)p woensdag, mijn enige vrije dag, pas ik op de kleinkinderen m in 1 4 oenerige Amsterdamse aakte snel ingeburgerd 1\an- gespoeld TEXELSE COURANT' at ik zeggen wou. Kokkelvisserij Waterskiën Nieuwe directeur voor visafslag Zestig kilometer bij De Cocksdorp Botax <linkt zo Texels als maar kan, Amsterdamse Gonda man Samen met een vriendin kwam zij op haar mobylette Texel en beleefde hier de veertien dagen van haar leven, erloor haar hart aan Texel én aan een jonge Texelse post- die van Buijsman van de aardbeien - met wie ze op 20- e leeftijd in het huwelijk trad. Buijsman vindt het heerlijk hier, r af en toe een dagje Amsterdam gaat er zeker nog in. Mits tijd voor kan vinden, want vijf dagen per week is ze koe- mor TNT-Express. Dan vaart ze over naar Den Helder om een collega de pakjes en koffers over te nemen die voor zijn bestemd. Daarnaast zit Buijsman in het bestuur van ting De Zonnebloem en coördineert zij mede de jaarlijkse ntieweek voor langdurig zieken en gehandicapten. Zelfs aar enige vrije dag in de week zit ze niet stil. Dan is het tijd haar kleinkinderen, waar zij vaste oppas voor is. Het ver van 'een doenerig mens'. n kraamkliniek in het centrum Vnsterdam werd in 1947 een meisje geboren, Gonda Vocht, nstandigheden waren niet ide- laar ouders, die een klem halt in de Houtrijkstraat bewoon- hadden het gedurende de oor- iren zeer slecht gehad. Zó t dat vader kort na de geboorte :ijn dochter in een ziekenhuis opgenomen, waar hi] weken- )p het dodenkamertje lag. 'Mijn werd in de oorlog door de be- tewerkgesteld in Berlijn. Het een vreselijke tijd zijn geweest, hij heel erg ziek van was. Alles Ikaar heeft het jaren geduurd lat hi] de oorlogsjaren verwerkt ïi weer een beetje de oude was. hele periode van mi|n geboorte »l gewoon kwijt.' ii|n zevende verhuisden we naar rat betere buurt, in Amsterdam waar mijn broertje en ik een fijne hebben gehad. We woonden loog in de Pieter Lodewijk Tak- een doodlopende straat met stoepen, waar je heerlijk kon i.' iege de vele grachten in Amster- zaten de kinderen van het ge- >cht al jong op zwemles om de digde diploma's te behalen, la werd lid van zwemclub De menden, waar ze wekelijks baantjes trok. De club orgam- iein de zomermaanden jaarlijks «kantieweek om de Amster- bleekneusjes gezonde buiten- Ie bezorgen. Van de familie Smit nel werd een stuk weiland ge- voor een flink tentenkamp, ouders gaven mij daar altijd op. Dan kreeg ik een koffertje en een tasje om mijn nek met rood erin voor onderweg en ik op het Museumplein op de aar Den Helder gezet. Daar aan ren, stapten we met een grote kinderen op de boot, die toen op Oudeschild voer. In Oude- moest je je koffer in een in een tauto leggen, wij gingen te voet de Dennen.' n lange wandeling kwamen de ren aan op het kampeerterrein an weerskanten twee rijen ten- kan de ene kant de jongens, aan dere de meisjes. Dat was in die og keurig gescheiden. Er ston- houten wc's met een emmer je je behoeften kon doen. De ndoos noemden ze dat. Het ndritueel bestond uit opstaan, ndgymnastiek, handdoek en as|e pakken en in een rij in de el gaan zitten tot je aan de beurt om je te wassen. Achter een n schutting, waar bakken met water stonden. Eten deden we op de grond. Echt kamperen In ieder geval één keer werd in gezwommen. Dan werd er bij lerslag met touwen een stuk af- ikend. En weer of geen weer, al- ng lopend. 'Ik weet nog dat we keer stromende regen hadden, genkleding had je gewoon nog Je werd tot op je hemd nat. We kwamen van zo'n week ook altijd verkouden terug. Maar wel met kleur op de wangen. En dat was mijn eer ste kennismaking met Texel. Drie keer ben ik mee geweest en heb dat altijd als heel leuk ervaren.' Na de lagere school kwam Gonda op de industrieschool terecht, waar ze een opleiding voor coupeuse volgde. In haar laatste schooljaar, beleefde ze onverwachts een hernieuwde kennis making met het eiland. 'Dat was in 1966 in het Pinksterweekend. Eén van de meisjes zou met haar ouders op Texel gaan kamperen, op Dennen oord. Of ik zin had om mee te gaan, met nog een paar meiden uit de klas. Natuurlijk had ik dat, want ik had goede herinneringen aan Texel. Het werd heel gezellig. Lekker naar het strand, want ik ben een echt strand- mens.' Dat weekend ontstond het idee om samen met haar vriendin in de zomer naar Texel te gaan. 'Ik was toen een jaar of achttien. We moesten wel nog toestemming aan onze ouders vra gen. Nou, dat was wat... Mijn vader hield er helemaal niet van .Zijn meisje, alleen naar Texel?' Maar, ze kregen het voor elkaar en werden met de auto tot Den Helder gebracht. Op Dennenoord werd gekampeerd. 'Het was een piepklein tentje waar we net met zijn tweeën in konden liggen. Voor de tassen was geen ruimte, die stonden buiten met plastic er om heen. Je trok toen veel naar De Koog, naar het strand, waar je iedere dag andere jongelui ontmoette En wat deed je? Liften... dat was toen heel erg in hier.' Ook op Dennenoord was altijd wel iets te doen. De eigenaar, Van den Berg, had een groot gezin en een aantal van zijn zonen hielpen een handje mee. Eén van die jongens was bevriend met Bert Buijsman, de zoon van een tuinder, die in zijn vrije tijd altijd op de camping te vinden was en 's nachts boswandelingen organi seerde. 'We hebben menig bos wandeling achter Bert aangelopen. Hartstikke leuk allemaal, we hadden hier de veertien dagen van ons leven.' Terug in Amsterdam was het uit met de pret en tijd voor de serieuzere kant van het leven. Ze was inmiddels af gestudeerd als coupeuse en op zoek naar een geschikte baan. Veel zin om de hele dag op een naaiatelier te zit ten had ze niet. 'Patroontekenen vond ik leuker, waardoor ik uiteinde lijk terecht kwam op de tekenkamer van een atelier aan de Herengracht. Leuk werk, maar doordat het in de kelder van het gebouw zat, zag ik helemaal geen daglicht meer.' Ze kon er slecht tegen en solliciteerde bij Muntheim, een grote stoffenzaak op de Nieuwendijk, waar zij een kantoor- en winkelfunctie kreeg. Haar vriendin, waar zij altijd mee op pad ging, kon er ook aan de slag. 'Het jaar erop gingen we in het voor jaar weer naar Texel. Van ons eerst verdiende geld hadden we beiden een mobylette gekocht. Tentje ach- 16 mei 1967: Gonda op de mobylette. door haar (aanstaande) verloofde gekiekt tijdens een vakantie op Texel. ifm e,n ev,rmvn terop en rijden maar. Mijn vader had voor de zekerheid nog een route beschrijving meegegeven. De dag voor Koninginnedag kwamen we aan. We vielen met onze neus in de boter, want er was konmginnebal in de Oranjeboom in Den Burg. Dat was het hier helemaal, daar moést je naar toe. Wij ons optutten, want we waren toch wel een beetje van die stadse wuffen. Met een paar jongens van Van den Berg en ook Bert gingen we er naar toe. Dat werd de hele avond dansen. En de mensen maar kijken. Wat zijn dat voor Amsterdams mei den... Dus dat had wel wat.' Keurig om twaalf uur was het feest afgelo pen Maar in plaats van terug te rij den naar de camping, was het: kom op meiden, stap in die auto, gaan we nog even naar het strand toe.' Het begin van een ontluikende relatie met Bert. 'Tegen vijf uur zaten we meestal in de Catharinahoeve. Dan aten we iets en konden we lekker bij het open haard vuur blijven zitten. Als een echte heer wilde Bert mijn eten betalen. Hele maal niet. zei ik dan. Ik had van mijn vader geleerd: je moet voor jezelf betalen, dan hou je het het langste vol. Dan ben je aan niemand iets ver schuldigd.' 'En toen,' verzucht Bui|sman, 'werd de telefoonrekening hoog. Daar wa ren mijn ouders met zo blij mee. Maar op een gegeven moment ben je slim en belde ik, zodra mijn baas zijn hie len lichtte, op mijn werk.' In de zomer van hetzelfde jaar keerden de vrien dinnen terug, voor opnieuw een warme zonnige strandvakantie. 'Bert was toen net begonnen bij de post. Maar als hij klaar was, dan vloog hij op zijn brommer naar het strand, zo dat hij een paar uurtjes bij ons, strandliefhebsters, kon liggen tot hij weer aan de gang moest met de vol gende postbestelling.' Arme Bert, hij had veel over voor zijn meisje, want dat strand was eigenlijk niets voor hem. 'Hij was van huis uit ook hele maal niet gewend om zomaar op het strand te liggen. Zo blond en blank als hij was, verbrandde hij er levend.' Buijsman gniffelt even: 'Wat deed hij toen? Zijn vader had altijd lang onder goed aan omdat hij tuinder was. Bert had ook van dat ondergoed. En daar kwam hij heel stoer op de brommer mee aanzetten. Het was net een T- shirt, maar dan wat dikker van kwali teit. Dan verbrandde hij met zo. Wat hebben we daar om moeten lachen. In die periode kwam ik voor het eerst bij Bert thuis. Hij woonde aan de Hollewal, naast de Jozefschool. Jeminee, een gezin met negen kinde ren... ik had zoiets van, wat is dit? Ik was maar één broertje gewend. Ze hadden zeven jongens en twee meis jes van ongeveer mijn leeftijd. Maar ik werd leuk ontvangen en was snel over mijn verlegenheid heen.' Vanaf die tijd reisde ze regelmatig naar Texel. Buijsman herinnert zich nog goed dat zij voor de eerste keer bij haar schoonouders logeerde. 'Moesten de twee zusjes, die op de zolderkamer sliepen, hun bed af staan. Want ik was gast. Die hadden er natuurlijk dik de smoor in. Dus ik zei. dat wil ik niet, laat mij maar ge woon op de grond slapen. Maar ja, je ging de winter in en het was hart stikke koud. En van de kou moest ik steeds naar de wc. Maar die was buiten, dan moest ik me in het stik donker aankleden, dus hield je het net zolang op tot je bijna klapte. Mijn schoonmoeder sleepte toen maar een kruik aan en Bert gaf me geiten- harensokken om me een beetje warm te houden.' Op een mooie februaridag in 1968 werd er verloofd. Officieel in Amster dam en een week later nog een keer voor vrienden en collega's op Texel. 'Dat was een hele drukte. En wat ik zelf nog niet zozeer in de gaten had, was mijn pientere moeder wel opge vallen en die wist gelijk hoe laat het was. Een kikkerproef wees uit dat ze het bij het rechte eind had. Samen wonen, zoals nu, had je in die tijd met. Je moest trouwen zeiden ze dan. Hier op Texel hebben ze daar een uitdruk king voor: ye hebt het akertje laten vallen...' Bert ging direct achter een woning aan. 'Ja, mooi met. Hartstikke wo ningnood, geen huis te krijgen. De enige oplossing was een caravan te kopen en die op Dennenoord te plaatsen. Hoewel het allemaal wat versneld ging, lag de keuze om op Texel te wonen al vast. Bert had hier zijn werk. Ik vond het wel jammer dat ik mijn baan moest opzeggen en mijn ouders achterlaten. Mijn moeder heeft mij dat nooit in dank afgeno men. Ze had maar één dochter. En dan zo'n end weg. Maar ja, ik was verliefd.' Twee maanden later trouwden ze. De hele familie Buiisman kwam in een bus naar Amsterdam, waar het hele gezelschap in een rondvaartboot plaatsnam voor een mooie tocht door de grachten naar het raadhuis. Nadat het huwelijk met een moderne kerk dienst werd bezegeld, vertrok het kersverse paar in een oud Trabantje naar Rotterdam, voor een twee daagse huwelijksreis. 'Dat kon nog net, want de auto hadden we al ver kocht en bij terugkomst op Texel zou den we hem wegbrengen Op Texel belandden ze inderdaad in een caravan, middenin het bos 'Het was net of ik aan het kamperen was. Het was mooi weer, ik kon lekker buiten zitten en vermaakte me wel. Het had wel iets.' Verder had ze niet zoveel om handen en dat maakte de dagen soms wat lang. Maar daar had Bert iets op bedacht. Op een avond kwam hij thuis met iets onder zijn jas. 'Had hij een jong poesje voor me meegenomen. En dat vond ik enig. Mijn vader hield met van katten en omdat we in Amsterdam tweehoog woonden, vond hij dat je daar geen dieren kon houden, behalve een kanariepietje. Dat kleine poesje was mijn eerste en vanaf die dag heb ik nooit meer zonder poes gezeten. Ik ben helemaal gek op die beesten.' Ondertussen ging de tijd door, het werd september en volgens de bere keningen kon het met lang meer du ren voordat de baby zich aankon digde. 'Bert had de sleutel van de kantine van Dennenoord zodat hij daar de dokter kon bellen.' Midden in de nacht was het zo ver. Ja meneer, kreeg hij als antwoord toen hij de dokter belde, het is de eerste, dus dat gaat niet zo snel, bel over een poosje nog maar eens. 'Maar ik vertrouwde het niet, toch maar weer laten bellen.' De dokter kwam, keek en stuurde haar man direct weg om een zuster. 'En ondertussen beviel ik van een gezonde zoon, die begon te brullen toen Bert weer binnen kwam met de zuster. Hij was net te laat.' In de winter die daarop volgde kreeg Buijsman het toch wat moeilijker Het seizoen was afgelopen en het werd stil in het bos. 'Ik denk dat ik toch wel een beetje last van heimwee kreeg. Ik miste mijn vriendinnen, we hadden altijd zoveel lol met elkaar. Af en toe logeerde ik een paar dagen bij mijn ouders in Amsterdam, dan zocht ik ze weer even op. Bert haalde me dan in het weekend weer op.' Precies één jaar woonden ze in de caravan. 'Mijn schoonvader had een stuk grond op de Volle Molen, waar hij zijn bedrijf had. Daar stond een schuur die om gebouwd was tot bungalow. Een broer van Bert woonde erin. Het lag op de plek waar nu de hoek Sluyscoog-Duykerdam is. Toen die broer er uitging, mochten wij er in en kregen we wat meer ruimte.' Dat was wel nodig ook, want er werd een tweede zoon geboren. De heimwee- gevoelens verdwenen, Buijsman had nu afleiding genoeg. Omdat ze graag sportte, sloot ze zich aan bij volleybalvereniging Tevoko en raakte ze snel ingeburgerd. 'Na twee Jaar werden er nieuwe hui zen gebouwd waar we eventueel voor in aanmerking kwamen. Maar die waren voor ons gevoel nogal duur. We besloten het te doen, maar dan wel met logies en ontbijt erbij.' Ze kregen een huis in de Tjakkerstraat: 'We begonnen met één slaapkamer. Op een gegeven moment hadden we wel acht gasten. Het was een drukke maar gezellige tijd. We zijn ermee gestopt toen onze derde zoon gebo ren werd.' Buiisman sloot zich ook aan bij het vrouwengilde. Op het jaarlijkse uit stapje kwam stichting De Zonne bloem ter sprake, die jaarlijks een vakantieweek organiseert voor lang durig zieken en gehandicapten. 'Ze vroegen of het niets voor mij was. Ik raakte enthousiast en werd regelma tig gevraagd. Nu ga ik alweer voor de negende keer mee. En sinds vijf jaar zit ik in het bestuur als penningmees ter en hoofd van de huishouding in de vakantieweek. Samen met Thea Witte, onze voorzitter, en andere vrij willigers organiseren we ieder jaar een vakantieweek. Jammer is wel dat het zo moeilijk is om op Texel ver pleegkundige vrijwilligers te krijgen Daar hebben we een chronisch tekort aan. Na zo'n vakantieweek met De Zonnebloem ben ik erg moe maar het geeft een heel voldaan gevoel.' Na het logies met ontbijt probeerde Buijsman verschillende baantjes uit Zolang het allemaal maar met haar gezin te combineren was. Toen First Lady, een damesmodezaak in de Gravenstraat, haar vroeg of ze geen naaiwerk wilde doen, bedacht ze zich geen moment. 'Het werk werd ge bracht en gehaald. Het ging prima, tot de winkel van Texel verdween en daarmee het werk stopte.' Van haar man hoorde Buijsman dat TNT- Express in Alkmaar op zoek was naar iemand die op Texel pakjes kon be zorgen, 'Daar voelde ik wel voor. Het kwam er op neer dat je 's morgens gebeld kon worden en dat je met de boot over moest om pakjes en kof fers op te halen. Dat is nu tien jaar geleden en dat doe ik nog steeds.' Het enige wat Buijsman lammer vindt, is dat haar moeder weinig van de kleinkinderen heeft kunnen zien. De afstand was gewoon te groot. 'Dat heeft zij heel erg gemist en mij ook kwalijk genomen. Ze zei altijd: wacht maar als jouw kinderen gaan stude ren en ver weg wonen... Onze kinde ren gingen inderdaad allemaal naar de overkant om verder te leren, maar zijn ook weer teruggekomen. Ze wo nen nu allemaal hier om mij heen, in clusief drie lieve schoondochters en Ze zijn niet op het eiland gebo ren en getogen, maar wonen hier al zó lang dal ze nauwelijks meer van een echte Texelaar zijn te onderscheiden. Waar komen ze vandaan en wat bracht hen er toe zich blijvend op ons eiland te vestigen? In de rubriek Aange spoeld dit keer: Gonda Buijs- man-Vocht. drie kleinkinderen. En daar pas ik op, op woensdag als ik mijn vrije dag heb, en dat vind ik heerlijk. Ik zit weer helemaal in het kleine grut.' 'Zo zie je maar, ik ben een heel doenerig mens. Ik vind het hier op Texel heerlijk wonen. Maar ook leuk om af en toe nog eens terug te gaan, want ik mis nog steeds de winkels om lekker even te kunnen strunen. Niet om te kopen, maar gewoon lekker even snuffelen. Dat doe ik nog graag hoor. Maar ik heb niet eens tijd voor mezelf zo druk heb ik het. Nu heb ik kleindochters en dacht ik hoi, kan ik weer lekker naaien. Eén van mijn schoondochters had al een keer een tas vol lappen meegenomen. Nou mam, nu kun je naaien. Ik zei: dat is goed, maar je moet wel even wach ten tot na de Zonnebloemvakantie.' Tot haar grote- verassing ontdekte Buijsman onlangs dat zij nog familie leden op Texel moet hebben. 'Ik kwam daar achter toen ik bij mijn moeder oude ansichtkaarten van Texel onder ogen kreeg waarvan de afzenders allemaal Texelse namen hebben. En omdat mijn man een echte Texelaar is. zei hijoh, dat is die en dat was die. Na wat gepuzzel kwa men we erachter dat mijn overgroot vader, de in 1861 geboren Leendert Blom, de vader van mijn opa, hier op Texel is getrouwd. Uiteindelijk is hij van Texel afgegaan, maar die tak - van de tien broers en zussen van Leendert - woont voor een groot deel nog hier. Dus uiteindelijk zijn er nog heel wat mensen hier op Texel die mogelijk familie van mij zijn. Dat wordt op dit moment nog uitgezocht. Misschien komt het daarom dat Texel zo trok? Het heeft zeker zo moeten Ingrid de Raad Sinds tien jaar bezorgt Gonda Buijsman pakketjes op Texel voor TNT Express. (Foto Jeroon van Hattuml 'S de secretaris producten- "isatie kokkelvisserij die zich pas belachelijk maakt in de ingezon- brief in de Texelse Courant van Ikini. Eerst wordt Natuur- umenten bestolen, dat is door de bewezen en daarvoor zijn de elvissers terecht beboet. Vervol- wordt de bestolene ook nog beschuldigd van het geven van 1 informatie. Je moet maar dur- Dat het vele jaren duurt voordat bodemleven zich volledig her geeft na het omploegen door de banische visserij op kokkels, is anschappelijk aangetoond. Na seizoen onderzoek is het abso- enmogelijk iets zinnigs over de e termijneffecten van kokkel- se 1e zeggen, ook al heet je TNO. blijven ontkennen van enig ver sussen de eidereendsterfte en de schelpdiervisserij is gegeven de wetenschappelijke feiten onhoud baar. Er is geen enkel wetenschappe lijk artikel dat aantoont dat er geen negatief effect is van kokkelvisserij op het bodemleven. Meneer Holstein zou moeten ophouden met de zaken te verdraaien: als in de wetenschap een bepaald verband gevonden wordt maar dit met met 100% zeker heid kan worden bewezen, wil dat nog niet zeggen dat dit verband niet bestaat. En dat is steeds de redene ring van de heer Holstein: het nega tieve effect is niet 100% zeker, dus is er geen effect. Wij vinden overigens, net als Natuurmonumenten, dat in een natuurgebied als de Waddenzee de bewijslast gelegd moet worden bij degene die een mogelijk schadelijke activiteit wil uitvoeren. Laat de kokkelvisserijsector maar bewijzen dat ze geen schade aan het ecosysteem toebrengt. Wij zijn van mening dat de vermelding dat in 2001 'sleshts' 3.5% van de kokkels uit de Waddenzee werd op gevist, een uiterst suggestieve en daarmee onvolledige manier van informatieverstrekking is. Er wordt mee gesuggereerd dat er overal ge noeg kokkels liggen. Waarom moes ten de vissers dan uitgerekend in dat beschermde stukje de kokkels uit de grond halen? Wij weten het antwoord wel: omdat in de westelijke Wadden zee in 2001 het stuk bij de Schorren een van de schaarse plekken was waar kokkels van voldoende grootte en in voldoende dichtheid aanwezig waren! Precies die 'krent in de pap' die schelpdieretende vogels ook no dig hebben. Enorme schade voor de natuur dus, zo'n kokkeldiefstal. Dat de heer Holstein stelt dat de Waddenzee geen wildernis meer is, is helaas waar, maar daar zijn de mosselvissers die in het verleden alle mosselbanken hebben weggevist en de mechanische kokkelvisserij nu juist medeschuldig aan. Het doel van Natuurmonumenten is om iets van deze wildernis te bewaren of op z'n minst terug te krijgen. In dat proces is de tijd op het stuk wad bij de Schorren weer tien jaar teruggezet door een eenmalige overtreding door de kokkelvissers. Meer informatie over dit onderwerp en de wetenschappelijke publicaties die hierover verschenen zijn, zijn te vinden op www.wildekokkels.nl. Bernard Spaans en Jeroen Reneerkens, waddenonderzoekers bij het Koninklijk NIOZ. Waterskivereniging Texel houdt in de maanden juli en augustus iedere woensdag een clubavond. Naast le den zijn ook anderen die het leuk vin den eens te waterskiën welkom. De waterskiërs zijn actief in het snelvaar- gebied ten zuiden van de havenmond van Oudeschild. In de clubcaravan - op de dijk voor het havenkantoor - kunnen ski's, pakken en zwemvesten worden geleend. Daar wordt ook alle gewenste informatie verstrekt over het lidmaatschap. Voor vragen kan eveneens gebeld worden naar Maurice Riemens, tel. 317703. Mailen kan ook: maurice.riemens@hetnet.nl. Wanneer het hard waait en de golf slag te hoog is, wordt de clubavond afgelast. Aan het eind van dit jaar volgt Pim Visser (45) van de gelijknamige scheepswerf in Den Helder Jaap Zwartveld op als directeur van de Coöperatieve Visafslag Den Hel- der-Texel U.A. Zwartveld is direc teur sinds 1990 en legt zijn functie neer wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Pim Visser studeerde bedrijfskunde in Nijenrode en in Delft en treedt per 1 oktober in dienst. Per 1 december neemt hij de functie van directeur over. Tezelfdertijd wordt hij dan direc teur van de Coöperatieve Visafslag Den Oever U.A. en van het vis- verwerkingsbedrijf Fresh Fish, een joint venture waarin de Helderse vis afslag participeert Functies die nu ook door Zwartveld worden bekleed De Helderse visafslag heeft onder leiding van Jaap Zwartveld een voor aanstaande positie verworven. Qua omzet is zij, op Urk na, de grootste van Nederland. Zwartveld heeft des tijds een belangrijke rol gespeeld bij de verzelfstandiging van de gemeen telijke visafslag en aansluitend de nieuwbouw van het complex aan Het Nieuwe Diep. Om deze vooraan staande positie te behouden en te versterken, staat de afslag aan de vooravond van een heroriëntering op nieuwe markten. Bij het zoeken naar een nieuwe directeur is gezocht naar een kandidaat wiens capaciteiten en vaardigheden goed bij deze taak aan sluiten. Visser zelf vindt dat hij, na twintig jaar werkzaam te zijn geweest in de scheepsbouwsector, toe is aan een nieuwe uitdaging. Op een deel van Postweg en de Vuurtorenweg bij De Cocksdorp is de maximumsnelheid verlaagd van tachtig naar zestig kilometer. De beperking geldt op het deel tussen de Hollandseweg en de Langeveld- straat. Gemeentewerken heeft vorige week diverse nieuwe borden geplaatst die de nieuwe maximum snelheid aange ven. De gemeente komt daarmee te gemoet aan een verzoek van inwo ners van Rio Grande langs de Postweg. De dorpscommissie had burgemeester en wethouders er eveneens om gevraagd. De Overleg groep Verkeerszaken adviseerde dat het goed was de snelheid te beper ken Volgens een woordvoerder van de gemeente is dat niet alleen van wege de bebouwing gebeurd, maar ook vanwege de diverse uitvals wegen op de weg. Donderdag wer den ook de zogeheten 'psycho- bremsen' op de weg aangebracht. Dat zijn witte strepen die de automo bilist laten voelen dat hij gas moet terugnemen. Taxibedrijf Botax rijdt nog wel met haar nieuwe taxibus op De Koog. In de krant van vorige week werd abu sievelijk vermeld dat het bedrijf de taxi uit voorzorg helemaal niet zou in zetten op het stranddorp om vernie lingen te voorkomen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 2002 | | pagina 5