CD-tip
Uitkijkpost kerstbij lage 23 december 1998
5SI1
DE mum HOEVE1
Bert Westrus (I)
en Gerrit Piersma voor
het kunstwerk
in de gevel van de
rmalige Nieuwe Hoeve.
leerkrachten zijn vanzelfspre
kend uitgenodigd. Gelegenheid
genoeg dus om oude herinne
ringen op te halen en
misschien zelfs om oude con
tacten opnieuw aan te halen."
De reünie wordt gehouden op
vrijdag 29 januari van 20.00
tot 21.30 uur in de gebouwen
van de voormalige Zeskant aan
Het Malevoort 5/7 en de voor
malige Nieuwe Hoeve op
Boekenstein 43/44.
Mireille Spits
Ook Celine Dion kon dit jaar
niet ontbreken in het kerst
repertoire. Op de cd These are
special times brengt zij op
geheel eigen wijze een aantal
klassieke kerstliederen
waarvan sommige in duet met
R. Kelly en Andrea Bocelli.
Prijs f47,95.
Elk jaar krijgt de redactie van de Uitkijkpost voor de kerstbijlage
verhalen en gedichten toegezonden. Leuke, verrassende verha
len, voor jong en oud, die illustreren dat er heel wat schrijftalent
in Heiloo en omgeving huist. Het kinderverhaal dat wij hier
afdrukken, vonden we het mooist. Het gaat over het ontstaan
van de Kattenberg en hoe deze heuvel aan zijn intrigerende
naam komt. De schrijver is Ad Spruit uit Heiloo.
stenen vlakte. „We willen daar
graag dingen realiseren als
een voetbalveldje, een basket
balveldje en klimwanden. We
zijn nog op zoek naar geld
schieters."
Zeker is dat de oude Nieuwe
Hoeve straks bijna onherken
baar zal zijn geworden.
„Alleen het kunstwerk dat nu
bij de ingang is ingemetseld zal
ook in de nieuwe gevel worden
gebruikt."
De huidige onderkomens aan
Het Malevoort van de Freinet-
school en de voormalige
Zeskant gaan volgend jaar
tegen de vlakte. Er komt eerst
een voorlopige groenvoorzie
ning, daarna komen er huizen
te staan. „Dat is natuurlijk heel
definitief en daarom lijkt het
ons ook zo leuk voor oud-leer
lingen om voor het laatst nog
eens een blik te werpen in hun
oude scholen," aldus Piersma
en Westrus. Als enige nog
actieve leerkrachten die al
vanaf het allereerste uur op
Nieuwe Hoeve en Zeskant les
geven, zijn ze zeker aanwezig
op de reünie.
„Maar buiten ons tweeën zijn
er meer leerkrachten die ook al
heel lang lesgeven op deze
scholen, onder wie Kees
Verhagen en Dieuwke de Haas
van De Nieuwe Hoeve en Jol
Vlug en Deanne Glas van De
Zeskant. En ook Piet Brouwer,
die nog steeds lesgeeft op een
andere school in Heiloo. Het
zijn maar enkele namen, ook
andere leerkrachten en oud-
4kfc wksbduQA to
(k kloJieid&rQ
et was een gezellige drukte
in het Heilooërbos. Veel
ouders met kinderen waren
met spelletjes bezig.
Anderen wandelden tussen
hen door. Kinderen renden rond de
Kattenberg en holden de trappen op en
af. Twee kinderen waren aan het spelen
boven op de berg bij de dikke oude
boom. Ze probeerden de stam te
omspannenmaar hun armpjes waren
te kort. Ze riepen hun broertje: „W/1 je
ons helpen om de boom te omspan
nen?" Het broertje kwam erbij en met
z'n drieën zou het misschien net lukken
met de toppen van hun vingers tegen
elkaar en hun hoofdjes tegen de boom.
Maar wat was dat? Hoorde één van de
kinderen het goed? Het was net of er in
de boom of in de berg een poes
miauwde. „Stil eens," zei ze, „luister
eens goed, met je oor tegen de boom."
Alle drie drukten ze nu hun oor tegen
de oude bast van de boommet zijn
diepe groeven en scheuren. Heel stil
zaten ze, en ja, daar hoorden ze hef
weer, een heel zacht miauw, miauw.
„Hoe kan dat nou?" zei het broertje
„er is toch geen poes?" Maar daar ver
giste hij zich in, want...
Wel meer dan honderd jaar geleden
bestond Heiloo uit één heel groot bos.
Een heel mooi bos, met heel veel soor
ten bomen, struiken en andere planten.
De dieren vonden het fijn om in het
grote bos te wonen en te spelen, 's
Morgens vroeg kon je wel duizend
vogels horen zingen. De eekhoorns
sprongen van tak tot tak en gebruikten
hun dikke staart als stuur. Op de grond
waren heel veel kleine en grote dieren.
Torrenspinnen, mieren, slakken, mui
zen, ratten, konijnen, kattenslangen,
wolven, beren tijgers en leeuwen. Je
kon de wolven soms horen huilen:
hooooooooowhof de slangen horen
sissen: 'sssssssss'. Maar boven alles uit
kon je de leeuwen horen brullen:
'rrroooahhhrrr../
baas zijn. Dat kan natuurlijk niet. De tij
gers kregen dan ook geweldige ruzie,
en als er ruzie is wordt er niet gewerkt.
De berg kwam er dus niet.
De koning was erg verdrietig en huilde
soms 's nachts omdat zijn dieren hem
niet hielpen. Toen kwam er een lieve
poesdie vroeg aan de koning of zij,
met nog veel andere poezende berg
mocht maken. Dat vond Koning Leeuw
heel fijn. De poes riep alle poezen bij
elkaar. „Ga allemaal in een grote kring
staan," zei de moederpoes. En met hun
kleine pootjes gooiden ze de grond
achteruit. Steeds hoger en hoger werd
de berg. Alle poezen hielpen. Nadat ze
dagenlang hard gewerkt hadden, ont
stond er een hele grote en hoge berg.
Toen riepen ze Koning Leeuw erbij. Hij
was heel blij, want nu kon hij over het
hele bos kijken. Hij bedankte de poe
zen, dat ze door zo goed samen te wer
ken zo'n grote berg hadden gemaakt.
Er werd een groot feest gehouden. Alle
dieren waren er blij mee, want die kon
den ook op en rond de berg spelen.
Enkele jaren later werd de moederpoes
ernstig ziek. Ze was al heel oud en de
dierendokter kon haar niet meer hel
pen. De andere poezen brachten haar
nog wel wat eten, maar ze at zowat
niets meer. Midden in nacht is de moe
derpoes toen overleden. Toen Koning
Leeuw het hoorde ging hij op bezoek.
Hij zei: „De oude poes wordt begraven
in de berg die vanaf nu 'De
Kattenbergzal heten." En ter ere van
alle poezen plantte hij een boom boven
op de berg. De berg en de boom zijn al
heel oud, maar als je goed je oor tegen
de boom legt en heel goed luistert, dan
kun je de poezen horen miauwen.
Probeer het maar eens...
De koning van het bos was een hele
grote oude leeuw. Op een mooie dag
in de zomer riep Koning Leeuw alle die
ren bij elkaar. Koning Leeuw vroeg of
de andere dieren voor hem een hoge
berg zouden willen maken. Als hij dan
op die berg stond, kon hij over het hele
bos kijken en alle dieren zien, „Ja,"
zeiden de vogels, „die berg willen wij
wel maken," maar de vogels fladder
den maar wat heen en weer en gooi
den wel wat kleine takjes op de grond
maar zó kwam er geen berg. Ja, zolang
je maar wat heen en weer fladdert,
wordt het ook niets.
Toen zouden de tijgers het gaan doen.
Groot en sterk, dus nu zou de berg er
wel vlug zijn. Maar iedereen wilde de