I
Uit ons midden weggenomen
Proberen de dood
een plaats te geven
Een vak waar je ingroeit
TEXELSE COURANT
ti|d dat zwart de verplichte kleur
s bij een begrafenis of crematie
alweer enige tijd achter ons.
tikan over rouwdiensten moeilijk
rden gesproken in de termen van
ids. 'Dingen veranderen lang-
im', weet uitvaartondernemer
Maat. 'Eén op de drie Texelaars
Itzich cremeren. Dat was in 1981
toen ik begon. En dat is nu nog
begraven of cremeren van een
efde is kennelijk een te serieus
Jerwerp om al te veel nieuwe
lachten aan te wijden,
anderingen in opvattingen over
ie de gestorvene een mooie
ste dienst bewijst, voltrekken
maar langzaam. Wie tien ver-
illende uitvaarten onder de loep
rnt, zal weliswaar kleine ver-
ien ontdekken, de overeen-
nsten zijn het grootst in aantal,
ji blijft niet alles tot in eeuwig-
d hetzelfde, want nog niet eens
(heel lang geleden was cremeren
lederland verboden en werden
jafenissen uitsluitend door man-
bezocht. 'Het stijve raakt er wat
constateert Arie Maat, die -
ist de bedrijven van Liesbeth
iperen Biem Vlaming - de groot
ste uitvaartonderneming op het
id heeft. 'Je ziet steeds minder
irt. Alles wordt lichter van kleur,
de kisten. Aan de overkant zijn
te auto's zelfs al bijna niet meer
|g krijgen. De kreet 'Texel is aars'
itook op voor uitvaarten. Steeds
irondernemers aan de overkant
.enteren zich met een
fwroom, waar mensen een kist of
in voor hun geliefde - of voor
izelf-kunnen uitzoeken. 'Ik heb
foldermateriaal om te laten zien
er is', vertelt Maat. 'En ik stap
wel eens in de auto om iemand
een begraafplaats te rijden en
leen bepaalde steen te wijzen,
zouden ze ergens anders in
Ierland weer niet zo gauw doen,
kik.'
uitzonderingen de regel beves-
n dat men op Texel tamelijk
oudend is, blijkt uit het verhaal
een jonge Texelaar die de kist
een familielid had omgetoverd
tén groot schilderij. Leven en
ld werden gesymboliseerd door
vier jaargetijden. 'De hele kist
beschilderd, behalve de onder-
[tvan de deksel. Ik vroeg toen of
niet moest. Daar ligt-ie toch
ids tegenaan te kijken. Toen
t die jongen het toch maar.
lts kan ook op Texel. De klant is
mg, natuurlijk. Maar het gaat er
meestal gemoedelijk aan toe en
kun je soms best iets zeggen,
de overkant is het veel minder
ioonlijk. Daar ben je een num-
laar of overkanter, vóór alles
t echter dat de dood een ernsti-
aangelegenheid is, waarover de
'sten zich niet graag uitlaten,
olg is dat maar weinigen weten
hen te doen staat op het
"ent dat een geliefde zijn of haar
ivoor het laatst sluit. Maat: 'Er
ten wet die je verplicht met een
uitvaartondernemer in zee te gaan.
Maar in de praktijk regelt niemand
alles zelf, omdat niemand weet wat
er allemaal moet gebeuren.'
Dat is nog heel wat en bovendien
verre van eenvoudig. Want wie heeft
ervaring in het afleggen (ontkleden,
wassen en weer aankleden) van een
gestorvene, die je bovendien bijzon
der na staat, zodat de emoties al
snel een belemmering vormen? Een
beetje hulp is dan zeer welkom.
Daarnaast moeten allerlei instanties
op de hoogte worden gebracht,
moeten familie, vrienden en beken
den via krant of rouwkaarten bericht
krijgen (Wij vervullen de droeve
plicht...) en wacht uiteraard de orga
nisatie van een uitvaart. 'Afleggen,
aangeven, thuis opbaren, dragen, in
principe mag je alles zelf doen.
Maar mensen schuiven de dood ver
voor zich uit en als het eenmaal
zover is, dan weten ze niet wat ze
moeten doen. Misschien dat één op
de tien mensen onderdelen van
begrafenis of uitvaart zelf regelt.
Maar ook in die gevallen wordt de
ondernemer gevraagd wat er pre
cies moet gebeuren.'
Voor cremeren zijn Texelaars aange
wezen op - bijvoorbeeld - het cre
matorium bij Schagen Door hun as
te laten verstrooien op Texel (dat
mag sinds kort vrijwel overal) of in
een urn thuis of op één van de
begraafplaatsen op het eiland bij te
zetten, kan toch recht worden
gedaan aan de wens van veel
Texelaars om een laatste rustplaats
op het eiland te krijgen.
Twee van elke drie mensen vinden
dat dit idee nog steeds het dichtst
wordt benaderd door het begraven.
Afgezien van de begraafplaats van
de Georgiërs op de Hogeberg, die
voor geallieerde gevallenen aan de
Kogerstraat en de bijna vergeten
dodenakker nabij de Kamerstraat in
Of het nu vroeg of laat is, geheel onverwacht, in alle rust of na een zware strijd, dood gaan
doen we allemaal. Toch zullen maar weinigen er spontaan een gesprek over beginnen. En
als het dan toch moet, dan gebruiken we liever verzachtende synoniemen als ontslapen,
heengaan of het tijdelijke voor het eeuwige verwisselen. 'Taboe is een groot woord, maar
men vermijdt er over te spreken', constateert pastor Ed Moltzer. Uitvaartondernemer Arie
Maat heeft soortgelijke ervaringen. 'Er is geen wet die je verplicht met ons in zee te gaan.
Maar in de praktijk regelt niemand alles zelf, omdat niemand weet wat er allemaal moet
gebeuren.Het zijn niet de gemakkelijkste vragen die zomaar, onaangekondigd, om een
antwoord vragen. Wanneer vraag je bijvoorbeeld een pastor zijn opwachting te maken bij
een stervende? En wat doet hij precies wanneer hij in iemands laatste ogenblikken aan
het bed verschijnt? Wat kost het huren van een graf? En hoe zoek je een steen uit die
recht doet aan iemands karakter en die bovendien een beetje past in de historische omge
ving van een Texels kerkhof? Maar ook: wordt het Arie Maat of pastor Moltzer zelf nooit
eens teveel? Beide Texelaars, voor wie leven en dood onlosmakelijk met elkaar zijn ver
bonden, belichten op deze pagina de gang van zaken vóór en na een sterfgeval.
De Koog, telt Texel negen begraaf
plaatsen waar dat nog steeds
gebeurt. Een aparte positie neemt
het kerkhof bij de NH kerk in
Oosterend in, waar de gestorvenen
alleen nog kunnen worden bijbegra-
ven, in een al bestaand graf. Wie
geen graf tot zijn beschikking heeft
en toch in Oosterend terecht wil, is
aangewezen op de Algemene
begraafplaats aan de Achtertune.
Plannen in Oudeschild en Den
Hoorn om de 'eigen' pittoreske en
daardoor zeer populaire begraaf
plaatsen te reserveren voor de
doden uit eigen dorp, zijn volgens
Maat nooit gerealiseerd. 'Je kunt in
principe op elke begraafplaats
terecht.'
De Koog is het enige dorp zonder
begraafplaats. De meeste dorpelin
gen krijgen hun laatste rustplaats op
de Algemene begraafplaats van
Den Burg. Katholieken verkiezen
vrijwel altijd de RK begraafplaats in
Den Burg. Een enkele katholiek uit
Oosterend, De Cocksdorp of
Oudeschild eindigt op de begraaf
plaats van het eigen dorp, waar
aparte hoekjes zijn gereserveerd
Dat gaat niet op voor Texels kleinste
twee dorpen. 'Ik probeer het wel
eens met een katholiek die bijvoor
beeld zijn hele leven in Den Hoorn
heeft gewoond', vertelt Maat. 'Waar
begraven, in Den Hoorn?, vraag ik
dan. Maar het antwoord is eigenlijk
altijd: Neeee. in Den Burg Toch
raar, eigenlijk.'
Om begraven te kunnen worden,
moet voor twee zaken worden
betaald: het begraafrecht en de
huur van een graf. Het begraafrecht
is een eenmalige post. De huur
wordt door een wettelijke bepaling
voor tenminste tien jaar aangegaan.
Daarna moet een keuze worden
gemaakt tussen het beëindigen van
de huur (en daarmee voor het rui
men van het graf) en voor verlen
ging ervan, voor tenminste nog
maals tien jaar. De gemeente Texel
heeft de lengte van de eerste huur-
periode op twintig jaar gesteld,
omdat op sommige plaatsen als
gevolg van de bodemgesteldheid
anders teveel stoffelijke resten zou
den moeten worden geruimd. Deze
bepaling geldt zowel voor de alge
mene begraafplaatsen (in Den Burg
en Oosterend), de katholieke fin Den
Burg), als voor die van protestantse
signatuur (in Den Hoorn, Oosterend,
Den Burg, De Waal, De Cocksdorp
en Oudeschild). Het kopen van een
graf - ooit een belangrijke oorzaak
van menig familieruzie - is niet meer
mogelijk.
De kosten zijn met overal hetzelfde
en lopen zelfs sterk uiteen. Het
goedkoopst is begraven in Den
Hoorn. Het begraafrecht is daar
gesteld op ƒ450,-, de huur bedraagt
ƒ1005,- voor twintig jaar. In
Oudeschild (ƒ650,- respectievelijk
ƒ1000,-). De Cocksdorp (ƒ260,- en
ƒ1400,-) en bij de andere kerkelijke
begraafplaatsen is men weinig
duurder uit. Wie daarentegen een
plaatsje wil op éen van beide alge
mene begraafplaatsen betaalt
ƒ1048,60 voor het recht en
ƒ2516,60 voor de huur (verlengen
met tien jaar kost daarna ƒ1258,30).
De huur van met name de algemene
begraafplaatsen is in de loop der
tijd sterk gestegen. In 1958 werd
ƒ20,- voor de eerste tien jaar en
ƒ10,- voor de volgende tien jaar
gerekend. Tien jaar later moest de
huurder ƒ100,- per tien jaar betalen
en in 1975 ƒ150,-. Daarna liep het
bedrag gestaag op. In 1992
bedroeg de huur plots ruim 200,-
méér dan in het jaar ervoor:
ƒ1233,60 om ƒ1028,-. In 1998 werd
het bedrag verhoogd naar
ƒ1258,30.
Texelaars laten zich niet of nauwe
lijks beïnvloeden door deze stijgin
gen. 'De cijfers voor begraven en
cremeren zijn al jaren dezelfde.
Maar ik kan me wel voorstellen dat
de kosten na twintig jaar een over
weging gaan vormen, wanneer je
moet kiezen tussen ruimen of ver
lengen. Zeker wanneer je een paar
graven in de familie hebt. Het
gebeurt toch maar weinig dat men
sen daar een potje voor hebben
gemaakt. Bovendien komt onher
roepelijk eens de tijd dat de herin
nering aan iemand wel erg vaag
wordt.
Tekst Joop Rommets
Foto's W. (Pip) Barnard
haartondememing Arie Maat is
'n typisch familiebedrijf, dat in
119 door de opa van de huidige
Jenaar werd gestart. De schaal
Jarop hij tachtig jaar geleden zijn
■ri deed, was bescheiden. Het
Mceren van doodskisten was
kxal bedoeld om het eigen tim-
erbedrijfje een wat steviger fun-
imenf te geven. Anno 1999 is
aal een moderne organisatie,
e' een eigen uitvaartcentrum,
3ar de mogelijkheden niet onder
ten voor die bij een collega-
'dnjf aan de overkant,
t huidige eigenaar is Arie Maat,
rit werkzaamheden in 1981
'9°n Dat hij uitvaartondernemer
'u "forden, zat er al vroeg in. 'Ik
°Ne thuis niet anders. Dat is
far 9oed ook, want dit is een
■r°ep waar je in moet groeien.
Zijn opvolger, schoonzoon Mark
Pijper, heeft dat op een andere
manier gedaan. 'Ik heb enorm
moeten wennen, ben er min of
meer bij toeval ingerold toen ik ver
kering kreeg met Jolanda, een
dochter van Arie. Mijn eerste werk
was het besturen van één van de
volgauto 's.
De werkzaamheden breidden zich
langzaam uit, maar niet als vanzelf
sprekend 'Toen ik er de eerste
keer bij was dat een overledene
werd afgelegd, heb ik vanachter de
deur toegekeken. De keer daarop
kwam ik er voorzichtig bij staan.
Nog weer later durfde ik te assiste
ren. En tenslotte werd ik bij alles
ingeschakeld. Nu is alles heel van
zelfsprekend voor me, maar ik
weet wél hoe een buitenstaander
er tegenaan kijkt.
Beiden vinden dat ze een mooi
beroep hebben. Maat: 'Het geeft
een goed gevoel dat je mensen
kunt helpen op een moment dat ze
die steun hard nodig hebben Toch
moet /e proberen een zekere
afstand te bewaren. Wij zijn er met
om geestelijke bijstand te verle
nen. Je moet niet voor dominee
willen spelen.
Maat constateert dat het stijve er
wat afraakt. Lichte kleuren zijn in
opkomst en veel mensen gaan wat
minder krampachtig met de dood
om. 'Dat kun je ook negatief uitleg
gen. Vroeger hing Teso de vlag
halfstok wanneer een dode werd
vervoerd. Dat gebeurt niet meer.
En fietsers rijden zelfs slalommend
door een begrafenisstoet. Als je er
wat van zegt, kun je een grote
mond krijgen...
Stervenden vragen hem soms wat
hen te wachten staat na hun dood.
Hij durft die vraag niet te beant
woorden, ondanks zijn achtergrond.
'Wie ben ik dat ik dat kan zeggen?
Ik wil vooral troost bieden, mis
schien kan ik bepaalde angsten
wegnemen. Maar je zult mij nooit
horen verkondigen wat er na de
dood allemaal gebeurt.' Ed Moltzer,
een priester die niet door het leven
wil gaan als autoriteit.
Eduard Moltzer is sinds ruim een
jaar pastor op Texel. Daarvoor
bekleedde hij het ambt zeven jaar
lang in Breezand, waar hij nog
steeds regelmatig de mis opdraagt.
Een onuitwisbare indruk maakte zijn
stage in Driehuis, toen hij in het cre
matorium werd geconfronteerd met
een wand waarin honderden urnen
waren bijgezet Sindsdien maakt de
dood onlosmakelijk deel uit van zijn
bestaan.
Een belangrijk facet van dat
bestaan is het begeleiden van ster
venden. 'Het moment is steeds
anders. Bij de eén word ik er in een
vroeg stadium bij geroepen, een
ander moet eerst voor zichzelf ver
werken dat hij niet meer beter
wordt. Soms is een sterfgeval
acuut, een andere keer ken ik
iemand al uit het dageli|ks leven en
maak ik zijn of haar ziekte van begin
af aan mee
Tenzij de dood zich héél plotseling
aandient, komt de pastor bij zijn
geloofsgenoten aan het bed om het
Sacrament van de ziekenzalving toe
te brengen. 'Vergelijkbaar met wat
vroeger bedienen heette. Dat is een
intiem moment. Mensen vragen om
een teken, het kan ze kracht geven.
En - heel gek - het kan ook het
moment zijn dat mensen gaan pra
ten over de dood. Dat is emotioneel,
mensen huilen dikwijls. Tegelijkertijd
kan het opluchten, soms is het
geheimzinnige er ineens af.'
Zijn rol aan het sterfbed valt niet in
een paar zinnen samen te vatten
De pastor is er in ieder geval zowel
voor de stervende als voor zijn of
haar naasten. 'Soms is een sterfge
val gewoon te zwaar voor de omge
ving Mensen zijn bang voor wat er
met hun geliefde gaat gebeuren. Je
biedt op zo'n moment vooral een
luisterend oor, probeert de dood
een plaats te geven en hun angst
weg te nemen.'
Angstig of boos is meestal ook de
stervende zelf. 'Dan stellen ze
steeds de vraag: Waarom ik? Maar
vaak zijn ze dat stadium al voorbij
en zijn ze alleen nog maar bang. Ik
bied zo iemand de gelegenheid zijn
angsten te delen. Daarvoor hoef je
er alleen maar te zijn. Vroeger was
de priester een autoriteit, die pre
cies wist te vertellen hoe het leven
na de dood er uit zag. Nu geven we
de mensen meer ruimte, kun je het
ook eens hebben over je eigen twij
fels. Pastor, wat gebeurt er straks
met me?, wordt me wel eens
gevraagd Wie ben ik dat ik dat kan
zeggen? Ik zeg er wel altijd bij dat
God de God is van de levenden. Dat
betekent niet dat Hij er niet is voor
de doden, maar dat Hij de doden
laat voortleven.'
Is de persoon in kwestie eenmaal
overleden, dan is de rol van de pas
tor niet uitgespeeld Soms moeten
zelfs de meest elementaire vragen
nog worden beantwoord. Zo ont
dekt Moltzer een enkele keer dat de
nabestaanden met weten of hun
geliefde begraven of gecremeerd
wilde worden. 'Taboe is een groot
woord, maar men vermijdt over de
dood te spreken. Toch zou het goed
zijn op de hoogte te zijn van eikaars
wensen. Want stel dat iemand plot
seling overlijdt, hoe weet je dan of je
recht doet aan zijn of haar gevoe
lens?'
Een pasklaar antwoord zal ook
Moltzer niet in petto hebben. Nog
niet eens zo lang geleden zou een
rooms-katholieke pastor op zijn
strepen gaan staan en een crematie
verboden hebben. Want eens komt
volgens de bijbel de dag dat de
doden uit hun graven opstaan en
weer levend worden en hoe zou dat
moeten met de gestorvenen die als
as zijn verstrooid7
Lees verder op pagina 11
Pastor Moltzer met de paaskaars, die bij Rooms Katholieken symbool staat voor de
wederopstanding van Christus. Tijdens een uitvaartmis dient de kaars als 'vuurbron'
voor de kaarsen die rond de kist worden ontstoken.
VRIJDAG 23 APRIL 1999