk. In het boek heb ik twaalf of
dertien pagina's voor mijn rekening
genomen, dus reken maar uit. En dat
is alleen het tekenen zelf, voorberei-
dingswerk is niet meegerekend."
Om tot een zo natuurgetrouwe weer
gave van de vogels te komen, was
enig vooronderzoek wel nodig. De
drie tekenaars raadpleegden foto's,
vaktijdschriften, andere tekeningen en
putten uit hun ervaring. Zelfs een ge
routineerde vogeltekenaar als de in
Amsterdam wonende Frits-Jan Maas,
die van deze bezigheid zijn broodwin
ning heeft gemaakt, slaagt er niet in
om uit het blote hoofd vogels exact
na te tekenen. Research was dus
noodzakelijk.
Eigen stijl
De drie illustratoren hebben niet naar
één gezamenlijke stijl gestreefd. Hin
derlijk is dat niet: qua detaillering en
uitstraling vormen de kleurenplaten
een geheel. Getracht is variatie aan
te brengen door de vogels in verschil
lende poses af te beelden. Van der
Wolf, aanvankelijk de minst ervaren
tekenaar: „Na de kunstacademie ben
ik heel wild in de weer geweest. Dat
heb ik met deze opdracht afgeleerd.
Ik heb nu een stijl ontwikkeld waarbij
ik me prettig voel."
Een ontwikkeling die het afgelopen
jaar overigens in een stroomversnel
ling kwam toen hij en Maas werden
uitgenodigd om vogelprenten te ver
vaardigen voor een educatief
software-pakket. In drie maanden tijd
tekende het duo liefst 420 Europese
broedvogels, waarbij een aantal teke
ningen van de Texelse vogelgids op
nieuw werden gebruikt. Het komt in
juni als demonstratiepakket voor
computeronderwijs op de markt.
Terug naar de vogelgids. De teksten
bij de plaatjes vermelden bewust
geen gegevens, die ook al in beeld te
zien zijn, bijvoorbeeld dat een bepaal
de vogel een rode kuif heeft. Dijksen
probeert de lezer juist aanvullende in
formatie te verschaffen, met bijzon
derheden over aantallen, broedgebied,
geluid, enzovoort. Eenvoud en over
zichtelijkheid zijn daarbij de sleutel
woorden. Reydon: „De vogels moe
ten vanaf de plaatjes kunnen worden
herkend. Ingewikkelde determinatie
tabellen komen in het boek niet
voor." Schrijver Dijksen schermt, om
het de lezer/vogelaar duidelijk te ma
ken, niet met centimeters, maar trekt
vergelijkingen met bekende vogel
soorten: „Deze vogel is zo groot als
een mus".
De Texelse vogelstand is ingedeeld
naar leefgebied. De hoofdstukken
dragen titels als „Vogels van meert
jes, moerassen en rietkragen", „Vo
gels van het strand" en „Vogels van
het open veld en waterkanten". Elk
hoofdstuk heeft een algemene inlei
ding, waarna elke voorkomende soort
bondig wordt beschreven.
Langsteert
Voorafgaand aan deze inventarisatie
zijn enkele hoofdstukken opgenomen
met speciale onderwerpen. Zo wordt
ingegaan op de vogeltrek, waarne
mingsplaatsen en excursiemogelijkhe
den. Jan Drijvers uit de jaren dertig
daterende lijst van Texelse vogelna
men is in een herziene versie opge
nomen. Leuk om te weten dat achter
„langsteerten" fazanten schuilgaan,
met „muuzefanger" de torenvalk
wordt bedoeld en de aalscholver ook
wel als „konteklopper" wordt aange
duid, afgeleid van de wijze waarop
deze vogel er als een speedboot van
door gaat als hij wordt verstoord.
Vermakelijk is voorts het door Theo
Timmer geschreven hoofdstuk over
vogels in het dagelijks leven en in de
taal op Texel. Zeer herkenbaar voor
de Texelaars zelf.
„Gids voor de vogels van Texel" is verkrijg
baar als paperback in de Texelse boekhandels
voor f25,-. Gebonden exemplaren a f34,50
kunnen alleen bij boekhandel Het Open Boek
aan de Binnenburg worden gekocht. Oplage:
4700. Voor het drukwerk zorgde Koopmans
Drukkerij uit Hoorn. Kennemer Foto Litho/Re
pro van Diggelen Haarlem deden de lithogra
fie. Financiële steun verleenden het Baron De
Vos van Steenwijk Fonds, de Stichting tot Be
vordering van de Kennis van Natuur en Cul
tuur van Texel en de Stichting Coeghefonds
van de familie Wuis (Opduin).
Pasen staat voor de deur, dus
ligt de nieuwe Texeltoerist Maga
zine in de winkels. Dit voorjaars
nummer is op diverse
verkooppunten op het eiland ver
krijgbaar. We hebben geprobeerd
de vakantiegangers weer van een
zo compleet mogelijk, actueel bij
gewerkt informatiepakket te
voorzien. Maar misschien kan het
nóg completer. Wie suggesties
heeft, wordt verzocht contact op
te nemen met eindredacteur
Margreet Berndsen, tel. 14896.
Zij is inmiddels begonnen met de
voorbereidingen op het zomer
nummer, dat eind juni verschijnt.
Wie wijzigingen of nieuwe ver
meldingen heeft voor de rubriek
„Tips", kan deze tot en met vrij
dag 17 april aan haar doorgeven.
Bij geen gehoor: Texelse Courant,
telefoon 12741 (fax 14111).
'e dorpskern van De Waal, die mo-
nenteel in slechte staat verkeert,
dit najaar een opknapbeurt,
'its de raad dinsdag akkoord gaat
telt de gemeente, die het werk in
wee gedeeltes gaat uitvoeren, voor
lie tweede fase 7115.000,- be
schikbaar.
'oordat de werkzaamheden in de
lerfst worden uitgevoerd, schept de
lemeente voor Kabeltex en Ptt de
^gelijkheid een kabelnet onder het
jegdek van 't Hogereind te leggen.
"0 werkzaamheden bestaan uit het
'pbreken van de bestaande bestra-
opnieuw profileren van de zand-
laan en het plaatsen van plaveisel.
Anderhalf jaar geleden ben ik met
mijn man en kinderen naar Neder
land gekomen. Na drie maanden Alk
maar werden we naar Texel
verwezen. Het leek het einde van de
wereld, zo'n klein stipje helemaal bo
venaan de kaart. We wilden er aan
vankelijk helemaal niet heen. Nu zijn
we blij hier te wonen. Als ik over
straat loop, kunnen de mensen zo
maar eens naar je glimlachen of je
vriendelijk toeknikken. Als je nare er
varingen achter de rug hebt, doet
zoiets je goed. We hebben na aan
komst besloten onmiddellijk Neder
lands te leren. Als ik dat niet had
gedaan, was ik gek geworden. Je
raakt volkomen geïsoleerd als je in
een land woont waarvan je de taal
niet beheerst", aldus een cursiste
van de Open School. Samen met
dertien andere buitenlanders bezoekt
zij wekelijks de lessen Nederlands
van Mieke Rietveld, die de groep
tweedejaars leerlingen onder haar
hoede heeft.
De cursiste, die in haar geboorteland
een technische opleiding volgde, kan
op haar gebied op Texel niet aan de
slag. „Mijn man en ik moeten eigen
lijk opnieuw beginnen. We hebben
gelukkig een verblijfs- en werkver
gunning gekregen en werken hard
aan een nieuwe start. Het valt wel
eens niet mee om na een lange
werkdag nog te gaan leren, maar het
moet gewoon. Lezen en schrijven is
voor ons trouwens eenvoudiger dan
het spreken van de Nederlandse taal.
Voor onze kinderen niet. Die spreken
het al veel beter dan wij. Het tempo
waarin zij opnemen is voor volwasse
nen werkelijk niet bij te houden."
Een mannelijke cursist vertelt dat hij
de lessen vooral bezoekt om de kans
op een betere baan te vergroten.
„Als je geen Nederlands spreekt,
krijg je geen werk. In Turkije was ik
tolk in de talen Duits en Engels. Om
dat mijn vriendin een Texelse is, ben
ik veertien maanden geleden hier ko
men wonen. Ik werk nu bij een
schoonmaakbedrijf. Dat is niet wat ik
wil, maar ik ben al blij dat ik ten
minste werk heb. Als ik het Neder
lands goed onder de knie heb, wil ik
graag een opleiding voor politie-agent
volgen. Dan moet ik naar de vaste
wal. Dat wil ik wel, want ik heb altijd
in een grote stad gewoond. Texel is
fijn, maar het idee om hier m'n hele
leven door te brengen, trekt me niet
echt."
Hij zegt de Nederlandse taal moeilijk,
maar niet echt problematisch te vin
den. „Er zijn veel overeenkomsten
met het Duits. En omdat ik die taal al
beheerste, heb ik daar gemak van."
Niet logisch
Volgens docente Mieke Rietveld is de
zinsbouw het moeilijkst aan de Ne
derlandse taal. „Het is inderdaad zo
dat alleen Duitsers de zinnen op onze
manier opbouwen. De rest van de
wereld doet het andersom. Zij zeggen
'Ik weet niet wat zullen zij leuk vin
den...', terwijl wij zeggen 'Ik weet
niet wat zij leuk zullen vinden...'. Een
zinsbouw die voor de meeste buiten
landers helemaal niet logisch is. De
Nederlandse taal houdt in bijzinnen
de werkwoorden bij elkaar."
De groep krijgt één avond les per
week. Thuis moet echter het meeste
werk worden verzet. Veel lezen is
voor een goede taalbeheersing van
belang. Annie M.G. Schmidt scoort
hoog onder de cursisten. Het boek
'Pluk van de Petteflet" gaat van
hand tot hand. „De boeken van deze
schrijfster zijn geschreven in eenvou
dig, perfect Nederlands. Haar kinder
boeken zijn een genot, ook voor
volwassenen", aldus de docente.
Werk vinden
Tijdens de les in d'Ouwe Ulo wordt
niet alleen veel aan grammatica ge
daan, maar neemt ook de spreek
vaardigheid een deel van de tijd in
beslag. Nadat de leerlingen een aan
tal bewust foutief op het bord ge
schreven zinnen hebben verbeterd en
in groepjes van twee een plattegrond
hebben behandeld („hoe kom ik bij
het zwembad?" „Nou, vanaf het sta
tion ga je linksaf en dan..."), wordt
het onderwerp werk vinden aange
sneden. Een leerling verkeert in deve-
ronderstelling dat het op Texel
moeilijker is om werk te krijgen dan
aan de vaste wal. „Je hebt hier min
der kans. Het is een fijn eiland voor
gepensioneerden of vakantiegangers.
Maar voor werk moet je hier echt
niet zijn." Zijn buurman vertelt al tal
loze keren te hebben gesolliciteerd.
„Dan bel ik op om te informeren en
dan krijg ik te horen dat ze maandag
wel terugbellen. Ze zeggen er alleen
niet bij in welk jaar. Je hoort er ge
woon nooit meer iets van. Daar komt
nog bij dat je hier voor alles naar de
overkant moet. Als je wilt studeren,
kan dat niet op Texel. Zelfs voor een
uurtje wielertraining moet je al met
de boot over. Nee, als je werk zoekt
of wilt studeren is het hier niet
ideaal."
Probleem
Mieke Rietveld is het met beide spre
kers niet helemaal eens. „Ik denk
juist dat het hier soms gemakkelijker
is om werk te vinden. In de grote
steden is het voor buitenlanders een
nog véél groter probleem. Ik raad
leerlingen meestal aan om niet op
advertenties te wachten, maar zelf
het initiatief te nemen en bij bedrij
ven langs te gaan. Het is wél zo dat
buitenlanders in Nederland in verband
met het taalprobleem eerst genoegen
moeten nemen met de mindere ba
nen. Daarnaast voldoen de opleidin
gen die ze in hun eigen land hebben
gevolgd, soms niet aan de eisen die
hier worden gesteld. Anders-taligen
moeten daarom vaak weer helemaal
onderaan de ladder beginnen."
Moeite
De kleinschaligheid van het eiland
wordt door enkele leerlingen af en
toe benauwend gevonden. Ze zeggen
er moeite mee te hebben dat ieder
een op Texel alles van elkaar weet.
„Als je je als buitenlander misdraagt,
weet heel Texel binnen een uur wat
er aan de hand is." Hier komt de do
cente tegen in het geweer. „Dat
geldt echt niet alleen voor jullie, maar
voor iedereen die hier woont. Wat
denk je dat er gebeurt als er bij mij
iets ongewoons aan de hand is? We
zitten nu eenmaal in een betrekkelijk
kleine gemeenschap. Dat heeft voor-
en nadelen."
Een aantal vrouwen zegt zich wel
eens benadeeld te hebben gevoeld
door berichten in de krant, waarbij
enige tijd geleden enkele malen de
nationaliteit van de dader was ver
meld. „Als je dan toevallig uit dat ge
noemde land komt, is zoiets heel
vervelend. Een paar maanden gele
den stond er een bericht over winkel
diefstal in de krant, waarbij een
buitenlandse vrouw met kinderen
was betrokken. Het is triest, maar
dan ben ik gewoon blij dat ik nog
geen kinderen heb. Kunnen ze mij er
in ieder geval niet voor aanzien",
merkt één van de vrouwen op.
Het feit dat Texel klein is, wordt niet
door iedereen als een beperking erva
ren. Een Israëlische cursiste vertelt
het eiland als haar eigen kleine kib
boets te beschouwen. „Iedere keer
als ik naar de vaste wal ben ge
weest, ben ik blij weer terug te kun
nen keren. Het is hier één grote
familie."
Over één ding is bijna iedereen het
eens. Texel is mooi.Ondanks het feit
dat het hier wel erg plat is en je de
drukte van de stad af en toe mist.
Toch een prachtig eiland. „Maar het
is heerlijk af en toe eens te kunnen
klagen", merkt een cursist op, onder
wijl een gezicht trekkend. „Klagen is
tenslotte gratis."
Open School-docente Mieke Rietveld (staand) hoopt in mei de v.l.n.r. afgebeelde cursisten. Ian Jennes. Linda Gunnarson. Merav Friedman
Claudia Jagusch. met goed gevolg door het examen te loodsen. ,fou3 Ma,greei Bemdsern
Examen
Als Mieke Rietveld de les met een
korte luistertoets heeft besloten en
de leerlingen in de gang nog wat
staan na te praten zegt de docente
tevreden te zijn over de vorderingen.
„Ze zijn goed. Absoluut. Volgende
maand staat het examen voor de
deur. Als ik er aan denk, word ik
toch wel een beetje nerveus. De
eisen zijn tamelijk hoog en je wilt zo
graag dat ze er goed doorheen ko
men. leder instituut op de wereld
waar Nederlands wordt gegeven, kan
deze examens afnemen. Het is voor
de cursisten een zware opgave, want
het tempo waarin ze onze taal moe
ten leren ligt verschrikkelijk hoog. Om
de groep gemotiveerd te houden,
doen we ook veel buiten de les om.
Zo gaan we wel eens samen eten in
Het Proefkonijn of een dagje naar
Amsterdam. Of op kraamvisite als
iemand uit de groep een baby heeft
gekregen. En het is zo langzamer
hand traditie om het leerjaar af te
sluiten met een feest bij mij thuis,
waarbij iedereen zelfgemaakte ge
rechten uit z'n eigen land meeneemt
en eigen zang of dans verzorgt. Dat
zijn momenten waarop je het gevoel
hebt dat de hele wereld door je ka
mer loopt."
Mozart
Omdat de meeste leerlingen één
avond per week niet voldoende vin
den, verzorgt de docente tweemaal
per week extra lessen. Na enig door
vragen blijkt dat ze dat in haar eigen
tijd doet. „We halen in die extra tijd
zinsdelen uit elkaar om de taal begrij
pelijker te maken. Heel rustige uurtjes
zijn dat. Knippen en plakken met mu
ziek van Mozart op de achtergrond.
Een zin in stukjes knippen is een bij
zonder nuttige oefening."
Na zeven jaar lesgeven is Mieke Riet
veld nog altijd enthousiast over haar
vak. „Mijn werk is tegelijkertijd mijn
hobby. Dat is een voorrecht. Het is
fijn om met volwassenen te werken.
Want ondanks het feit dat er keihard
wordt geleerd, hebben we natuurlijk
ook een hoop lol. Een zin als 'ik krijg
m'n moeder te eten' vinden ze bij
voorbeeld heel vreemd. Als ze dat
zien denken ze dat ze hun moeder op
moeten eten. Dat is eigenlijk één van
de leuke kanten van dit vak. Je gaat
je moedertaal en de gebruiken van je
land met 'buitenlandse' ogen bekij
ken."