)p woensdag, mijn enige vrije dag, pas ik op de kleinkinderen
m
in
1
4
oenerige Amsterdamse
aakte snel ingeburgerd
1\an-
gespoeld
TEXELSE
COURANT'
at ik zeggen wou.
Kokkelvisserij
Waterskiën
Nieuwe directeur
voor visafslag
Zestig kilometer
bij De Cocksdorp
Botax
<linkt zo Texels als maar kan, Amsterdamse Gonda
man Samen met een vriendin kwam zij op haar mobylette
Texel en beleefde hier de veertien dagen van haar leven,
erloor haar hart aan Texel én aan een jonge Texelse post-
die van Buijsman van de aardbeien - met wie ze op 20-
e leeftijd in het huwelijk trad. Buijsman vindt het heerlijk hier,
r af en toe een dagje Amsterdam gaat er zeker nog in. Mits
tijd voor kan vinden, want vijf dagen per week is ze koe-
mor TNT-Express. Dan vaart ze over naar Den Helder om
een collega de pakjes en koffers over te nemen die voor
zijn bestemd. Daarnaast zit Buijsman in het bestuur van
ting De Zonnebloem en coördineert zij mede de jaarlijkse
ntieweek voor langdurig zieken en gehandicapten. Zelfs
aar enige vrije dag in de week zit ze niet stil. Dan is het tijd
haar kleinkinderen, waar zij vaste oppas voor is. Het ver
van 'een doenerig mens'.
n kraamkliniek in het centrum
Vnsterdam werd in 1947 een
meisje geboren, Gonda Vocht,
nstandigheden waren niet ide-
laar ouders, die een klem halt
in de Houtrijkstraat bewoon-
hadden het gedurende de oor-
iren zeer slecht gehad. Zó
t dat vader kort na de geboorte
:ijn dochter in een ziekenhuis
opgenomen, waar hi] weken-
)p het dodenkamertje lag. 'Mijn
werd in de oorlog door de be-
tewerkgesteld in Berlijn. Het
een vreselijke tijd zijn geweest,
hij heel erg ziek van was. Alles
Ikaar heeft het jaren geduurd
lat hi] de oorlogsjaren verwerkt
ïi weer een beetje de oude was.
hele periode van mi|n geboorte
»l gewoon kwijt.'
ii|n zevende verhuisden we naar
rat betere buurt, in Amsterdam
waar mijn broertje en ik een fijne
hebben gehad. We woonden
loog in de Pieter Lodewijk Tak-
een doodlopende straat met
stoepen, waar je heerlijk kon
i.'
iege de vele grachten in Amster-
zaten de kinderen van het ge-
>cht al jong op zwemles om de
digde diploma's te behalen,
la werd lid van zwemclub De
menden, waar ze wekelijks
baantjes trok. De club orgam-
iein de zomermaanden jaarlijks
«kantieweek om de Amster-
bleekneusjes gezonde buiten-
Ie bezorgen. Van de familie Smit
nel werd een stuk weiland ge-
voor een flink tentenkamp,
ouders gaven mij daar altijd
op. Dan kreeg ik een koffertje
en een tasje om mijn nek met
rood erin voor onderweg en
ik op het Museumplein op de
aar Den Helder gezet. Daar aan
ren, stapten we met een grote
kinderen op de boot, die toen
op Oudeschild voer. In Oude-
moest je je koffer in een in een
tauto leggen, wij gingen te voet
de Dennen.'
n lange wandeling kwamen de
ren aan op het kampeerterrein
an weerskanten twee rijen ten-
kan de ene kant de jongens, aan
dere de meisjes. Dat was in die
og keurig gescheiden. Er ston-
houten wc's met een emmer
je je behoeften kon doen. De
ndoos noemden ze dat. Het
ndritueel bestond uit opstaan,
ndgymnastiek, handdoek en
as|e pakken en in een rij in de
el gaan zitten tot je aan de beurt
om je te wassen. Achter een
n schutting, waar bakken met
water stonden. Eten deden we
op de grond. Echt kamperen
In ieder geval één keer werd in
gezwommen. Dan werd er bij
lerslag met touwen een stuk af-
ikend. En weer of geen weer, al-
ng lopend. 'Ik weet nog dat we
keer stromende regen hadden,
genkleding had je gewoon nog
Je werd tot op je hemd nat. We
kwamen van zo'n week ook altijd
verkouden terug. Maar wel met kleur
op de wangen. En dat was mijn eer
ste kennismaking met Texel. Drie keer
ben ik mee geweest en heb dat altijd
als heel leuk ervaren.'
Na de lagere school kwam Gonda op
de industrieschool terecht, waar ze
een opleiding voor coupeuse volgde.
In haar laatste schooljaar, beleefde ze
onverwachts een hernieuwde kennis
making met het eiland. 'Dat was in
1966 in het Pinksterweekend. Eén
van de meisjes zou met haar ouders
op Texel gaan kamperen, op Dennen
oord. Of ik zin had om mee te gaan,
met nog een paar meiden uit de klas.
Natuurlijk had ik dat, want ik had
goede herinneringen aan Texel. Het
werd heel gezellig. Lekker naar het
strand, want ik ben een echt strand-
mens.'
Dat weekend ontstond het idee om
samen met haar vriendin in de zomer
naar Texel te gaan. 'Ik was toen een
jaar of achttien. We moesten wel nog
toestemming aan onze ouders vra
gen. Nou, dat was wat... Mijn vader
hield er helemaal niet van .Zijn meisje,
alleen naar Texel?' Maar, ze kregen
het voor elkaar en werden met de
auto tot Den Helder gebracht. Op
Dennenoord werd gekampeerd. 'Het
was een piepklein tentje waar we net
met zijn tweeën in konden liggen.
Voor de tassen was geen ruimte, die
stonden buiten met plastic er om
heen. Je trok toen veel naar De Koog,
naar het strand, waar je iedere dag
andere jongelui ontmoette En wat
deed je? Liften... dat was toen heel
erg in hier.'
Ook op Dennenoord was altijd wel
iets te doen. De eigenaar, Van den
Berg, had een groot gezin en een
aantal van zijn zonen hielpen een
handje mee. Eén van die jongens was
bevriend met Bert Buijsman, de zoon
van een tuinder, die in zijn vrije tijd
altijd op de camping te vinden was en
's nachts boswandelingen organi
seerde. 'We hebben menig bos
wandeling achter Bert aangelopen.
Hartstikke leuk allemaal, we hadden
hier de veertien dagen van ons leven.'
Terug in Amsterdam was het uit met
de pret en tijd voor de serieuzere kant
van het leven. Ze was inmiddels af
gestudeerd als coupeuse en op zoek
naar een geschikte baan. Veel zin om
de hele dag op een naaiatelier te zit
ten had ze niet. 'Patroontekenen
vond ik leuker, waardoor ik uiteinde
lijk terecht kwam op de tekenkamer
van een atelier aan de Herengracht.
Leuk werk, maar doordat het in de
kelder van het gebouw zat, zag ik
helemaal geen daglicht meer.' Ze kon
er slecht tegen en solliciteerde bij
Muntheim, een grote stoffenzaak op
de Nieuwendijk, waar zij een kantoor-
en winkelfunctie kreeg. Haar vriendin,
waar zij altijd mee op pad ging, kon
er ook aan de slag.
'Het jaar erop gingen we in het voor
jaar weer naar Texel. Van ons eerst
verdiende geld hadden we beiden
een mobylette gekocht. Tentje ach-
16 mei 1967: Gonda op de mobylette. door haar (aanstaande) verloofde gekiekt tijdens een
vakantie op Texel. ifm e,n ev,rmvn
terop en rijden maar. Mijn vader had
voor de zekerheid nog een route
beschrijving meegegeven. De dag
voor Koninginnedag kwamen we
aan. We vielen met onze neus in de
boter, want er was konmginnebal in
de Oranjeboom in Den Burg. Dat was
het hier helemaal, daar moést je naar
toe. Wij ons optutten, want we waren
toch wel een beetje van die stadse
wuffen. Met een paar jongens van
Van den Berg en ook Bert gingen we
er naar toe. Dat werd de hele avond
dansen. En de mensen maar kijken.
Wat zijn dat voor Amsterdams mei
den... Dus dat had wel wat.' Keurig
om twaalf uur was het feest afgelo
pen Maar in plaats van terug te rij
den naar de camping, was het: kom
op meiden, stap in die auto, gaan we
nog even naar het strand toe.' Het
begin van een ontluikende relatie met
Bert.
'Tegen vijf uur zaten we meestal in de
Catharinahoeve. Dan aten we iets en
konden we lekker bij het open haard
vuur blijven zitten. Als een echte heer
wilde Bert mijn eten betalen. Hele
maal niet. zei ik dan. Ik had van mijn
vader geleerd: je moet voor jezelf
betalen, dan hou je het het langste
vol. Dan ben je aan niemand iets ver
schuldigd.'
'En toen,' verzucht Bui|sman, 'werd
de telefoonrekening hoog. Daar wa
ren mijn ouders met zo blij mee. Maar
op een gegeven moment ben je slim
en belde ik, zodra mijn baas zijn hie
len lichtte, op mijn werk.' In de zomer
van hetzelfde jaar keerden de vrien
dinnen terug, voor opnieuw een
warme zonnige strandvakantie. 'Bert
was toen net begonnen bij de post.
Maar als hij klaar was, dan vloog hij
op zijn brommer naar het strand, zo
dat hij een paar uurtjes bij ons,
strandliefhebsters, kon liggen tot hij
weer aan de gang moest met de vol
gende postbestelling.' Arme Bert, hij
had veel over voor zijn meisje, want
dat strand was eigenlijk niets voor
hem. 'Hij was van huis uit ook hele
maal niet gewend om zomaar op het
strand te liggen. Zo blond en blank
als hij was, verbrandde hij er levend.'
Buijsman gniffelt even: 'Wat deed hij
toen? Zijn vader had altijd lang onder
goed aan omdat hij tuinder was. Bert
had ook van dat ondergoed. En daar
kwam hij heel stoer op de brommer
mee aanzetten. Het was net een T-
shirt, maar dan wat dikker van kwali
teit. Dan verbrandde hij met zo. Wat
hebben we daar om moeten lachen.
In die periode kwam ik voor het eerst
bij Bert thuis. Hij woonde aan de
Hollewal, naast de Jozefschool.
Jeminee, een gezin met negen kinde
ren... ik had zoiets van, wat is dit? Ik
was maar één broertje gewend. Ze
hadden zeven jongens en twee meis
jes van ongeveer mijn leeftijd. Maar
ik werd leuk ontvangen en was snel
over mijn verlegenheid heen.'
Vanaf die tijd reisde ze regelmatig
naar Texel. Buijsman herinnert zich
nog goed dat zij voor de eerste keer
bij haar schoonouders logeerde.
'Moesten de twee zusjes, die op de
zolderkamer sliepen, hun bed af
staan. Want ik was gast. Die hadden
er natuurlijk dik de smoor in. Dus ik
zei. dat wil ik niet, laat mij maar ge
woon op de grond slapen. Maar ja, je
ging de winter in en het was hart
stikke koud. En van de kou moest ik
steeds naar de wc. Maar die was
buiten, dan moest ik me in het stik
donker aankleden, dus hield je het
net zolang op tot je bijna klapte. Mijn
schoonmoeder sleepte toen maar
een kruik aan en Bert gaf me geiten-
harensokken om me een beetje warm
te houden.'
Op een mooie februaridag in 1968
werd er verloofd. Officieel in Amster
dam en een week later nog een keer
voor vrienden en collega's op Texel.
'Dat was een hele drukte. En wat ik
zelf nog niet zozeer in de gaten had,
was mijn pientere moeder wel opge
vallen en die wist gelijk hoe laat het
was. Een kikkerproef wees uit dat ze
het bij het rechte eind had. Samen
wonen, zoals nu, had je in die tijd met.
Je moest trouwen zeiden ze dan. Hier
op Texel hebben ze daar een uitdruk
king voor: ye hebt het akertje laten
vallen...'
Bert ging direct achter een woning
aan. 'Ja, mooi met. Hartstikke wo
ningnood, geen huis te krijgen. De
enige oplossing was een caravan te
kopen en die op Dennenoord te
plaatsen. Hoewel het allemaal wat
versneld ging, lag de keuze om op
Texel te wonen al vast. Bert had hier
zijn werk. Ik vond het wel jammer dat
ik mijn baan moest opzeggen en mijn
ouders achterlaten. Mijn moeder
heeft mij dat nooit in dank afgeno
men. Ze had maar één dochter. En
dan zo'n end weg. Maar ja, ik was
verliefd.'
Twee maanden later trouwden ze. De
hele familie Buiisman kwam in een
bus naar Amsterdam, waar het hele
gezelschap in een rondvaartboot
plaatsnam voor een mooie tocht door
de grachten naar het raadhuis. Nadat
het huwelijk met een moderne kerk
dienst werd bezegeld, vertrok het
kersverse paar in een oud Trabantje
naar Rotterdam, voor een twee
daagse huwelijksreis. 'Dat kon nog
net, want de auto hadden we al ver
kocht en bij terugkomst op Texel zou
den we hem wegbrengen
Op Texel belandden ze inderdaad in
een caravan, middenin het bos 'Het
was net of ik aan het kamperen was.
Het was mooi weer, ik kon lekker
buiten zitten en vermaakte me wel.
Het had wel iets.' Verder had ze niet
zoveel om handen en dat maakte de
dagen soms wat lang. Maar daar had
Bert iets op bedacht. Op een avond
kwam hij thuis met iets onder zijn jas.
'Had hij een jong poesje voor me
meegenomen. En dat vond ik enig.
Mijn vader hield met van katten en
omdat we in Amsterdam tweehoog
woonden, vond hij dat je daar geen
dieren kon houden, behalve een
kanariepietje. Dat kleine poesje was
mijn eerste en vanaf die dag heb ik
nooit meer zonder poes gezeten. Ik
ben helemaal gek op die beesten.'
Ondertussen ging de tijd door, het
werd september en volgens de bere
keningen kon het met lang meer du
ren voordat de baby zich aankon
digde. 'Bert had de sleutel van de
kantine van Dennenoord zodat hij
daar de dokter kon bellen.' Midden in
de nacht was het zo ver. Ja meneer,
kreeg hij als antwoord toen hij de
dokter belde, het is de eerste, dus dat
gaat niet zo snel, bel over een poosje
nog maar eens. 'Maar ik vertrouwde
het niet, toch maar weer laten bellen.'
De dokter kwam, keek en stuurde
haar man direct weg om een zuster.
'En ondertussen beviel ik van een
gezonde zoon, die begon te brullen
toen Bert weer binnen kwam met de
zuster. Hij was net te laat.'
In de winter die daarop volgde kreeg
Buijsman het toch wat moeilijker Het
seizoen was afgelopen en het werd
stil in het bos. 'Ik denk dat ik toch wel
een beetje last van heimwee kreeg.
Ik miste mijn vriendinnen, we hadden
altijd zoveel lol met elkaar. Af en toe
logeerde ik een paar dagen bij mijn
ouders in Amsterdam, dan zocht ik ze
weer even op. Bert haalde me dan in
het weekend weer op.' Precies één
jaar woonden ze in de caravan. 'Mijn
schoonvader had een stuk grond op
de Volle Molen, waar hij zijn bedrijf
had. Daar stond een schuur die om
gebouwd was tot bungalow. Een
broer van Bert woonde erin. Het lag
op de plek waar nu de hoek
Sluyscoog-Duykerdam is. Toen die
broer er uitging, mochten wij er in en
kregen we wat meer ruimte.' Dat was
wel nodig ook, want er werd een
tweede zoon geboren. De heimwee-
gevoelens verdwenen, Buijsman had
nu afleiding genoeg. Omdat ze graag
sportte, sloot ze zich aan bij
volleybalvereniging Tevoko en raakte
ze snel ingeburgerd.
'Na twee Jaar werden er nieuwe hui
zen gebouwd waar we eventueel
voor in aanmerking kwamen. Maar
die waren voor ons gevoel nogal
duur. We besloten het te doen, maar
dan wel met logies en ontbijt erbij.' Ze
kregen een huis in de Tjakkerstraat:
'We begonnen met één slaapkamer.
Op een gegeven moment hadden we
wel acht gasten. Het was een drukke
maar gezellige tijd. We zijn ermee
gestopt toen onze derde zoon gebo
ren werd.'
Buiisman sloot zich ook aan bij het
vrouwengilde. Op het jaarlijkse uit
stapje kwam stichting De Zonne
bloem ter sprake, die jaarlijks een
vakantieweek organiseert voor lang
durig zieken en gehandicapten. 'Ze
vroegen of het niets voor mij was. Ik
raakte enthousiast en werd regelma
tig gevraagd. Nu ga ik alweer voor de
negende keer mee. En sinds vijf jaar
zit ik in het bestuur als penningmees
ter en hoofd van de huishouding in de
vakantieweek. Samen met Thea
Witte, onze voorzitter, en andere vrij
willigers organiseren we ieder jaar
een vakantieweek. Jammer is wel dat
het zo moeilijk is om op Texel ver
pleegkundige vrijwilligers te krijgen
Daar hebben we een chronisch tekort
aan. Na zo'n vakantieweek met De
Zonnebloem ben ik erg moe maar het
geeft een heel voldaan gevoel.'
Na het logies met ontbijt probeerde
Buijsman verschillende baantjes uit
Zolang het allemaal maar met haar
gezin te combineren was. Toen First
Lady, een damesmodezaak in de
Gravenstraat, haar vroeg of ze geen
naaiwerk wilde doen, bedacht ze zich
geen moment. 'Het werk werd ge
bracht en gehaald. Het ging prima,
tot de winkel van Texel verdween en
daarmee het werk stopte.' Van haar
man hoorde Buijsman dat TNT-
Express in Alkmaar op zoek was naar
iemand die op Texel pakjes kon be
zorgen, 'Daar voelde ik wel voor. Het
kwam er op neer dat je 's morgens
gebeld kon worden en dat je met de
boot over moest om pakjes en kof
fers op te halen. Dat is nu tien jaar
geleden en dat doe ik nog steeds.'
Het enige wat Buijsman lammer
vindt, is dat haar moeder weinig van
de kleinkinderen heeft kunnen zien.
De afstand was gewoon te groot. 'Dat
heeft zij heel erg gemist en mij ook
kwalijk genomen. Ze zei altijd: wacht
maar als jouw kinderen gaan stude
ren en ver weg wonen... Onze kinde
ren gingen inderdaad allemaal naar
de overkant om verder te leren, maar
zijn ook weer teruggekomen. Ze wo
nen nu allemaal hier om mij heen, in
clusief drie lieve schoondochters en
Ze zijn niet op het eiland gebo
ren en getogen, maar wonen hier
al zó lang dal ze nauwelijks meer
van een echte Texelaar zijn te
onderscheiden. Waar komen ze
vandaan en wat bracht hen er toe
zich blijvend op ons eiland te
vestigen? In de rubriek Aange
spoeld dit keer: Gonda Buijs-
man-Vocht.
drie kleinkinderen. En daar pas ik op,
op woensdag als ik mijn vrije dag
heb, en dat vind ik heerlijk. Ik zit weer
helemaal in het kleine grut.'
'Zo zie je maar, ik ben een heel
doenerig mens. Ik vind het hier op
Texel heerlijk wonen. Maar ook leuk
om af en toe nog eens terug te gaan,
want ik mis nog steeds de winkels om
lekker even te kunnen strunen. Niet
om te kopen, maar gewoon lekker
even snuffelen. Dat doe ik nog graag
hoor. Maar ik heb niet eens tijd voor
mezelf zo druk heb ik het. Nu heb ik
kleindochters en dacht ik hoi, kan ik
weer lekker naaien. Eén van mijn
schoondochters had al een keer een
tas vol lappen meegenomen. Nou
mam, nu kun je naaien. Ik zei: dat is
goed, maar je moet wel even wach
ten tot na de Zonnebloemvakantie.'
Tot haar grote- verassing ontdekte
Buijsman onlangs dat zij nog familie
leden op Texel moet hebben. 'Ik
kwam daar achter toen ik bij mijn
moeder oude ansichtkaarten van
Texel onder ogen kreeg waarvan de
afzenders allemaal Texelse namen
hebben. En omdat mijn man een
echte Texelaar is. zei hijoh, dat is die
en dat was die. Na wat gepuzzel kwa
men we erachter dat mijn overgroot
vader, de in 1861 geboren Leendert
Blom, de vader van mijn opa, hier op
Texel is getrouwd. Uiteindelijk is hij
van Texel afgegaan, maar die tak -
van de tien broers en zussen van
Leendert - woont voor een groot deel
nog hier. Dus uiteindelijk zijn er nog
heel wat mensen hier op Texel die
mogelijk familie van mij zijn. Dat
wordt op dit moment nog uitgezocht.
Misschien komt het daarom dat Texel
zo trok? Het heeft zeker zo moeten
Ingrid de Raad
Sinds tien jaar bezorgt Gonda Buijsman pakketjes op Texel voor TNT Express.
(Foto Jeroon van Hattuml
'S de secretaris producten-
"isatie kokkelvisserij die zich pas
belachelijk maakt in de ingezon-
brief in de Texelse Courant van
Ikini. Eerst wordt Natuur-
umenten bestolen, dat is door de
bewezen en daarvoor zijn de
elvissers terecht beboet. Vervol-
wordt de bestolene ook nog
beschuldigd van het geven van
1 informatie. Je moet maar dur-
Dat het vele jaren duurt voordat
bodemleven zich volledig her
geeft na het omploegen door de
banische visserij op kokkels, is
anschappelijk aangetoond. Na
seizoen onderzoek is het abso-
enmogelijk iets zinnigs over de
e termijneffecten van kokkel-
se 1e zeggen, ook al heet je TNO.
blijven ontkennen van enig ver
sussen de eidereendsterfte en
de schelpdiervisserij is gegeven de
wetenschappelijke feiten onhoud
baar. Er is geen enkel wetenschappe
lijk artikel dat aantoont dat er geen
negatief effect is van kokkelvisserij op
het bodemleven. Meneer Holstein
zou moeten ophouden met de zaken
te verdraaien: als in de wetenschap
een bepaald verband gevonden
wordt maar dit met met 100% zeker
heid kan worden bewezen, wil dat
nog niet zeggen dat dit verband niet
bestaat. En dat is steeds de redene
ring van de heer Holstein: het nega
tieve effect is niet 100% zeker, dus is
er geen effect. Wij vinden overigens,
net als Natuurmonumenten, dat in
een natuurgebied als de Waddenzee
de bewijslast gelegd moet worden bij
degene die een mogelijk schadelijke
activiteit wil uitvoeren. Laat de
kokkelvisserijsector maar bewijzen
dat ze geen schade aan het
ecosysteem toebrengt.
Wij zijn van mening dat de vermelding
dat in 2001 'sleshts' 3.5% van de
kokkels uit de Waddenzee werd op
gevist, een uiterst suggestieve en
daarmee onvolledige manier van
informatieverstrekking is. Er wordt
mee gesuggereerd dat er overal ge
noeg kokkels liggen. Waarom moes
ten de vissers dan uitgerekend in dat
beschermde stukje de kokkels uit de
grond halen? Wij weten het antwoord
wel: omdat in de westelijke Wadden
zee in 2001 het stuk bij de Schorren
een van de schaarse plekken was
waar kokkels van voldoende grootte
en in voldoende dichtheid aanwezig
waren! Precies die 'krent in de pap'
die schelpdieretende vogels ook no
dig hebben. Enorme schade voor de
natuur dus, zo'n kokkeldiefstal.
Dat de heer Holstein stelt dat de
Waddenzee geen wildernis meer is,
is helaas waar, maar daar zijn de
mosselvissers die in het verleden alle
mosselbanken hebben weggevist en
de mechanische kokkelvisserij nu
juist medeschuldig aan. Het doel van
Natuurmonumenten is om iets van
deze wildernis te bewaren of op z'n
minst terug te krijgen. In dat proces
is de tijd op het stuk wad bij de
Schorren weer tien jaar teruggezet
door een eenmalige overtreding door
de kokkelvissers.
Meer informatie over dit onderwerp
en de wetenschappelijke publicaties
die hierover verschenen zijn, zijn te
vinden op www.wildekokkels.nl.
Bernard Spaans en
Jeroen Reneerkens,
waddenonderzoekers bij het
Koninklijk NIOZ.
Waterskivereniging Texel houdt in de
maanden juli en augustus iedere
woensdag een clubavond. Naast le
den zijn ook anderen die het leuk vin
den eens te waterskiën welkom. De
waterskiërs zijn actief in het snelvaar-
gebied ten zuiden van de havenmond
van Oudeschild. In de clubcaravan -
op de dijk voor het havenkantoor -
kunnen ski's, pakken en zwemvesten
worden geleend. Daar wordt ook alle
gewenste informatie verstrekt over
het lidmaatschap. Voor vragen kan
eveneens gebeld worden naar
Maurice Riemens, tel. 317703. Mailen
kan ook: maurice.riemens@hetnet.nl.
Wanneer het hard waait en de golf
slag te hoog is, wordt de clubavond
afgelast.
Aan het eind van dit jaar volgt Pim
Visser (45) van de gelijknamige
scheepswerf in Den Helder Jaap
Zwartveld op als directeur van de
Coöperatieve Visafslag Den Hel-
der-Texel U.A. Zwartveld is direc
teur sinds 1990 en legt zijn functie
neer wegens het bereiken van de
pensioengerechtigde leeftijd.
Pim Visser studeerde bedrijfskunde
in Nijenrode en in Delft en treedt per
1 oktober in dienst. Per 1 december
neemt hij de functie van directeur
over. Tezelfdertijd wordt hij dan direc
teur van de Coöperatieve Visafslag
Den Oever U.A. en van het vis-
verwerkingsbedrijf Fresh Fish, een
joint venture waarin de Helderse vis
afslag participeert Functies die nu
ook door Zwartveld worden bekleed
De Helderse visafslag heeft onder
leiding van Jaap Zwartveld een voor
aanstaande positie verworven. Qua
omzet is zij, op Urk na, de grootste
van Nederland. Zwartveld heeft des
tijds een belangrijke rol gespeeld bij
de verzelfstandiging van de gemeen
telijke visafslag en aansluitend de
nieuwbouw van het complex aan Het
Nieuwe Diep. Om deze vooraan
staande positie te behouden en te
versterken, staat de afslag aan de
vooravond van een heroriëntering op
nieuwe markten. Bij het zoeken naar
een nieuwe directeur is gezocht naar
een kandidaat wiens capaciteiten en
vaardigheden goed bij deze taak aan
sluiten. Visser zelf vindt dat hij, na
twintig jaar werkzaam te zijn geweest
in de scheepsbouwsector, toe is aan
een nieuwe uitdaging.
Op een deel van Postweg en de
Vuurtorenweg bij De Cocksdorp is
de maximumsnelheid verlaagd van
tachtig naar zestig kilometer. De
beperking geldt op het deel tussen
de Hollandseweg en de Langeveld-
straat.
Gemeentewerken heeft vorige week
diverse nieuwe borden geplaatst die
de nieuwe maximum snelheid aange
ven. De gemeente komt daarmee te
gemoet aan een verzoek van inwo
ners van Rio Grande langs de
Postweg. De dorpscommissie had
burgemeester en wethouders er
eveneens om gevraagd. De Overleg
groep Verkeerszaken adviseerde dat
het goed was de snelheid te beper
ken Volgens een woordvoerder van
de gemeente is dat niet alleen van
wege de bebouwing gebeurd, maar
ook vanwege de diverse uitvals
wegen op de weg. Donderdag wer
den ook de zogeheten 'psycho-
bremsen' op de weg aangebracht.
Dat zijn witte strepen die de automo
bilist laten voelen dat hij gas moet
terugnemen.
Taxibedrijf Botax rijdt nog wel met
haar nieuwe taxibus op De Koog. In
de krant van vorige week werd abu
sievelijk vermeld dat het bedrijf de
taxi uit voorzorg helemaal niet zou in
zetten op het stranddorp om vernie
lingen te voorkomen.