„Mensen redden voor je
hobby, wat is er mooier
Texelaars maken
r een bende van"
)udgedienden verlaten wipperploeg KNRM
jeekend vol vandalisme:
TEXELSE COURANT
'ude stoelen in
rand gestoken
Vierde verlies
voor De Koog
Amateurtje speelt
„De Onnozele"
Van Lubek wint
wintertriathlon
Basketbalcompetitie
10%
Theo Kooiman kijkt in het kompas van de Compass welke koers hij gaat varen na zijn afscheid bij de KNRM. iFoto Taats da Graaft)
Theo Kooiman (53) is bollenboer. Daarnaast is hij sinds
1962 bij de wipperploeg van de KNRM in De Koog. Hans
Bakker (56) is als schilder in dienst bij de gemeente. Hij
heeft er 25 jaar opzitten bij de reddingmaatschappij.
Eind november nemen beiden afscheid. Een dubbelinter-
view met twee nuchtere Texelaars.
DINSDAG 7 NOVEMBER 1995
lijn jullie bij de KNRM verzeild
*t?
i;„Piet Eelman was 25 jaar
len commandant van het sta
de Koog. Hij was aannemer
werkte wel eens bij hem als
Jer. Ik vond het wel span-
die reddingstoestanden,
er een plekje vrij kwam werd
»raagd. Ik hoefde er niet lang
na te denken."
i:„Ja, daar groei je in. Ik was
sngen altijd te vinden op het
Dus stond je ook bij oefe
nt van de wipperploeg met je
vooraan. Ik mocht wel eens
broek zitten. Toen er weer
iemand werd gezocht kwa-
te bij mij terecht."
„Water heeft ook altijd een
belangrijke rol in mijn leven
gespeeld. Ik kom uit Oudeschild.
Altijd zat ik op de haven. We do
ken van het hoogste punt van de
stuurkast van de dokter Wagema-
ker af. Ik heb ook nog bij de Mari
ne gezeten. Een bewuste keus.
Ook weer om die zee."
Theo: „Weet je, het is avontuurlijk.
Dét lokt. Het gaat niet om het
geld."
Waarom werd het de wip
perploeg?
Hans: „Ik woonde in De Koog, dus
het lag het meest in de lijn. De eer
ste paar jaar was het niet zo heftig
hoor. Vijf zes keer per jaar een
oefening en na afloop biljarten in
De Toekomst. Soms een de-
ïrkker: betrokken blijven vie bestuursfunctie bij de oud-redders...
(Foto Tessa do Graaft)
monstratie."
Theo: „Hetzelfde verhaal. Het was
niet echt een bewuste keus."
Hans: „Het wippertoestel hebben
we nog nooit bij een echte stran
ding gebruikt. Wel onderdelen er
van. Ik herinner me nog een kotter
die in het ijs vast zat, een jaar of
tien terug. We schoten een lijn
over, maar de afstand was te groot
om de mensen over te brengen.
We hadden nog een surfplank ge
regeld, om ze naar de kant te trek
ken als het fout zou gaan. Maar
het tij keerde, de kotter kwam
recht en kon zelf verder."
Theo: „Dat was een Wieringer.
Mijn vrouw Bea heeft toen nog
met andere vrouwen voor een pan
snert gezorgd. We gebruikten de
wipperinstallatie wel vaak om een
lijn over te brengen."
Hans: „Dat wippertoestel heeft
goede diensten bewezen in vroe
ger tijden, vóór de helikopter. Nu
wacht je liever even. Bij een de
monstratie in de haven ziet het er
altijd wel leuk uit, in zo'n broek
aan een touwtje bungelen. En als
je in nood bent wil je wel. Maar je
wordt wel half door de branding
getrokken en dat kan knap be
nauwd zijn. Nee, die heli is echt
een uitkomst."
Is er veel veranderd in de loop van
al die jaren?
Hans: „De komst van de rubber
boot in '82 maakte een wereld
van verschil. Vanaf dat moment
werd het eigenlijk pas echt me
nens. Niemand had ervaring met
dat ding. Een inspecteur uit Am
sterdam kwam een week mee,
verder gingen we steevast elke
zondagmorgen oefenen. Stukkie
varen. En we zijn met de hele
groep naar Stonehaven in Schot
land geweest. Dét was wat. Nieu
welingen gaan daar nog steeds
naar toe. Maar wij gingen indertijd
als groep, allemaal tegelijk."
Theo: „Door die rubberboot is het
wel allemaal veel gevaarlijker ge
worden. Met dat wippertoestel
bleef je op de kant. Dat kon je als
redder makkelijk tot je 65e volhou
den. Nu ga je echt het water op.
De branding is het gevaarlijkst.
Het risico dat je kapseist is groot.
Het werd er wel spannender en in
teressanter door."
Welke actie heeft de meeste in
druk op jullie gemaakt
Hans: „De stranding van de Com
pass in 1986. Die lag met z'n neus
naar het strand. Er stond veel te
veel branding voor onze boot. In
eens raakte het schip een bank en
draaide het een kwartslag, zodat
er luwte ontstond. Menno van der
Wal was een hele goeie schipper.
Hij stapte in de rubberboot en ik
ging met Udo (Rüngs-red.) mee.
We kregen bakken met water over
en de boot stond al snel vol. In
twee tochtjes hebben we de be
manning naar het strand gebracht.
Ze stonden net op de kant toen de
marineheii boven ons verscheen.
Het was net een spannend jon
gensboek. Zolang er geen men
senlevens te betreuren zijn is het
soms echt kicken."
Theo:: „Ik heb na de stranding van
de Rigel in 1970 een vent uit het
water gehaald. De zee stond tot
de duinen en die man dreef een
beetje heen en weer met een ge
broken arm. Ik was alleen en we
hadden nog geen lijnen waarmee
we aan de kant vastzaten. Ik werd
inwendig ook heen en weer geslin
gerd. Ik wilde die vent graag red
den, maar mijn eigen leven was
me ook lief. Ik ben het water inge
lopen tot het punt dat ik geen stap
verder meer kon zonder meege
trokken te worden. En ik héd hem.
Anders was hij beslist verzopen.
Ja, dat deed me wel wat."
Hans: „Wat veel indruk heeft ge
maakt op mij was die zoekactie
naar die Fillipijn die 25 kilometer
uit de kant overboord was
gestapt. Een speld in een hooi
berg. Toch werd die vent gevon
den. Weliswaar niet door ons,
maar toch. Of die actie jaren gele
den, waarbij een vader en een
zoontje na een vistochtje niet
thuiskomen. Het was in het voor
jaar en we hebben de hele nacht
gezocht. Op gegeven moment
denk je dat het hopeloos is. Zelfs
éls je ze zou vinden zijn ze
hartstikke dood. Je gaat door voor
de nabestaanden. Laat de Suzan-
na uit Den Helder de volgende
morgen nou toch die jongen le
vend aan een boei zien hangen. Je
moet nóóit opgeven."
Theo: „Strandingen zijn er helaas
bijna nooit meer. Al die ouwe
schepen worden afgekeurd, de
nieuwe hebben hele beste appara
tuur. Jammer, want dat is de
leukste kant. Ik ben een echte
strandjutter. Als kind ging ik alle
ochtenden naar het strand om te
kijken of er iets lag. Zag ik een
spoor dat iemand me voor was ge
weest, dan had ik de pest in. Ging
ik de volgende dag nóg eerder, net
zolang tot ik de eerste was. Bij de
wipperploeg kon ik het nuttige
met het aangename verenigen.
Was ik altijd als eerste op het
strand en je kon nog iemand red
den ook."
Hans: „Je staat er verbaasd van
hoe de zee wordt onderschat. Sur
fers die al hun geld uitgeven aan
duur materiaal en niets over heb
ben voor een vuurpijltje. Maar als
het roetnacht is moet je zowat al
over iemand heen varen wil je 'm
vinden. Je zit in het geluid van de
buitenboordmotor, dus ge-
schreeèuw hoor je niet."
Zijn jullie wel eens bang geweest
Hans: „...(even stilte)....Nee, niet
echt. Kijk, onze boot heeft z'n be
perkingen. Bij windkracht tien
gaan wij er toch niet meer uit."
Theo: „Ik ben voor de duvel niet
bang. Ik ben wel eens onder de in
druk geweest. Bijvoorbeeld met
die Rigel. Kijk, je denkt niet aan
medailles als je iemand redt. Dat
dóe je gewoon. Maar ik heb me
toen wel voorgenomen om mijn
eigen leven niet in de waagschaal
te stellen. Ik ben ook niet zo
gestoord dat ik, als de pieper af
gaat, het gaspedaal tot de bodem
intrap. Je zal maar iemand anders
overhoop rijden. Dat is het niet
waard."
Wat vond het thuisfront ervan?
Theo: „Toen we de afspraak had
den gemaakt dat ik mijn leven niet
voor een ander zou geven heeft
mijn vrouw nooit meer in angst
gezeten. Ze wist dat ze daarop
kon vertrouwen. Daarvoor had ze
het wel eens benauwd."
Hans: „Mijn Tinie stond altijd ach
ter me. Moet ook wel hoor, want
er gaat veel vrije tijd in zitten. Wil
je een zondag lekker naar het
strand, gaat de pieper weer af. Bo
vendien moet er het nodige aan
onderhoud worden gedaan. Ik ben
veel weg. Mijn vrouw is nooit echt
ongerust geweest als er een actie
was. Ze had er wel vertrouwen in.
Maar dat komt natuurlijk ook om
dat wij nooit bij al te hevige storm
het water op gaan."
Theo: „Het was soms hartstikke
leuk. Ik nam nogal eens drenkelin
gen mee naar huis. Liepen ze in
mijn kleren rond, opgelucht dat al
les goed was afgelopen. Dan ging
de houtkachel wat hoger en kon
den ze op verhaal komen. Veel pra
ten, bakkie soep erbij. Daar
hebben we goede herinneringen
aan. Niets ten nadele van de au-
thoriteiten hoor, maar ik vond het
niks als die mensen koud en over
stuur met allerlei formaliteiten
werden geconfronteerd. Het zijn
geen criminelen. Eerst even mee
naar huis en bijkomen. Die papier
winkel komt later wel."
Er gebeuren ook minder leuke din
gen. Houdt dat jullie uit de slaap?
Theo: „Op één of andere manier
was ik er steeds net niet bij als er
lijken werden gevonden, dus ik
heb daar geen ervaring mee. Ik
denk met dat ik er problemen mee
zou hebben. Ik ben in panieksitua
ties nogal rustig. Je weet dat het
kan gebeuren, daar stel je je op in.
Ik denk dat het je meer aangrijpt
als het bekenden zijn. Of als het
erg bloederig is, zoals bij ver
keersslachtoffers. De grootste
wond die ik heb gezien zat op de
duim van een Katwijker na een
stranding. Bea heeft 'm verbon
den."
Hans: „Ik kan het goed van me af
zetten. Gelukkig heb ik nog nooit
verdronken kinderen hoeven ber
gen. Wel volwassenen. Natuurlijk
is dat een nare klus. Maar het
hoort erbij."
Theo: „Als je zoiets meemaakt'
heb je wel even tijd nodig om het
te verwerken. Dat is niks om je
voor te schamen."
Waarom stoppen jullie ermee?
Hans: „De motivatie wordt min
der. Het leeftijdsverschil met die
jonge knapen wordt te groot. Ik
heb sinds het begin van dit jaar
het commando van Theo overge
nomen. Dat betekent dat je het va
ren grotendeels aan anderen moet
overlaten. Zit je dus een uur of vier
in de truck 's nachts te wachten,
terwijl de jongens rondvaren om
dat er een vuurpijl is gezien...nou,
dan is de sensatie ver te zoeken."
Theo: „Dat met die generatiekloof
heb ik ook. En het is af en toe
geen hobby meer. Het begint op
werk te lijken. Zó vaak loos alarm,
of klusjes zoals iemand met een
hartaanval van het strand halen.
Maar je moet er wel iedere keer
voor uit je werk."
„Vroeger oefenden we een paar
keer in een jaar en dat was het. Nu
oefenen we elke veertien dagen,
plus regelmatig uitrukken. Voor
die rubberboot heb je een goede
conditie nodig. Dat hebben die
jonge jongens, dus die moet je een
kans geven."
Is er nog leven na de KNRM?
Hans: „Er is een vereniging van
oud-redders. Eén keer per jaar
gaan we daarmee op pad. Ik zou
nog wel eens een bestuursfunctie
bij die club willen hebben. Con
tactpersoon voor Texel worden.
Ja, ik wil wel betrokken blijven bij
de KNRM."
Theo: „Wou je even in de garage
kijken? Ik stik van het werk en de
hobby's. Ik kom echt tijd te kort.
Maar als ik straks weg ben bij de
KNRM en er ligt een schip op het
strand, dan sta ik vast stiekum op
een duin te kijken. Ik blijf een jut
ter....."
Tessa de Graaft
^ndweer moest in de nacht
Sndag op maandag uitrukken
e®n brandje aan de Vogelen-
,n Den Burg. Éénmaal ter
B 2 bleek dat er stoelen in lich-
iie stonden, die doormeubel-
Moerbeek als grofvuil aan
*9 waren gezet. Dankzij het
5 optreden van de brandweer
v'orden voorkomen dat de
lTlen zouden overslaan naar
'"'Okelpand. De brand waar-
'ik aangestoken. Behalve het muurtje was ook een verkeersbord in de Zweanstraat gesneuveld. Méór dan kinderachtig.
sonrustig in Den Burg. Na het
«Iweekend in De Koog trekt
landelijke stappubliek weer
aal naar de „hoofdstad". Vo-
•eek lagen de straten bezaaid
'ommel. Buitenlantaarns ble-
«nield en menig brievenbus
Eelman.
Dit weekend was het nog erger.
Niet alleen waren de planten eruit
gerukt, de hele afscheiding was
omgegooid. „Door wie? Ja, dat
zouden we graag weten. En de po
litie ook." Er is nog geen aangifte
gedaan, maar dat gebeurt nog
wel. De wand is inmiddels alweer
opgebouwd. „Maar wat hèb je er
aan. De hele zomer hebben de ter
rasstoelen gewoon buiten
gestaan. Niets aan de hand. Nu
komen de Texelaars weer en die
maken er een bende van."
De lezing van de Lindeboommede
werkers wordt bevestigd door de
In de vierde uitwedstrijd voor de
ploeg uit De Koog kon het team
nu ook de ban, van drie voorgaan
de uit-nederlagen, niet breken. Na
een sterke beginfase, waarin De
Koog onvoldoende omsprong met
omwonenden, die klagen over veel
geschreeuw op straat en uitge
trapte lantaarnpalen.
Eventuele getuigen van de vernie
lingen worden verzocht de politie
te bellen, telefoon 322188.
Ie geven. Maar voor de
Je keer viel de afscheiding
ftantenbakken ten prooi aan
Wen.
leggen wel eens dat het de
Hen zijn, maar het zijn echt
Keiaars hoor." Bij hotel De
iboom zijn ze er helemaal
mee. Met veel moeite wordt
tbeerd het bedrijf nieuw le-
e te blazen en een fraai aan
was als urinoir gebruikt. Ook toen
moesten de plantenbakken van De
Lindeboom er al aan geloven. „Ze
hadden alle planten eruit getrok
ken. Er lag een heel spoor door de
Zwaanstraat", aldus André
de kansen die ze kregen, was het
de ploeg uit Hauwert die de voor
sprong nam in de wedstrijd.
Een te zachte terugspeelbal bracht
de keeper en de libero van De
Koog in problemen. De spits van
Hauwert profiteerde daarvan: 1-0.
Nog voor de rust werd het 2-0
voor de thuisspelende ploeg.
Na de rust was het Hauwert dat
het sterkst uit de startblokken
kwam en binnen een minuut spe
len de mogelijkheid kreeg op 3-0.
De paal bracht redding voor De
Koog.
De Koog kwam na twintig minu
ten in de tweede helft terug in de
wedstrijd via een schitterende om
haal van Nico Schot (2-1).
Maar het was Hauwert dat het
volgende doelpunt maakte. Enige
nonchalance aan de kant van De
Koog zorgde ervoor dat Hauwert
zelfs nog uitliep in de resterende
minuten naar 5-1. Zelfs uitblinker
Dennis Saai kon daar niets meer
aan veranderen.
Volgende week speelt De Koog
weer thuis en hopelijk wordt de
ongeslagen thuisstatus die het
team heeft dan behouden.
Toneelvereniging ,,'t Amateurtje"
speelt zaterdag 18 november in
dorpshuis De Wielewaal het dra
ma „De Onnozele" van Anton
Beuvmg. Het verhaal speelt rond
1920 en draait om een geestelijk
gestoorde jongen, gespeeld door
Jan Eelman. Regisseur Henk Tjep-
kema heeft een plaatsje ingeruimd
voor gastspelers Ben Roest en Jo-
landa Legierse. Het stuk begint om
20.00 uur.
Tri-atlete Ingrid van Lubek is als
eerste dame geëindigd in de win
tertriathlon in Assen. Daarmee gaf
ze een vervolg aan een traditie die
is ingezet door Nel Bruining. De
Texelse legde tien kilometer hard
lopen, vijftig km fietsen en 20 km
schaatsen af in drie uur en 15 se
conden. Van Lubek toonde zich te
vreden, al leverde ze bij het fietsen
wat in.
De eilandcompetitie basketbal is
vrijdag van start gegaan. De nieu
we competitie bestaat uit zeven
maandelijkse toernooien op vrij
dagavond. Omdat december uit
valt, staan in november twee
toernooien op de agenda. De
wedstrijden beginnen om 19.30
uur in de Koninghal. De gemengde
teams, met minimaal twee dames
in het veld, spelen per wedstrijd
twaalf minuten.
(ADVERTENTIE)
Drukkerij
I.angeveld
I)e Rooi
heelt keus uit V|
J honderden 19
kerst- en nieuwjaars-
kaarten.
Wanneer u ze laat I
indrukken J
y in de maand
november geven wij u
korting op de indrukprij:
Drukkerij/uitgeverij
Langeveld en de Rooy
Parkstraat 10 Den Burg
Telefoon 0222 - 362600
Fax 0222 - 314111