Raadsel van de 'Oakford':
vergaan of weggebracht?
Stranding dompelde Texel in diepe rouw
M
■Ëi
Geknip%<f
Gedicht
TEXELSE couRANT
19
Boos weer
Oud-leerlingen
spelen blijspel
Op 19 januari 1934 neemt de
huisdichter van de Texelse
Courant, Huib Fenijn, de pen ter
hand en vertrouwt op de
volgende wijze zijn gedachten
aan het papier toe
Als een lijkwa buigt de hemel
Grauw zich over zee en land.
En de winden en de golven
Zingen saam een doodenzang.
Rust in vrede, trouwe makkers.
In uw eigen vaderland.
Waar de uwen u omringen.
Waar u wenkt uw gouden strand.
En de golven dragen plechtig
Op hun rug de doodenstoet.
Wijl de nevel stil en statig
't Droef tooneet omhullen doet.
Als de damp is opgetrokken
Hoort ook dit weer tot 't verlee.
Tegen de verlaten glooiing
Klotst de onbewogen zee.
y XvX-:-
DINSDAG 2 FEBRUARI 1999
deze punten niet werden aange
haald haalde deze zijn schouders op
en zei: 'ledereen op durp (De
Cocksdorp) zei dat die Engelsen het
expres hadden gedaan Daar werd
ook niet zo raar van opgekeken. Het
was voor de bemanning zélf gewoon
mislukt en dat vonden de
Cocksdorpers triest. Voor mij was
het helemaal met zo onduidelijk. Ze
moesten die ouwe schepen kwijt en
dan is het naar de kelder brengen
een middel dat zo oud is als de
scheepvaart zelf De toenmalige
vuudorenwachter had precies de
zelfde mening als ik. Er was verder
ook niemand die je wat vroeg. Alles
werd geregeld via die De Booy.'
De 'Oakford' is gebouwd in 1900 en
was ten tijde van de ramp eigendom
van Chas Strubin Co Ltd. te
Londen, welke rederij inmiddels
sinds 1959 een totaal onbekende in
de scheepvaartwereld is. Enige
jaren geleden zijn nog tal van
pogingen gedaan om opheldering
over deze ramp te verkrijgen.
Lloyd's in Londen kon of wilde geen
enkele mededeling doen omtrent de
verzekering of de hoogte van die
mogelijke verzekering. Hun archie
ven blijven gesloten 'Their records
are private property aldus een
woordvoerder van Lloyd's.
raadsel alleen maar toenemen. Was
de stranding inderdaad het gevolg
van opzet?
Misrekening
'Terwijl hun schip aan de grond zat
hebben ze de ketel roodgloeiend
opgestookt in de hoop dat tijdens het
vergaan er zoveel koud water
overheen zou komen dat ze zou
exploderen. Toen dat niet lukte
hebben ze regelmatig stoom liggen
afblazen Je kon dat afblazen op
Texel en Vlieland horen en zien', zo
wist Teun Buis te vertellen Een feit
was echter wél dat in de bodem van
ruim I een groot gat zat. Het was
duidelijk dat men een merkel (T-
vormige stalen buis) verticaal in dat
ruim had laten vallen waardoor een
gat van ongeveer 0,5 m2 was
Brandaris
De Engelsen maakten echter niet de
indruk zich ongelukkig in die situatie
te voelen. Ze gaven te kennen hun
schip, om welke reden dan ook. niet
te willen verlaten. Rond drie uur in de
nacht gaf schipper Van der Kooy het
uiteindelijk op Hij liet de dreg aan
boord halen en zette koers in de
richting van hun lanceerplaats.
Nauwelijks had de reddingboot haar
koers in de richting van de wal
verlegd of er onstond weer enige
activiteit aan het dek van de
Engelsman. Er werd geschreeuwd
en even later vloog weer een aantal
vuurpijlen sissend de lucht in.
Tot hun woede en met een gevoel
van onmacht maakten de zeegang
en de lage waterstand het de redders
onmogelijk om opnieuw langszij te
gaan Daar de Engelsen op dat
moment niet in direct levensgevaar
verkeerden én de motorreddingboot
van Terschelling, de 'Brandaris' (op
haar beurt op zoek naar de 'Eierland'
van wie men mets meer had
vernomen), inmiddels ook ter
plaatse was verschenen, ging de
Texelse reddingboot met een
bemanning vol van onbegrip terug
naar de lanceerplaats.
ontstaan. Door de ondiepte ter
plaatse werd echter met het -
eventueel - beoogde doel (het schip
laten vollopen) bereikt.
Een andere Texelaar gaf zijn
oplossing: 'Toen de reddingboot tot
twee keer toe langszij kwam wilden
de melkknecht - ver van de be
woonde wereld een bestaan leidt
van werken en slapen. Hieraan komt
een eind als de voormalige echtge
note zich met haar gevolg aandient.
'Een lekker vlot stuk. waarin veel
dingen gebeuren en veel valt te la
chen', licht Van Heerwaarden een
tipje van de sluier. De startende
toneelregisseur, die zelf nog nooit
op de planken heeft gestaan, zegt
niet het toonbeeld van een strenge
regisseur te zijn. Met oog voor detail,
met zachte hand en nu en dan een
sussend woord begeleidde de
Zwarte piet naar boeren.
Gijzel probeert samen met zijn collega
predikanten, Hendrik Betting. Chris de
Jonge en Jan van Bailegooijen, steun te
bieden. Maar dan wel met verstand van
landbouwzaken. Want daai ontbreekt
het over het algemeen aan in de kerk,
vindt dominee Betting. „Vanuit de kerk
is er vaak volop aandacht voor milieu
problemen, waarbij de boeren altijd de
agrarièr uit De Waal zijn spelers
naar de twee opvoeringen. De aan
vang is 20.00 uur, er is een verloting
en bal na.
Als de 'Oaktord' eens kon vertellen wal zich aan boord heeft afgespeeld...
die Engelsen met van boord omdat
ze nog niet klaar' waren. De ketel
stond nog niet onder druk en
misschien zat dat gat nog niet in de
bodem. Het afvuren van vuurpijlen
hoorde bij het spelletje dat ze
speelden Ze waren gewoon van
plan om met hun eigen sloep van
boord te gaan, waarbij ze in de
mening verkeerden dat de plek waar
ze aan de grond zaten een uitloper
van de Vliehors was. Er bevonden
(en bevinden) zich tussen de
zandbank en de Vliehors nog een
paar gevaarlijke geulen.'
Een, in de kaartenkamer van het
schip, aangetroffen zeekaart lijkt
deze mening te bevestigen: op deze
kaart waren op de plaats van de
stranding en het reddingshuisje op
de Vliehors potloodkruisen qete-
kend.
Expres
Ook in de landelijke pers kreeg deze
ramp de nodige aandacht. Details
zoals de hierboven beschreven
oorzaken van die ramp werden
echter minder uitvoerig omschre
ven. Op de vraag aan Buis waarom
De oud-Texelse dominee Hendrik
Belting heeft zich het lot aangetrok
ken van gedupeerde varkens
houders. Het agrarisch weekblad De
Boerderij verhaalt hoe de predikant
zich, samen met twee collega's, ver
diept in de landbouwproblematiek.
'Vanuit de kerk is er vaak genoeg
aandacht voor milieuproblemen,
waarbij de boeren altijd de zwarte
piet krijgen toegespeeld. Maar wij
als dominees hebben te maken met
de boer als mens.'
Verdere correspondentie met an
dere betrokkenen in de verzekerings
wereld bleef ook zonder enig
resultaat. Wel gaf de woordvoerder
van Lloyd's enige jaren geleden te
kennen gevoelsmatig te vermoeden
dat Strubin waarschijnlijk geen
succes heeft gehad met een claim
bij de mogelijke verzekeraar.
Doodschouw
In de namiddag van de 18e januari
arriveerde de reddingboot vanaf
Vlieland op Texel met aan boord de
tien lijken van de omgekomen
bemanning. Het proces verbaal
meldt hierover o.a.: 'Bovenbedoelde
personen, die allen behoorlyk
gekleed waren en waarvan negen
waren voorzien van een zwemvest,
zyn door ons in tegenwoordigheid
van Dokter Westerhuis, die de
doodschouw verrichtte, gefouilleerd
in het gebouw van de reddingboot
Eierland. Op al deze personen
werden door ons papieren en
bescheiden gevonden, waardoor het
mogelyk was de namen en identiteit
vast te stellen.'
Vervolgens volgt een opgave van de
aangetroffen papieren en voorwer
pen zoals vulpennen, foto's, geld,
tabakspijpen, brillen, horloges enz.
Ook werd er een aantal brieven
gevonden welke de zeelieden veilig
hadden opgeborgen in een hoekje
van hun portefeuille. Brieven aan
hun „Dear Boy" van „Dad and
Mum". En een aan haar „Dear
Husband" „From your loving wife
and children". 'Ik mis je zoo', zo
schrijft een ander vrouwtje. 'Jammer
dat je door de mist niet tijdig thuis
kon komen om bij ons de
Kerstdagen door te brengen. Ik hoop
je spoedig weer te zien en wensch je
alvast een voorspoedig en gelukkig
nieuwjaar...'
Plechtig afscheid aan boord van een beurtschip in de Oudeschilder haven.
last aan boord te nemen. Omstreeks
twaalf uur komen de auto's van de
Cocksdorp op het haventerrein aan
Onder het spelen van de Marche
Funebre. van Walach. brengen de
schipperen roeiers de kisten naar de
baar. Het is een aangrijpend
moment; menigeen pinkt een traan
weg en nu en dan is een luide snik
hoorbaar, ledereen is diep bewogen
Tien lijken worden opgebaard. Een
zwart kleed en de Engetsche vlag
onttrekken straks de kisten aan het
oog Twee groote kransen, opval
lend mooi met hun jeugdig groen en
forsche Aronskelken, worden aan
gedragen. Het zijn de stoffelijke
blijken van innige deelneming van
Texelsche gemeentebestuur, mede
namens Texelsch gansche bevol
king, en van de NZHRM
Eenige oogenblikken van diepe
stilte volgen, slechts verbroken door
der Natur" van Ludwig von
hoven horen, waarna de kisten
boord worden gedragen en opm
met rouwkleed, vlag en
worden gedekt. Onder het s
van Psalm 42 verlaat i
motorschip de haven Een la
groet. Hoofden worden ontt
Zeer spoedig is het schip
havenmond uit. Daar kiest het
tegen de stijve wind en de klotsi
golven in, nageoogd
duizendkoppige menigte, die
samengestroomd op havenhoo!
dijk. Zo heeft Texel op waai
wijze afscheid genomen van
Engelse zeelieden en hun
geheim.
Archief: Klaas Uitgeest
Copyright: A.S. 24-01-99 ter
Precies 65 jaar geleden, januari
1934, strandde het Engelse
stoomschip 'Oakford' op de
Texelse kust. Na enige dagen
kwam de geruchtenstroom op
gang over de oorzaak van deze
ramp, die het leven kostte aan tien
zeelieden. Eerst werd aangeno
men dat de krachtige zuidwester
storm en het slechte zicht de
'Oakford', op weg van Gent naar
Delfzijl, parten hadden gespeeld.
Later kreeg dit vermoeden echter
een totaal andere wending...
Op de 17de januari van dat jaar was
het, zoals gebruikelijk in die maand,
rottig weer. Een harde bries rukte
aan de toren van kustwacht
Eierland. Om zes uur die avond, op
de helft van zijn wacht dus, was de
het water er uit krijgen. Dan maar keken slechts en beperkten zich tot
weer proberen Zoo ging het door. merkwaardig stilzwijgen. Op het
Uren achtereen hadden we gewor- haast smekende verzoek van de
steld en eindelijk, ja, daar grijpt een reddingboot-bemanning om een tros
hooge golf ons beet. Die smijt ons ^oe *e 900ien' werd niet gereageerd
met zoo een kracht tegen de en na een Paar minuten verdwenen
Oakford aan, dat wij dachten dat wij z'iweer 'n Je accommodatie van het
middendoor gingen Toen gebeurde aan grond bonkende schip,
er iets, wat ik nooit heb meege- Even later verscheen opnieuw een
maakt Aan boord stonden ze niet zeeman in een deuropening Op de
klaar om ons een touw toe te gooien, vragen die hem vanuit de redding-
Dat ts toch het eerste wat je doet.' boot werden toegeroepen reageerde
De schipper vervolgt zijn relaas: 9°^ ^'1 n'e* en si°n9- schijnbaar
'Huizenhooge golven sloegen over onbewogen, van zijn tabakspijp te
het schip heen en ook over onze genieten. Een ander bemanningslid
reddingboot. Boven op de brug. als 9ie naar de railing liep. kennelijk om
twee schimmen, zagen we twee 9e redders iets duidelijk te maken,
mannen staan. We schreeuwden en werd door zijn collega's teruggeroe-
riepen, maar het gaf niets. Wij pen, waarna allen opnieuw onderdeks
begrepen er niets van. Ze hadden verdwenen Hierop wierp de'Eierland'
toch om hulp geroepen? Nou. die een dreg uit en lag zo enige tijd
langszij Daar het vallend water was
en de reddingboot al enige malen
aan de grond had gestoten zocht de
vertwijfelde bemanning na een half
uur dieper water op en bleef ze
afwachten.
Het gestrande stoomschip 'Oakford' lag hoog op een zandbank in de Noordzee. In de verte de Eierlandse vuurtoren, toen nog
grote duinenrij ervoor.
Na identificatie werden de lichamen
overgebracht naar het lijkenhuisje
op de begraafplaats van De
Cocksdorp. De volgende dag
werden de lijken ter plaatse gekist
en overgebracht naar de garage van
J Barends en op de 20ste vervoerd
naar de haven van Oudeschild om
via Amsterdam te worden overge
bracht naar Engeland.
Diepe rouw
Texelsche Courant deed in januari
1934 uitgebreid verslag van de
rouwplechtigheid op de haven van
Oudeschild. Hier een fragment.
Des morgens omstreeks half 12
verlaten twee vrachtauto's De
Cocksdorp Op de eén zes. op de
andere vier kisten, alle door een
zwart kleed overdekt. De belang
stelling is bijzonder groot leder leeft
mee Schipper Van der Kooij en de
roeiers van de Eierland" vergezel
len de auto's met haar droeve last
naar de haven. Waar de wagens de
dorpen passeren, wordt grote
belangstelling getoond. Ook langs
de weg. En het zijn er velen, die het
hoofd ontblooten. wanneer de
wagens voorbij rijden
Inmiddels zijn op het haventerrein
voor het TESO-gebouw voorberei
dingen getroffen voor de eenvou
dige. maar niettemin aangrijpende
plechtigheid, welke daar zal plaats
vinden. Langs alle wegen bewegen
zich belangstellenden in de richting
van Oudeschild. veel wandelaars en
auto's en fietsen zonder tal. Een
enorme menigte stelt zich in een
doodse stilte op. Politie zorgt er
voor, dat allen op eerbiedwaardig
afstand blijven van de plaats, waar
de kisten zullen worden opgebaard.
Het weer is vrij slecht. Er waait een
koude, gure bries. Regen dreigt. De
loodgrijze lucht voorspelt weinig
goeds. Ze wekt gedachten aan ruw
weer. aan storm misschien. De
stroom van belangstellenden houdt
aan Geen plaatsje is bijkans meer
te bemachtigen. Texelsch Fanfare
en zijn directeur Joh. Dol stelt zich
op. Met spanning wacht ieder af.
Op de vele visschersschuiten in de
haven waait de vlag halfstok, ook
die op het motorschip van Zuide-
wmd, dat gereed ligt om de droeve
het krijschen van een meeuw,
klotsen van het water tegen
wallekant Dan neemt
Oort het woord. Er
aandacht. Burgemeester
als volgt 'Angstig staren wij
de Eierlandsche vuurtoren naar»
licht op zee, dat in de lange, donki
nacht steeds zichtbaar blijft. In gij
spanning wordt elk lichtsignaal J
het in nood verkerende
waargenomen. Zou er
zijnZou onze reddingboot o
komen, of zou zijzelf ten onder
in de ongelijke strijd tegen
woedende elementen? Het h
woord op die talrijke vragen bil
Reddingboot en gestrand schip in
beeld
uren lang uit. totdat eindelijk 9
reddingboot Eierland het ben59'
bracht: „De bemanning wil het scim
niet verlaten." Was- het btxM
plichtsbetrachting, of vertrouwM
zij de kleine reddingboot niet B
waanden zij zich veiliger op e/jT
bodem? Het antwoord kwam n/ell
zal nooit komenbij een poging f
met eigen middelen zich te reddS
ging de bemanning ten onder; ui
eeuwig zijn haar monden gesloteg
nooit zal men weten welke dooi
strijd in die verradelijke Eierlandsd
gronden gestreden werd U.
Na de burgemeester nemen acWfl,
eenvolgens de heer De Booy Ij
dominee Plug het woord. Zij sprekt
over plichtsbetrachting, het leed n
de achterblijvende relaties van F
zeelieden en het dappere gedrag a
redders. Centraal in hun betel
staat het onbegrip over de houdtM
van de Engelse bemanning tijdem,
de reddingspogingen van
Texelaars.
Na de redevoeringen laat
muziekcorps „Die Ehre Gottes
Schipper Jaap van der Kooy van reddingboot Eierland
dienstdoende lichtwachter doende
zichzelf een bak koffie in te tappen
toen hij in het pikdonker plotseling in
het noordwesten een aantal rode
vuurballen omhoog zag komen: een
roep om hulp van een schip in
doodsnood1 Snel nam de man de
gebruikelijke maatregelen waarmee
de mensen van de motorstrand-
reddingboot 'Eierland' werden ge
waarschuwd. Na een half uur was de
hele bemanning aanwezig en begon
men de lorrie, met daarop de boot,
over de rails in de richting van het
water te duwen. Daar stuitten de
mannen op de eerste tegenslag: het
laatste getij had een strook van de
oever weggeslagen zodat eerst met
man en macht het nodige grondwerk
moest worden verricht om de rails te
verleggen.
Tegen 20.00 uur kon de boot met
haar elf mensen bestaande uit Jaap
van der Kooy (schipper), Gerard van
der Kooy (motordrijver) en Klaas van
der Kooy JznJan Bakker Gzn,
Bram Bakker, D J Bakker, Kees
Kalis. Willem Boon, Maarten Boon,
Freek Buys en Kees de Graaf
uiteindelijk vertrekken Na een
zware tocht kwamen ze drie uur later
langszij het gestrande schip.
Schipper Van der Kooy vertelt
hierover: 'Het was boos weer. Eens
greep een golf de boot beet. Ze
plonsde vol water en alle lichten
werden gedoofd. In de duisternis
ging het weer verder. Gelukkig
bedaarde het weer even. We konden
hulp was er, maar ze wilden er geen
gebruik van maken. Ineens schenen
ze van gedachten te veranderen.
Een man trachtte ons met een haak
een touw toe te steken. En hij riep:
„Aan de andere zijde komen." Dat
was makkelijker gezegd dan ge
daan. Wij riepen: „Kom er af, kom er
af." Maar of ze ons niet verstonden,
ik weet het niet. Toen greep een golf
ons en smeet ons recht voor de boeg
van het schip. Daar gaan wij, dacht
ik, maar wij kwamen er weer
bovenuit.'
Stilzwijgen
Dit 'langszij' komen werd door de
zware ebstroom, branding en
duisternis een moeilijke manoeuvre,
waarbij de ankerketting en de zware
berghoutgang van de 'Oakford' het
gevaar nog vergrootten. Na roepen
De 'Eierland' brengI de dode lichamen van
de zeelleden aan wal.
en schreeuwen van de, inmiddels
drijfnatte, redders verschenen op
nieuw een paar hoofden van
bemanningsleden boven het pot
deksel van het vrachtschip. Zij
Afschuwelijk
Die nacht bleven de 'Brandaris' en
de sleepboot 'Holland' van Doeksen
in de nabijheid van het ongelukkige
stoomschip. Geen geluid of bewe
ging aan boord van de 'Oakford'
werd waargenomen. Ook in de
dageraad nam men geen teken van
leven waar. Later die ochtend
openbaarde zich de afschuwelijke
waarheid van dat gemis aan
bedrijvigheid aan het licht: de
lichamen van alle tien bemannings
leden werden, bij hun verongelukte
sloep, aangetroffen op de Vliehors.
In de donkerte van de nacht hadden
zij, om welke reden dan ook, kans
gezien een boot te strijken en waren
hiermee op weg naar de wal gegaan,
een poging die zij allen met de dood
in het ijskoude water van de
Noordzee hadden moeten bekopen.
Drank?
'Die mensen zijn natuurlijk bezopen
geweest. En door de sporen van
drankmisbruik uit te wissen ontlie
pen ze ontslag bij de rederij', zo wist
de een. 'Ze hebben dat schip bewust
in de gronden laten lopen', vertelde
de volgende 'Met de scheepvaad
ging het in die jaren erg slecht dus
was het opstrijken van verzekerings
gelden het meest lucratief', was de
mening van de toen 25-jarige Teun
Buis uit De Cockdorp
Onderzoek, onder leiding van de
secretaris van de NZHRM. de heer
De Booy. sloot het eerste gerucht
uit: noch lege nog volle drankflessen
werden aangetroffen. Het feit dat het
schip tijdens de stranding zeer
weinig schade had opgelopen - er
was zelfs geen ruit ingeslagen en de
machineinstallatie en ook de stuur-
machine waren geheel in tact - deed
op z'n minst vreemd aan. Ook de
vondst van een aantal koffers
volgepakt met kleding, deed het
'Kom terug Geerte', luidt de titel
van het blijspel dat de Vereniging
van Oud-Leerlingen van de
Landbouwschool zaterdag op
voert in De Wielewaal en een week
later in het Eierlandsche Huis. Het
stuk vormt het toneeldebuut van
drie acteurs én van regisseur
Marc van Heerwaarden.
Het verhaal van Jan Tol draait om
een boerenfamilie, die - samen met