Drie vrienden doen hun verhaal fflan van Vught De Rtlantikuial! Adriaan de Graaf (1937), Piet Burgering (1933) en Hans Brink (1947) zien elkaar nog regelmatig. Zij kennen elkaar vanuit het slagersvak en twee van hen hebben de Tweede Wereldoorlog heel bewust meegemaakt. Hans Brink, nazaat van de familie Brink die een slagerij aan de Kennemerstraatweg 406 had, is de jongste van het stel en kan alleen de verhalen navertellen die hij heeft gehoord. Hans' moeder was in de oorlog erg ziek, zijn vader is opgepakt en via Schutterswei (Alkmaar) getrans porteerd naar de kampen Vught en Westerbork. Hans: "Vader en moeder Brink maakten alles klaar voor de gaarkeuken in het Brunogebouw. Zij maakten onder andere soep en vleesbouillon. Met de handkar ging men dan de wijken in om de soep en de vleesbouillon uit te geven. Ook maakte mijn vader bloedworst. Mij werd na de oorlog verteld dat de boeren de boel besodemieterden en gewoon 100 kilo minder vlees afleverden dan er in werke lijkheid gezegd werd. Het vlees wat niet afgeleverd werd kwam ten goede aan mensen die het nog harder nodig had den. Mijn vader bracht de spullen met de bakfiets naar het Brunogebouw. Ik weet dat er altijd op maandag geslacht werd. Ook heeft mijn moeder enge momen ten meegemaakt. Tijdens de oorlog hebben de Duitsers een pistool op haar gericht. Zij moest een stuk spek afgeven. Er werd in die tijd veel gerom meld met vlees. Het mooie vlees werd achtergehouden. Voedselbonnen voor het dorp waren ook bij de slagerij verkrijgbaar. Net als bij andere slagers en bakkers in Heiloo." Adriaan de Graaf at vaak bij vader en moeder Brink. Onderweg naar school kwam hij daar langs. Adriaan "Meerd ere mensen aten mee aan de Pastoor van Muijenweg. Ik herinner me nog dat een oom van Piet Burgering ondergedo ken heeft gezeten bij de familie Brink. En wat ik nooit meer vergeet is die dag in 1945 toen ik als jochie van 7 jaar de Nederlandse vlag zag wapperen op de WiUibrordstichting. We waren bevrijd!" Piet Burgering was ten tijde van het uitbreken van de oorlog al wat ouder. "Mijn ouders hadden een slagerij aan de Kennemerstraatweg 482. Als jochie moest ik vaak naar de stichting. Ik kwam daar via sluipweggetjes want je mocht niet over straat. Ik had een met water gevulde groene kan bij me, maar in werkelijkheid zat er in die kan pure alcohol. Later ging ik op de fiets met twee pakketjes op weg naar Alkmaar. Ik kwam er dan met één •r" Adriaan, Piet en Hans met een attribuut uit de oorlog waarmee men var terug. In dat ene pakketje zat kant-en- klare jenever. Er werd bij ons clandestien geslacht. Maar wel met de moffen voor de deur. Veelal werden dieren 's nachts opgehaald. Altijd voorzichtig, want er was natuurlijk wel een avondklok dus we mochten 's avonds niet meer naar bui ten. Mijn vader zat bij de ondergrondse en er was een radio in huis zodat er naar Radio Oranje geluisterd kon worden." Jaarlijks vindt op 4 mei in Heiloo de dodenherdenking plaats bij de Man van Vught aan Frederica's Hof in Heiloo. Na de twee minuten stilte houdt burgemeester Romeyn daar normaal gesproken een toespraak. De Man van Vught staat symbool voor de vrijheid. Het bronzen beeld toont een magere man, zittend op een muurtje. Hij staat symbool voor de gevangenen van Vught. De handen zijn op de rug vastgebonden. Ondanks alles staat de uitgemergelde man rechtop. Met zijn opgeheven hoofd geeft hij uitdrukking aan trots en onverzettelijkheid. De bezetter ontplooide in Heiloo verschillende militaire activiteiten. Dit hing samen met de Atlantikwall. De Atlantikwall was een uitgebreid verdedigingsstelsel van bunkers, kustbatterijen, stellingen, loopgraven etc. dat o.a. langs de Nederlandse kust liep. Het Duitse LXXXVIII. Armeekorps moest een vijandelijke invasie overzee afslaan, mochten de geallieerden besluiten om in Nederland aan land te gaan. Er was bij de Kennemerstraatweg even voorbij 'de Kattenberg' in Heiloo een enorme betonnen antitankversperring aangebracht, die op zijn beurt aansloot op een tankgracht. Op het grondgebied van de gemeente Heiloo stonden talloze paalversperringen, bedoeld om vijandelijke luchtlandingen met zweefvliegtuigen tegen te gaan. Andere defensieve maatregelen betroffen het onder water zetten van weilanden en het plaatsen van 'draketanden'. Er lagen bunkers in het Blockhovepark. Om de zoveel honderd meter was een groot aantal schuttersputjes langs de Straatweg gegraven, alsmede een U-vormige aarden 'vluchtwal' (een zogenaamde Splitterbox) in de berm. Deze was bedoeld om voertuigen tegen geallieerde luchtaanvallen te beschermen. Bron: AVC-rapport vooronderzoek aansluiting Heiloo op A9

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Uitkijkpost : nieuwsblad voor Heiloo e.o. | 2020 | | pagina 28