't VLIEGEND BLAADJE.
Alpnieenc Nieuws-
en Adrertentiebode
VOOR DEN HELDER EN OMSTREKEN.
Oplaag 4000 Ex. Prijs 1 Cent.
Mo. 153.
Woensdag 5 Augustus 1874.
Tweede Jaargang.
Advertentiën van 15 regels 25 Cent. Elke regel meer 5 Cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Verschijnt
DINSDAG en VRIJDAG.
Uitgevers
BERKHOUT Co.
Abonnement per drie maanden 30 Ct.buiten deze gemeente, franco per post, 50 Ct.
Vertrekdagen der Mails.
Naar Oost-Indië:
Via Brindisi 5 Aug. 's avonds 6.55.
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDER, 4 Aug. 1874.
Zaterdag jl. is men aan den
liavendijk alhier, naast de gebouwen
van de Stoomvaart-Maatschappij Ne
derland," begonnen met het bouwen
van de noodige lokalen voor kantoren
en pakhuizen, ten behoeve van de
Stoomvaart-Maatschappij »Java."
Zr. Ms. stoomschip »Cornelis
Dirksz," is Zondagmorgen jl. van hier
vertrokken naar de Engelsche kust,
tot het houden van een oefenings-
tocht met jonge matrozen.
Woensdagmiddag ontdekte men
alhier bij het lossen, aan boord van
het koopvaardijschip Anna Sophie,
kapt. Hoekstra, twee dagen te voren
van Batavia binnengekomen, een slang
van 8 a 9 voet lengte, tusschen de
koffiebalen en de garneering. Het
dier was dood, maar had blijkbaar
nog kortelings geleefd. Niemand der
schepelingen begrijpt hoe zij aan
boord is gekomen.
Met den 17n Aug. a. s.wor
den geplaatst aan boord van het
schroefstoomschip Cura9ao"de luit.
t. z. 1. kl. L. J. E. Hajenius, als 1.
off.de luit.s t. z, 2. kl. J. D. A.
Nederburgh, W. A. Buytendijk, O.
Kreet de Virieu en jhr. W. Laman
Trip; de adelb. 1. kl. O. H. Kuyck,
C, F. de Ruyter de Wildt, R. Betz
en H. Rudolph; de off. van gez. 1.
kl. dr. D. Hellema; de off. van gez.
2. kl. G. A. Haremaker; de off. van
adm. 1. kl. J. H. K. Ten Hove, en
de scheepskl. J. F. De Meester en
H. A. Engeringh.
Het stoomschip Prinses Ama-
lia," kapt. E. W. Fabritius, van de
Stoomvaart-Maatschappij Nederland
heeft zijn eerste reis van hier via
Southampton en Napels naar Padang
volbracht, in 37 dagen, met inbegrip
van alle oponthoud (zijnde 1 etmaal
voor 't passeeren van het Suez-Kanaal
en 5 dagen oponthoud in Southamp
ton, Napels en Port-Saïd) of 31 etmaal
zeestoomen, hetwelk gelijk staat met
een gemiddelde snelheid van ruim
11 mijl per wacht.
Voor den Hoogen Raad werd
gisteren in cassatie behandeld de zaak
van K. de Jager, door het Prov.
Gerechtshof van Noord-Holland ver
oordeeld tot 7 jaren tuchthuisstraf,
wegens poging tot moord op een
bewaarder van de correctioneele ge
vangenis te Hoorn. De adv.-gen.
heeft geconcludeerd tot vernietiging
van het arrest, op grond dat het
hof niet als verzwarende omstandig
heid in aanmerking had genomen een
vroegere veroordeeling voor langer
dan één jaar.
De Haagsche politieagent Werson
heeft de hem toegeschreven misdaad
nog niet bekend, daarentegen erkent
hij de daad bedreven te kunnen
hebben. Hij was zeer ontroerd bij
het zien van zijn slachtoffer tijdens
de confrontatiede houding der volks
menigte tijdens de overbrenging van
den beschuldigde naar het [huis van
arrest was zeer dreigend, zoodat de
politie de hulp van militairen moest
inroepen.
Zaterdagochtend te 10 uren
heeft te 's Hage de begrafenis plaats
gehad van den koetsier Hansen, het
slachtoffer van den noodlottigen twist
in de Koningstraat, op Donderdag
avond 11. Voor de woning van den
ongelukkige, in de van der Duynstraat,
bevond zich een menigte meusehen,
nog diep getroffen, in gesprek over
de vreeselijke tragedie, die andermaal
in hun omgeving was afgespeeld.
Reeds was gisterenavond het lijk van
den verslagene uit het gasthuis naar
de ouderlijke woning overgebracht.
Bij het afrijden van den stoet ging
een viertal van Hansens vrienden,
waarvan twee op den gemelden avond
bij hem waren, naast de lijkkoets,
die door vier rijtuigen werd gevolgd,
met de naaste betrekkingen en den
patroon van den overledene. Een
aanzienlijke menigte volk begaf zich
mede naar de algemeene Prot. be
graafplaats aan het Kanaal, waar het
lijk zou worden ter aarde besteld.
Dinsdagmiddag werden te Win
schoten per spoor, onder geleide van
de politie,gevankelijk binnengebracht,
vier personen, n. 1.J. B. Rijnberg,
stuurman, J. A. Kemper, kok, bene
vens twee matrozen, (vreemdelingen)
behoorende tot de bemanning van 't
te Nieuwe Pekela te huis behoorend
schip Neutraal," thans liggende te
Cette, in Frankrijk. De oorzaak dezer
transporteering en gevangenneming
moet, naar men verneemt, worden
toegeschreven aan verregaande wan
ordelijkheden en ongehoorzaamheid
jegens den kapitein, door de schepe
lingen gepleegd.. De stuurman be
hoort te Nieuwe Pekela en de kok
te Nieuw Beerta te huis; de beide
anderen in Pruisen.
De lOjarige zoon van den dag-
looner Fokkema werd gebruikt om
bij den landbouwer Heins op het vee
te possen. Een stier kwam in de
nabijheid van den knaap, die het beest
misschien wel een beetje plaagde; de
knaap werd althans door den stier
aangevallen, op de horens genomen
en omhoog geworpen. Met verplet
terd been, gebroken kaken en badende
in zijn bloed werd de jongen gevon
den. Dadelijk werd hem de noodige
deskundige hulp verleend, maar veel
hoop, dat men hem in het leven zal
houden, is er niet.
Naar men aan de »Wins. Ct."
mededeelt, moet door wijlen den hr.
P. Warmolts, dezer dagen te Gro
ningen overleden, aan de algemeene
armen dier gemeente een som van
f80.000 zijn vermaakt. De nalaten
schap van dien heer wordt op vijf
ton geraamd.
De werkmans-vereeniging te
Middelburg heeft een adres verzonden
aan den minister van justitie, met
verzoek dat spoedig een wet tot stand
kome, waarbij zoowel aan de thans
bestaande als aan de op te richten
coöperatieve winkelvereenigingen
rechtspersoonlijkheid worde verleend.
Van de aanhouding van Skene,
den gevluchten administrateur van de
dienstverrichting te Amsterdam, is
noch bij de politie te 's Hage noch
te Scheveningen iets bekend.
Te Vlaardingen lag een zesjarig
knaapje naast zijn twee zusjes te
slapen, toen de moeder met de pe
troleumlamp in de hand het bed na
derde, om naar de kinderen te zien.
De lamp sprong en de brandende
olie kwam op het hoofd en in den
mond van het jongetjehet kind stierf,
na veel geleden te hebben, twee uur
later.
Bij een volkomen windstilte,
die den geheelen dag heerschte, ont
stond te Franeker Woensdag, onge
veer 12 uur, een windhoos,' die haar
weg nam over een deel der kermis
tenten. De kracht van de hoos was
zoo sterk, dat van sommige kramen
en tenten geen stuk bleef staan en
de planken als bladeren in de lucht
ronddraaiden. Een ijzeren leuning,
die in steen gemetseld was, werd
door den val van een tent en de
kracht der hoos uit den grond gelicht
en op zij geschoven. Een aak, die
dicht bij de stad op het land lag,
werd opgenomen én kwam op een
stuk bouwland weer terecht.
Omtrent de Zeemeermin, die op
verschillende kermissen te zien is ge
weest, blijkt volgens het »Vad." uit
een te Brussel ingesteld onderzoek
het volgende: De verleidelijke zee
nimf, wier betooverende stem (volgens
de explicatie van den man met het
rietje aan den ingang der tent) de
zeevarenden tot zich lokt om hen
daarna in 't verderf te storten, was
een jongen met een vrouwenkap
sel op het hoofd. Het bovenlijf was
van caoutchouc vervaardigd en de
vischstaart van papier-machéOm 't
gewenschte effect te verkrijgen, stond
de jongen recht overeind onder den
val van een verborgen spiegel. De
uitwerking was tevens van dien aard,
dat de bak, waarin zich »het meer
wijf' oogenscliijnlfjk bevond, en
waarin slechts eenige centimeters wa
ter stonden, veel dieper scheen dan
hij werkelijk was.
Vroeger werd er op gewezen,
dat Frankrijk in 1870 den oorlog
begon met een actief leger van 400.000
man en een reserve van 200.000
man, terwijl het nu een even groot
actief leger en een reserve van een
millioen manschappen heeft. De re
serve bestaat uit hen, die hun tijd
bij het staande leger uitgediend heb
ben, uit het niet in dienst genomen
gedeelte van het jaarlijksch contingent
en uit voorwaardelijk vrijgestelden.
Intussclien weet de minister niet, wat
hij met al die manschappen doen zal
hij heeft geen wapenen en kleediug
voor hen en 500.000 man der reserve
zijn hoegenaamd niet geoefend. Het
volgend jaar zullen er 250.000 bij
wijze van proef onder de wapenen
komen. Sedert de algemeene dienst
plicht is ingevoerd, is de helft van
het jaarlijksch contingent niet geoe
fend kunnen worden en is de aetieve
sterkte van het leger zoo laag mo
gelijk gesteld, daar alle magazijnen
leeg waren.
De brand op de landingplaats
te Liverpool ontstaan, heeft de rjj
der groote branden in die stad weder
met een vermeerderd. In 1802 ver
brandde er voor een waarde van 12
millioen gulden. In 1833 vernielde
een brand voor een waarde van ruim
3 millioen guldeu. In 1862 had een
groote brand plaats waarbij 23 per
sonen omkwamen, en de schade, nu
aangericht, bedraagt weder milioenen.
Door de nabijheid van het water was
men zoo gerust, dat alle bluschmid-
delen ontbraken. Toen stoomspuiten
op schepen waren aangebracht, had
de brand reeds zoozeer de overhand,
dat aan geen blusschen meer te den
ken viel.
Een vreeselijk voorval had den
24 Juli te Göttingen plaats. De
paarden van een rijtuig, waarin
een heer en een dame waren gezeten,
geraakten op hol. Tot aan het Markt
plein in pijlsnelle vaart voortgerend,
wendden de woeste dieren zich op
eens naar de met een ijzeren hek
omgeven fontein. Een vreeselijke
schok en de beide ongelukkigen,
die in het rijtuig waren gezeten, wer
den over de paarden geslingerd en
tegen de fontein verbrijzeld. De heer
was onmiddelijk overleden, terwijl de
dame slechts korten tijd na het on
heil den adem uitblies. Een der
punten van het hek was door het
geheele lichaam gedrongen. Beiden
waren vreemdelingen, naar men zegt
een jong echtpaar, dat zijn huwe
lijksreisje maakte.
Tot voor korten tijd was in de
gevangenis te Rheims een diefegge
opgesloten, die zich zekeren naam ge
maakt had door haar herhaald ont
snappen uit gevangenissen, onder om
standigheden welke grooten moed en
kunstvaardigheid vereischten. Zij heeft
nu onlangs dien naam niet te schande
gemaakt; zij verdween nu ook uit
de gevangenis te RheimsDes nachts
is het haar, ondanks de voortdurend
nauwgezet uitgevoerde nachtronden,
gelukt, waarschijnlijk met een hand
zaag, een opening in de deur harer
cel te maken. In den gang van het
gebouw stuitte zij op een venster,
dat met ijzeren staven op een afstand
van 58/.t duim verzekerd was, doch
zij wist ze zoo kunstig door te vijlen,
dat zij "er door kon sluipen. Nu
bereikte zij de plaats, waarvan alle
uitgangen des nachts gesloten zijn.
Ook hier wist zij echter raadonder
de muren loopt èen aan beidé kan
ten met ijzeren staven voorziene goot
voor vuil water. Hoewel de staven
slechts zeven duim van elkander ston
den, wist de slanke vrouw er door
heen te geraken. De laatste hinder
paal was een schutting van 15 tot
18 voet hoogtezij is waarschijnlijk
met een touwladder er over heen ge
komen, en toen was zij vrij.
Eenige jaren geleden was zij door
het dak van de gevangenis ontvlucht;
ze heeft toen op een wijze, welke
nog niet duidelijk geworden is, de
aard'e bereikt van een hoogte van
8Q tot 90 voet.
Bij Bielgorod, in het Russische
gouvernement Tula, is een meteoor
steen gevallen, en wel van zoodanige
zwaarte en met zulk een kracht, dat
hij vier voet diep in den grond drong.
Hij weegt 247 pond, is 21 duim lang,
11 duim breed en 1 voet hoog.
In de Vereenigde Staten maakt
men zich wederom bevreesd voor
een Indiaanschen opstand. Sommige
stammen hebben reeds ernstige on
geregeldheden gepleegd. De troepen
waren toen nog niet sterk genoeg
om de rebellen ten onder te brengen.
Ditmaal evenwel schijnt meer tegen
de Indianen gezondigd te zijn, dan
dat ze zeiven gezondigd hebben. Ze
zijn door hebzuchtige ambtenaren der
regeering bedrogen, geplaagd en mis
handeld. Op behendige wijze weten
deze hen te onthouden wat hun toe
komt, hen goede stukken lands te
ontfutselen en hun slechte akkers
daarvoor in de plaats te geven, kortom
't schijnt met de Indische beambten
aan 'fc Ministerie van Binnenlandsche
Zaken al even slecht te zijn als met
de rest.
Wij behoeven zeker nauwelijks
onzen lezers te herinneren dat de
geneeskundigen in den laatsten tijd bij
zekere ziekten meer en meer het
middel van bloedovertapping aan
wenden. Niet dikwijls echter, want
er zijn maar weinig gezonde mensehen,
die bereid zijn een gedeelte van hun
bloed te laten aftappen, ten einde dit
de aderen van bloedarme zieken vuile.
Nu zal men uit de volgende waar
achtige geschiedenis, ergens in Ame
rika voorgevallen of nog te gebeuren,
zien, dat zoo iets met de noodige
voorzichtigheid dient te geschieden.
Zekere Simpson was, om zoo te
zeggen, op sterven na dood, alleen
bloedovertapping kon hem misschien
redden, althans dat was de uitspraak
van zijn geneesheer, Dr. Hopkins.
Jammer genoeg wilde geen der vrien
den of geburen van den patiënt zich
tot de operatie leenen en daarom be
sloot Dr. Hopkins 't met de geit van
den zieke te probeeren. Simpson's
arm werd geopend en die opening
ving het bloed op, dat stroomde uit
den doorgesneden ader van het beest.
Reeds aanstonds begon de zieke te
herleven, doch er deden zich bij die
herleving eenige onrustbarende ken-
teekenen voor. Hij had nauwelijks
zijne krachten terugbekomen of hij
sprong uit het bed, en met het hoofd
vooruit, zooals een geit gewoon is te
doen, deed hij een flinken stoot naar
zijn docter. Drie of vier maal had
Dr. Hopkins het hoofd met vrij groote
kracht tegen zijn buik gehad, toen
hij de vlucht nam naar een aan
grenzende kamer. Zijn patiënt rende
daarop tegen de deur, die er onder
dreigde te bezwijken, doch zijn aan
dacht werd van den docter afgeleid
door zijne schoonmoeder, die juist de
kamer binnenkwam. Met een goed
aangebrachten stoot van Simpson's
hoofd, lag de oude dame omver en
terwijl zij om hulp roepende neerlag,
sprong Simpson vroolijk om haar
heen en poogde de bloemen in het
karpet af te knabbelen. Er kwam
hulp en Simpson werd behoorlijk
vastgebonden, doch hij bracht de
gansche buurt in opschudding door
zijne aanhoudende mè'es. Dr. Hopkins
zat er leelijk mede in en op het aan
houdend smeeken van mevr. Simpson,
besloot hij het kwaad zoo mogelijk
te herstellen. Gelukkig kon hij er
een Ier, een bediende van Simpson,
toe overhalen zijn versch bloed te
leenen, opdat de overplanting nog
eens kon geschieden. Met Simpson
gaat het nu heel goed, maar tot groote
verbazing van zijne republiekeinsche
vrienden, heeft hij een onweerstaan
bare neiging om den democratischen
candidaat te stemmen en spreekt hij
met een sterken tongval, even als de
Ieren doen. Sedert de laatste over
planting heeft hij nog maar eens
gestooten. Toen hij laatst op een
Zondag naar de kerk ging, drong
een van de nog overgebleven deeltjes
van het geitenbloed hem in de her
senen, waarop hij den koster een por
gaf, die hem halverwege de kerk deed
instuiven, doch hij kwam gelukkig
tot inkeer, toen de verontwaardigde
koster hem een gezangboek naar het
hoofd wilde smijten.
HELDERSCHE MOPPEN.
Een vrouw in het Zwitsersche
kanton Zurich, heeft zich onlangs
op aardige wijze gewroken. Haar
kat, van wie zij dol veel hield, was
om de een of andere reden, op last
van den burgemeester, gedood. Daarop
kocht zij verscheidene muizenvallen
en ving een vijftigtal muizen, die zij
terstond in een doos stopte en aan
den burgemeester zond. Deze, niets
kwaads vermoedende, schrikte niet
weinig, toen hij bij het openen der
doos een zwerm van muizen er uit