Muus Smit veertig jaar in dienst bij politie
Mens is smid
van eigen geluk'
'Later trouw ik gewoon met Julius'
Haven decor calamiteit
TEXELSE
7 COURANT
IS;
DINSDAG 25 SEPTEMBER 2007
Eigenlijk had Muus Smit sportle
raar willen worden, maar inmid
dels werkt hij alweer veertig jaar
bij de politie, waarvan dertien jaar
op Texel. Hij maakte vele gruwe-
fke zaken mee, maar kon het
altijd goed van zich afzetten. 'Ik
•eb geweldige steun van mijn
gezin gehad. Ina liet me altijd
gewoon mijn verhaal doen.'
Een echte sportfanaat, dat was
Smit. Hij wilde naar het CIOS, maar
jndat daarvoor een diploma van de
tbs werd gevraagd en Smit mulo-B
*ed gedaan, werd hij niet toegela-
Omdat je als politieagent ook
,eel in beweging bent. besloot hij in
:967 de éénjarige, interne opleiding
.oor de Rijkspolitie in Arnhem te
eigen, 'Dat was stampen, stampen
nog eens stampen. Als je met
terst gemiddeld een 8 stond, werd
pontheven van verplichte studie 's
wonds. Dat lukte me en sindsdien
trachten we vele avonden biljartend
het Spijkerkwartier door.'
werd in Medemblik geplaatst.
Je had totaal geen zeggenschap
:,erwaarje terecht kwam.' In 1969
*erd hij gedetacheerd op Texel
en moest hij werken bij het spuit-
Daar leerde hij Ina van
fcrSlikke, zijn vrouw, kennen. Een
daarvoor maakte hij zijn eer
ie dodelijke ongeval mee. 'We gin-
jen op een zaterdagavond stappen
Koog. Daar ontmoetten we
»n paar meisjes, met wie we de
'és avond optrokken. De volgende
sg kwam er een melding binnen
en een dodelijk ongeval. Een auto
ras over een meisje heen gereden,
■fel bleek één van die meisjes te
ijn met wie we die avond daarvoor
rog lol hadden gehad. Het proces-
moest de volgende ochtend
de officier van justitie liggen dus
heb de hele nacht doorgewerkt.'
Smit was drie dagen helemaal van
ag. 'Ik kon zelfs niet meer eten. Ik
bi voor de spiegel gaan staan en
öde mezelf de vraag of ik door
ride gaan bij de politie of dat ik
moest stoppen. Ik besloot
door te gaan en heb nooit meer
«gens last van gehad.'
Medemblik werd hij overge-
:st naar Halfweg. 'Dat was echt
bi gouden leerschool. Alle grote
zaken van die tijd kwamen voorbij.
Zo heb ik in 1976 nog geholpen bij
het oppakken van oorlogsmisdadi
ger Pieter Menten. Hij had huizen
in Ierland, Parijs en Zürich. Ik zat in
het 'flying team' voor Ierland om in
de gaten te houden of hij daarheen
vluchtte. Uiteindelijk is hij opgepakt
in Zürich.'
Vreselijk zaken
Hij maakte vreselijke zaken mee.
'Tijdens mijn periode in Halfweg
was er een vrachtwagen achterop
een auto geknald. De auto vloog
gelijk in brand. De vader en zoon
kon ik er samen met een collega
uit halen, maar de dochter niet. Ik
hoor haar nog gillen. Dat geluid
vergeet je nooit meer.' Psychische
problemen heeft hij nooit gehad.
'Tot nu toe niet, maar ik vraag me
af hoe het gaat als ik oud ben en al
die luikjes in mijn hoofd open gaan.
Ik kon dit werk doen omdat ik een
geweldige vrouw en kinderen heb
en een goede kring van kennissen
en familie.'
Als jonge diender, deed hij een aan
tal vreemde ervaringen op. Ik ging
bij een vrouw langs die gehoord
moest worden wegens een overtre
ding. Ze deed de deur open en ik
liep achter haar aan. Vervolgens liet
ze haar kamerjas vallen en stond
ze spiernaakt voor me. Ze wilde
de zaak in natura betalen.' Ook
denkt hij een keer iets toegediend
te hebben gekregen. 'Met een col
lega bezochten we een moeder wier
zoon met een wapen op de weg
had gelopen. Ze vroeg of we koffie
wilden. Het zag er in huis allemaal
netjes uit dus dat wilden wij wel.
We namén een slok en kort daarna
begon ons hele lichaam te gloeien.
'We zijn weg gegaan want zowel
mijn collega als ik kregen lustop-
wekkende gevoelens naar alles wat
een rokje aan had. We hebben eni
ge tijd in de dienstauto gezeten om
af te koelen.' Smit vermoedt dat
er iets in de koffie zat. 'Ik weet het
niet zeker want we hebben het niet
laten onderzoeken. Nadien ben ik
nóg voorzichtiger geworden met het
aannemen van drinken of eten.'
Smit was ambitieus en werkte niet
alleen in Halfweg, maar ook als
rechercheur en mentor voor jonge
collega's. Ook moest hij dienen bij
de ME. Hij maakte de roerige jaren
zeventig mee, zoals de rellen bij het
Maagdenhuis, op de Nieuwmarkt
en met krakers in Nijmegen. Van Ina
werd soms veel gevraagd. Muus:
'Op een avond was ik met mijn
meisje aan het wandelen, toen ik
ineens werd opgeroepen om naar
het bureau te komen. Er waren tips
binnen gekomen dat er in Rotterdam
ontwikkelingen waren die te maken
hadden met een gfote diefstal van
koffie in Halfweg. Ik moest direct
aan het werk en kwam via Leeuwar
den en Maastricht pas na een paar
dagen weer thuis. We waren thuis
net aan het verbouwen en het hele
huis stond op zijn kop.' Zijn vrouw
had daar geen problemen mee. 'Ik
wist met wie ik getrouwd was. Het
hoorde erbij.' Volgens Smit werd er
in die tijd van een vrouw van een
politieman verwacht dat ze haar
man ondersteunde in zijn vak. 'Als
ik 's nachts voor een ongeval was
weggeroepen, bleef de telefoon
bij ons thuis qaan en moest mijn
vrouw opnemen.' Op een gege
ven moment werd het te gek en
ondernam Smit actie. 'Ze was net
bevallen, toen ik 's nachts weer weg
moest. De telefoon rinkelde de hele
nacht. Met zo'n kleine erbij werd het
te veel. De volgende dag heb ik dat
bij mijn chef aangekaart. Hij zou er
wat aan doen. Dat duurde te lang
en daarom zette ik bij een volgend
ongeval de telefoon 's nachts over
op zijn woning. Kort daarna werd
het systeem wél veranderd.' Des
ondanks beschouwen ze de tijd in
Halfweg als een van de mooiste van
hun leven. 'Het was een heel hechte
en gezellige groep. We kwamen bij
elkaar op verjaardagen en hebben
met enkelen nog goed contact',
vertelt Ina.
In 1977 slaagde Smit voor de twee
jarige opleiding voor het diploma
Politie B. waarmee hij chef kon
worden. 'Die opleiding moest ik
naast mijn werk doen. Soms was ik
van 's ochtends zeven tot 's avonds
elf uur in touw. En dan moest je er
's nachts nog enkele malen uit voor
een ongeluk. De volgende ochtend
werd je weer op een redelijk tijd
op kantoor verwacht. Je deed het
gewoon.'
Muus Smit werkt al veertig jaar bij de politie.
Hij kon als opperwachtmeester aan
de slag in Anna Paulowna, maar
had nog te weinig dienstjaren. De
minister moest ontheffing verlenen.
Ondanks dat hij het jammer vond
om weg te gaan uit Halfweg, koos
hij bewust voor deze promotie. 'Je
kiest wat het beste is voor je gezin.
Bovendien was er toen sprake van
een op handen zijnde grote reorga
nisatie bij de politie en bestond de
kans dat ik in Amsterdam terecht
kwam. Ik ben een boerenzoon en
daar voelde ik niets voor. Door naar
Anna Paulowna te gaan, kwam ik in
de kop van Noord-Holland en zou ik
niet naar Amsterdam worden over
geplaatst. Bovendien kwam ik dich
terbij mijn doel: werken op Texel.'
Niet alleen Muus, maar ook zijn
gezinsleden moesten altijd het goe
de voorbeeld geven omdat iedereen
op hen lette. Ina: 'Toen we in Anna
Paulowna woonden, was onze jong
ste zoon samen met een buurmeisje
weggefietst. Hij was twee jaar en er
was veel water in de buurt. Samen
met de buurvrouw zijn we als een
gek gaan rondfietsen op zoek naar
de kinderen. We fietsten over het
voetpad. Gelukkig was er niets aan
de hand en zaten de twee in een
speelhuisje in de speeltuin. Later
zei een andere vrouw die me had
zien fietsen op het voetpad jij geeft
niet het goede voorbeeld. Ik heb er
maar niet op gereageerd en haar
gelijk gegeven.'
Texel
In 1981 deed de kans zich voor
als vervangend groepscomman
dant op Texel aan de slag te gaan.
Ook werd Smit rayoncommandant
van Den Burg. Het gezin betrok
een twee-onder-één-kapwoning
naast het politiebureau in Den Burg.
waar ze nog altijd wonen. Op Texel
kwam hij door zijn functie min
der als straatdiender in actie, maar
ook hier maakte hij opmerkelijke
zaken mee. 'In 1993 hebben we een
groot onderzoek naar hasjsmokkel
gedaan. Collega's lagen op de dijk
bij Oudeschild en er hing dichte
mist. Sommige smokkelaars kwa
men op enkele meters langs die
collega's, zonder dat de agenten
werden gezien. De smokkelaars
werden opgepakt.' Het werken op
een eiland had zo zijn voordelen. 'Bij
Juwelier Martin Tromp was ingebro
ken De halve etalage was leegge
roofd. Wij zijn de volgende ochtend
bij de eerste boot gaan staan met
foto's van de mogelijke verdachten
die we aan vrachtwagenchauffeurs
lieten zien. Zo konden we enkele
daders oppakken.'
Het vak van politieman bestaat niet
alleen uit sensatie. Ook het brengen
van slecht nieuws hoort erbij. 'Op
Texel moest ik aan ouders vertellen
dat hün zoon was omgekomen bij
een verkeersongeluk. Die mensen
waren uiteraard kapot van verdriet.
Het enige wat ik kon doen, was
met ze praten. Een paar dagen
later stond er een grote bos rozen
op mijn bureau als dank. Daar kan
geen compliment van een leiding
gevende tegen op.'
Smit zag in veertig jaar veel ver
anderen. De grootste verandering
is volgens hem het verdwijnen van
respect voor politieagenten. 'Toen
ik als 18-jarig jochie in uniform in
Medeblik diende, liep ik eens met
mijn ouders door het dorp en werd
ik door een andere jongen begroet
met goedemorgen meneer Smit. Als
je nu hoort waar agenten soms
voor worden uitgescholden, dat is
heel anders.' Hij maakt zich daar
wel eens zorgen over. 'Agenten
worden eigenlijk onderbetaald. Het
loon staat niet in verhouding tot de
hoeveelheid agressie waarmee ze
te maken krijgen. Wij werden wel
goed betaald en waren loyaler aan
onze werkgever dan huidige agen
ten. Ze zijn nog steeds trouw, maar
met meer in zo'n mate als wij dat
waren.' Zelf werd hij zelden agres
sief benaderd en kon hij het met
praten af. 'Op Texel was ik sociaal
redelijk actief. Ik volleybalde, voet
balde, organiseerde de konmgin-
nespelen, was jeugdleider en hielp
bij schoolactiviteiten. Op die manier
liet ik zien dat ik maatschappelijk
betrokken ben en mede daardoor
behandelen de mensen je met res
pect.'
Tegenslag
Na een zorgeloze periode op Texel,
kwam er in 1993 een tegenslag. 'Bij
een grote reorganisatie werden alle
politiechefs in Nederland overge
plaatst. Ik moest naar Alkmaar als
unithoofd. De kinderen waren hele
maal in tranen omdat ze moesten
verhuizen. Toen ik twee weken in
Alkmaar werkte en mijn gezin zich
er net bij neer had gelegd dat we in
Alkmaar gingen wonen, kreeg ik te
horen dat de afdeling waar ik werk
te, weer zou verdwijnen. Dat kwam
hard aan. Ik heb uiteindelijk een jaar
in Alkmaar gewerkt, maar weinig
vernieuwends gebracht omdat ik
wist dat de afdeling toch zou wor
den opgeheven.' Smit nam het heft
in eigen handen. 'Ik heb tegen mijn
leidinggevenden gezegd dat ik 1-0
heb gemaakt door naar Alkmaar te
gaan, en dat zij 1-1 konden maken
door me een functie dichtbij Texel in
Den Helder te geven. Dat gebeurde
en ik kon als groepschef in Den
Helder aan de slag.' In 2000 kon hij
aan het werk in een functie die tot
dat moment nog niet bestond, die
van kwaliteitsbewaker van de pro
cesstukken voor justitie. Die functie
bekleedt hij nog steeds en de afde
ling is inmiddels uitgebreid naar 21
medewerkers.
Een tweede domper kreeg Smit te
verwerken toen hij te horen kreeg
dat hij geen gebruik kon maken
van de regeling om er na veertig
dienstjaren uit te gaan. 'Die rege
ling werd afgeschaft en ik moet
door tot het voorjaar van 2010.
Ik had mijn hele privéleven erop
afgestemd dat ik in 2007 met pen
sioen kon.' De overgangsregeling
tot vervroegd uittreden miste hij ook
omdat hij daarvoor twee maanden
te iaat geboren was. 'Daar kwam ik
vorig jaar achter tijdens een reünie
van de opleidingsschool in Arnhem
van 1967. Op een collega en ik na,
zijn alle oud-klasgenoten in 2007
gestopt met werken.' Smit zit met
bij de pakken neer. 'Ik ben posi
tief ingesteld en ga door. Wederom
door steun van thuis en omdat ik
ondanks alles een geweldig mooi
politieleven heb gehad.' Naast zijn
huidige werkzaamheden als kwali
teitsbewaker, krijgt hij de resterende
jaren de kans om nieuwe collega's
binnen zijn afdeling op te leiden en
te coachen. 'Dan is de cirkel rond
en hoop ik een mooie carrière af te
sluiten die ik grotendeels zelf heb
kunnen creëren. Een mens is name
lijk de smid van zijn eigen geluk.'
Stiana Sibon
'fdere zaterdag reist ze naar
Amsterdam voor haar pianoles
sen op het conservatorium. Haar
droom is concertpianiste te wor
den, maar ze realiseert zich tege-
itertijd dat dat er misschien niet
®i zal komen. Maar Elisabeth
teverijn dingt in ieder geval mee
«ar een plaats in de 'jong talent
das'.
ik vier jaar was, wilde ik al pia-
elen, maar mijn ouders vonden
"«nog te jong. In groep vijf van de
iasisschool leerde ik klarinet spe-
kun de IMV-lessen (Instrumentale
lokale Vorming voor alle kinderen
groep vijf, red.) en ging ik op
Nineties bij de muziekschool. Snel
2arna kreeg ik pianoles van Anne-
tek Jasper. Het ging heel hard met
pianolessen, in twee weken had
mijn eerste boek uit. Ik vond het
'«el leuk.'
Op aanraden van haar lerares ging
th in januari 2005 naar een
ten dag van het Sweelinck Con-
svatorium in Amsterdam (tegen-
•oordig de Sweelinck Academie).
'n kon daar voorspelen bij de lera-
3 van de jong talent klas. Marjes
fenoist, maar ik durfde helemaal
et te spelen. Ze leek heel streng,
"eindelijk heb ik toch ergens in het
Sbouw bij een meneer gespeeld.'
moeder vult aan: 'Zo kwam
5 in de echte wereld terecht, met
beide benen op de grond.'De
teïie van Elisabeth was: 'Mam,
^vriendinnen denken dat ik piano
spelen, maar nu weet ik dat ik
-echt niet kan.' Overigens bleek
jfe meneer' hoofdvakdocent piano.
w tii| was wel degelijk te spreken
ter Elisabeth en kreeg haar 'hele-
tel los'. Later werd alsnog een
%aak met Benoist gemaakt. En
W succes. Elisabeth: 'Dat was
'tel bijzonder. Ik heb nog steeds
e van haar. Iedere zaterdag ga ik
'T' Amsterdam. Eerst krijg ik les
"een van haar leerlingen, speciaal
lm mijn techniek te verbeteren, dan
'■"Steen uur les van de lerares.'
^sabeth studeert gemiddeld drie
Jj' Per dag: toonladders, drieklan-
Waar is dit?
Fotograaf Pieter de Vries stuitte
tijdens zijn werk in een historisch
archief op bijgaand schilderij van
G.F. (Gerben Frederik) van Schagen
(1880-1968). Van Schagen, die voor
al bekendheid genoot in het Gooi,
was bij uitstek een schilder van
het Hollandse landschap. Daarbij
beperkte hij zich niet tot de omge
ving van zijn woonplaats Den Haag
en later Laren, maar doorkruiste
hij het hele land, vaak terugkerend
naar Noord- en Zuid-Holland. Ook
werd hij getrokken door de verstilde
dorpjes van Friesland en het glooi
ende landschap van Zuid-Limburg.
Hij aquarelleerde en schilderde vele
uitstekende polderlandschappen
en dorps- en stadsgezichten, aan
vankelijk in de stijl van de Haagse
School. Later ontwikkelde hij een
eigen kenmerkende impressionisti
sche stijl.
De Vnes fotografeerde het kunst
werk, maar kon de Texelse boer- geeft geen uitsluitsel. Mensen die
derij niet thuisbrengen. Het zou De menen te weten waar deze boer-
Hoogte kunnen zijn aan de Leem- derij (schuur) gestaan heeft, kunnen
kuil, maar ook het Boerdenjenboek contact opnemen met de redactie.
ken, kleine oefeningetjes voor alleen
de vingers, octaven, etudes voor de
linkerhand en pianowerken. Na flink
studeren speelt ze uit het hoofd.
'Om te spelen houd ik het meeste
van Debussy en Mozart. Ik luister
het liefst naar Grieg, maar popmu
ziek vind ik ook leuk: Keane bijvoor
beeld en Franse popliedjes. Omdat
ik zoveel piano moet studeren, heb
ik weinig tijd voor andere dingen, dat
is wel eens jammer. Maar piano spe
len gaat toch voor. ik heb er eigenlijk
altijd zin in. Een week zonder piano
zou ik misschien nog wel kunnen,
maar daarna moet ik echt wel weer
een piano hebben. Gelukkig staat er
in ons vakantiehuis ook een piano,
anders zou het in vakanties wel eens
een probleem kunnen worden. Op
school houden weinig kinderen van
klassieke muziek. Mijn vnendinnen
begnjpen mij wel, maar vinden het
soms vervelend dat ik geen tijd voor
ze heb.'
In mei deed ze toelatingsexamen
voor de jong talent klas. 'Het was
heel officieel. Er was een jury van
vier mensen. Ik was zó zenuwachtig
dat ik helemaal zat te trillen. Nor
maal zit ik altijd rechtop achter de
piano, maar nu zat ik daar helemaal
in elkaar gedoken. Ik werd afgewe
zen omdat ik volgens de jury nog
niet genoeg met m'n hart speelde
Ze raadden me aan volgend voor
jaar opnieuw examen te doen. Daar
ben ik nu voor het aan studeren. Ik
ben sindsdien hard vooruitgegaan,
met nieuwe stukken begonnen. In
december doe ik mee aan een pia
noconcours in De Doelen in Rotter
dam, de Pianodriedaagse. Ik denk
niet dat ik een kans maak, want er
zijn 250 deelnemers met allemaal
veel talent, maar ik doe het vooral
ook om te leren mijn zenuwen te
bedwingen en podiumervaring op
te doen. Ik ga er trouwens ook
een workshop improviseren volgen.
Thuis improviseer ik ook graag, bij
voorbeeld variaties bedenken op
een sonate van Haydn (door de
familie inmiddels de 'Waverijnvari-
aties'gedoopt). Improviseren werkt
ook goed als je boos bent, dan kun
je je lekker op de piano afreageren.'
leder jaar gaat Elisabeth op muziek-
De haven van Oudeschild was
gisteravond even het toneel van
een calamiteit.
Aan boord van het schip waarmee
momenteel de kade bij de CIV-loods
wordt vernieuwd had denkbeeldig
een ongeval plaatsgevonden, waar
door zogenaamd verontreinigende
stoffen in het water terecht waren
gekomen en een paar slachtoffers
waren gevallen. Schepen van de
KNRM, Rijkswaterstaat oefenden
daarna onder meer de bestrijding
van de stoffen en het voorkomen
van de verspreiding ervan. Dat
gebeurde met een scherm dat nabij
de ingang van de haven in het
water werd uitgerold. De brandweer
was opgeroepen om medewerking
te verlenen. De KNRM voer met
de Maria Paula, een reddingboot
die zo'n anderhalve maand lang de
Francine Kroesen vervangt.
kamp, een week van de Vereniging
voor Huismuziek. Dat betekent de
hele dag muziek maken, dansen,
zingen, met aan het eind een pre
sentatie. 'Dat is vooral ook heel
veel lol maken', vertelt Elisabeth.
'Soms slaap je maar een paar uur
en dan is het de volgende dag
weer gewoon doorspelen. Ik heb er
een vriendin aan overgehouden die
saxofoon speelt. Met haar speel ik
vaak samen, want begeleiden vind
ik ook heel leuk.'
Ja. en dan Julius. Hoe zit het daar
mee? 'We hebben dit voorjaar een
vleugel gekocht en die Julius Albert
Victor Maurits Perzina gedoopt:
Julius en Albert zijn de fabnkanten,
Victor komt van de Vleugel van Ed,
die ik zo noemde toen ik er veel op
studeerde, m'n opa heet Maurits en
de vleugel is van het merk Perzina.
Met een groep vriendinnen hebben
we een doopfeest gehouden, leder
een speelde wat: piano, saxofoon,
klarinet, hoorn, dwarsfluit, trompet,
blokfluit. M'n moeder vond het een
enorme kakofonie, maar het was wel
heel leuk. Die vleugel is belangrijk
geworden in mijn leven. Later trouw
ik gewoon met Julius.'
Een oefenpop wordt op de kade gelegd, nadat de calamiteitenoefening in de haven v
Tekst en foto Lida Wels Oudeschild is beëindigd. (Foto Jemen yen HmmlBtmm* Te