l
AGENDA
TEXELSE 9 COURANT
Nic Dros overleefde de oorlog op erwten
'Je stonk als een bok,
maar had geen honger'
Boek over Duitse arbeidsmigrant op Texel
Cinemca Texel «V
TAX
DINSDAG 28 AUGUSTUS 2012
Nic Dros als jonge ondernemer en vader. Rechts op de bumper zijn
Piet, links Jaap.
Nic Dros (88), boer, loonwer
ker en handelaar in ruste,
vertelde vorige keer over zijn
familie en jeugd. In aflevering
twee verhaalt hij over zijn
belevenissen tijdens de Twee
de Wereldoorlog, zijn terug
keer naar Texel, de opbouw
van zijn bedrijf en zijn gezin.
Zoals veel jongens werd ook Nic
Dros tijdens de Tweede Wereldoor
log door de bezetters te werk
gesteld. 'Ik moest naar Duitsland.
Mijn ouwe heer bracht me met de
dresseerkar naar de haven in
Oudeschild. Toen de boot weg
voer, bleef hij maar zwaaien. Hij
liep met de boot mee tot aan de
laatste paal, tot hij niet meer verder
kon. Het zat hem niet lekker dat ik
weg moest.
'We waren met meer Texelaars. De
volgende dag gingen we met de
trein naar Hannover. We belandden
in een conserveringsfabriek voor
groenten in de Hamburgerstrasse
in Brunswijk. Jan Koopman uit de
Prins Hendrikpolder, lange Piet Kok
van de Rozendijk en ik. Het was 22
juni 1943, ik was 18 jaar en meer
dan een paar woorden Duits spra
ken we niet. We werden onderge
bracht in de Gemeinschaftlige
Schutsenplatz. In barakken. Er
zaten ook Russen, Polen en Neder
landers. Ze kwamen uit het hele
land. Wij lagen met z'n vieren op
een kamer, 's Avonds pakten we de
dekens en sloegen we met de
hamer de vlooien dood. En daar is
echt geen woord Frans bij. We kre
gen verdomd weinig te eten. Elke
avond een kom soep en vier bro
den. We kregen eens wortelen
soep. Maar de wortels hadden last
van wormstekeligheid. En die wor
men dreven ook in de soep. Ik hoor
die grote Piet Kok nog zeggen:
"Dat vreet ik niet." Die vier boter
hammen waren voor de volgende
dag. Maar hongerig als wij waren,
boterham zit, dan gooi ik dat echt
niet weg. Gewoon opeten.'
'Later in de oorlog kwamen de
bommenwerpers. Eerst overvlie
gen naar Hannover, maar later
donderden ook in Brunswijk de
bommen naar beneden. Toen we
de volgende ochtend naar de
fabriek gingen, zagen we dat de
tram op zijn kant lag en de huizen
in puin waren. De mensen zaten in
de schuilkelders en konden er niet
uit. Dan moesten we helpen ze te
bevrijden. Er zaten ook wel eens
dooien tussen. Die mensen daar in
aten we ze 's avonds al op. Dat
moest je de volgende dag natuur
lijk bezuren. Als we dan doperwten
op het station laadden, dan aten
we zo'n blik erwten leeg. Je stonk
als een bok, maar had geen last
van de honger. Mijn moeder bakte
zelf brood, pakte dat warm in en
stuurde het op. Maar het kon wel
een week duren alvorens ik het
kreeg, als het al aan kwam. Dan
stond de schimmel er op. Maar ik
at het toch op. Daar ben ik nooit
minder van geworden. Als er nu
eens een schimmeltje op een
Duitsland hebben wel op hun don
der gehad.'
'Van de conservenfabriek ging ik
naar een fabriek waar granaten
werden gemaakt. Ik stond daar
aan een machine en zat aan het
eind van de dag onder de olie. Ik
kreeg er grote puisten. Ze stuurden
me naar een glasfabriek in Zuid
Duitsland, waar ze glas maakten
voor optisch gebruik en voor in het
huishouden. Na een half jaar vielen
ook daar de bommen. Ik heb nog
tijdje in de bevoorrading gezeten
en toen raakte ik naar een boer in
Meursdorf. Ik mocht kiezen: de één
werkte met ossen, de ander met
paarden. Ik heb het niet op ossen,
dus koos voor de paarden. De
boer zelf was naar het front om te
vechten. Hij moest naar Frankfurt
aan de Oder, waar de Russen kwa
men. Hij sneuvelde al na twee
dagen.'
'De boerin had twee dochters. Zij
molken de koeien. Ze waren blij
met me. Ik deed het bouwland. Ik
ploegde en bewerkte het land. Ik
had het er niet zo goed als thuis.
Ze hielden daar van schnaps. Of ik
er ook een eentje lustte. Maar drin
ken deed ik niet. Vroeger ging ik
wel met mijn vader naar de markt
in de Oranjeboom. Daar dronken
de boeren bier met van die schuim
kragen. "Weet je wat dat is", wees
hij dan: "Paardenpis." Zelf dronk
hij een jonkie. Ik hield het bij grena
dine. Als het heel gezellig is, neem
ik wel eens een biertje, misschien
twee, maar nooit meer. Eén keer,
het was ergens in Oosterend, ik
denk met Ouwe Sunderklaas, heb
ik er vijf gedronken. Dat is de enige
keer dat ik dronken ben geweest.
Nel, mijn vrouw, was kwaad. Toen
heb ik gezegd: "Dat doen we maar
niet meer." Spraakwater heeft deze
Texelaar niet nodig, ook tijdens het
interview houdt hij het bij een
vruchtensapje.
'Die boer waar ik voor werkte, is
nooit terug gekomen. Gesneuveld
in de strijd tegen de Russen. Wij
zijn bevrijd door de Amerikanen.
Ze kwamen in trucks. Vrolijke,
kauwgom kauwende zwarte jon
gens. Ze deelden sigaretten uit, die
wij dan opstaken. Maanden later
begon de terugreis. Die duurde
veertiend dagen. Heel Duitsland
lag in puin. We gingen met de trein,
maar alle bruggen waren kapot,
dus de trein kon niet doorrijden.
We reden met een boer mee en we
hebben nog een paar dagen
gekampeerd. Daarna zijn we met
een dekschuit terug gevaren. Zaten
we met onze kont op het platte
dek. Veel hadden we niet te eten,
maar we hadden wel een mooi
uitzicht. In Brabant werden we bij
een slager ingekwartierd. Met de
trein van Rotterdam naar Amster
dam, naar Alkmaar en met de gas-
auto naar Den Helder. Ze reden in
die tijd op antraciet, hout en car
bid. 's Avonds met de boot naar
Texel. Bij Oudeschild stond Bob
Kuiper, die een radiowinkel had in
De Waal. Die was marconist
geweest en zorgde in de oorlog dat
mensen naar Radio Oranje konden
luisteren.' Kuipers stem imiterend:
"Hij zei: Ik breng jou thuis." In De
Waal zei ik dat hij me maar moest
afzetten bij de hervormde kerk. Ik
had nooit kunnen schrijven en mijn
ouders wisten niet dat ik kwam. Er
liepen twee meiden van Smit en ik
Waarom stuurt een oud-journa
list uit Drenthe zijn nieuwe boek
ter bespreking naar de Texelse
Courant? Dat is de vraag die
zich opdringt als Het vierde kind
van Sjoerd Post uit Bovensmilde
op het bureau belandt. Het ant
woord blijkt simpel: het boek
speelt voor een deel op Texel.
Sjoerd Post (Den Helder, 1941)
beschrijft in Het vierde kind het
leven van een van die duizenden
ongehuwde Duitse vrouwen die in
de jaren na de Eerste Wereldoorlog
naar Nederland kwamen om daar
werk te zoeken. Zijn hoofdpersoon,
Inge Neuhaus, komt op Texel
terecht, waar ze aan het werk gaat
bij mevrouw Kikkert van De Linde
boom. Ze trouwt met Arie en krijgt
drie kinderen. Maar Arie blijkt een
losbandig leven te leiden en er een
affaire op na te houden. Dat leidt
tot een scheiding, waardoor Inge
er alleen voor komt te staan. Ze
raakt opnieuw zwanger en daar
mee dringt zich het dilemma op of
ze het kind moet afstaan of het
risico lopen dat ze uit de ouderlijke
macht wordt gezet. Alles verandert
als ze nog voor de oorlog hertrouwt
met Cor, met wie ze de kinderen
groot brengt. Anders dan vele
andere Duitse vrouwen keert Inge
dan ook niet terug naar huis, waar
door ze in - en na - de oorlog wordt
geconfronteerd met vragen over
goed en fout. Ze blijft haar hele
leven in de Kop van Noord-Holland
en overlijdt in verpleeghuis Den
Koogh.
In deze klassieke familieroman
beschrijft Post het leven van zijn
grafisch materiaal gaat. Bij een
roman waren diepere verhaallijnen
en grotere spanningsbogen niet
ongewenst geweest, maar het mag
duidelijk zijn waarom die in dit
boek ontbreken. Bij een geroman
tiseerd verhaal was de grote rol die
ruzie over het al dan niet plaatsen
van een kerstboom werkelijk
plaatsgevonden, zoals ook de
bloemen op de begrafenis werke
lijk ontbraken. Het was misschien
beter geweest bij aanvang van het
boek - eventueel op de omslag -
vroeg: "Ga maar naar moeder
Marie en zeg dat Nico er aan
komt." Vader en moeder waren
uitzinnig van blijdschap.'
'Zo ben ik thuis weer aan het werk
geraakt. Mijn vader had land op
Spang, geërfd van opa Sijbrand C.
Eelman. Later ben ik voor mezelf
begonnen op Harkebuurt. Mijn
vader zei: "Nico er is daar een
boerderij te koop." Paul Breen
woonde er. Die huurde het, het
plaatsje met een bunder of acht,
negen grond was eigendom van
een fietsenmaker, die het had
geërfd. Mijn vader en ik zochten
hem op, de man woonde aan de
Varnebroek in Alkmaar. We koch
ten de boerderij, maar Breen wilde
er niet van af. We zijn naar de rech
ter gestapt. Breen was 65 en zijn
leeftijd verzwakte zijn positie als
pachter. Het heeft een paar jaar
geduurd, maar toen vertrok hij. Het
werd tijd, want ik moest trouwen.
Je weet hoe dat gaat, als de aker in
de pet valt. Op 1 mei verhuisden
we en op 12 mei werd mijn oudste
zoon Piet geboren.' Een vrucht- Nic Dros.
baar huwelijk, er zouden nog vijf
zonen volgen.
Volgende keer: hoe Dros in het
loonwerk ging en de handel ont
dekte.
Gerard Timmerman
moeder, al duurt het tot de tweede in het boek weggelegd is voor het duidelijk te maken dat het hier om
helft van het boek voor de lezer er geloof wat teveel van het goede een biografie gaat. Of misschien
achter komt dat het hier om bio- geweest, maar in dit geval heeft de door een consequenter dateren
van de hoofdstukken. Want hoewel
Het vierde kind begint en leest als
een familieroman, blijft de lezer aan
het eind met het gevoel zitten op
het verkeerde been te zijn gezet.
Dat doet niets af aan de kwaliteit
van het werk van Post, die na zijn
schooltijd enige tijd als fotograaf
voor de Helderse Courant werkte,
waarna hij in 1971 naar Drenthe
vertrok, waar hij als adjunct-hoofd
redacteur was verbonden aan de
Drentse Courant/Groninger Dag
blad. Het vierde kind is zijn derde
boek, eerder verschenen van zijn
hand Verdrongen verleden een
roman over goed en fout in de
Tweede Wereldoorlog en Anak
Mas, over de Molukse samenleving
in Nederland. Hij schrijft leesbaar
en geroutineerd, al worstelt hij
zichtbaar met zijn journalistieke
achtergrond, waarvan hij in zijn
schrijfstijl niet helemaal los weet te
komen.
Toch geeft zeker de eerste helft
van Het vierde kind een mooi
inkijkje in het leven van een arbeids
migrant in het eerste tijdvak van de
twintigste eeuw en van het toen
malige leven op het eiland. Zeker
vanuit het perspectief van een
overkantse werknemer van Alie
Kikkert van De Lindeboom, die een
belangrijke rol speelde in die eerste
moeilijke periode van het leven van
Inge Neuhaus.
Het vierde kind is verschenen bij
Free Musketeers en is verkrijgbaar
bij de boekhandel.
Dinsdag 28 augustus - van 17.00 tot 20.00
Kindertheater Feestrestaurant
Drie uur theater, pret, spanning en lekker eten
Entree *33,00, alt-in, reserveren gewenst
Woensdag 2g augustus
Zaterdag 1 september
Donderdag 6 september
Zaterdag 8 september
19.00 uur - Diner Cabaret
Uitgebreid 4-gangendiner, afgewis
setd met een superleuk cabaretpro
gramma, ind. de show €49,50 (evt
kindermenu «24,75) Diner
vooraf mogelijk, reserveren
Ook voor lunch en la carte!
Bioscoop I Eetcafé Terras
Dinsdag 4 september
Heineken MannenAvond
Bier, BBQ&ted
V De voorverkoop is gestart!
lickets/info op
The Expendables 2
CIA agent Church stuurt de Expendables
groep huurlingen, opnieuw op een gevaarlijke
De groep moet een vermist pakke1]e
terug te krijgen bij het agentschap. Het pakketje
Europees land. De missie loopt
groep huurlingen dezelfde
opdracht probeert
Magic Mike
stripper, neemt een Jonge longen
genaamd
strippen, feesten
gemakkelijk geld
Ihe Expendables 2 <B®w
gicMike©0©3>»
Ihe Daik Kngit Rises
Mystery Movie
(3D) GO©
Dp Avon
Age4: ©C
Drift NL (3D)
Drift NL (2D)
WMO/ziekenvervoer
Rolstoelvervoer
Korting met
voordeelpas
315555 www.taxitexel.nl