i XL rffV I V Een kerstverhaal door Robin Raven Hero staat in de keuken. Hij loert door de luxaflex naar buiten. 'Goeie tip, Des,' mompelt hij. Hang leve de buurtapp. Ik zie die gasten nu de straat inlopen.' 'Met wie zit je te kletsen?' roept zijn vrouw vanuit de woonkamer. 'Met Desmond van de overkant.' Hero sluit zijn mobiel af en draait zich om. 'Staan de fietsen binnen? En is de garage op slot? Ik moet even wat regelen.' 'Maar het is kerstavond! We gingen toch Home Alone kijken?' 'Geen paniek,' mom pelt Hero, terwijl hij zijn jas aantrekt. 'Ik ben op tijd weer terug.' 'Wow! Zo hoog!' Jetske kijkt naar de kerstboom op het pleintje van 't Loo. Meters hoog en prachtig versierd. Rick knikt stoer. 'Deze kanjer heb ik vannacht speciaal voor jou gekapt en vanuit het Heilooërbos hiernaartoe gesleept. Vind je het wat?' Jetske kijkt opzij. 'Je bent een leugenaar,' grinnikt ze. 'Maar wel een leuke.' Ricks wangen gloeien. Hij is verliefd op Jetske maar hoe spreek je zoiets uit? Soms oefent hij voor de spiegel maar elke zin klinkt fout. Instagram of een appje zou kunnen, maar als het verkeerd valt, ziet iedereen het en ben je het lachertje van de week. Het is dus even wachten op het juiste moment. 'Onzin,' mompelt iemand naast hem. 'Klinkklare onzin.' Jetske en Rick kijken opzij. Het is opa Kaandorp. Opa kent iedereen in Heiloo en iedereen kent opa. Opa Kaandorp is Heiloo. 'Hoi opa,' zegt Rick. 'Wat is onzin?' Opa Kaandorp slaat op de leuning van zijn rolstoel. 'Hoor je dat liedje dan niet?' Door onzichtbare speakers klinkt de opgewekte stem van Dean Martin: Let It Snow! Let It Snow! Let It Snow! 'Onzin!' zegt opa nog maar eens een keer. T)e aarde warmt op dus nooit meer een Elfstedentocht. Nooit meer de ijsbaan in het Heilooërbos. Nooit meer koek-en-zopie. Nooit meer sneeuw. Het enige witte hier is het hekje rond deze boom.' Hij slaat op het hekje om zijn woorden kracht bij te zet ten. 'En we mogen ook niet meer met zijn allen bij elkaar komen om Kerst te vieren. Het lijkt wel weer oorlog!' Na deze tirade mompelt hij nog wat door. Rick denkt na. Opa is een mopperaar eersteklas maar hij heeft wel een punt. Het heeft jaren niet meer gesneeuwd in Heiloo. En voor ijs moetje naar de baan in Alkmaar. Annabel gilt het uit. Bart laat van schrik bijna het stuur los. 'Gaat het?!!' roept hij. Annabel slaat hem keihard in zijn zij. 'Natuurlijk niet, sukkel! En rij alsjeblieft door! Ik knap bijna uit elkaar!' Ineens klinkt er geratel. De dashboard lichtjes vallen uit en het gaspedaal blokkeert. Dan wordt het stil. Barts ergste nachtmerrie komt uit: de motor is overleden. De vier wielen rollen geluidloos verder en met een zachte bonk komt het wagentje tot stilstand tegen het beeld van de fietsende vrouw. Bart slaat woedend op het stuur. Het koekblik is zoveelstehands en gekocht op een vaag industrieterrein bij iemand met spierwitte tanden en een gladde babbel. Geld voor een nieuwe had hij niet. Annabel kan ieder moment bevallen en met zijn salaris komen ze niet ver. Ze wonen al maanden bij de ouders van Annabel want in Heiloo zijn koopwoningen onbetaalbaar en van sociale huurwoningen kunnen jonge starters alleen maar dromen. 'De winkels zijn nog open,' oppert hij, knik kend naar 't Loo. 'Misschien hebben we mazzel en loopt er een dokter rond!' Hij stapt uit, rent om de auto heen en helpt Annabel overeind. Samen strompelen ze naar de ingang van het winkelcentrum. Maria van beddenzaak Beter Bedlehem (een flauwe woordgrap van de vorige eigenaar) loopt naai' de uitgang bij het plein. Ze kijkt op haar horloge: kwart voor negen. Het stalen hek mag naar beneden. De laatste bezoekers kunnen 't Loo verlaten via de kant bij De Beun. Het was een lange dag. Maria stond vanaf negen uur in de winkel en nu wil ze zo snel mogelijk naar huis. Het is te laat voor een kerstmaaltijd maar Home Alone met wijn en kaas is ook leuk. Home Alone is het verhaal van haar leven. Veel vriendjes maar nooit een vaste relatie. Maar het is goed zo. Maria geniet van haar vrijheid. Ze duwt de sleutel in het kastje om het hek te laten zakken. Dan ziet ze in de duis ternis iets dichterbij komen. Ze gelooft haar ogen niet. Het enige dat ontbreekt is een ezeltje. 'Is het nog ver?' vraagt Yusuf. Omar kijkt op zijn mobiel. 'Geduld, vriend. Nog een paar minuten en dan zijn we er.' 'Insjallah,' mompelt Jafaar. Als God het wil. 'Een beetje geluk kan ik wel gebruiken.' 'Wij allemaal, vriend,' zegt Omar. 'Wij allemaal.' Ze lopen snel door. Tien meter achter hen lopen Hero en Des. 'Wat zeiden ze?' vraagt Hero. Des haalt zijn schouders op. 'Weet ik veel. Ik kon het niet ver staan. Andere taal, hè. Bart barst los: 'Mijn vrouw kan ieder moment beval len, ik moest halsoverkop weg van mijn werk, en ik had avonddienst, en ik heb nog geen vaste aanstelling, en de baas is een zeurpiet, en de auto is stuk, en ik had dat kreng nooit moeten kopen, en als de politie komt krijgen we een bekeuring want ik ben tegen een beeld aangereden, en de kunstenaar zal wel woedend zijn, en we moeten naar het Noordwest Ziekenhuis, en ik. Maria onderbreekt de woordenstroom: 'Ho, ho, ho, dat zijn een heleboel "ennen", vriend! Rustig aan! Adem in, adem uit!Ze pakt Annabels linkerhand. 'Kom maar met mij mee,' zegt ze vriendelijk. 'Ik heb genoeg ziekenhuisseries gezien om dit varkentje te wassen. En aan hysterische man nen hebben we niks.' Ze knikt naar Bart. 'Hopelijk valt hij snel flauw.' Annabel grinnikt. Ondanks de pijn. Maria neemt Annabel mee de winkel in. Ze legt de zwangere vrouw voor zichtig op een bed in de hoek. Daarna pakt ze haar mobiel en belt snel 112. 'Daar had jij weer niet aan gedacht, hè?' zegt ze tegen Bart terwijl ze haar telefoon dichtklapt. Bart is neergeploft op de rand van een bed naast Annabel. Hij schudt verdwaasd zijn hoofd. Momenteel denkt hij inder daad helemaal nergens aan. Maria voelt zijn wanhoop. 'Geen paniek,' zegt ze. 'Ze zijn hier binnen een paar minuten. Een arts en mensen van de kraamzorg.' Ze kijkt naar Annabel. 'Vertrouw op mij, meis- sie, het komt altijd goed.' Maar het komt helemaal niet goed. Er is een ongeluk gebeurd op de Kennemerstraatweg. Een geschaarde vrachtwagen belemmert het verkeer aan beide kanten. Geen slachtoffers, maar wel twintig auto's in de poeier. Het is een ravage. Zelfs de ambulance kan er niet door. Maria checkt haar mobiel. Haar gezicht betrekt. Ze ziet dat het niet goed gaat. Een ziekenhuisbevalling is nu onmogelijk. Haar stoere opmerking over die ziekenhuisse ries was natuurlijk een flauw geintje. Dat sloeg nergens op. Mijn God, denkt ze. Heb ik hier goed aan gedaan? Wat nu? Ze aarzelt. Improviseren. Dat is de enige optie. Ze loopt de passage in. Niemand. Alle kopers zijn vertrokken. Nee, wacht. Bij de kerstboom op het pleintje staan nog twee tieners en iemand in een rolstoel. Maria twijfelt geen seconde. 'Hee, jullie daar! Hierheen! Snel! Ik heb hulp nodig!' Rick en Jetske kijken om. Ze zien een vrouw zwaai en. Uit de beddenwinkel klinkt een schreeuw, als van een dier in doodsnood. Wat is daar aan de hand? Ze bedenken zich geen seconde en rennen naar de winkel. Opa Kaandorp rolt erachteraan. Deel 2 van dit kerstverhaal, geschreven door Robin Raven, leest u in de Uitkijkpost van woensdag 23 december. n

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Uitkijkpost : nieuwsblad voor Heiloo e.o. | 2020 | | pagina 12