,1 Jeugd dwingt respect af met prachtige musical 1964: Eerste avonturen nieuwe strandreddingboot TEXELSE 9 COURANTdinsdag 22 maart uxwaap.awAie^Mel&ecoumnly.nt ij feAeuqeiv mtv %exet jE£EjixE^couRwf „Ida Mary" op Texel aangekomen weten dat zij uiteindelijk haar laat ste dans met hem zal dansen. Maar hoe zeer Elisabeth ook naar De Dood verlangt, tot contact tus sen de twee komt het pas op het eind. Dat leidt tot een knappe prestatie van Knol en Pieters. Ze staan meermalen samen op het podium, er is duidelijk chemie tus sen de twee, maar tegelijkertijd weten ze het beeld neer te zetten dat er een afstand is tussen hun personages. Dans aan het hof. Rechts op de voorgrond Esmeé Pieters als Elisabeth en Jari van Maanen als Frans-Jozef. cent. Op een gegeven moment wordt mede daardoor een belang rijk groepsproces zichtbaar: de deelnemers stimuleren en verster ken elkaar waardoor iedereen de kans krijgt boven zichzelf uit te stijgen. Dat blijkt onder meer als een speler met een mindere zang stem tijdens een duet ogenblikke lijk veel sterker en krachtiger uit de hoek komt dan tijdens een solo. De dragende rollen zijn in handen van Pieterse en Vonk die het bei den in zich hebben de zaal aan zich te binden. Een andere dra gende rol is weggelegd voor Sou wie Wessels die als Luigi Lucheni (de moordenaar van Elisabeth) een vertellende rol heeft en de toeschouwers moeiteloos door het verhaal leidt. Jari van Maanen speelt keizer Frans-Jozef, Demi Knook is zijn strenge en kille moe der en Robin van Boven en Jorrit van Uhm doen van zich spreken in de rol van Rudolf, de zoon van Frans-Jozef en Elisabeth. Van hectiek achter de schermen is in de zaal niks te merken. Daar zijn veel volwassenen in de weer om alles in goede banen te leiden, de deelnemers op te maken en in de goede kleding te helpen. Wilma Laan coördineert de ruimte waar de spelers die niet op hoeven ver blijven en Ivonne Lemonakis coör dineert een soort sluis tussen de wachtruimte en het toneel, zodat telkens de juiste mensen klaar staan voor een volgende scène. Dankzij het draaiende podium kan er veel worden gewisseld. Terwijl aan de ene kant van het podium wordt gespeeld, wordt aan de andere kant alvast het volgende decor opgebouwd. Daarna is het alleen een kwestie van draaien, waardoor de vaart in het stuk blijft zitten. De kleding is een verhaal apart. Marjo Ran, Christa van Rij- sewijk, Martha Laan en Carole van Klinken hebben gezamenlijk zo'n 125 kostuums gemaakt plus nog allerlei toebehoren als hoeden, handschoenen en tassen. Het ziet er allemaal zeer verzorgd uit. Ken merkend voor het niveau is ook het programmaboekje: geen dub bel gevouwen vel papier, maar een mooie brochure waarin de spelers op de foto staan, voorzien van beschrijvingen. Licht, geluid en decor zijn in handen van Rikus Kloosterhuis, Robin van Sambeek, Ronald van Bommel, Wesley van Bommel, Jeroen Schoo en Sieme Zijm. Souffleur is Anja van Uhm. Laan laat na afloop van het applaus weten dat zij en Lemonakis alweer op iets nieuws aan het broeden zijn. De verwachtingen zijn bij voorbaat hoog, maar de spelers hebben laten zien dat ze een vol wassen niveau prima aankunnen. foto's René Pop tekst Jeroen van Hattum Verheffend spel team Klok-Boon Biljarter Fred Klok stond, zo meldt biljartcorrespondent Jan Heems kerk, bij De Doorstoot zo goed te spelen, dat hij er opgewonden van raakte. Voor het eerste sinds lange tijd speelde hij twee partijen, die hij beide won. De man die Klok elke week per vorklifter naar de biljart zaal heft, Martien Boon, won zelfs drie partijen. Beide spelers raken door het wekelijks ritueel kennelijk op elkaar ingespeeld, gezien deze verheffende prestatie. Ook de hoogste serie, 11was voor Boon. Uitslagen: Zijm-Klok 0-4; M. Boon-Van der Kooij 4-0; Weel-J. Boon 402; Heemskerk-Klok 0-2; Van der Kooij-Smit 0-4; M. Boon-Zijm 4-0; Heemskerk-Weel 4-0; J. Boon-Van der Kooij 4-0; Smit-M. Boon 0-2; Weel-Zijm 0-4 Marjo Ran, Christa van Rijsewijk, Martha Laan en Carole van Klinken zorgden ervoor dat de spelers allemaal in prachtige kleding waren gehuld. De bevolking van Oostenrijk-Hongarije echtpaar. Een draaiend podium, impone rend gezang, een goede belich ting en vooral heel veel prachti ge kostuums. De jeugd van De Cocksdorp pakte zaterdag en zondag uit met de opvoering van de musical Gebroken Hart over het levensverhaal van kei zerin Elisabeth (Sisi) van Oos tenrijk-Hongarije. Liefst drie keer zat de gymzaal van het Eierlandsche Huis vol en dat was terecht. Vierendertig kinderen en jongeren voerden er een vol wassen musical op waar weinig op viel af te dingen. De groep (de jongste was 9, de oudste 27) repe teerde sinds september onder lei ding van Ivonne Lemonakis en Wilma Laan op het stuk en die inspanningen vertaalden zich op komt in opstand tegen het keizerlijk het podium in drie uitvoeringen die bewondering afdwongen. Centraal stond keizerin Elisabeth (gespeeld door Esmeé Pieters) die leefde van 1837 tot 1898 en getrouwd was met Frans Jozef I van het Habsburgse hof. Een vro lijke en zorgeloze prinses, totdat ze trouwt. Ze kan niet wennen aan de strenge regels van het hof en al helemaal niet aan haar kille schoonmoeder. Ze wordt doodon gelukkig, probeert zo vaak als ze kan weg te zijn en ondertussen groeit haar verlangen naar de dood. Dat laatste loopt als een rode draad door Gebroken Hart. Her haaldelijk vertoont De Dood (gespeeld door Kevin Knol) zich op het podium in de nabijheid van Elisabeth en meermalen laat hij De eerste paar minuten van de voorstelling maken al meteen dui delijk dat er een musical van for maat in aantocht is. De spelers staan imponerend in hun negen- tiende-eeuwse kostuums op het toneel, de muziek is krachtig en het professioneel ingestelde licht zet iedereen goed in de schijnwer pers. Een draaiend podium en een bewegende trap waar De Dood omgegeven door rook vanaf daalt, doen de rest. De toon is gezet en wordt ook vastgehouden. Een minpuntje is dat niet elke speler even hard zingt, waardoor ondanks aandringen van de regie en inspan ningen van het geluid niet ieder een goed verstaanbaar overkomt. Dat is echter iets voor een vol gende keer en het doet verder geen afbreuk aan het geheel. Het knappe aan Gebroken Hart is ook dat spelers met mindere zang kwaliteiten eveneens de ruimte krijgen en zingend op het podium staan. De inzet is honderd pro- De onlangs op het eiland teruggekeerde strandreddingboot Ida Mary beleefde haar eerste avonturen in het late najaar van 1964. Het schip, gebouwd op de werf van de firma Taats in Katwijk aan Zee, arriveerde in de ochtend van 8 november van dat jaar op de thuisbasis, het reddingboothuis bij De Cocksdorp. De reddingboot, geschonken door een particulier die onbekend wenste te blijven, was een week voordien tijdens een strikt beslo ten bijeenkomst in Warmond overgedragen aan de KNZHRM. Daarbij aanwezig waren behalve de schenker en het hoofdbestuur en de directie van de redding maatschappij J.J. van der Vlies en J. Brommersma, voorzitter en secretaris van de Texelse afdeling van de KNZHRM. Ook aanwezig waren schipper Boon en motor drijver Kikkert van de Joan Hods- hon, de reddingboot die door de Ida Mary werd vervangen. De nieuwe boot was elf meter lang, had een motor van 58 PK en was blauw-wit geschilderd, de kleuren van de reddingmaatschappij. De schenker bleef anoniem, wel hing in de machinekamer een portret van de dame wier naam het schip had gekregen. Het schip was uit gerust met een transistorzender om contact te houden met het boothuis in De Cocksdorp. De Ida Mary was amper een week in de vaart toen zij voor de eerste keer in actie moest komen. In de nacht van 15 november werden vanaf de Vliehors drie rode licht- kogels afgeschoten door de muurvast gelopen kotter KW131. Twintig minuten later was de bemanning van de Ida Mary aan wezig en weer twintig minuten later kon de reddingboot worden gelanceerd. Wat volgde, was een tijdrovende tocht door de lang zaam droogvallende geulen en het nachtelijk donker, tot tegen acht uur in de morgen (zo'n vijf uur nadat de lichtkogels waren gesignaleerd) de Katwijker kotter KW131 'Adriana' was bereikt, die door harde wind en grondzeeën op de Vliehors was gestrand. Inmiddels was ook de redding boot Carlot van Terschelling ter plaatse gekomen en de sleep boot Stortemelk van Doeksen. Omdat de bemanning van de Kat wijker niet in gevaar was, hoefde de Ida Mary verder niet in actie te komen. Spannender werd het drie weken later, toen de Ida Mary op Sinter klaasavond moest uitvaren na de verontrustende melding van de Kustwacht dat men oostelijk van het eiland, op de Vlakte van Ker ken, een vlet had zien drijven. Het schip leek vast te zitten, maar er was aan boord geen teken van leven te bespeuren. Omdat het mogelijk werd geacht dat zich aan boord uitgeputte vissers bevonden, werd de reddingboot gelanceerd. Na ruim een uur varen was de boot op korte afstand genaderd en konden enkele leden van de bemanning wadend poolshoogte nemen. 'Alles leek erop dat de inzittenden het vaartuig hadden verlaten, nadat zij pech met de motor had den gehad', schrijft de krant. 'De koppeling tussen motor en schroef was gebroken en de schroef zelf was geheel van de as verdwenen.' Verder verkeerde boot - en alles aan boord - in uit stekende staat. Het op sleeptouw nemen van de verlaten vlet viel nog niet mee omdat de Ida Mary zelf met motorstoring te maken kreeg. Door een 'ernstig defect' in een koelleiding arriveerde de sleep pas rond acht uur 's avonds bij De Cocksdorp. Daar werd direct alles in het werk gesteld om de herkomst van de sloep, die plaats bood aan dertien personen, te achterhalen. Aan de hand van opschriften kon worden vastge steld wie de sloep had gebouwd. Brommersma waagde er een telefoontje aan, maar de Gro ningse werfbaas dacht met een grap van doen te hebben. Ver volgens werd via de KNZHRM de Scheepvaartinspectie benaderd. Ook de politie deed een telex uitgaan, alles in eerste instantie zonder resultaat, zodat de krant op 8 december nog niet kon schrijven of zich 'zaterdag, of de dag tevoren toen een hevige storm woedde, een ramp op de Wadden heeft afgespeeld.' Maar zelfs al mocht dit niet zo zijn, gaat de krant verder, waren er toch mensen die zich bezwaard moesten voelen, 'want de mede werking die de plaatselijke com missie nodig had om het raadsel tot klaarheid te brengen, is bedenkelijk pover geweest'. Pas na enkele dagen kon de her komst van de sloep worden ach terhaald. Het schip stond op naam van Tjeerd Lichtendaal, vishandelaar en visser uit Harlin- gen. Hij had de sloep bij de dijk van Harlingen voor anker gelegd, maar blijkbaar was het schip door de hoge waterstand en de storm los geslagen en op drift geraakt. Hij toonde zich 'zeer verheugd' met het terugvinden van zijn eigendom, dat hij met een kotter kwam afhalen. PRIJSVRAAG Toen de Ida Mary op Sinter klaasavond 1964 de zee opging om daar een verlaten motor- vlet te onderzoeken, waren aan boord vijf bemanningsleden. Hun namen zijn de prijsvraag van deze week. Wie de namen weet te achterhalen (dat gaat eenvoudig via www. archieftexelsecourant.nl) en deze doorgeeft via het e-mail- adres prijsvraag@archieftexels ecourant.nl maakt kans op een rondleiding door de drukkerij, tijdens het drukken van de krant. Het antwoord op de vorige vraag, wie de winnaars werden bij de eerste halve marathon van De Waal, was E. van der Heide (veteranen) en Fia Groen (dames).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 2011 | | pagina 9