- - Boordwerktuigkundige Jan Hagens kan het schrijven niet laten plpllll i I i^r m v':;x>n -X-- Nederlands-Indië, kwam binnen. Het leverde een berg informatie op, veel meer dan nodig voor het officiële rapport. Op advies van luchtvaartjournalist Jan Brouwer (Vrije Volk) schreef Jan Hagens zijn eerste boek 'De KNILM vloog door'. De interes se voor het luchtverkeer in de voormalige kolonie was daar mee definitief gewekt. Natuurlijk had hij daarvoor al meerdere keren op Indonesische bestem mingen gevlogen. Jan Hagens nam zich voor een boek samen te stellen over de in Nieuw-Guinea actieve dochter maatschappij van de KLM, De Kroonduif, die van 1955 tot 1962 bestond. Eenmaal binnen bij een uitgever kwam een reeks artikelen ter sprake, die de oud boordwerktuigkundige in het BWK-blad 'Kontakt' schreef on der de verzameltitel 'Kemajoran' over de luchtvaart in Indonesië kort na de tweede wereldoorlog. Hagens was 22 jaar hoofdredac teur van het blad, dat begin 1994 wegens het 'uitstervende beroep' voor het laatst zal ver schijnen. Besloten werd deze ar tikelenreeks te bewerken en als boek op de markt te brengen, hetgeen geschiedde in het na jaar van '93. De Kroonduif Voor oktober '94 staat een boek over de luchtvaart in Nieuw- Guinea op het programma. Daarbij gaat het niet alleen om de periode van De Kroonduif, maar zal ook de daaraan voor afgaande luchtvaartgeschiedenis behandeld worden. En daarna? ,,Ik weet het nog niet", zegt Jan Hagens. „Ik zou wel een boek willen schrijven over de KLM in oorlogstijd. Met veel lijnen naar de belevenissen van KLM-ers in vreemde dienst. Bij de KLM zelf is kennelijk te weinig interesse en dus geen budget voor boeken over de eigen geschiedenis". De belangstelling voor luchtvaar thistorie is er in ieder geval wel bij Jan Hagens, al meer dan vijftig jaar! Zijn eigen kennis en het uitgebreide archief bevatten meer dan genoeg informatie voor volgende publicaties. JWH HEILOO - Zijn oude beroep wordt met uitsterven be dreigd, maai- Heilooënaar Jan Hagens raakt niet snel uitgepraat over zijn ervarin gen als boordwerktuigkun dige in dienst van de KLM. In meer dan dertig jaar maakte hij meer dan 20.000 vlieguren in de cockpit van de blauwwitte vogels en kwam hij in alle mogelijke landen. Sinds 1987 is Jan Hagens gepensioneerd. Maar sindsdien is er nog geen dag geweest zonder luchtvaart. Want behalve dat het zijn beroep was, is het wel en wee van de mens in de aluminium vogels ook zijn hobby. En een liefheb berij waarover hij graag schrijft: in het najaar van 1993 verscheen bijvoor beeld 'Kemajoran', een boek over de luchtvaart in het voormalig Nederlands-Indië in de jaren vlak na de Ja panse bezetting. „Als jongetje van tien jaar wilde ik al vlieger worden", vertelt Jan Hagens. „Ik hield plakboe ken bij van alles wat met vlieg tuigen te maken had, hoe summier de informatie soms ook was. Maar om vlieger te worden was een HBS-opleiding nodig en ik had de MULO ge daan. Daarmee kon ik wel naar de Luchtvaart Technische School, zeg maar de HTS, waar men mensen opleidde tot boord werktuigkundige. Dat heb ik ge daan en na m'n diensttijd kwam ik in 1953 in opleiding bij de KLM. Dit was een soort stage". Tijger op de borst Die stage hield in dat Hagens als extra bemanningslid mee vloog. Hij had geen officiële sta tus en dus nog geen banden op z'n pak, wat traditioneel tot de betiteling 'blauwpijper' leidde. In die jaren vloog hij veelvuldig op de vier-motorige Skymaster met vracht- en chartervluchten. Over zijn eerste vlucht: „Een dierenvlucht vanuit Bangkok, met onder andere tijgers, apen en slangen aanboord. Op een bepaald moment lag de derde vlieger te slapen in één van de twee stapelbedden, die toen nog aanwezig waren. Gezagvoerder Willem van Veenendaal zette bij hem zo een jonge tijger op de borst", vertelt Hagens. Zeker tot het begin van de jaren '70 betekende het werk voor Jan Hagens een combinatie van vlie gen, reizen en avontuur. De eerste keer in Damascus bij voorbeeld. „Je stapte vanuit de toch burgerlijke Hollandse we reld in een heel andere atmos feer. De geur, het gekrioel van de mensen, dat was heel fasci nerend", zegt de Heilooënaar. „We vlogen in alle windrichtin gen en deden steeds nieuwe er varingen op. 's Nachts over de grote plas, via Lissabon naar Curasao, en naar bestemmingen in Afrika". De lijst van indruk ken is te lang om op te sommen. Opmars automatisering En tijdens alle vluchten die hij maakte was boordwerktuigkun dige Hagens verantwoordelijk voor de techniek aan boord. Daarbij was de inbreng van de computer bepaald minder dan vandaag de dag het geval is. De opmars van de automatisering heeft alles te maken met het uitsterven van het beroep van boordwerktuigkundige. Bestond de cockpit-bemanning van bij voorbeeld een Constellation in vroeger jaren voor een lange vlucht uit drie vliegers, twee te legrafisten en twee boordwerk tuigkundigen, tegenwoordig 'runnen' tijdens een vergelijkba re vlucht drie vliegers het toestel (bijvoorbeeld de nieuwe Boeing 747-400), inclusief de techniek! „Met zeven man in de cockpit was er duidelijk sprake van teamwerk", zegt Hagens. „Bij storingen was er een vast pa troon van handelen, waarbij ie der zijn taak had. De boordwerktuigkundige had über haupt direct en veelvuldig con tact met de gezagvoerder. Bij de introductie van de eerste Boeing werden de taken van vliegers en boordwerktuigkundi gen al meer geïntegreerd. Wij leerden ter voorbereiding op dit nieuwe toestel wat over naviga tie en vliegprocedures en deden - v .>■**- m het woord was hij al veel lan ger. De luchtvaartgeschiedenis is immers al zijn hobby sinds hij een kind was. Door zijn vele contacten met piloten en andere betrokkenen bouwde de Heilooë naar een groot archief op. In het begin van de jaren '60 las hij een artikel over de meidagen van 1940 in een luchtvaartblad. De gegeven informatie bleek sterk af te wijken van zijn eigen kennis. Hij reageerde en van het één kwam het ander: tussen 1964 en 1968 werkte Jan Ha gens mee aan de uiteindelijke Luchtmacht-stafwerk 'Luchtver dediging in de mei-dagen van 1940'. Nederlands-Indië Het balletje rolde door. Een ver zoek om mee te werken aan een vergelijkbaar onderzoek, maar dan voor de Nederlandse luchtvaart- en Luchtmacht activiteiten in het voormalig Op de foto's: Linksboven: Jan Hagens samen met Willem van Veenendaal tij dens een tussenstop in Istanbul (1953). Rechtsboven: Een Douglas C-54 Skymaster. Onder: Jan Hagens aan boord van de DC-8-63 (1972). PAGINA 7 later examen voor een radiotele- foniebrevet. De vliegers kregen een korte technische opleiding". This is your flight- engineer... Inmiddels is ongeveer de helft van de boordwerktuigkundigen omgeschoold tot vlieger. On danks zijn vroegere wens vlieger te worden, heeft Jan Hagens daarvoor niet meer de kans ge kregen, ondermeer daar de pen sioengerechtigde leeftijd in zicht kwam. Het omscholingspro gramma was voor de BWK's wel de mogelijkheid om uit de anonimiteit te treden. Wie her innert zich niet het praatje van de piloot aan boord, dat stan daard begint met This is your captain speaking'. De essentiële taak van de boordwerktuigkun dige is bij de meeste passagiers onbekend. In het jubileumboek van de Vereniging van BWK's, waaraan Jan Hagens intensief meewerkte, is een cynische ver wijzing te vinden in de titel: This is your flight-engineer speaking'. Uitkijkpost Kerstbijlage - 22 december 1993 Deze jubileumuitgave (1988) was het eerste grote 'boeken- project' van Hagens na zijn pen sionering. Maar een boeken wurm in de meest ruime zin van il»

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Uitkijkpost : nieuwsblad voor Heiloo e.o. | 1993 | | pagina 27