Hossen of herdenken...?
TEXELSE COURANT
na dato
Tot slot
DONDERDAG 4 MEI 1995
Zelfs nog vóór de vrede met de
capitulatie van Japan op 15
augustus 1945 geheel was weer
gekeerd, werden in Den Hoorn
voorbereidingen getroffen voor
het volksspel worsthappen te
paard. Ondanks alle tekorten en
de distributie, putten ook de feest
commissies van de andere Texelse
dorpen zich uit in het organiseren
van diverse vermakelijkheden.
Daarbij werd steeds voor ogen ge
houden, dat de herdenking van de
gevallenen het belangrijkste on
derdeel van het programma vorm
de. „Aan de strijders hebben wij
onze vrijheid te danken", was de
alom heersende gedachte. De vie
ring werd dermate grootschalig
aangepakt, dat de festiviteiten
zich niet tot één dag beperkten,
maar twee, drie, soms zelfs vier
dagen besloegen. Nooit werd de
bevrijding van Texel zo groots ge
vierd als op 31 augustus (Konin
ginnedag) van dat jaar.
Om te voorkomen dat iedere ge
meente haar eigen bevrijding zou
vieren, uitte de regering in 1947
de wens alle officiële herdenkin
gen op dezelfde dag te houden.
Maar zelfs op Texel viel geen een
heid te bereiken en werden in de
diverse dorpen op verschillende
dagen plechtige herdenkingen en
feestelijkheden gehouden. Dit kan
te maken hebben gehad met het
feit dat 4 mei dat jaar op een zon
dag viel. In Den Burg moesten de
festiviteiten wijken voor de inwij
ding van de muzieknis en het
55-jarig jubileum van het Texels
Fanfare, omdat men van oor
deel was dat er dan teveel van het
goede zou komen." (Texelsche
Courant, 3 mei 1947)
De meest „Texelse" herdenking
had een jaar eerder plaats gevon
den, toen op 6 april(l) vanuit alle
gelederen van de samenleving
kransen werden gelegd, zowel op
de Algemene Begraafplaats als op
het Russenkerkhof. Op de andere
dagen (5 mei en 31 augustus) wa
ren er weinig activiteiten.
De zomer van 1945 was een tijd
van gemengde gevoelens. De
Duitse bezetter was verdreven,
het gedachtengoed weer vrij,
maar schaarsheid heerste alom en
zeker tot het eind van het jaar
kwamen nog overlijdensberichten
binnen van uit het oog verloren fa
milieleden of vrienden. Texelsche
Courant, 15 december 1945: „He
den ontvingen wij uit Indië het
treurige bericht, dat op 11 maart
1942 op Java is gesneuveld onze
geliefde broer, zwager en oom Jo
hannes Zijm Rzn."
Desondanks vierde optimisme
hoogtij. In deze bevrijdingsroes
werden zélfs degenen die neiging
vertoonden bij de pakken neer te
zitten, opgeroepen deel te nemen
aan de feestvreugde. „De oorlog is
voorbij, vijf jaar lang hebben wij
onder druk geleefd en juist voor de
vrede werd Texel zwaarder getrof
fen dan ooit in het verleden het
geval is geweest. Honderdzeven
tien inwoners hebben het leven
gelaten, er zijn vele gewonden en
verminkten. En hoevelen, die het
liefste verloren, dat ze op aarde
hadden, lopen rond met droefheid
in het hart? De ruïnes in de dor
pen, op het land, herinneren niet
alléén aan het leed, dat over ons
eiland gekomen is; de stroeve ge
laten van velen, de traan die men
wegpinkt, getuigen van een ge
wonde mensenziel. Het is waar,
voor velen is er weinig aanleiding
tot uitbundigheid, om feest tevie-
ren. Wij zijn mensen en niets
menselijks is ons vreemd. Wij kun
nen hard zijn en het leed van ande
ren gering achten, wij kunnen voor
de moeden en bezwaarden het
kruis opnemen en de moeilijke le
vensweg met bloemen bestrooien.
Maar de levenden hebben recht op
leven, de jeugd, die in de afgelo
pen jaren veel tekort gekomen is,
behoeft vreugde als het gewas de
milde regen. Laten wij daarom
feesten met heel ons hart, want
de levenden roepen u!" (Tex. Crt.,
8 augustus 1945)
De Texelsche Courant vulde een
groot deel van de kolommen met
berichten over de ophanden zijnde
herdenking. Uiteraard werd mel
ding gemaakt van de te verwach
ten activiteiten, maar ook werd de
lezer opgeroepen actief deel te ne
men. Hierbij schroomde de redac
teur niet zijn lezers opvoedkundig
toe te spreken, zoals bijvoorbeeld
in de krant van 11 augustus: „Een
feestcommissie kan haar best
doen, zoveel ze wil, het feest zal
mislukken, als de deelnemers hun
medewerking niet verlenen. Er is
geen behoefte aan strakke gelaten
en aan gewichtig-doenerij. De
feestcommissie, die de feestmid-
delen te verzorgen heeft, en de
feestelingen die er gebruik van zul
len maken, behoren te komen, op
gewekt van hart, met een lach om
de mond."
Van de genoemde „feestmidde-
len" moet geen al te grote voor
stelling worden gemaakt: ook op
Texel had de bezetting haar tol
geëist en, al leed niemand honger,
van overvloed was allerminst spra
ke. Heel veel was nog op de bon,
alcoholische dranken waren maar
mondjesmaat voorradig en nie
mand kwam op het idee een rom
melmarkt te houden, omdat alles
kon worden gebruikt. Bovendien
kon - door een gebrek aan liquide
middelen - vrijwel alles dienst
doen als ruilobject. Dit hield in dat
de feestelijkheden zich voorname
lijk beperkten tot zang, dans en
muziek. Daarnaast werden op
tochten en volksspelen gehouden,
was er toneel en werd gestreden
om de man en de vrouw. Ooster
end voerde het openluchtspel
„Wel gebogen, niet gebroken" van
de Texelse auteur Huib (de Rijme
laar) Fenijn op. De ongeveer tach
tig deelnemers gaven in een
revue-achtige voorstelling een
beeld van de oorlogsjaren. Ook in
andere kringen werden alle zeilen
bijgezet om de viering tot een
overweldigend succes te maken:
„Het is een goede gedachte van
Kotex om ter gelegenheid van het
feest een konijnententoonstelling
te organiseren." (Tex. Crt., 25
augustus 1945)
Uiteindelijk bleken alle inspannin
gen niet voor niets te zijn geweest.
Toen de bewuste dagen aanbra
ken, waren de verwachtingen dan
ook hoog gespannen. „Al komt er
geen draaimolen, al zullen er geen
kelners zijn, balancerend met gro
te schalen vol glazen schuimend
bier, al is er geen sprake van
haring-, palingkraam of koekhak
tent, al zijn er geen cocosnoten en
bananen, geen ijscoman, tóch laat
het zich aanzien, dat de Texelse
feesten een daverend succes zul
len worden."
Het verslag van de feesten nam
méér ruimte in dan de Texelsche
Courant had te bieden. Op 12 sep
tember verschenen nog uitslagen
uit Oudeschild van het zaklopen,
de hinderniswedstrijd op anti-plof
om het TESO-gebouw en de
bloempottenrace.
De bevrijdingsfeesten werden
woensdag 29 augustus ingezet
met eenwijdingsavond op de
Groeneplaats. Donderdagochtend
volgde de herdenkingsplechtig
heid, waarvoor alle Texelse vereni
gingen waren uitgenodigd. „Om 9
uur 's morgens stellen zich op 't
Schildereind de vele verenigingen
en instellingen op, die deel zullen
nemen aan de herdenking der ge
vallenen en aan het défilé voor de
autoriteiten. Om kwart over negen
zet de stoet zich in beweging,
door het dorp gaat het naar het
voorhof van de Algemene Be
graafplaats. Voorafgegaan door
enige ruiters, komen de groepen in
voorbeeldige orde aangemar-
cheerd, maken halt en front voor
het herdenkingsmonument, leg
gen er hun kransen neer tot de tre
den onder de bloemen bedolven
zijn. Achter de ruiters volgt het
Texels Fanfarecorps met roffelen
de trom, het stelt zich terzijde op.
Het Gemeentebestuur van Texel
volgt dan, het neemt plaats recht
voor het monument. De Binnen
landse Strijdkrachten betrekken
de erewacht. Links en rechts,
stram militair, posteren zich een
detachement van de Jewish Briga
de en van de Genie. Hun saluut
aan de Doden maakt grote indruk.
Dan volgen de Gymnastiek Vereni
ging Texel, SV Texel, Texelse Boys,
Pioniers van de Hockeyclub, De
Zwaluwen van Den Hoorn, een
kleine groep padvinders van
Oosterend, allen in tenue. In
volstrekte regelmaat marcheren
allen tot voor het monument,
brengen het saluut en marcheren
verder. De verenigingen stellen
zich op den voorhof rond het mo
nument op. De vaandel- en vlag
gendragers treden terzijde tot zij
een grote, kleurige groep vormen.
Een groep volgt van de Noord- en
Zuid-Hollandse Reddingmaat
schappij, dan komen de korfbal
club van De Waal, de brandweer in
de sobere, doch keurige unifor
men, de Christelijke muziekvereni
ging Excelsior van Oosterend, de
Kampwacht van Vlijt, het RK koor,
het NH-Kerkkoor uit Den Burg, de
Christelijke jongens- en meisjesve
renigingen, het Doopsgezind koor,
de Doopsgezinde Zusterkring, de
Christelijke zangvereniging De
Lofstem van Oosterend, de Gere
formeerde zangvereniging God is
mijn Lied van Oosterend, de Her
vormde Zusterkring Dorcas, een
deputatie van TESO, de toneelver
eniging UDI, in een grote groep de
vereniging van oud-illegale wer
kers, het Rode Kruis, een afvaardi
ging van Nederlands Volks
Herstel, een groep der Bouwvak-
patroons, het Fanfare VIOS van
Oost, de schaakclub Den Burg, de
voetbalvereniging van Oosterend
en een groep postbodes en techni
ci der PTT. Voortdurend worden de
bloemstukken en kransen neerge
legd, voortdurend maakt in volko
men orde de ene groep voor de
andere plaats, de Ruiterclub sluit
de lange stoet.
Ondanks het feit, dat honderden
en honderden belangstellenden
zich op de Kogerweg hebben op
gesteld, is het doodstil als de heer
Kelder, onder-districtscomman
dant der NBS, het woord neemt en
zich richt tot de menigte, tot de
autoriteiten, tot de verenigingen,
die een groot vierkant om het mo
nument vormen." (Tex. Crt., 1 sep
tember 1945)
De plechtigheid vond plaats bij
een tijdelijk monument, opgericht
door leden van het Oranje-comité,
naar een ontwerp van J. van der
Pijl. Het bestond uit imitatiemar
meren platen en granieten banden
en droeg het opschrift: „Voor hen
die vielen, 10 mei 1940 - 5 mei en
augustus 1945". Boven het monu
ment wapperden de vlaggen van
de Geallieerden. Na zijn rede ver
zocht Kelder om één minuut stilte.
„Men denkt aan de velen, die zijn
heengegaan... De militairen en de
BS staan met gepresenteerd ge
weer, dan zet Texels Fanfare een
koraal in. Gedragen en plechtig
klinkt „Nader mijn God tot U".
Nauwelijks zijn de laatste tonen
verstorven, of het koor Con Amore
zingt, zuiver als goud, „Ecce quo-
mode moritur justus (Zie hoe de
rechtvaardige sterft)". Het is héél
mooi en maakt een diepe indruk.
Dan klinkt het Wilhelmus als een
afscheid van de dodenakker. De
vaandels neigen op en neer, enige
malen achtereen, terwijl de mu
ziek speelt. Dan is het afgelopen.
In dezelfde orde en regelmaat,
waarmede de talrijke verenigingen
de voorhof betraden, gaan zij
heen. Er volgt een mars van alle
groepen door het dorp, vóór het
raadhuis hebben zich de autoritei
ten opgesteld. Men keert tot het
punt van uitgang terug, op het
Schildereinde wordt de lange
stoet ontbonden."
Direct na deze indrukwekkende
herdenking barstten in de straten
van Den Burg de feestelijkheden
los, met allereerst een grote alle
gorische optocht, gevolgd door
volksspelen en een zangwedstrijd,
's Avonds werd gehost om de ver
lichte vrijheidsboom en gedanst in
de diverse lokaliteiten. „Lang is
het dorp nog in feeststemming ge
bleven. Hotel Texel beleefde weer
zijn oude glorie, er werd gedanst
bij de muziek van een voortreffelij
ke band (Bert Klazema en zijn so
listen, met refreinzang van Bert
Valé, red.), in de Oranjeboom ging
het wat ouderwetser toe, maar het
was er niet minder gezellig en in
het Casino op de magnifieke dans
vloer liet de stemming evenmin
iets te wensen over. Zo tegen de
tijd dat de koeien gemolken
moesten worden, zijn velen pas
naar huis gegaan. Texel heeft deze
dag wel feestgevierd..." (Tex. Crt.,
5 september 1945)
En dit verslag behelsde slechts de
eerste dag van de bevrijdings
feesten in Den Burg, die zouden
duren tot zaterdagavond 1 sep
tember.
Ook de buitendorpen lieten zich
niet onbetuigd. Zelfs in De Waal,
dat tijdens de Russenoorlog mid
denin de vuurlinie had gelegen,
werd uitbundig gefeest. „Een
feeststoet langs Polderweg en
Dorpsstraat, waar vele huizen zijn
weggevaagd. Weg is het bekende
Bellevue, waar vroeger jaren een
strijkje tot de dans lokte; weg het
aardige Nederlands Hervormde
kerkje; weg het kleine torentje, dat
maar amper over de hoge bomen
kon gluren. Ja, De Waal is zwaar
getroffen, maar... ze zitten niet bij
de pakken neer, de dorpelingen; ze
weten, dat als alle man de hand
aan de ploeg slaat, herstel best
mogelijk is. Daarom heeft er mu
ziek geklonken, daarom hebben de
dorpelingen gezongen, gedanst,
gejuicht." (Tex. Crt., 12 september
1945)
Zo uitgebreid als die eerste keer is
de bevrijding nadien niet meer her
dacht. In de decennia die volgden,
kregen andere zaken prioriteit. De
groep mensen die de oorlog aan
den lijve had ondervonden, werd
allengs kleiner en een nieuwe ge
neratie groeide op. Het verleden
raakte langzaam op de achter
grond en de herdenkingen op 4 en
5 mei werden meer en meer tot
een instituut. De euforie van het
eerste moment verdween en zo
wel het vieren vande bevrijding als
het herdenken van de gei
is voor veel mensen van n>
een gewoonte dan iets
echt bij betrokken zijn. I
1975 en 1985 - toen resp
lijk 25, 30 en 40 jaar be
werd gevierd - kwamen de
tenissen weer in herinne
dens grotere herdenking
deze en andere gelegenhe
zochten oud-strijders hete
werden nieuwe monu
onthuld.
Nu, in 1995, is inmiddels
neratie opgestaan die het
zelfs niet van haar groo
meekrijgt. Een generatie v
de Tweede Wereldoorlog g
denis is, afkomstig uit de
hand, en voor wie de hes
van de gevallenen allermj
hoogtepunt van de bev
feesten vormt. Desonda'
nog niet alle sporen
anti-Duitse gevoelens
steeds weer op, racism*
nog altijd in verband gebré
het nazisme en er zijn
terspelletjes op de markt
de (jeugdige) speler hete
tegen in Duits uniform o
vijanden.
De vraag dringt zich op of
dig is de herdenking op d
voort te zetten. Een enqu
april door de Texelse Cc
de Texelse scholen werd v
wijst uit dat de jekgd w
herdenken, maar tevens I
veel kinderen niet weten
hier feitelijk om gaat. De
wordt er voor hen niet mal
op, omdat bovendien dei
velde Georgiërs worden he
Blijkens dezelfde enquête
meeste kinderen niet op de
van de gebeurtenissen die
ze (aparte) herdenking hebt
leid. Treffend was de reg
gehoorde opmerking dat
denking(en) moet(en)
maar dat er meer over mo
den verteld.
Een kléine - niet represent
steekproef onder volwé
leert dat ook zij willen blijv
denken, maar dat de me
verdeeld zijn wat betreft ee
te herdenking voor de G&
De tendens lijkt echter well
gezamenlijke herdenking
zijn plaats zou zijn, omd
slachtoffers voor één en he
doel zijn gevallen. Somm»
zelfs geneigd de Dodenherc
in een groter verband te pl
„De Dodenherdenking isvi
niet alleen voor slachtoffer:
Tweede Wereldoorlog, ma
iedereen die nu nog sneuv
Met dit verhaal over bevrijding en herdenking eindig
serie „50 jaar na dato", waarin wij terugblikten o|
Tweede Wereldoorlog en met name de Opstand va
Georgiërs. Wij hebben niet louter persoonlijke herinn
gen opgetekend, maar gepoogd aan de hand vani
herinneringen en bestaande literatuur een zo obje
en compleet mogelijk verslag van bepaalde gebeurtt
sen te geven. Ook hebben wij getracht ons een bee!
vormen van de sporen die deze gebeurtenissen op
eiland hebben achtergelaten. Tot slot is een aanzet g
ven tot een discussie over hoe de Texelse bevolking*
toekomst de oorlog zal blijven herdenken.
Niet alle vragen die wij ons gesteld hadden, zijn be
woord. Gaandeweg bleek dat hiervoor meer tijd ene
te nodig was dan wij tot onze beschikking had
Graag waren wij bijvoorbeeld dieper ingegaan op de
ganisatie van het Texelse verzet. Wij realiseren ons
gezien de leeftijd van de betrokkenen, hiermee nie
lang gewacht kan worden. Met het verstrijken vand
ren zal het alleen maar lastiger worden een cornf
beeld te vormen van de oorlogsjaren.
Voor deze serie hebben wij heel veel mensen gesp"
en veel informatie vergaard, die wij - helaas - niet
maal als zodanig in een artikel hebben opgevoerd,
zijn wij dank verschuldigd aan iedereen die ons geho
heeft, want bij een onderwerp als dit is alle inforrt
bruikbaar.