Langdurig droog of bijzonder nat: planten passen zich aan
'De natuur is ingericht op
het overleven van extremen'
TEXELSE 8 COURANT
Rescueboards maken reddingen sneller
DINSDAG 23 AUGUSTUS 2011
Grasklokjes tussen de struikheide.
'Of alles nou verzopen of ver
droogd is, het komt altijd wel
weer op z'n pootjes terecht. De
veerkracht van de natuur is aan
zienlijk.' Het is een geruststel
lende conclusie die oud-vogel-
wachter en -boswachter Kees
Bruin trekt. Dat neemt niet weg
dat het uitzonderlijk droge voor
jaar en de vele neerslag van de
afgelopen maanden hun sporen
hebben achtergelaten.
Maart, april en mei waren extreem
droog. Gemiddeld viel op Texel in
die drie maanden samen zo'n 35
millimeter. Omdat de zon volop
scheen en het vaak stevig woei,
was sprake van een hoge mate
van verdamping. De maanden
erna daarentegen waren veel nat
ter dan normaal. Terwijl een oude
boerenwijsheid zegt dat de mees
te buien tot de langste dag aan
het eiland voorbij gaan, viel er al
vóór 21 juni een flinke hoeveelheid
water en behoort juli 2011 zelfs tot
de natste maanden van de afgelo
pen 110 jaar.
Dat moet z'n gevolgen hebben
voor de natuur, meende de redac
tie van de Texelse Courant. Reden
om het na te vragen bij Kees Bruin
uit Den Hoorn, die 36 jaar lang bij
'de Staat' werkte, eerst als vogel
wachter, later als boswachter.
Hoewel hij afgelopen voorjaar met
pensioen ging, is hij nog geregeld
in de duinen rond zijn woonplaats
te vinden en houdt hij vooral de
groei en bloei van planten - zijn
specialiteit - nauwlettend in de
Hoewel er meestal wordt gespro
ken van gemiddelden, wordt de
praktijk juist gekenmerkt door
extremen. 'Het is vaak hollen of
stilstaan en dat vereist aanpassin
gen van planten. Sommige soor-
Kranswier: 'Nou, dan bloeien we nog een keer...
ten trekken dat beter dan andere',
steekt Bruin van wal. Daarbij
maakt hij een nadrukkelijk onder
scheid tussen de soorten die op
de droge duinhellingen groeien en
de soorten die het beste gedijen in
de natte duinvalleien. 'De eerste
zijn afhankelijk van regenwater en
dus veel kwetsbaarder dan de
planten die van grondwater leven.
Als het lang droog is, daalt de
grondwaterstand ook wel, maar
dat gaat veel langzamer.' Belang
rijk is volgens Bruin ook het ver
schil tussen eenjarige en meerja
rige planten, terwijl bovendien van
zaad. Maar ze blijven veel kleiner.
Je zag het nu met biggenkruid.
Een plantje met een geel bloeme
tje, met stelen die wel dertig cen
timeter lang kunnen worden. Ze
hadden nu steeltjes van tien centi
meter en dat was een heel raar
gezicht.'
Zorgen had Bruin in het voorjaar
ook over de heide en dan vooral
de struik- en kraaiheide. 'De kraai-
heide begon al bruin te worden en
van ellende z'n blad weg te gooi-
het eens weer gaat regenen, maar
komt dat als mosterd na de maal
tijd of net op tijd? Maar het weer
sloeg om en er kwam een smak
water. Voor de droge duinen is het
nooit te nat. En je ziet: de struikhei
bloeit overal prachtig. De kraai
heide bloeit al in het voorjaar,
maar die is nu ook weer aardig
groen.'
Bang voor blijvende schade is
Bruin nooit geweest. 'Dat kan bij
na niet. De natuur is ingericht op
het overleven van extremen. Plan-
Een soort op de duinhelling die
door de droogte in het voorjaar
moeilijk tot bloeien kwam, is het
duinviooltje. 'Soms ziet het er
helemaal blauw van in de duinen,
nu was het veel minder.' Het mui
zenoortje, dat kleine gele bloeme
tjes heeft, bleef erg klein. Andere
soorten kwamen niet eens tot
bloei. 'Vogelpootklaver, een zeld
zaam klein klavertje dat op dijken
en in bermen groeit, heb ik hele
maal niet gezien. Het lijkt wel of
die planten weten dat het niks
wordt. Die slaan gewoon een jaar
over. Van de maanvaren heb ik er
ook maar een paar gezien. Die
hebben water nodig. Het is net als
met paddestoelen. Als er te weinig
regen valt, blijven ze onder de
grond. Andere proberen het nog.
Je ziet dan wel dat ze beginnen te
jagen. Ze gaan met een rotgang
en. Het zal mij benieuwen hoe dat
zal aflopen, zei ik toen. Referentie
punt is altijd 1976, het jaar nadat
ik bij de Staat kwam. Het voorjaar
was toen heel droog. Misschien
wel net zo droog als dit jaar, maar
het bleef ook daarna droog, er
kwam geen eind aan. Uiteindelijk
begonnen zelfs de valleien uit te
drogen. In augustus of september
viel de Muyplas droog. Hans Bre
mer heeft er toen nog een rondje
doorheen gereden met zijn jeep.
Ook de Geul lag droog, evenals de
westelijke Horspolder. Ik weet nog
goed dat Piet Kok bijen hield in De
Geul. Die leven normaal van de
nectar van de heide en de wilgen
roosjes. Maar die deden het zo
slecht, dat er niks meer voor ze te
halen viel en van ellende begon
nen ze aan de watermunt in de
natte duinvalleien. Hun honing
kreeg daardoor een heel rare,
scherpe smaak. Maar dit voorjaar
lag de verdrogingcurve nog boven
poeltje in Kees Dekkers Hok, dat dit jaar
de tweede keer uitloopt.
ten bestaan al miljoenen jaren. Dat
geeft wel aan hoe sterk ze zijn.
Zelfs als ze kapot gaan, zijn ze
niet echt dood, want het zaad ligt
er nog. Mensen beseffen dat soms
niet. Die zien zaad als een dood
iets, maar zaad hoort bij de plant.
Zolang het zaad leeft, is de plant
niet dood. Dan laat ik even buiten
beschouwing wat er gebeurt als
het structureel natter of droger
wordt, want dan is sprake van een
klimaatverandering en dan heb je
het over iets heel anders. En het
gebeurt ook wel dat als bepaalde
soorten een paar jaar achter elkaar
niet tot bloei komen, dat andere
het roer overnemen. Maar dat is
een ingewikkeld verhaal en dat
speelt nu ook niet.'
Een heel andere groep vormen de
planten in de natte duinvalleien,
die van het grondwater leven.
'Normaal is de stand van het
grondwater in september of okto
ber op z'n laagst. Daarna gaat het
weer omhoog, om eind februari of
begin maart z'n hoogste stand te
bereiken. Daarna stijgt de tempe
ratuur, neemt de verdamping toe,
worden de dagen langer en begin
nen de planten weer aan het water
te trekken. Maar nu hebben we de
vreemde situatie dat de grondwa
terstand hoger is dan in het voor
jaar. Dat is de omgekeerde wereld.
Je ziet het bijvoorbeeld aan de rel
in De Nederlanden. Die stond
droog, nu staat er weer water. Ook
in het Vlak staat een plomp water.
De orchideeën bloeiden er weel
derig in juni, die hadden nergens
last van. En net toen het begon te
knijpen, begon de regen.'
Medio augustus doen de parnas-
sia en wintergroen het uitstekend.
'Maar het moet niet te gek wor
den, anders verzuipen ze. Het
natte seizoen moet nog beginnen.
Aan de andere kant kunnen we
best een droge herfst krijgen en
dan is er niets aan de hand.' Maar
zelfs als het blijft regenen en een
deel van de planten afsterft, zal
dat geen dramatische gevolgen
hebben. 'Als het te nat wordt, krui
pen de planten langs de glooiende
valleiranden omhoog. Wordt het te
droog, dan gaan ze richting het
water. Dan heb ik het natuurlijk
over de populatie, want de indivi
duele planten gaan dood. Door
dat proces, dat wel een paar jaar
duurt, zorgen ze ervoor dat ze in
zo'n gebied overleven.' Overigens
is de kans dat de zaden van de
planten van de natte duinvalleien
bij hoog water verrotten - en dus
nooit ontkiemen - niet zo groot.
'Orchideeën hebben stoffijn zaad,
een heel licht zaadje. Dat wordt
snel door de wind weggeblazen,
waardoor het ergens anders een
kans krijgt.'
Een apart fenomeen zijn de amfi
bische soorten, planten die uitste
kend tegen extreme omstandighe
den bestand zijn. 'Voorbeelden
zijn stijve moerasweegbree en
waterpunge. Die staan een deel
van het jaar onder water, maar
overleven dan wel. Als ze droog
vallen, bloeien ze. Dat gebeurt wel
eens een jaar niet, maar dat is niet
erg.'
Bruin concludeert dat de natuur
veerkrachtig is en maar zelden
langdurige schade lijdt. 'Maar dat
neemt niet weg dat het jammer is
als in een bepaald jaar vrijwel
geen hei bloeit of dat negenenne
gentig procent van de parnassia
dood gaat.'
Na het gesprek bij Bruin thuis
maken we nog een rondje door
Kees Dekkers Hok, een duinval-
leitje ten zuiden van het Hoornder-
slag, vernoemd naar de Hoornder
(de overgrootvader van Guus Dek
ker) die het ooit van de staat
pachtte om er aardappelen te ver
bouwen. In koude winters vormt
het kleine duinmeertje een ideale
plaats voor de jongste jeugd om
het schaatsen onder de knie te
krijgen, maar in de zomer staat het
normaal droog. Nu zakken we een
eindje weg als we over het hek
stappen en horen we het soppen
onder ons schoeisel. Watermunt
doet het opvallend goed in het
valleitje, terwijl verfbrem, die nor
maal alleen in juni bloeit, er nu
voor de tweede keer zijn gele
bloemetje laat zien. Zelfs zijn drie
ondiepe poeltjes ontstaan, waarin
het kranswier opnieuw volop uit
loopt. 'Dat is normaal voor eind
mei, maar daarna is het altijd over.
Nu er weer water staat, heeft het
plantje vast gedacht: nou, dan
bloeien we nog een keer.'
Joop Rommets
Fotowedstrijd
over identiteit
In het kader van de Maand van
de Geschiedenis en Oktober
Kennismaand organiseert het
Meertens Instituut een foto- en
filmwedstrijd over het thema 'ik
en wij'.
Deelnemers moeten met hun inzen
ding duidelijk maken waarom ze bij
een groep horen (of waarom juist
niet). Het begrip 'groep' kan daar
bij betrekking hebben op regio,
provincie, dorp, straat of iets der
gelijks. Inzendingen dienen voor
zien te zijn van commentaar (maxi
maal 200 woorden) waarin de
deelnemers aangeven waarom ze
juist dit beeld hebben gekozen.
Inzenden kan tot uiterlijk 1 oktober.
Er zijn een publieksprijs en een
juryprijs van €200,- beschikbaar.
Publiek kan tussen 10 en 20 okto
ber via de website een stem uit
brengen op de inzendingen. De
genomineerde foto's en filmpjes
worden vanaf eind oktober geëx
poseerd bij het Meertens Instituut.
Meer informatie is te vinden via
www. meertens. knaw. nl/wedstrijd
Kees Bruin bekijkt het kranswier
Afgekoppelde
parachute zorgt
voor commotie
Een afgekoppelde hoofdpara
chute die zondagmiddag nabij
het autocrossterrein naar bene
den dwarrelde, zorgde voor veel
commotie.
De parachute was tijdens een duo-
sprong niet goed open gegaan,
waarna de reservechute werd
geopend en het hoofdscherm werd
losgekoppeld. Deze kwam vlakbij
het autocrossterrein naar beneden.
De finale van het koningsnummer,
de Formule 1, zou net op dat
moment beginnen. Menigeen werd
afgeleid en verkeerde in de veron
derstelling dat de para er nog
onder hing. De ware reden werd
wel omgeroepen op het vliegveld,
maar die mededeling sneeuwde
onder in het tumult op de cross
baan. Het leidde tot veel getwitter
en telefoontjes, onder meer naar
de alarmcentrale, zodat een arma
da van voertuigen en de trauma
heli op gang kwam. Snel was dui
delijk dat er niets aan de hand was,
zodat de actie kon worden afge
blazen. De para landde verderop
veilig aan de reserveparachute.
Omdat het er met een stevig wind
je en een enkel buitje af en toe best
fris was, bleef het ook de afgelo
pen week weer vrij rustig op onze
stranden. Op één van de betere
dagen zag een groepje van vijf jon
gens en meisjes niettemin kans in
de problemen te raken bij de zui
delijke pier bij paal 17. Een bad
meester verzocht hen tot twee keer
toe om meer naar het zuiden te
gaan omdat er een gevaarlijke stro
ming rondom de pier stond. Ze
hadden hun energie echter al ver
speeld en werden door de muistro
ming gegrepen. De badmeester
kon één meisje direct zwemmend
naar de wal halen. Eén collega ging
met het nieuwe rescueboard te
water terwijl een derde badmees
ter voor de zekerheid met een
werpzak de pier op ging. Dat laat
ste is ook voor een geoefende
badmeester nog altijd een hache
lijke onderneming omdat de pieren
vaak glad zijn terwijl er ook veel
scherpe schelpjes aan gehecht zit
ten. Gelukkig kon iedereen met het
rescueboard worden binnenge
haald en kwamen de eigenwijze
zwemmers met de schrik vrij.
De rescueboards zijn nieuw dit
jaar. Ze maken zwemmende red-
Strand(ver)slagen
Badmeesters vertellen
dingen vele malen sneller en een
voudiger. Zwemmende reddingen
zijn soms nodig wanneer een red
ding met de boot te gevaarlijk is in
verband met obstakels (zoals de
pieren) of hoge branding. Qua
materialen is er in de voorbije tien
jaar veel veranderd. Vroeger lag er
op de meeste posten niet meer
dan een 1000 kilo zware vlet met
een 7 pk motortje en een red-
dingsklos. De gemeente Texel volgt
de ontwikkelingen echter op de
voet en zo wordt zwemmen voor
de Texelse kust steeds veiliger.
Vorige week hebben we kunnen
experimenteren met jetski's (water
scooters) die op termijn misschien
de rubberboten gaan vervangen
waardoor we ook met varende red
dingen weer een flinke stap vooruit
kunnen maken.
De grote drukte lijkt een beetje
over. In een aantal regio's zijn de
vakanties al weer voorbij. Zo ook in
Utrecht. De stad gonst op dit
moment van de studentenactivitei
ten omdat alle studentenverenigin
gen hun introductieperiodes hou
den. De nieuwe leden van het
Utrechtsch Studenten Corps, de
vereniging waarvan ons badmees-
tersgezelschap een onderdeel
vormt, zijn deze week op kamp
geweest en mogen nu twee weken
kennismaken met de overige leden
en subgezelschappen van de ver
eniging. Over dit soort 'ontgroenin
gen' doen vaak de wildste verhalen
de ronde. Het is echter vele malen
minder grimmig dan vaak wordt
verteld en het is eigenlijk niet méér
dan een uitgebreide kennismaking
met veel, heel veel studenten en
gezelschappen. Dat is erg intensief
en je komt wel wat slaap tekort
maar er staat ook wel heel veel
plezier tegenover. Als het op Texel
voor ons voorbij is (2 september)
gaat ook ons gezelschap zich pre
senteren aan de nieuwe studenten.
Dat wordt door velen ervaren als
een hoogtepunt, omdat we meest
al met die hele groep nieuwe leden
gaan zwemmen. We maken dan
geweldig veel lol met z'n allen en
kunnen tegelijk bekijken wie er vol
doende zwemtalent heeft om vol
gend jaar te komen 'badmeeste-
ren' op Texel.