3
Echtpaar Otte
Riet
Stevens-Wit
deelt al 65 jaar lief en leed
Mooie
Heiloo
herinneringen aan oud
3
K.
ALKMAAR - Ruim een jaar voor het einde van de
oorlog, op 9 maart 1944 stapten Nel Klerk (1921) en
Wim Otte (1919) in het huwelijksbootje. Ze had
den elkaar leren kennen tijdens het dansen in De
Harmonie in Allernaar. Nel, geboren in Schermer-
horn, verhuisde met haar familie naar Heiloo toen
zij anderhalfjaar oud was. Haar vader was melk
venter, terwijl haar moeder een winkeltje in boter,
kaas en eieren runde aan de Kennemerstraatweg.
Buiten schooltijd hielp ze vaak mee in de winkel.
HEILOO - Ze heeft haar hele leven in Heiloo ge
woond. Op 22 juni 1934 werd Riet Wit geboren en
groeide op als jongste telg in een traditioneel ka
tholiek Heilooër gezin met acht kinderen. Gedu
rende haar hele jeugd woonde ze aan de Holleweg,
pal naast het oude Badhuis en tegenover haar oma
Briefjes.
Zij heeft de voor die tijd vanzelfsprekende scheiding
tussen katholiek Heiloo en de niet-gelovige inwoners
van het dorp nog heel bewust meegemaakt. Riet: „De
scheiding lag zo'n beetje halverwege de Holleweg,
bij de algemene begraafplaats. Richting het station
woonden voornamelijk katholieke gezinnen. Zelfs
de middenstand was toen opgedeeld in katholieke en
niet-katholieke ondernemers. Als kind ging ik naar de
katholieke meisjesschool, gelegen naast het voorma
lige klooster aan de Pastoor van Muijenweg.
Daar kregen wij les van de nonnetjes. We moesten
iedere morgen naar de kindermis; dat telde mee voor
je rapport. Jongens en meisjes gingen gescheiden
naar school. Ook in de kerk zaten de mannen geschei
den van de vrouwen. Na schooltijd speelde ik wel
met meisjes uit de buurt, die niet-katholiek waren.
Gedurende de oorlog werd geen les gegeven op school,
omdat het er wegens kolengebrek te koud was. Ik weet
nog dat we vaak langs het spoor naar kolen zochten,
die van een treinwagon waren gevallen. We kregen in
die tijd thuis les van een schooljuf. Na de lagere school
heb ik nog naailessen bij de nonnen gevolgd en daarna
ging ik al vrij snel aan het werk in de huishouding.
Want ik zag al dat geleer helmaal niet zitten."
Riet heeft mooie herinneringen aan het oude Heiloo.
„Heiloo was in mijn jeugd nog een echt tuindersdorp,
waar je iedereen kende en andersom. Na de oorlog
kwamen de eerste 'mensen van buiten' in het dorp
wonen, want Heiloo was ook in die tijd een geliefde
Op haar vijftiende ging ze naar de modevakschool.
„Na het uitbreken van de crisis van de jaren dertig
heerste er enorme armoede; mensen hadden zelfs
geen geld om melk te kopen. Er werd dus ook bij ons
thuis toen geen geld verdiend. Mijn opleiding kwam
dan ook goed van pas, want ik naaide al onze kleding
zelf en kon tevens iets bijverdienen."
Wim, geboren en opgegroeid in Akersloot, ging na
de lagere school naar de ulo in Alkmaar. Toen na zijn
opleiding de crisis uitbrak stonden mensen in lange
rijen in de hoop op werk. Wim hielp daarom mee in de
manufacturenwinkel van zijn ouders. Hij werd er door
zijn ouders opuit gestuurd met een koffer vol kleding
om te verkopen. Toen hij op een dag met dit doel in
Krommenie aankwam en langs een lange rij werkzoe
kenden voor de blikfabriek fietste, kreeg hij daar tot
zijn verbazing werk aangeboden. In 1939 betrok Wim
zijn eerste baan op de afdeling nacalculatie op het
kantoor van de blikfabriek. Een jaar later leerde hij Nel
kennen. Wim: „We trokken er, ondanks de oorlog, per
fiets op uit om in de omgeving leuke dingen te doen,
zoals dansen in Alkmaar. Daar ontmoette ik Nel. Ik
was onder de indruk van deze leuke jongedame en
gelukkig bleek dit wederzijds. Gedurende de oorlog
hadden we verkering. Je kon in die tijd alleen maar
trouwen als je woonruimte kreeg toegewezen en
goedkeuring van je ouders had. Maar mijn vader zat
ondergedoken in Zaandam en kon ons daarom geen
officiële goedkeuring geven. Advocaat Wiene heeft
dit probleem opgelost door een verklaring voor ons te
schrijven."
De dominee verhuurde toen de bovenverdieping van
de pastorie in Akersloot en deze ruimte kwam vrij.
„Mede omdat we dachten, dat door de geallieerde
invasie de oorlog wel snel voorbij zou zijn, besloten
we op 9 maart te trouwen. Op 23 februari 1944, de
gemeente om in te wonen. De winkeltjes in de oude
stationsbuurt, waar wij vroeger onze boodschappen
haalden, zoals de sigarenwinkel van Burgering, krui
denier Admiraal, Ranzijn, bakker Jonker, melkboer
Kraakman en andere zijn allemaal verdwenen. Nadat
ik trouwde, zijn we aan de Oosterzijweg gaan wonen;
het huisje stond midden in het weiland. Hier zijn de
kinderen geboren; één dochter en twee zonen. Vanaf
ongeveer mijn veertigste heb ik als verkoopster in
diverse winkels gewerkt en hielp tevens in de groente
verjaardag van mijn vader, gingen we in ondertrouw.
Mijn vader zat gedurende de oorlog bij de Onder
grondse. Op onze ondertrouwdag zijn Nel en ik naar
zijn onderduikadres in Zaandam gegaan. Daar waren
tevens mijn moeder, broer en zus gearriveerd en zo
vierden we een klein familiefeestje." Nel: „Het trouw
feest zelf was van korte duur; we trouwden in het
gemeentehuis van Heiloo, maar om acht uur 's avonds
moest iedereen vanwege spertijd weer thuis zijn. Het
einde van de oorlog liet helaas op zich wachten en de
hongerwinter zou nog aanbreken." Na hun trouwdag
betrok het kersverse echtpaar de verdieping boven de
pastorie. Twee maal moesten ze echter halsoverkop
hun woning verlaten, omdat de Duitsers het hadden
geconfisqueerd. Uiteindelijk belandden ze in Heiloo,
om tijdelijk bij de ouders van Nel in te wonen. De hele
hongerwinter hebben ze in een kamertje aan de Ker-
kelaan gewoond, waar ze via Nels vriendin Alie Vorst
terecht waren gekomen. „Het was een beangstigende
tijd. We bleven op de hoogte van de situatie in de regio
door nieuws uit de verzetskrant, uitgegeven door Ger-
rit Keppel. En via Radio Oranje."
Hun twee zonen, Gerrit en Herman zijn na de oorlog
geboren aan de Rechte Hondsbosschelaan. Vlak na de
oorlog werd voetbalvereniging De Foresters opge
richt, waar Wim tot zijn 33ste heeft gevoetbald. In
1947 kreeg Wim een baan bij de sociale dienst van de
gemeente Alkmaar. De familie Otte verhuisde naar
Alkmaar. In 1971 keerden ze terug naar Heiloo. Veel
oudere Heilooërs kennen Wim nog van de buitenland
reisjes 'Door en Voor Ouderen' (DVO). Nel is al dertig
jaar lid van Heilooër bridgeclub Sans Atout en speelt
daarnaast nog bij de huisvrouwen. Haar vaste bridge-
maatje is haar oude buurmeisje uit haar jeugd, Jopie
Krul Harreveld. Het echtpaar is gezegend met zes
kleinkinderen. Vijf wonen in de buurt en één woont
en werkt met zijn vriendin in Ethiopië. In 2002 is het
echtpaar wederom naar Alkmaar verhuisd en woont
nog altijd zelfstandig en in goede gezondheid aan de
Willem de Zwijgerlaan. „Maar onze band met Heiloo
blijft erg hecht," aldus Wim en Nel.
kraam van Schut, die vaak bij de Witte Kerk stond. Ik
ben gescheiden van mijn eerste man, wat een schande
was in die tijd! Daarna heb ik mijn tweede man leren
kennen en zijn we aan de Westerweg gaan wonen,
voorbij het Heilooërbos." Riet, die al weer elf jaar naar
volle tevredenheid in De Woonheuvel aan de Zeeweg
woont, heeft geen geraniums in haar vensterbank
staan; ze is nog altijd volop actief en houdt van fietsen
en bridgen. Bovendien zit ze inmiddels al weer bijna
25 jaar bij het ouderentoneel in Het Trefpunt.