't VLIEGEND BLAADJE.
Algemene Nieuws- en Advertentiebode
VOOR DEN HELDER EN OMSTREKEN.
Oplaag 4000 Ex. Prijs 1 Cent.
S 30-Jarip Mtraeenim K
35-Jarip Mtimipi
LKNAP TWEEDE MEISJE,
No. 256
Zaterdag 31 Juli 1675.
Derde Jaargang.
Advertentiën van 15 regels 25 Cent. Elke regel meer 5 Cent. Groote letters naar plaatsruimte.
Advertentiën.
S P. BRAGGAAR
Voor ie Leflen ier Hervormie M.
Evangelisatie-Lokaal,
Ck J. "V"OS,
KINDERMEID,
Verschijnt
DINSDAG en VRIJDAG.
Uitgevers
BERKHOUT Co.
Abonnement per drie maanden 30 Ct.buiten deze gemeente, franco per post, 50 Ct.
WEEKKALENDER.
JULI—AUGUSTUS.
Zaterdag 31, Zondag 1, Maandag 2,
Dinsdag 3, Woensdag 4, Donderdag 5,
Vrijdag 6.
Opgang der. Zon, Zaterdag 31 Juli,
4 uur 20 minuten.
Ondergang, 's avonds 7 u. 51 m.
Nieuwe Maan Zondag 1 ^Augustus.
De waarheid kan het best
op 't heilig kerkhof spreken:
De hartstocht zwijgt er, en
de vleiers zijn geweken.
Daar zinkt de sluier weg,
die 't zinlijk oog verblindt:
't Ts edel wat de mensch
bij 't Graf nog edel vindt!
Mr. Rhijnvis Feith.
Vertrekdagen der Mails.
Naar Ooat-Indië:
Eiken Donderdag, 's avonds 6.50.
NIEUWSTIJDINGEN.
HELDEE, 30 Juli 1875.
Aan den machinist le kl. in
het vaste korps fl. Prins, is de gouden
medaille voor 50 jaren eerlijken en
trouwen dienst toegekend.
Blijkens een bij het departement
van koloniën ontvangen telegram van
den gouv.-gen. van Nederlandsch-
Indië, heeft; de kolonel Wiggers van
Kerchem op 22 dezer uit Atchin aan
de Indische regeering bericht: dat
Toeankoe Daoed nog niet tot Sultan
verheven was; dat de Schouwen bij
Salamangen hevig beschoten is en
de kampong van dien naam daarop
door drie oorlogschepen getuchtigd is
dat de gezondheidstoestand in Kotta
Radja niet, maar daarbuiten wel gun
stig was, terwjjl slechts enkele ge
vallen van cholera voorkwamen en
de sterfte gering was.
De eerste prijs van de Haar-
lemsche paardenloterij, een clareuce
met 2 paarden, is getrokken door
v. Gr., courantombrenger te Haarlem.
Te Dirksland zijn de 12 leden
van een gezin vergiftigd door het
gebruik van gebraden gehakt, dat
lang gestaan had en waarin dus
schimmel outstaan was. Allen zijn
gelukkig hersteld.
Te Wijk aan Zee zijn Maandag
middag twee waterhoozen waarge
nomen, die een fraai gezicht ople
verden. Schade is er niet door aan
gericht.
Dinsdagmorgen geraakte de
arbeider Van Baast te Haaren, achter
het kasteel Nemelaer, onder den van
Boxtel komenden trein. Zijn hoofd
werd verpletterd, een been werd totaal
afgereden en hij ontving nog een
groote wonde in de borst, zoodat hij
onmiddelijk dood was.
Zaterdag 11. heeft de officier
van justitie met den rechter-commis-
saris en den substituut-griffier der
rechtbank te Dordrecht zich begeven
naar Strijen, om aldaar een onder
zoek in te stellen betrekkelijk een
gerucht, als zoude eenige dagen te
voren de huisvrouw van den kastelein
F. en diens dochtertje vergiftigd zijn.
Naar men verzekert, is F. Zondag
gevankelijk naar Dordrecht overge
bracht en zou ook de dienstmeid
J. de B., waarmede hij in een verbo-
dene betrekking verkeerde en die
Maandag 11. uit den dienst aldaar was
weggezonden door de huisvrouw van
F., in verzekerde bewaring zijn ge
steld.
In den nacht van Zondag op
Maandag heeft te Vlaardingen een
hevig gevecht plaats gehad tusschen
eenige agenten van politie en een
vijftal matrozen van het schoenerschip
»Sophie" van Christinesfcad (Finland.)
Deze laatsten op het vaartuig tot
rust aangemaand, kwamen, na eerst
met talhouten te hebben geworpen,
met ponjaards en opzettelijk daartoe
geslepen messen op de politiediena
ren af. Dezen, aangevoerd door den
agent 1ste klasse Jan Smit, chef der
nachtpolitie, trokken de sabels en na
lang vechten, waarbij gelukkig geen
belangrijke kwetsuren werden toege
bracht, gelokte het den agenten een
der matrozen te arresteeren, die naar
Rotterdam overgebracht en aan de
justitie overgeleverd is.
Twee koorddansers zijn te Ko
ningsbergen jammerlijk om het leven
gekomen. Zij werkten, a la Blondin,
op een kolossale hoogte. De een zat
op de schouders van den ander, en
zoo zou een vrij aanzienlijke lengte
op de koord worden afgelegd. Zij
vielen; een was dadelijk op de plek
dood, de ander werd in hopeloozen
toestand naar het hospitaal vervoerd.
In Engeland, vooral in 't noor
delijk gedeelte van dat land, bestaat
de gewoonte bij de dooden te waken.
Zulk een waakstond greep te Birken-
head plaats, waarbij alle bezoekers
dronken werden en een oude vrouw
een kaars in de doodkist liet vallen.
Onmiddelijk vatte het doodskleed vlam
en het lijk verbrandde, daar niemand
tot blusschen in staat was.
De »Finisterre", die een trans
port veroordeelden van Toulon naar
Cayenne bracht, is ter nauwernood
aan een vreeselijke ramp ontkomen.
Het schip voerde 1200 koppen, 500
vaten kruit, 2000 bommen, 40 stuk
ken geschut, en 800 okshoofden. Op
de hoogte van de Senegal werd plot
seling te middernacht ontdekt, dat
er brand was in het ruim. Allen
werden op het dek geroepen en een
vreeselijke strijd ving tegen het
vuur aan, dat dreigde het schip in
de lucht te doen springen. Lang
bleven die pogingen vruchteloos, ter
wijl de rook, die uit alle openingen
van het ruim opsteeg, allen bijna ver
stikte, en men ieder oogenblik de
ontploffing wachtte. Tegen 5 uur
was men den brand meester. De
brand werd gebluscht door de ma
trozen en een deel der troepen, want
een groot deel van deze moest de
boeven in bedwang houden, die in
opstand waren gekomen.
Portugal wordt, althans in som
mige districten, door een hongersnood
bedreigd. De aanhoudende droogte
heeft bijna geheel den bouw van
Turksche tarwe verwoest. De me
nigte is vertoornd over den uitvoer
van granen en dreigt de pakhuizen
der handelaars in brand te steken.
Ook het vee sterft uit gebrek aan
voedsel.
Men telegrafeert uit Madera:
Het schip »Stuart," kapt. Hahne-
mann, dat den 4n April van Bombay
naar Liverpool vertrok, is den 14n
April vergaan. Negen personen zijn
door het Oostenrijksche schip»Blon
dine" gered, 38 zijn waarschijnlijk
omgekomen.
Over een zeegevecht, dat een
deel der bemanning van de op een
wetenschappelijke expeditie uitgezon
den Oostenrijksche korvet »Friedrich"
aan de Oostkust van Borneo met
zeeroovers heeft gehad, leest men in
de »N. Fr. Pr." Den 7n Mei werden
30 matrozen, onder bevel van een
kadet ter zee, naar het met bosschen
bedekte land gezonden. Om zich
tegen wilde dieren te kunnen ver
dedigen, namen zij tien karabijnen
mede. De korvet lag op een afstand
van vier mijlen van het land af. Het
weder was somber, het regende van
tijd tot tijd en een dikke mist hing
over het woud. Op het schip kon
men wegens de mist slechts halver
wege het land zien. Niemand dacht
aan een ongeluk, daar men wist dat
die streek onbewoond was. De ma
trozen werkten zoo hard zij konden.
Nieuwsgierige apen waagden zich in
de nabijheid en Werden onder gejuich
door geweerschoten of steenen ver
jaagd. Aan vijanden, die werkelijk
te vreezen waren, dacht men niet.
Maar tegen een uur des namiddags
verschenen plotseling om den hoek
eener landengte 5 tamelijk groote
vaartuigen, bemand met ongeveer 80
naakte en bruine inboorlingen. In
het tweede vaartuig stond de hooge
gestalte van een oud man, die met
zijn wit haar en langen witten baard
er zeer schilderachtig uitzag.
Op een teeken van hemblijk
baar was hij de aanvoerder ver
rijst voor op elk schip een borstwe
ring met schietgaten voorzien. De
hoofdman lost een schot op de Wacht
in de boot. Dat is het signaal voor
een algemeen gevecht. De matrozen
grepen onmiddelijk -hunne karabij
nen en vuren. De grijze hoofdman
valt, en vele zeeroovers met hem.
Toch duurt de strijd voort. Ook de
matrozen lijden verliezen, twee man
zijn dood en twee zijn gewond. De
zeeroovers werpen met behendigheid
hunne werpspietsen. De hoofdaanval
is tegen de boot gericht. De [wacht
kan zich tegen de aanvallers niet
verdedigen en springt na eenige scho
ten in het water. Slechts weinigen
kunnen van het land hulp verleenen;
zij beproeven het wel, doch alles is
vergeefs. De sterksten onder hen,
beproeven de boot aan wal te trek
ken, maar het anker houdt en zij
worden neergeschoten. Eindelijk be
machtigen de zeeroovers de boot en
voeren die weg. Twee andere vaar
tuigen met zeeroovers vereenigen zich
met de vorigen. Hierop trokken de
matrozen naarhet bosch terug, waarna
de roovers landden, de twee doo
den onmiddelijk het hoofd afsneden
en zich weder inscheepten. Op het schip
had men van het gevecht niets ge
hoord of gezien, en toen men met
alle groote booten hierop een ver
kenningstocht om het eiland ging
doen, was van de zeeroovers geen
spoor meer te ontdekken.
De heer Liautard, rechter aan
het gerechtshof te Tarascon, is tot
5 jaren schorsing veroordeeld, wegens
het, door bemiddeling zijner vrouw,
aannemen van bijouteriën, ter waarde
van 10000 francs, met de belofte in
een proces een gunstig vonnis uitte
spreken.
Uit Hamm (Pruisen) wordt ge
meld, dat op den Berg-Markspoorweg,
vlak bij het station Bönn, een vree-
selijk spoorwegongeluk heeft plaats
gehad. Het ongeluk is ontstaan door
het uit eigen beweging verspringen
van een wissel. Alles was op zijn
post, Een goederentrein stond op
het station te wachten, tot de per
sonentrein naar Hamm zou gepasseerd
zijn. Op eens geraakt de personen
trein, die aan dit station niet op
hield, op de rails waar de goederen
trein stond. De stoker van den stil-
staanden trein had nog tijd er af te
springen, de machinist was niet zoo
gelukkig en werd deerlijk gewond.
De remmer, stoker eu pakmeester
van den personentrein werden oogen-
blikkelijk gedood. Een wagen derde
klasse werd geheel verbrijzeld; die er
in zaten werden gewond of gedood.
In 't geheel zijn er 5 dooden en ruim
20 gewonden. De locomotieven zijn
deerlijk gehavend. Het voorste en
achterste gedeelte van den personen
trein heeft het meest geleden. De
materiëele schade wordt op 100,000
th. geschat.
Onlangs had te New-York,
zooals de »New-Yorker Democrat"
mededeelt, een vermakelijk tooneel
plaatsToen de heer Henri Remsen
voorbij een fruitwinkel ging, was hij
bijna het slachtoffer van een ontzet
tende daad geworden. Een jongen
had een zoogenaamde donderbus"
aangestoken, die met een luiden knal
ontplofte, juit toen onze arme vriend
voorbij ging. Op hetzelfde oogenblik
wierp iemand den ongelukkige een
bedorven banaan tegen het hoofd,
welker niet zeer welriekende inhoud
den ter dood verschrikten man over
stroomde. In het eerst bleef de door
zulk een onschuldig schot getroffen
man, als door den bliksem getroffen,
staan, en riep toen jammerend uit:
»Mijn God, ik ben doodgeschoten,"
nam wat van de weeke massa van
de verrotte banaan op en toonde
dit aan iemand, die hem te hulp
kwam, als een fragment van zijn
hersens. Ook de politie was spoedig
aanwezig, die weldra gevolgd werd
door een menigte mannen, vrouwen
en kinderen, welke allen nieuwsgie
rig waren een kijkje te nemen in
den inwendigen bouw van den sche
del des armen mans. Een nauwkeu
rig onderzoek van een ontboden ge
neesheer overtuigde den doodgescho-
tene evenwel, dat hij nog leefde en
dat er tusschen een verrotte banaan
en het inwendige van den schedel
een hemelsbreed verschil is.
HELDERSCHE MOPPEN.
„Maatje," zeide eeD jongsleen, „ik weet heel
veel, wat ik doen zou, als ik op zee was, en ze
hadden niks te eten, en ze trokken het lot, om
te zien wie doodgemaakt en opgegeten moest
worden: als het lot op mij viel, ik sprong in 't
water." „Maar Jantje, ze zouden je opvisschen."
„Wel ja! ik zou niet bijten."
TÜRKSCH TESTAMENT.
Een Turk vermaakte zijn oudsten zoon de
hslft zijner paarden, zijn tweeden zoon een derde,
zijn derden zoon een negende deel er van. Er
waren zeventien paarden. De testamentaire exe
cuteur wist geen raad; zeventien kon noch ge
halveerd, noch in drieën of negenen verdeeld
worden. Er kwam een derviesch te paard voorbij
de executeur vroeg hem raad. De derviesch
steeg af. „Neem mijn paard," zeide hij, „en voeg
het hij de anderen." Er waren nu achttien paarden
en de deeling ging zonder moeite.
Maar wat zeide de dervies toen? „Gij hebt
nu mijn paard niet meer noodig: ik neem het
dus terng."
Burgerlijke Stand. Helder.
Van 27—30 Juli 1875.
Ondertrouwd: P. A. van Dongen,
matroos bij de marine, en G. Gerritsen.
J. de Groot, werkman, en A. Schrij
ver. J. Dienst, scheepstimmerman,
en J. E. Kramer.
Gehuwd R. Roerdomp en C. Griek.
Bevallen: J. Janssen Z. G.
Bethlehem geb. van Leeuwen D.
Overleden L. Kraan geb. Buiten
dijk 60 j. P. W. Smit 6 m.
P. Dijker 64 j. W. Blansert 15 d.
üBwecawBwaeeacaeOi
h van
en
C. N. FRISKUS.
Helder, 31 Juli 1875.
Algemeene kennisgeving.
Uit naam hunner dankbare
Pleegdochter.
30SOBOS»3S8QnBOSQgagi8SSy
van
JOHANNES JOPILTER
AMIABLE
en
TEUNTJE DE GRAAF.
Nieuwediep, 30 Juli 1875.
Hunne dankbare kinderenbe
huwd- en kleinkinderen.
*£©03^
Bevallen van een Dochter,
G. BETHLEHEM—van Leeuwen.
Helder, 28 Juli 1875.
Algemeene kennisgeving.
Tot onzer aller droefheid overleed
heden, na oen langdurig lijden, onze
innig geliefde Echtgenoot en Vader
PIETER DIJKERin den ouderdom
van ruim 64 jaar.
Nieuwediep, 27 Juli 1875.
Wed. T. DIJKER,
geb. Büijxes.
Kinderen en Behuwdkinderen.
ZONDAG den ln AUGUSTUS a. s.,
's morgens om 10 uur, D. V.
Spreker: de WelEerw. Heer
Theol. Doet., Predikant te Amsterdam.
Terstond gevraagd:
in een gezin zonder kinde
ren, een
MEID.
Adres Mevrouw KRUIJS, Hoofd
gracht, No. 21, tusschen 9 en 12 nur
des morgens.
Mejuffr. VAN BRUGGEN
Binnenhaven, vraagt tegen
half Augustus een zindelijke
DIENSTMEID, tegen goed
loon. Wasch buitenshuis.
Men verlangt: een
knap aankomend Meisje,
dat goed kan werken.
Adres bij BERKHOUT Co.
Wordt gevraagd:
Om onmiddelijk in dienst
te treden, een fatsoenlijke
DIENSTBODE, niet be
neden de 16 jaren.
Adres aan het Bureau dezer Courant.
Men vraagt
in een klein gezin, een fat
soenlijke DIENSTBODE,
[die de met wasch kan om-
1 gaanLoon naar bekwaamheid.
Adres W. DE WIJN, le Koning
straat No. 519.
Men verlangt een
niet beneden de 14 jaar.
Adres Boekhandelaar LAUREIJ.
Wordt gevraagd:
tegen September, een fatsoenlijke
>ed kunnende Naaien en
Streken, boven de 18 jaar en P. G.
Te bevragen bij de Boekhandelaars
BERKHOUT Co.