t VLIEGEND BLAADJE. Algemeene Vieuws- en Advertentiebode VOOR DEN HELDER EN OMSTREKEN. Oplaag 4000 Ex. Prijs 1 Cent. No. 362. Zaterdag 5 Augustus 1876. Vierde Jaargang. Advertentiën van 15 regels 25 Cent. Elke regel meer 5 Cent. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën. Voor t Leden der Hervormde Kerk, Evangelisatie-Lokaal, H. J. HEIJNES, Den Heer van H. Het BESTUUR der BEWAAR- SCHOOL aai fle Vischmarkt Verschijnt DINSDAG EN VRIJDAG. Uitgevers BERKHOUT Co. Abonnement per drie maanden 30 Ct., buiten deze gemeente; franco per post, 50 Ct. NIEUWSTIJDINGEN. HELDER, 4 Ang. 1876. Het muziekkorps der Artillerie Schutterij zal Zondag a. a. bij gunstig weer een uitvoering geven in het plantsoen nabij het stations-terrein des middags om half twee. Het concours der schietvereeni- ging Willem Teil" zal gehouden worden Zondag 6 Aug. a. a. Aantreden Tivoli. Yan daar zal het muziek korps der dd. Art.-Schutterjj de leden tot het schietterrein vergezellen. Dins dag 8 Augustus a. s. zullen de prij zen des avonds in het lokaal Tivoli aan de overwinnaars uitgereikt wor den. Op dien avond zal er tevens door beide vereenigingen een vaux- hall in Tivoli gegeven worden. Een en ander voorspelt een hoogst ge notvollen avond. Wjj ontvingen een ontwerp- reglement, opgesteld door eenige eige naren van vaste goederen alhier die voornemens zijnvoor eigen rekening pogingen aan te wenden tot oprichting een er Onderlinge Brand waarborg Sociëteit voor deze gemeente. Aan het voorwoord ontleenen wij het volgende: „Eenige eigenaars van vaste goederen zijn op „het denkbeeld gekomen, om bij de belangrijke „uitbreiding dezer gemeente, een Plaatselijke „Onderlinge Brandwaarborg Sociëteit op te richten. „Het valt toch niet te ontkennen, dat 'a jaar- j „lijks een belangrijk kapitaal aan deze gemeente „wordt ontvoerd voor elders gevestigde Maat schappijen, terwyl de gevallen van brandschade „in deze gemeente gelukkig zeer zeldzaam zijn. „Niet tegen te spreken is het ook, dat een „plaatselijke vereeniging onder eigen beheer, onder „eigen ingezetenen, meerder waarborg geeft voor „de deelhebbers, dan menige andere elders geves tigde en geheel onbekende Maatschappijterwijl „de onkosten, verbonden aan het lidmaatschap „eener plaatselijke vereeniging, natuurlijk uiterst „gering zijn, aangezien bet beheer geheel in eigen „boezem wordt gevoerd. „De „Onderlinge Brandwaarborg Sociëteit Hei ader" moet aan hare deelhebber» de meest moge- „lijke openbaarheid van administratie en beheer „geven. Ieder jaar moet een Algemeene „Vergadering der deelhebbers worden gehouden, „waarop rekening en verantwoording zal worden „gedaan. „Zoodra «en genoegzaam getal deelhebbers zich „heeft bereid verklaard tot ondersteuning voor „een zoodanig bedrag ala tot de vestiging der „Sociëteit noodig is zal een algemeene vergade ring plaats hebben, waarop een beatuar door „de deelhebbers zelve wordt gekozen." Woensdag 9 Aug. rydt van hier een goedkoope volkstrein naar den Haag en Botterdam. Yoor eenige dagen werd uit Blokzyl bericht, dat aldaar in een aanzienlijken inboedel gevonden is, een voor oudheidkundigen belangrijke munt, nl. een Sik kei van Israël, waarvan in het Oude Testament melding wordt gemaakt, en waarvoor te Blokzyl te vergeefs een groot bod was gedaan. Wij kunnen de lief hebbers van oude muntstukken mede- deelen, dat ook iemand te dezer plaatse, naar wiens naam men bij ons kan informeeren, een dergelijk muntstuk bezit en het gaarne aan liefhebbers wil toonen. i —r Bjj het dep. van koloniën zijn per telegrammen van den gouv.-gen. van Ned.-Indië de navolgende be richten uit Atjeh ontvangen. Den 7 Juli zyn twee kolonnes onder de leiding van den gen.-majoor Wiggers van Kerchem uitgerukt om het gebergte in de IV. en VI Moekim van vyanden te zuiveren en de plaatsen te verwoesten, waar zij zich schuil hielden of hun voorraad borg den. Dit doel was den 20 Juli geheel bereikt. Alleen zocht men nog in het gebergte van Atjeh-hoofd naar de schuilplaats van Hadji Aboe, wiens kampong Lambaroe was verbrand. Op den linkeroever der Koerong Rftba wordt een post opgericht. By het bouwen van een brug over dien riviermond werden twee man ge kwetst. Een patrouille uit Bedoel-zuid heeft bij nacht een vijandelijke kampong overrompeld, wapens en ammunitie buit gemaakt en zestig huizen ver brand. De vijand liet 7 dooden achter. Aan onze zijde werd slechts 1 man licht gewond. Het weder was droog en zeer warm, en de gezondheidstoestand behou dens enkele choleragevallen niet ongunstig. Uit vrees voor ongeregeldheden, wegens het afschaffen der kermis, te Amsterdam, zal voortaan een twintig tal huzaren des nachts patrouilleeren, om by eventueele oploopen de nacht- politie te assisteeren. De schade aan de Noach IV, 23 Mei ter reede van Brouwershaven door Z. M. monitor Adder toegebracht, is dezer dagen door deskundigen bepaald op een som van f 9000 en zal door het Rijk worden gedragen. Onder de circa 400 kolonialen, die zich op dit oogenblik te Har derwijk bevinden en eerlang naar Indië vertrekken zullen, bevinden zich niet meer dan 6 Hollanders. De overigen zyn allen vreemdelingen. Dinsdagmorgen ten ongeveer half zeven ure, toen er nog slechts weinig liefhebbers in zee waren, heeft er bij de badinrichting voor mannen te Scheveningen een treffend ongeluk plaats {gehad. Twee jonge heeren, die zich te ver in zee gewaagd hadden, verkeerden in levensgevaar. De heer v. Franck, een ingezetene van den Haag, stelde, alle gevaar voor eigen leven trotseerende, alle pogingen in het werk om de jonge lingen te redden. Hij moest zijne menschlievende pogingen met den dood bekoopen. Nergens in ons land is misschien de beweging tegen de Brabantsche centen zoo groot geweest als te Sneek. Men kan gerust zeggen, dat zij daar geheel uit den omloop verdwenen zyn. Een 30tal winkeliers hebben aangekondigd, dat ze die centen op een bepaalden dag niet meer zouden ontvangen en voor dien termijn heeft ieder zich er van ontdaan, zoo spoedig hij kon. Men zegt, dat één winkelier op één dag 25000 stuks heeft ont vangen. Thans ziet men ze er niet meer. Jl. Dinsdagavond volgde een vrouw, met een kind op den arm, in de Wagenstraat te 's Hage een heer en dame. «Een centje as-je- blieft, meneertje!" riep de arme moeder het oogenschijnlijk rijke paar na. De heer gaf haar eenig kleingeld. Zy volgde al tellende den edelen gever, tot zij, onder een lantaarn gekomen, bleef staan en toen, haastig weder volgende en haar weldoener aansprekende, gaf ze hem op haar beurt iets over. De heer bleef verwonderd staan. Drie centen? Ja, meneertje, Brabantsche centen nemen wy niet aan. De beweging tegen de vreemdev munt wordt dus wèl algemeen. Twee Belg. zeelieden hebben getracht op de hoogte van Austruweel van het Eng. schip «Sarah», kap. Filley, te deserteeren. Zij sprongen in de rivier, doch werden achterhaald te Burght door de beide stuurlieden van het schip, die zich op de delin quenten wierpen. Een dezer wierp zich uit een bootje, dat zy inmiddels hadden bereikt, weder in de rivier. Hij werd door twee schoten uit het zesloopspistool, dat op hem afgevuurd werd, getroffen; de andere stuurman mishandelde den tweeden matroos met een ijzeren werktuig. De beide stuurlieden zijn op last van den in middels ge waarschuwden proc.-gen. gevangen genomen. De matrozen ver- keeren in levensgevaar. Eenige nadere bijzonderheden om trent het vergaan van het Stoom schip Luit.-Generaal Kroesen. Het diner was afgeloopen. Alle kajuit passagiers hadden zich naar boven begeven, behalve mevrouw Wegbake, de beer Wol- ters en de Madureescbe luitenant, die in hun hutten waren gegaan, en behalve de vier heeren Pet, Rosenraat, Thieme en Boom, die juist begonnen waren een par tijtje te maken, toen zich een schok, deed Pas waren de heeren boven, of het schip begon van achteren over stuurboord over te hellen. Kapitein Thieme, dadelijk ziende dat ej gevaar was, stelde terstond voor om mevr. Bosch met hare kinderen in de naaste boot langs het achterschip teïëttenj 't geen gehikte Alleen het jongste kind kon men niet meer in de schuit krijgen. Op het oogenblik kwam een tweede veel heviger,stoot, waardoor het achterschip geheel over zij ging, zoodat de kajuit vol water liep. Gedurende al dien tijd was noch van de manschappen noch van de scheepsofficieren iemand op het achterdek geweest. Doch op dat oogenblik kwam kapitein Verloop aan en riep„hij zinkt" en ging daarop terug naar zijn hut. De heer Pet, op .eenigen afstand ziende dat de kapitein iets was komen zeggen, vroeg aan maj. Boom„is alles reddeloos verloren en het ant woord behoefde weldra niet meer gegeven te worden. Ahn, zittende in een grooten langen stoel en waarschijnlijk dezen voor een goed drijfmiddel ho.udende, vroeg nog aan maj. Boom, of hij zwemmen kon en toen deze antwoordde: „als een rat," feliciteerde hij hem zeggende„ik ben zoo gelukkig niet, ik zal mij moeten laten verdrinken." In het volgend oogenblik ziet maj. Boom, over de verschansing aan de hooge bak boordzijde heenzieude, een sloep met zes man er in, onder welke een Europeer, langs de zij van het schip. Hij springt over boord, gevolgd, door zijn inlandschen bediende, aan wiens zorg mevr. Boom bij het vertrek van haar echtgenoot naar Atcliiu, de veiligheid, van zijn meester had aanbevolen. De maj. zwemt naar de sloep, tracht die te hereiken, maar de boot verwijdert zich: „Mijnheer!" roept maj. Boom den Europeaan in de boot toe„ik ben maj. Boom, denk om mijn vrouw en acht kinderen," doch te vergeefs. Aldus afgewezen, greep mej. Boom, steeds vastgehouden door zijn bediende, een touw, en bevond zich weldra weder op het schip. De inlandsehe jongen liet zijn meester geen oogenblik los. Opeens komt een derde hevige schok, waarop onmiddelijk de groote ijzeren mast met donderend geraas omver sloeg in schuin- sche richting naar achteren, over de hut van den kapitein, in zijn val en dien van het tuigage zeker 50 of 60 menschen verbrijze lende. Het geheele achterschip liep nu vol water en verdween, met allen die zich daarop be vonden, in de diepte. De majoor, door zijn jongen losgelaten, kwain al watertrappende spoedig boven. Bovenkomende stootte hij het hoofd tegen iets, dat bleek een deur te zijn, waaruit het onderpaneel was weggeslagen. Met den linkerarm zich daaraan vasthaken- de, greep hij met den rechter een stuk hout, dat in zijne nabijheid kwam en zag rond. Van het schip was niets meer te bespeu ren, en in 't eerst ook van de opvarenden niets; doch tóen de beweging in 't water begon te bedaren, ontmoette hij weldra ook op stukken hout en houten voorwerpen drijvende den kapitéin Rosenraat, een En- gelschen machinist en een aantal inlandsehe matrozen. Slechts een half uur vermocht men bij elkaar te blijven, toen dreef majoor Boom met vier inlanders, onder welke een inland sehe vrouw, van de anderen af. Eer het 12 uur 5s nachts was, had hij deze ongelukkigen, die misschien minder gelukkig waren geweest in het vinden van een groot voorwerp om op te drijven, één voor één in de diepte zien verdwijnen. Na nog eenigen tijd alleen rondgedreven ■te hebben, gevoelde hij iets tegen zijn borst stooten en bemerkte lqj weidra dat dit een drijvende plank uit het dek washij wist die met de beenèn te omklemmen, en had nu, behalve de beide stennsels onder zijne armen, ook een welkomen steun onder het lijf, die hem de kracht in de armen spaarde. Tegen den morgen ontdekte majoor Boom op een afstand een klip, waarop zich zes menschen bevonden, die hij echter niet kon herkennen, ofschoon zij hem toewuifden. Dien goheelen dag, Donderdag, ontmoette de schipbreukeling niemand meer. Hij dreef verscheidene eilanden op een afstand voorbij en moest zich ieder oogenblik het hoofd nat houden tegen de brandende zonnehitte. Van tijd tot tijd gelukte het hem eetbare voor werpen op te vangen, bestaande in gedroogde aardappelen, van het schip afkomstig. Eerst den volgenden morgen ten 4 ure gólükte het den majoor uiterst vermoeid en uitgeput aan land te komen. „Van het stoomschip is niets meer te bespeuren. De postpaketten zijn geheel verloren geraakt, terwijl van jle zich aan boord bevindende personen, wier aantal op 300 wordt geschat, slechts ruim een zestig tal werd gered." Naar men verneemt zal er ten voordeele van de passagiers en hunne betrekkingen, die bij de ramp met de „Luit.-Gen. Kroesen" verliezen geleden hebben, een inzameling gohouden worden en is van wege de stoom vaart-maatschappij bekend gemaakt, dat zij, indien er zich een kommissie vormt, voor dat doel f30,000 beschikbaar houdt, af gescheiden natuurlijk van schadevergoedin gen, die zij verplicht mocht zijn te betalen. Men verneemt voorts, dat een gerechte lijk onderzoek in de zaak zal plaats hebben. Correspondentie. Wegens plaatsgebrek en te late ontvangst, is het ingezonden artikel, geteekend D. K., tot het volgende nommer verschoven. Burgerlijke Stand Helder van 1 tot 4 Augustus 1876. ONDERTROUWDP. Dekker; schipper en J. C. Burgers F. M. Cowan, officier van ge zondheid en S. H. van Deinse. GEHUWD: G. J. Eylders eu A. Ox. G. v. Stuijvenberg ea A. Janzen. C. Bakker en N. Vermeulen. W. v. Halen en G. de Waard. T. Wals en J. de Reus. BEVALLEN: T. Claasen geb.de Wijn, D. P. M. Keet geb. Eygenhuijs, Z. E. Scholten geb. Mak, Z. F. M. C. Krot geb. Amiabel, Z. J. Dito geb. Winter, Z. A. Kiljan geb. v. d. Velde, D. A. Visser geb. Liphuijsen, Z. T. Jonker geb. v. d. Wolt, D. T. Griek geb. Kok, D. OVERLEDENE. H. Nieboff, 63 j. W T. Selderbeek, 6 d. G. Kuiper geb. v. Beek 24 j. M. Zwart, .7 w. H. Pattist geb Bakker, 44 j> J. Wartenhorst, 63 j. 1 levenloos kind. VEERTIG JARIGE ECHTVEREENIGIN6 van SIMON KIKKERT en GRIETJE LAP. Helder 4 Aug. 1876. Eenige kennisgeving. ^ÏSQS9eQeOSO©ÖSQ@OOQSQ Tot mijn diepe droefheid overleed hedenmorgen mijn innig geliefde Echtgenoot» GEERTRÜIDA VAN BEEK, in den ouderdom van 24 jaar, benevens ons kindje, dat slechts eenige oogenblikken na hare verlos sing mogt leven. Allen, die de over ledene van nabij gekend hebben kunnen beseffen, hoe zwaar mij dit verlies treft. Nieuwediep, 2 Augustus 1876. H. KUIPER. Mede uit naam der ouders, broeders en zusters. Tevens gevoel ik my tot dank baarheid gedrongen jegens den WelEd. Heer BITTER en Mejuffrouw BUT, voor hun waarlyk menschlievende en edele doch vruchtelooze pogingen om mijn vrouw byK hare moeielyke verlossing te redden. Heden ontsliep zacht en kalm myn geliefde Echtgenoot JOHANNES WARTENHORST, in den ouderdom van ruim 63 jaren. Allen, die den overledene gekend hebben, zullen beseffen, hoe zwaar ons dit verlies valt. Nieuwediep, 3 Augustus 1876. Wed. C. WARTENHORST— Pruim. Mede uit naam der kinderen. De ondergeteekende betuigt zyn hartelijken DANK aan het Bestuur en de Leden van Ontwaakt bij Tijde voor hunne welwillende hulp en deel neming, betoond bij het overlijden en de teraardebestelling van onzen vader. C. KUIPER. Mede uit naam van kinderen en behuwd-Kinderen. Qe ondergeteekende roept by haar vertrek naar elders aan vrienden en bekenden een hartelijk Vaarwel toe, in 't bijzonder aan den Heer en Mej. SALVESEN, voor hunne vriendschap en genegenheid, haar tijdens zy bij hen dienstbaar was, zoo ruimschoots bewezen. LOUISE GOUDHOOFD. ZONDAG den 6 AUGUSTUS a. s-, 's morgens om 10 uur, D. V. Spreker: de JEerw. [Heer van Amsterdam. VEREENIGING «Ontwaakt bij Tijds." ZONDAG 6 AUGUSTUS 1876 VERGADERING van het Bestuur, de Commissarissen van Orde en het werkend personeeldes namiddags ten 5 uur, op de Bovenzaal van het lokaal Koningskroon. HET BESTUUR. Die iets te VOR- DEREN heeft van of VERSCHULDIGD is aan wijlen den Heer E. H. NIEHOFF, in leven Hoogbootsman op 's Rijks Marinewerf alhier, gelieve daarvan OPGAVE of BETALING te doen vóór 15 AUGUSTUS a. s., ten kantore van den Notaris B. WERENDLIJN SMIT, te Helder, Dykstraat H 384. wordt door dezen nogmaals herin nerd aan miju laatste uitstel. K. K. brengt ter kennis, dat op MAANDAG den 7 AUGUSTUS a. s., in genoemd gebouw een HANDWERKSCHOOL zal worden geopend. 'tOnderwys wordt vier maal per week gegeven, van des namiddags 5 tot 7 ure. Om plaatsing vervoege men zich tot de Directrice der Bewaarschool. De Secretaris, G. E. KLOOSTERHUIS. Wordt gevraagd: tegen half September, een DIENSTBODE, die goed met de wasch kan omgaan.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1876 | | pagina 1